SAND-data Vriezenveen (G171p)
schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête
data schriftelijke enquête
zinsnr. | testzin | antwoorden |
---|---|---|
035 (x01a) | Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03451) |
vertaling: Jon herinnert zich dat verhaal nog wal opm.: reflexief: zich |
036 (x01b) | Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03451) |
vertaling: marie en Piet zijt mekaar veur de kaaike |
037 (x01c) | Toon wast ... (inf. 03451) |
vertaling: Tone waschet zich opm.: reflexief: zich |
038 (x01d) | De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 03451) |
vertaling: De timmerman hef gein spiekers biej zich opm.: reflexief: zich |
039 (x01e) | Fons zag een slang naast ... (inf. 03451) |
vertaling: Fons zag nun slonge n??st zich opm.: reflexief: zich |
040 (x01f) | Erik liet mij voor zich werken (inf. 03451) |
vertaling: Erik luit mie vuur zich waaik'n opm.: reflexief: zich |
041 (x01g) | Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03451) |
vertaling: Johanna luit zich metdriem op de golv'n opm.: reflexief: zich |
042 (x01h) | Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 03451) |
vertaling: Tone bezag zichz?lf es goud in 't speigel opm.: reflexief: zichzelf |
043 (x01i) | Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 03451) |
vertaling: Jan hef in twei minu'n zien beer op edronk'n |
044 (x01j) | Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03451) |
vertaling: Disse schoen loopt makkelijk |
045 (x01k) | Eduard kent zichzelf goed (inf. 03451) |
vertaling: Eduard keant zichz?lf goud opm.: reflexief: zichzelf |
046 (x01l) | Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03451) |
vertaling: Ward het eheurd dat d'r foto's von humz?lf in de uutstalkaste hange opm.: reflexief: hemzelf |
047 (x01m) | Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03451) |
vertaling: Die eerpel schelt neit makkelijk |
884 (x01n) | Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 03451) |
vertaling: Dit glas brek as 't op de groond vaalt |
052 (x02a) | Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 03451) |
vertaling: Dokter ljaef ik wel gezoond genoug |
054 (x02b) | Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 03451) |
vertaling: Hij ljaeft al joar'n van de aifenisse von zien vare |
056 (x02c) | Deze week leeft zij op water en brood (inf. 03451) |
vertaling: Disse wjakke ljaeft ze op water en brood |
058 (x02d) | Leeft het nog? (inf. 03451) |
vertaling: Ljaeft et nog |
060 (x02e) | Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 03451) |
vertaling: Hoe longe ljaaf ie noe al van dei affenisse |
062 (x02f) | In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 03451) |
vertaling: In Bretagn ljaeft ze veral van de visvongst |
064 (x02g) | Na het eten ga ik slapen (inf. 03451) |
vertaling: Noa't jat'n goa'k sloap'n |
065 (x02h) | Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 03451) |
vertaling: Zo'k dat wal kj?n doun |
066 (x02i) | Hij liet zijn huis afbreken (inf. 03451) |
vertaling: Hij luit zien huus of brak'n |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03451) |
vertaling: Ik wete dat jon harre mot kj?n waik'n komt voor: j gebr.: 5 |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03451) |
vertaling: Ik wete dat jon harre mot kj?n waik'n komt voor: j gebr.: 5 |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03451) |
vertaling: Ik wete dat jon harre mot kj?n waik'n komt voor: j gebr.: 5 |
076 (x03b) | Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
076 (x03b) | Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
078 (x03c) | Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
078 (x03c) | Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
079 (x03d) | Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
079 (x03d) | Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
081 (x03e) | Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
081 (x03e) | Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
083 (x03f) | Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 2 |
083 (x03f) | Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 2 |
879 (x04(iii)a) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
879 (x04(iii)a) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
880 (x04(iii)b) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 2 |
880 (x04(iii)b) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 2 |
088 (x04(iii)c) | Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 03451) |
komt voor: n |
089 (x04(iii)d) | Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03451) |
komt voor: n |
091 (x04(iv)a) | Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 4 |
091 (x04(iv)a) | Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 4 |
092 (x04(iv)b) | Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
092 (x04(iv)b) | Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
093 (x04(iv)c) | Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
093 (x04(iv)c) | Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
094 (x04(iv)d) | Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
094 (x04(iv)d) | Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
095 (x04(ix)a) | Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
095 (x04(ix)a) | Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
096 (x04(ix)b) | Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 2 |
096 (x04(ix)b) | Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 2 |
097 (x04(ix)c) | Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03451) |
komt voor: n |
098 (x04(ix)d) | Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03451) |
komt voor: n |
100 (x04(v)a) | Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03451) |
gebr.: 3 |
101 (x04(v)b) | Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
101 (x04(v)b) | Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
102 (x04(v)c) | Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
102 (x04(v)c) | Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
103 (x04(v)d) | Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
103 (x04(v)d) | Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
105 (x04(vi)a) | Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
105 (x04(vi)a) | Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
106 (x04(vi)b) | Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
106 (x04(vi)b) | Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
107 (x04(vi)c) | Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 03451) |
komt voor: n |
110 (x04(vi)d) | Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03451) |
komt voor: n |
112 (x04(vii)a) | Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
112 (x04(vii)a) | Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
113 (x04(vii)b) | Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
113 (x04(vii)b) | Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
114 (x04(vii)c) | Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03451) |
komt voor: n |
115 (x04(vii)d) | Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03451) |
komt voor: n |
117 (x04(viii)a) | Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
117 (x04(viii)a) | Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
118 (x04(viii)b) | Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
118 (x04(viii)b) | Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
086 (x04(viii)c) | Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03451) |
komt voor: n |
121 (x04(viii)d) | Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03451) |
komt voor: n |
123 (x04(x)a) | Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
123 (x04(x)a) | Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
124 (x04(x)b) | Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
124 (x04(x)b) | Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
087 (x04(x)c) | Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
087 (x04(x)c) | Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
126 (x04(x)d) | Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
126 (x04(x)d) | Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
128 (x04(xi)a) | Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
128 (x04(xi)a) | Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
129 (x04(xi)b) | Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
129 (x04(xi)b) | Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
130 (x04(xi)c) | Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03451) |
komt voor: n |
131 (x04(xi)d) | Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03451) |
komt voor: n |
133 (x05a) | Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03451) |
vertaling: Jon hef gein bouk meer |
135 (x05c) | Boeken heeft Jan geen (inf. 03451) |
vertaling: Buike hef Jon neit |
136 (x05d) | Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 03451) |
vertaling: Jon hef neit vj?lle geld meer |
144 (x05e) | Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03451) |
vertaling: Nums mag waver dat probleem proot'n |
139 (x05g) | Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 03451) |
vertaling: nums zeg dat e koomp |
140 (x05h) | Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03451) |
vertaling: Zit hier ains muze |
141 (x05i) | Ik geef niets aan een ander niet (inf. 03451) |
vertaling: Ik gie?ve niks num oander |
142 (x05j) | Niemand wil niet werken niet (inf. 03451) |
vertaling: nums wil waik'n |
143 (x05k) | Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 03451) |
vertaling: Wie wuss'n neit dat e in huus was |
144a (x05l) | Ik wist het niet ook niet (inf. 03451) |
vertaling: Ik wus 't ok neit |
145 (x05m) | Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03451) |
vertaling: hij mag 't er met gein mens waver hem'n |
155 (x06) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 03451) |
vertaling: Jon weet dat e vuur drei uur de wage kloor mot heb'n emaakt |
156 (x06a) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
156 (x06a) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
157 (x06b) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
157 (x06b) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
158 (x06c) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03451) |
komt voor: n |
159 (x06d) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03451) |
komt voor: n |
160 (x06e) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
160 (x06e) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 3 |
161 (x06f) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03451) |
komt voor: n |
162 (x07a) | Maries auto is kapot (inf. 03451) |
vertaling: marie ere auto is kepot |
163 (x07b) | Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 03451) |
vertaling: marie ere auto is kepot |
164 (x07c) | Piets auto is kapot (inf. 03451) |
vertaling: Piet ziene auto is kepot |
165 (x07d) | Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03451) |
vertaling: Piet ziene auto is kepot |
166 (x07e) | Die mans auto is kapot (inf. 03451) |
vertaling: Die man ziene auto is kepot |
167 (x07f) | Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03451) |
vertaling: Die man ziene auto is kepot |
168 (x07g) | Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03451) |
vertaling: Dei auto is neit von mie meer von hum |
169 (x07h) | Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03451) |
vertaling: De kroante von gistern lig oonder de TV |
170 (x07i) | Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 03451) |
vertaling: Jon is 'n broertje van k en eer broertje |
171 (x07j) | Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 03451) |
vertaling: De fietse van dei jongs zint estjaelt |
172 (x07k) | Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03451) |
vertaling: De moere van de zusters is op bezuik |
173 (x07l) | Die auto is Wims (inf. 03451) |
vertaling: Dei auto is von Wim |
174 (x07m) | Die fiets is mijns (inf. 03451) |
vertaling: Dei fietse is van mien |
178 (x08a) | Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03451) |
vertaling: Hij mag met gen mens waver dit probleem proat'n |
179 (x08b) | Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03451) |
vertaling: Ik wil nums zeer doun |
180 (x08c) | Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03451) |
vertaling: Het is jommer dat neit mangt kwom'n |
181 (x08d) | Dat niet en ga ik doen (inf. 03451) |
vertaling: Dat goa ik neit doun |
182 (x08e) | (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03451) |
vertaling: Ik hebbe neit ewaaikt |
183 (x08f) | Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03451) |
vertaling: hij har et nog neit verteld verteeld of doar leep Merie hen |
184 (x08g) | Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03451) |
vertaling: Haalt die bestelling noe mar op |
185 (x08h) | Hij en werkt (inf. 03451) |
vertaling: Hij waaikt neit |
186 (x08i) | Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03451) |
vertaling: ik verbei oe om hier te kwom'n |
187 (x08j) | Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 03451) |
vertaling: Jon verheendern damme M beld'n |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03451) |
fragment: umn (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03451) |
fragment: umn (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03451) |
fragment: te (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03451) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03451) |
fragment: help'n (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03451) |
fragment: help'n (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03451) |
fragment: um te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03451) |
fragment: um te (1) |
190 (x09c) | Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03451) |
fragment: um te (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03451) |
fragment: dan (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03451) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03451) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03451) |
fragment: dan (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03451) |
fragment: 2: te (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03451) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03451) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03451) |
fragment: 2: te (1) |
193 (x09f) | Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03451) |
fragment: aswat (1) |
194 (x09g) | Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03451) |
fragment: don (1) |
195 (x09h) | Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03451) |
fragment: don (1) |
196 (x09i) | Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03451) |
fragment: don (1) |
197 (x09j) | Is Jan even oud als jij? (inf. 03451) |
fragment: as (1) |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: aaitte (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: aaitte (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: aaitte (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: wier te (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: wier te (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: wier te (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: mongs (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: mongs (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03451) |
fragment: mongs (1) opm.: aai mongs ken ik niet |
201 (x09n) | Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03451) |
fragment: dat (1) |
203 (x09p) | Ik weet niet of hij komt (inf. 03451) |
fragment: of (1) |
204 (x10a) | Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 03451) |
vertaling: ikete wal daj op op gen mens helg zint |
205 (x10b) | Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 03451) |
vertaling: ik wete dat ze nais greuts op is |
206 (x10c) | Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 03451) |
vertaling: Els deant dat 't neit makkelijk is |
207 (x10d) | Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 03451) |
vertaling: ik wete da'k te late zin en ie neit |
208 (x10e) | Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 03451) |
vertaling: ie weet toch dat wie noar huus goat en dat zij nog mangt bliev'n |
209 (x10f) | Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 03451) |
vertaling: Iederein denkt dat wie noar huus goat en dat zie nog mangt bliev'n |
210 (x10g) | Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 03451) |
vertaling: Het is jommer dat hij koomp en dat zij weggoat |
211 (x10h) | Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 03451) |
vertaling: Ik denke dat Lisa ziek is |
213 (x10i) | Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 03451) |
vertaling: Ik denke dat p en l goat traw'n |
225 (y01(i)) | A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03451) |
vertaling: Ja dat doet e |
225 (y01(i)) | A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03451) |
vertaling: Ja dat doet e |
225 (y01(i)) | A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03451) |
vertaling: nee dat dout e neit |
225 (y01(i)) | A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03451) |
vertaling: nee dat dout e neit |
226 (y01(i)a) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
227 (y01(i)b) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
228 (y01(i)c) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
229 (y01(ii)) | A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03451) |
vertaling: Dat dout e wal |
229 (y01(ii)) | A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03451) |
vertaling: Dat dout e neit |
229 (y01(ii)) | A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03451) |
vertaling: Dat dout e neit |
229 (y01(ii)) | A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03451) |
vertaling: Dat dout e wal |
230 (y01(ii)a) | A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
231 (y01(ii)b) | A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
232 (y01(ii)c) | A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
233 (y01(iii)) | A: Slaapt hij? B: Ja/nee, hij/'t (en) doet/slaapt (niet) (inf. 03451) |
vertaling: Hij dout 'n duttie |
234 (y01(iii)a) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
235 (y01(iii)b) | A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 03451) |
komt voor: j |
236 (y01(iii)c) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
237 (y01(iii)d) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03451) |
komt voor: j |
238 (y01(iii)e) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 03451) |
komt voor: n |
239 (y01(iii)f) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
240 (y01(iii)g) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03451) |
komt voor: n |
241 (y01(iii)h) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03451) |
komt voor: j |
242 (y01(iii)i) | A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
243 (y01(iii)j) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 03451) |
komt voor: n |
244 (y01(iii)k) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 03451) |
komt voor: n |
245 (y01(iv)a) | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03451) |
komt voor: n |
246 (y01(iv)b) | Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03451) |
komt voor: n |
247 (y01(iv)c) | Doe het brood even snijden! (inf. 03451) |
komt voor: n |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03451) |
fragment: woervon de (1) |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03451) |
fragment: woer de (1) |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03451) |
fragment: woer de (1) |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03451) |
fragment: woervon de (1) |
250 (y02b) | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03451) |
fragment: woer (1) |
251 (y02c) | De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03451) |
komt voor: n |
252 (y02d) | De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03451) |
komt voor: n |
253 (y02e) | Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03451) |
fragment: wat (1) |
254 (y02f) | Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
255 (y02g) | In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03451) |
fragment: woer (1) |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03451) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03451) |
fragment: wat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03451) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03451) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03451) |
fragment: wat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03451) |
fragment: wat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03451) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03451) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03451) |
fragment: wat (1) opm.: twijfelgeval tussen d-woord en voegwoord |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03451) |
fragment: wie veel (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03451) |
fragment: wie veel (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03451) |
fragment: den (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03451) |
fragment: den (1) |
260 (y03a) | Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03451) |
vertaling: wie dach ie da'k in de stad tie?ng kw?m |
261 (y03b) | Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03451) |
vertaling: Hoe dachie dat ze dat heb op(e)l?stt |
265 (y03c) | Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03451) |
vertaling: hoe deank ie dat ze dat hebt opel?st |
263 (y03d) | Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03451) |
vertaling: magda weet neit wei wie woln beln |
264 (y03e) | Weet iemand wie of dat wij geroepen hebben? (inf. 03451) |
vertaling: Wei weet weime hebt eroup'n |
262 (y03f) | Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03451) |
vertaling: Wei deank ie da'k in de stat tie?ng kw?m |
267 (y04a) | Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 03451) |
vertaling: Hij hef ziene hoane w?sschen |
268 (y04b) | Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 03451) |
vertaling: hij hef zien jemd uut ewoschen |
269 (y04c) | Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 03451) |
vertaling: Hij hef ne houd op 't heufd |
270 (y04d) | Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 03451) |
vertaling: Hij hef ne vlekke in/op zien jemd |
271 (y04e) | Hij heeft zijn been gebroken (inf. 03451) |
vertaling: Hij hef zien bein ebrak'n |
272 (y04f) | Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 03451) |
vertaling: Hij hef zich zeer edoan opm.: reflexief: zich |
273 (y04g) | Marie trok de deken naar zich toe (inf. 03451) |
vertaling: Marie tr?k de deken op zich on opm.: reflexief: zich |
051 (y04h) | Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 03451) |
vertaling: Luc weet dat t'r foto's van humzulf te koop zint |
274 (y04i) | Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 03451) |
vertaling: Je weet toch damme toen deur dat bos hen zint eloopn |
277 (y04j) | Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 03451) |
vertaling: Ik herinnere mie dat de auto van merie kepot was opm.: reflexief: me |
280 (y04k) | Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 03451) |
vertaling: Ze weet nog dat e as 'n vaaoken zat te jat'n |
283 (y04l) | Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 03451) |
vertaling: Wie herinnert oons dat al de buike van jon warn estjaelt, maar zij weet ter niks meer von opm.: reflexief: ons |
286 (y04m) | Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 03451) |
vertaling: Weet ie nog damme jon op et maaik hebt eziene |
289 (y04n) | Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 03451) |
vertaling: Hij hef zich 'n ongeluk ewaaikt opm.: reflexief: zich |
290 (y04o) | Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 03451) |
vertaling: Hij vuil'n zichz?lf duur 't ies zak'n opm.: reflexief: zichzelf |
295 (y05) | Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03451) |
vertaling: Zol hij dat hemn kj?n douwn |
295 (y05) | Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03451) |
vertaling: Zol hij dat hemn kj?n douwn |
295 (y05) | Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03451) |
vertaling: Zol e dat edoan kj?n hem'n |
295 (y05) | Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03451) |
vertaling: Zol e dat edoan kj?n hem'n |
877 (y05(i)) | Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03451) |
fragment: ekjöönt (1) |
878 (y05(ii)) | Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03451) |
fragment: edoan (1) |
296 (y05(iii)a) | Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
296 (y05(iii)a) | Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
297 (y05(iii)b) | Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
297 (y05(iii)b) | Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
298 (y05(iii)c) | Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
298 (y05(iii)c) | Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
299 (y05(iii)d) | Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
299 (y05(iii)d) | Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
300 (y05(iii)e) | Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
300 (y05(iii)e) | Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
301 (y05(iii)f) | Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
301 (y05(iii)f) | Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
302 (y05(iii)g) | Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
302 (y05(iii)g) | Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
303 (y05(iii)h) | Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
303 (y05(iii)h) | Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
304 (y05(iii)i) | Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
304 (y05(iii)i) | Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
305 (y05(iii)j) | Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
305 (y05(iii)j) | Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
306 (y05(iii)k) | Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
306 (y05(iii)k) | Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
307 (y05(iii)l) | Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
307 (y05(iii)l) | Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
309 (y06a) | Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03451) |
komt voor: n |
310 (y06b) | Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03451) |
komt voor: n |
311 (y06c) | Ik denk hij weg is (inf. 03451) |
komt voor: n |
312 (y06d) | Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03451) |
vertaling: Ik deank hij is weg komt voor: j |
312 (y06d) | Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03451) |
vertaling: Ik deank hij is weg komt voor: j |
314 (y06e) | Ik weet dat hij is weg (inf. 03451) |
komt voor: n |
315 (y06f) | Ik weet hij is weg (inf. 03451) |
vertaling: Ik wete hij is vot komt voor: j |
315 (y06f) | Ik weet hij is weg (inf. 03451) |
vertaling: Ik wete hij is vot komt voor: j |
316 (y06g) | Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03451) |
komt voor: n |
317 (y06h) | Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03451) |
komt voor: n |
318 (y06i) | Kaas maken weet ik niets van (inf. 03451) |
komt voor: n |
321 (y06j) | Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03451) |
komt voor: n |
322 (y06k) | Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03451) |
komt voor: n |
323 (y06l) | De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03451) |
komt voor: n |
324 (y06m) | De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03451) |
komt voor: n |
325 (y06n) | De die zou ik niet durven opeten (inf. 03451) |
komt voor: n |
326 (y06o) | Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03451) |
komt voor: n |
330 (y07a) | Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03451) |
komt voor: n |
331 (y07b) | Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03451) |
vertaling: ik hebbe wat 'n loape edoan komt voor: j |
331 (y07b) | Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03451) |
vertaling: ik hebbe wat 'n loape edoan komt voor: j |
333 (y07d) | Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03451) |
komt voor: n |
334 (y07e) | De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03451) |
komt voor: n |
335 (y07f) | Ga je naar huis denk? (inf. 03451) |
komt voor: n |
336 (y08a) | In die tijd leefde ik erop los (inf. 03451) |
vertaling: Toentertied ljaem ik ter op l?s |
337 (y08b) | Vroeger leefde hij als een beest (inf. 03451) |
vertaling: Hij ljaem vroeger as 'n beist |
338 (y08c) | Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 03451) |
vertaling: Wie ljaem doar as ne God in Fronkriek |
339 (y08d) | Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 03451) |
vertaling: Nums mag et zein dus ie ok niet |
340 (y08e) | Het gebeurde toen je wegging (inf. 03451) |
vertaling: Het gebuurn toen ie wegg?n'n |
341 (y08f) | Ik weet waar je geboren bent (inf. 03451) |
vertaling: Ik weet woer ie zint geboorn |
342 (y08g) | Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 03451) |
vertaling: Noe aj kloar zint mai weg goan opm.: nu als - ja |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03451) |
vertaling: Toen Merie estj?rm was, kon eern keerl Anna nait lenger help'n opm.: IPP: n.v.t. |
346 (y09) | Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03451) |
vertaling: Ik wete dat e is goan zwem'n |
347 (y09a) | Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
347 (y09a) | Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
348 (y09b) | Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
348 (y09b) | Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
349 (y09c) | Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
349 (y09c) | Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
350 (y09d) | Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 2 |
350 (y09d) | Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 2 |
351 (y09e) | Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
351 (y09e) | Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
352 (y09f) | Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
352 (y09f) | Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
353 (y10a) | Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03451) |
komt voor: n |
354 (y10b) | Gaat ze dansen? Jase (inf. 03451) |
komt voor: n |
355 (y10c) | Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03451) |
komt voor: n |
356 (y10d) | Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03451) |
komt voor: n |
357 (y10e) | A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03451) |
komt voor: n |
359 (y11a) | Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03451) |
komt voor: n |
360 (y11b) | Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03451) |
komt voor: n |
361 (y11c) | Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03451) |
komt voor: n |
362 (y11d) | Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03451) |
komt voor: n |
363 (y11e) | Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03451) |
komt voor: n |
365 (y11f) | Hem is dood (inf. 03451) |
komt voor: n |
364 (y11g) | Is hem dood? (inf. 03451) |
komt voor: n |
366 (y11h) | Haar is ziek (inf. 03451) |
komt voor: n |
367 (y11i) | Is haar ziek? (inf. 03451) |
komt voor: n |
368 (y11j) | Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03451) |
komt voor: n |
369 (y11k) | Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03451) |
komt voor: n |
370 (z01a) | Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
370 (z01a) | Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
370 (z01a) | Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03451) |
fragment: dei (1) |
370 (z01a) | Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03451) |
fragment: dei (1) |
371 (z01b) | Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03451) |
fragment: den (1) |
374 (z01e) | De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03451) |
fragment: woer (1) |
375 (z01f) | De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
375 (z01f) | De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
375 (z01f) | De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
375 (z01f) | De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: waar ik mee .. (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: woer ik mee .. (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: woer ik mee .. (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: waar ik mee .. (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: waar ik mee .. (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: woer ik mee .. (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: waar ik mee .. (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03451) |
fragment: woer ik mee .. (1) |
377 (z01h) | Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03451) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
379 (z01i) | Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03451) |
fragment: dei (1) |
379 (z01i) | Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
379 (z01i) | Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03451) |
fragment: die (1) |
379 (z01i) | Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03451) |
fragment: dei (1) |
380 (z01j) | Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03451) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
381 (z01k) | Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03451) |
fragment: wie (1) |
381 (z01k) | Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03451) |
fragment: wie (1) |
381 (z01k) | Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03451) |
fragment: wei (1) |
381 (z01k) | Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03451) |
fragment: wei (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03451) |
fragment: woervan de (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03451) |
fragment: waarvan de (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03451) |
fragment: waarvan de (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03451) |
fragment: woervan de (1) |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03451) |
vertaling: Piet deankt dat Jan en m op nums helg zint betekenis: negative concord |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03451) |
vertaling: Piet deankt dat Jan en m op nums helg zint betekenis: negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03451) |
vertaling: Wim deankt dat gen mens nun pries zjolt gie?ven betekenis: negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03451) |
vertaling: Wim deankt dat gen mens nun pries zjolt gie?ven betekenis: negative concord |
386 (z02c) | Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03451) |
vertaling: 't is woor dat ze neit met m mangt ptroot'n betekenis: negatie > modaal |
386 (z02c) | Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03451) |
vertaling: 't is woor dat ze neit met m mangt ptroot'n betekenis: negatie > modaal |
389 (z03a) | A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03451) |
vertaling: naeis |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03451) |
vertaling: gen mens |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03451) |
vertaling: gen mens |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03451) |
vertaling: nums |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03451) |
vertaling: nums |
387 (z03c) | Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03451) |
vertaling: dat weet gen mens |
390 (z03d) | A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03451) |
vertaling: dat weet ik neit |
391 (z03e) | A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 03451) |
vertaling: de baiden eersten |
392 (z04a) | Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 03451) |
vertaling: Ie mot um neit vertel'n da'k naor buten bin ewjast |
393 (z04b) | Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 03451) |
vertaling: neit vertel'n daj 'n presentie veur hum hebt ekocht |
394 (z04c) | Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 03451) |
vertaling: Weet je neit dat is ev?l'n |
399 (z05a) | Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 03451) |
vertaling: Wendy probeer'n um nums zeer te doun |
397 (z05b) | 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 03451) |
vertaling: 't schient dat ze niks mag gebroek'n |
398 (z05c) | Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 03451) |
vertaling: ze schient niks te magg'n aat'n |
399a (z05d) | Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 03451) |
vertaling: Ze probeert 'n heel'n dag al um meka te bel'n |
400 (z05e) | Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 03451) |
vertaling: Het lik wier nun mooin dag te word'n |
401 (z05f) | 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 03451) |
vertaling: Misschien ist bjatter um nog ef'n te wach'n |
402 (z05g) | We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 03451) |
vertaling: wia had'n geluk damme hum doalijk wier v??n |
404 (z06a) | Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03451) |
vertaling: As de hounder ne vlke zeit zint ze bonge |
405 (z06b) | Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03451) |
vertaling: Amme de earpel neit verkop'n kjont hemme 'n probleem |
406 (z06c) | Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03451) |
vertaling: Aj um neit meinjemt wor'k helg |
407 (z06d) | Hij wist he(n)t (inf. 03451) |
vertaling: Hij wus't |
408 (z06e) | Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 03451) |
vertaling: Op dit feest wordter vj?lle doanst |
409 (z06f) | Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 03451) |
vertaling: Noe wordt'r allene brood verkocht in den weenkel |
410 (z06g) | Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03451) |
vertaling: Asse op de fietse koomp zal'e wel late wjaen |
412a (z06h) | Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03451) |
vertaling: Aj tied hebt komt dan's on |
413a (z06i) | Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 03451) |
vertaling: Ak rieke zin, koop ik ne dure auto |
881 (z07(i)) | Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03451) |
komt voor: n |
417 (z07(ii)a) | Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03451) |
komt voor: n |
418 (z07(ii)b) | Durfder gij op duwen? (inf. 03451) |
komt voor: n |
419 (z07(ii)c) | Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03451) |
komt voor: n |
420 (z07(ii)d) | Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03451) |
komt voor: n |
421 (z07(ii)e) | Is hij Pol hier geweest? (inf. 03451) |
komt voor: n |
422 (z07(ii)f) | Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03451) |
komt voor: n |
423 (z07(ii)g) | Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03451) |
komt voor: n |
424 (z07(ii)h) | Ik heb hem het gegeven (inf. 03451) |
komt voor: n |
425 (z07(ii)i) | Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03451) |
komt voor: n |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03451) |
vertaling: Marie hef ezegd dat ie prebeerd hebt een vassie te zing'n |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03451) |
vertaling: Marie hef ezegd dat ie prebeerd hebt een vassie te zing'n |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03451) |
vertaling: Marie hef ezegd dat ie hebt probeerd een vassie te zing'n |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03451) |
vertaling: Marie hef ezegd dat ie hebt probeerd een vassie te zing'n |
549 (z08(v)) | Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 03451) |
vertaling: Marie zja dat ie hebt probeerd um eur 'n bouk te giejv'n |
543a (z08a) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03451) |
komt voor: j |
546 (z08b) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
546 (z08b) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
537 (z08c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
537 (z08c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
604a (z08d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
604a (z08d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
547 (z08e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
547 (z08e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
543 (z08f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
543 (z08f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
535 (z08g) | Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
535 (z08g) | Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
440 (z09a) | Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 03451) |
vertaling: Die uut de stad hebt hier vj?lle huze ebaauwd |
441 (z09b) | Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03451) |
vertaling: On dat nieuwe kanaal zei je gein mensche |
442 (z09c) | Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03451) |
vertaling: Gistern is jan hier ewast |
443 (z09d) | De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 03451) |
vertaling: De dag dat jan bealn was ik von huus |
444 (z09e) | Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 03451) |
vertaling: Jef zou ik nooit neug'n |
445 (z09f) | Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 03451) |
vertaling: Merie zol zoiets nooit doun |
446 (z09g) | Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 03451) |
vertaling: Bert dreenkt wal 's 'n glas te vj?lle |
447 (z09h) | Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 03451) |
vertaling: Martha zok wal biej mie on huus wiln neug'n |
448 (z09i) | Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03451) |
vertaling: dat huus zaol ik nooit wil'n koop'n |
449 (z09j) | Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03451) |
vertaling: Dat huus steit doar al vieftig joar |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
452 (z10(i)b) | Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
452 (z10(i)b) | Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
453 (z10(i)c) | Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
453 (z10(i)c) | Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
454 (z10(i)d) | Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
454 (z10(i)d) | Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
457 (z10(ii)b) | Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
457 (z10(ii)b) | Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
458 (z10(ii)c) | Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
458 (z10(ii)c) | Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
462 (z10(iii)b) | Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
462 (z10(iii)b) | Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
464 (z10(iii)c) | Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
464 (z10(iii)c) | Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
467 (z10(iv)b) | Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
467 (z10(iv)b) | Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03451) |
komt voor: j |
470 (z10(v)b) | Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
470 (z10(v)b) | Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
471 (z10(v)c) | Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
471 (z10(v)c) | Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
472 (z11a) | En heeft Gunther gebeld? (inf. 03451) |
vertaling: Heg g ebald? |
473 (z11b) | En pas op! (inf. 03451) |
vertaling: Pas op |
474 (z11c) | 't En was maar net goed genoeg (inf. 03451) |
vertaling: 't was mar net goud genoug |
475 (z11d) | Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 03451) |
vertaling: Marjo hef noe meer beiste dan vroeger |
476 (z11e) | Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 03451) |
vertaling: As Susanne had kj?n kom'n har ze dat doan |
477 (z11f) | Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 03451) |
vertaling: Zij is de beste dokter die ik kenne |
478 (z11g) | Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 03451) |
vertaling: Vuu daj iets weggooit mui ef'n bel'n |
479 (z11h) | Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03451) |
vertaling: Hier is alles wak ekrieg'n hebbe |
480 (z11i) | Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 03451) |
vertaling: jan is te gierig um iets on de wichter te gie?ve'n |
481 (z11j) | Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 03451) |
vertaling: As of ie wat van voetbal'n weet |
482 (z11k) | Dat boek leg neer! (inf. 03451) |
vertaling: Langt dat boek dale |
483 (z11l) | Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03451) |
vertaling: Ai heelmdal neit kj?nt wach'n kw?mt don meer |
000 (z11opm) | (inf. 03451) |
opm. inf.: Meervoud van koe is beiste |
488 (z12a) | Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 03451) |
vertaling: Ik wete dat jon 'n dokter had kj?n roup'n |
489 (z12b) | Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 03451) |
vertaling: Ik wete dat jon 'n dokter har kj?n roup'n |
490 (z12c) | Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 03451) |
vertaling: Hij zja dat ik het har m?n doun |
491 (z12d) | Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03451) |
vertaling: Hij zja dat ik het har m?n doun |
492 (z12e) | Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 03451) |
vertaling: Hij is veurige wjakke duur dr mertens geopereerd |
493 (z12f) | Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03451) |
vertaling: mane wordt e duur dr mertens geopereerd |
495 (z13a) | Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03451) |
vertaling: Ik deanke daj vj?lle weg m?t gooi'n |
496 (z13b) | Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03451) |
vertaling: 't is dom ?m zukke deure dinge weg te gooi'n |
497 (z13c) | Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03451) |
vertaling: Hij is bie?zig um alle kapotte dinge weg te gooi'n opm.: dav |
498 (z13d) | Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03451) |
vertaling: Ik veene daj vaker de kroante mon ljzazen |
499 (z13e) | Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03451) |
vertaling: 't is dom um in't doonker te ljaez'n |
500 (z13f) | Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03451) |
vertaling: Hij is 'n heeln dag on 't ljaezen |
509 (z14a) | Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 03451) |
fragment: duur (1) |
512 (z15a) | Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03451) |
komt voor: n |
513 (z15b) | Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03451) |
komt voor: n |
514 (z15c) | Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03451) |
komt voor: n |
515 (z15d) | Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03451) |
komt voor: n |
516 (z16a) | Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03451) |
vertaling: R hef ein gruin appel wegegi?v'n noe heffe nog twei rooi'n |
412 (z16b) | Er waren veel mensen op het feest (inf. 03451) |
vertaling: D'r was vj?lle volk op 't fees |
413 (z16c) | Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 03451) |
vertaling: Warn d'r vj?lle lui? op 't fees |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03451) |
vertaling: Wat vuur buiker het ekocht (ekoft) |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03451) |
vertaling: Wat vuur buiker het ekocht (ekoft) |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03451) |
vertaling: Wat hej vuur buiker het ekocht |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03451) |
vertaling: Wat hej vuur buiker het ekocht |
521 (z16e) | Hij woont bij Marietje (inf. 03451) |
vertaling: Hij woant biej Merietje |
522 (z16f) | Hij woont bij Wim (inf. 03451) |
vertaling: Hij woand biej Wim |
523 (z16g) | Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 03451) |
vertaling: Goat effen noar de bakker Willem |
524 (z16h) | Wie heb je gezien? (inf. 03451) |
vertaling: Wei hij ezein? |
525 (z16i) | Wie heeft jou gezien? (inf. 03451) |
vertaling: Wei hef oe ezeine? |
527 (z16j) | Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 03451) |
vertaling: Ak dat har e ween don don hak 't neit edoan |
528 (z16k) | 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 03451) |
vertaling: 't zjol better wja um nog ef'n te wacht'n |
882 (z16l) | Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 03451) |
vertaling: Gelukkig har jon 'n dokter ebald en den was ter al heel gaw |
883 (z16m) | Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 03451) |
vertaling: Loopt nou us duur vervelende veante |
538 (z17a) | Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
538 (z17a) | Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03451) |
komt voor: j gebr.: 5 |
534 (z17b) | Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
534 (z17b) | Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
544 (z17c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03451) |
komt voor: j |
545 (z17d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
545 (z17d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
536 (z17e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
536 (z17e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
605a (z17f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
605a (z17f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
548 (z17g) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
548 (z17g) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03451) |
komt voor: n gebr.: 1 |
542 (z17h) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 03451) |
komt voor: n |
interview mondelinge enquête
spreker | tekst | commentaar | ||
---|---|---|---|---|
commentaar | [meta][k]G171p[/k][h]265[/h][i]266[/i][vw]j[/vw][t]vw[/t][/meta] | |||
hulpinterviewer |
[v=006] Komt deze zin veur innet Veens. Gisteren wandeldiede door het park. [/v]
in et |
Hulpinterviewer vergeet 'vertaal' te zeggen en informante vertaalt zin dan ook niet. | ||
informant | [a=n] Nee dat is geen goed Veens. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=018] Vertaal. Ze weet niet dat Marie gisteren gestorven is. [/v] | |||
informant |
[a] Ze weet nei dat Marie gisteren nestorvenis. [/a]
nestorve is |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=018] Komt deze zin veur innet Veens. Ze weet niet dat Marie gisteren issestorven. [/v]
in et is estorven |
|||
informant |
[a=j] Ze weet niet dat Marie gisteren issestorf. Ja. [/a]
is estorf |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=022] Komt deze zin veur innet Veens. Vertaal. Er wil niemand niet dansen. [/v]
in et |
|||
informant | [a=n] Nee. Niemand niet dat is geen goed Veens. Nee. Der wil nims danse da kun je zegge. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=025] Vertaal. Niemand heeft dat ooit gewild of gekund. [/v] | |||
informant | [a] Nims heeft dat ooit ewild of ekund. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=026] Vertaal. Jan had het hele brood wel willen op eten. [/v] | |||
informant |
[a] Jan hannen heel stoeten wel op wilnjeetn. [/a]
han en wiln jeetn |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=027] Hoe gebruikelijk is disse zin innet Veens. Vertel maar niet wie zij had kunne roepen. [/v]
in et |
Hulpinterviewer zegt 'Hoe gebruikelijk is...' maar het gaat hier om een vertaal-zin. Komt terug in nagesprek. | ||
informant | [a] Vertelt mi niet wee het zij had kun roepn. [/a] | Informante zegt zowel 'het' als 'had' maar ik vermoed dat zij zich de eerste keer verspreekt en in plaats van 'wee het zij..' 'wie zij had' wil zeggen. | tagging | |
hulpinterviewer |
[v=029] Komt deze zin veur int Veens. Hoe gebruikelijk is deze zin innet Veens. Vertaal. Vertel me eens wie of zij had kunne roepen. [/v]
in t in et |
|||
informant | [a=j] Vertelt mi eens wee of ze ha kunn roepn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=030] Komt deze zin veur innet Veens. Hoe gebruikelijk is deze zin int Veens. Vertaal. Vertel me eens wie of dat zij had kunne roepen. [/v]
in et in t |
|||
informant | [a=j] Vertelt mi eens wee of dat ze ha kunn roepn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=035] Vertaal. Jan herinnert zich dat verhaal wel. [/v] | |||
informant | [a] Jan herinnert zich dat verhaal wel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=036] Kijk eens noar et plaatie. Marie en Piet wijs noar _. [/v] | |||
informant | [a] Noar mekaar. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=037] Kijk eens noar dat plaatie. Toon wasket _. [/v] | |||
informant | [a] Toon waschet zich. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=038] Vertaal. De timmerman heeft geen spijkers bij zich. [/v] | |||
informant | [a] Een timmerman heef geen spijkers bi zich. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=039] Kijk eens noar dit plaatie. Fons zag ne slange neust _. [/v] | |||
informant | [a] Fons zag ne slange neust zich. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=040] Vertaal. Erik liet mij voor zich werken. [/v] | |||
informant | [a] Erik liets mi veur zich werken. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=041] Vertaal. Johanna liet zich mee drijven op de golven. [/v] | |||
informant | [a] Johanna liet zich met drijve op de golve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=042] Vertaal. Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel. [/v] | |||
informant |
[a] Toon bekeek zichzelf eens goed int spiegel. [/a]
in t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=043] Vertaal. Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken. [/v] | |||
informant | [a] Jan heef in twee minutn een glas bier dronkn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=044] Vertaal. Deze schoene lope gemakkelijk. [/v] | |||
informant | [a] Disse schoen loopt gemakkelijk. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=045] Vertaal. Eduard kent zichzelf goed. [/v] | |||
informant | [a] Eduard kent zichzelf goed. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=046] Komt deze zin veur innet Veens. Ward heef ehoord datter fotoos van zichzelf in de etalage staat. [/v]
in et dat er |
Hulpinterviewer zegt 'Komt deze zin voor...' terwijl het een 'Vertaal'-zin is. | ||
informant |
[a] Ward heef ehoord datter fotoos vannumzelf in de etalage staat. [/a]
dat er van umzelf |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] Wat zeg je nu het vaakste. Zichzelf zich of zelf. Je kunt zeggn Ward heef gehoord datter fotoos van zichzelf of van humzelf in de etalage. [/v]
dat er |
|||
informant | [a] Ook wel van humzelf ja. Fotoos van humzelf. [/a] | |||
hulpinterviewer |
Ja kan allebei. Wat zoustu et beste vin.
zous tu |
|||
informant | Beide eigenlijk wel. | |||
hulpinterviewer |
[v=053] Vertaal. Alsik zuinig leef leef ik zoals mijn ouders willen. [/v]
als ik |
|||
informant |
[a] Azzik zuinig leve levik zoals mine ouders wolln. [/a]
az ik lev ik |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=055] Vertaal. Als hij nog drie jaar leeft leeft hij langer dan zen vader. [/v] | |||
informant |
[a] Adde nog drei jaar leeft leefter nog langer as zien vader. [/a]
a de leeft er |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=057] Vertaal. Als zij zo gevaarlijk leeft leef ze niet lang meer. [/v] | Hulpinterviewer zegt het tweede 'leeft' als 'leef' maar moet echt 'leeft' zijn. Komt terug in nagesprek. | ||
informant |
[a] As hij zo gevaarlijk leeft leefter niet lang meer. [/a]
leeft er |
Informant zegt 'hij' en 'er' ipv 'zij' en 'ze'. | ||
hulpinterviewer |
[v=059] Vertaal. Alset nu nog leeft dan leeft het morgen ook nog. [/v]
als et |
|||
informant |
[a] Ast nu nog leeft leeft morgen ook nog. [/a]
as t leeft t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=061] Vertaal. Als jullie zo losbandig leven dan leve jullie nooit zo lang als ik. [/v] | |||
informant | [a] As jelui zo losbandig leeft leve jelui nooit zo lang as ikke. Of as mi. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=063] Vertaal. Als ze voor hun werk leven dan leve ze niet voor hun kinderen. [/v] | |||
informant |
[a] Asse veureur werk leeft leeftze niet veureur wichter. [/a]
as se veur eur leeft ze veur eur |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=067] Vertaal. Als Rudy nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/v] | |||
informant | [a] Als Rudy nog leef dan leef Leo ook nog. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=068] Vertaal. Als je gezond leeft dan leef je langer. [/v] | |||
informant |
[a] Aj gezond leef dan leef je langer. [/a]
a j |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=069] Vertaal. Alser zo weinig mensen van de landbouw leven dan leve er veel meer mense van werk in de fabriek. [/v]
als er |
|||
informant |
[a] Aster zo vele luie van de landbouw leeft dan leefter vele meer lui van de fabriek. Vannet werk in de fabriek. [/a]
as ter leeft er van et |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=070] Vertaal. Als Pieter en Liesje innet paradijs leven dan leve Rosa en Frans in de hel. [/v]
in et |
|||
informant |
[a] As Pieter en Liesje int paradijs leeft dan leeft Rosa en wie in de hel. [/a]
in t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=071] Vertaal. Als we zuinig leven leve we gelukkig. [/v] | |||
informant |
[a] As wi zuinig leeft leenwi gelukkig. [/a]
leen wi |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=071] Vertaal. Als we eerlijk leve leve we gelukkig. [/v] | |||
informant |
[a] Amme eerlijk leeft leenwi gelukkig. [/a]
a me leen wi |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=072] Vertaal. Leef wat gezonder Jan. [/v] | |||
informant | [a] Leeft wat gezonder Jan. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=073] Vertaal. Leef wat minder bekrompen kinderen. [/v] | |||
informant | [a] Leeft wat minder bekrompen wichter. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=075] Komt deze zin veur in dialect. Ik vin dat iedereen moet kunne zwemmen. [/v] | |||
informant | [a=j] Ja. Ik vinne dat iedereen moet kunn zwemmn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=077] Komt deze zin veur innet Veens. Vertaal. Ik vind dat iedereen moet zwemmen kunnen. [/v]
in et |
|||
informant | [a=n] Nee. Moet zwemmn kunn nee. Kunn zwemmn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=080] Komt deze zin veur innet Veens. Vertaal. Ik vind dat iedereen kunne zwemmen moet. [/v]
in et |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=082] Komt deze zin vuur innet dialect. Vertaal. Ik vin dat iedereen zwemmen kunne moet. [/v]
in et |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=084] Komt deze zin vuur int Veens. Vertaal. Ik vind dat iedereen zwemmen moet kunne. [/v]
in t |
tagging | ||
informant | [a=j] Zit er zo tussenin eigenlijk he. Het kan wel maar ik denk eerstene klopt het beste. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=086] Komt deze zin vuur int Veens. Ik wete dat Eddy morgen wil brood jaen. [/v]
in t |
|||
informant | [a=n] Ik wete dat Eddy morgen brood jaen wil. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=087] Komt deze zin vuur in Veens. Vertaal. Eddy moet kunnen vroeg op staan. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
informant | [a=n] Nee. [/a] | Informante vertaalt zin niet. | ||
hulpinterviewer | [v=132] Vertaal. Ik denk dat Maria hem zal moeten roepen. [/v] | |||
informant | [a] Ja dat kan wel. Ik denke dat Maria em zal moetn roepn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=140] Komt deze zin vuur in dialect. Vertaal. Zitten hier nergens geen muizen. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
informant | [a=n] Nee. Nergens geen nee. [/a] | Informante vertaalt zin niet. | ||
hulpinterviewer |
[v=148] Komt deze zin vuur int Veens. Vertaal. Iedereen is geen vakman. [/v]
in t |
Komt terug in nagesprek. | ||
informant |
[a=j] Iedereen is gene vakman. Ja das wel goed. [/a]
da s |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=149] Komt deze zin vuur int dialect. Vertaal. Hij heeft overal geen vrienden. [/v]
in t |
|||
informant | [a=n] Nee. Hij heeft niet overal vrienden. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[a=j] Hij heeft overal geen vriende. Hij kan hier wel vriende hebbe maar hij heef overal geen vriende. Dus das volgens mien wel een gewone zin. [/a]
da s |
tagging | ||
informant | Dan eerder zegge niet overal. | |||
hulpinterviewer | Hij heeft overal geen vriende. | |||
informant | Nee. | |||
hulpinterviewer | [v=137] Komt deze zin veur in dialect. Vertaal. Hij wil geen soep niet meer ete niet. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
commentaar | Informante vertaalt zin niet. | |||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=154] Komt deze zin veur in dialect. Boeke hef Jan dreie. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=156] Komt deze zin vuur in dialect. Jan weet datter veur drei uur de wagen moet hebbn maakt. [/v]
dat er |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja dat is wel. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=157] Komt deze zin vuur in dialect. Jan weet datter vuur drei uur de wagen moet emaakt hebbn. [/v]
dat er |
Komt terug in nagesprek. | ||
informant | [a=j] Ja of emaakt hebbn of hebbn emaakt kan ook he. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=160] Komt deze zin vuur in Veens. Jan weet datte veur drei uur de wagen emaakt moet hebbn. [/v]
dat e |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja dat is goed. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=161] Komt deze zin vuur in dialect. Jan weet datte vuur drei uur de wagen emaakt hebben moet. [/v]
dat e |
|||
informant | [a=n] Nou nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=188] Vertaal. Heb je genoeg mensen om hooi vannet land te halen. [/v]
van et |
|||
informant |
[a] Heje genoeg lui omt hooi vant land te haal. [/a]
he je om t van t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=189] Vertaal. Het was aardig van Jan om te kome werken. [/v] | |||
informant | [a] Dat was aardig van Jan om te kome werkn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=190] Vertaal. Deze ton is zwaar om te dragen. [/v] | |||
informant | [a] Dese tonne is zwaar om te draagn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] Komt deze zin veur int Veens. Dese tonne is zwaar te draagn. [/v]
in t |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=199] Vertaal. Hij staat te zeuren. [/v] | |||
informant | [a] Hij staat te zeurn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=198] Vertaal. Hij kan staan zeuren. [/v] | |||
informant | [a] Hij kan staan zeurn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] Komt deze zin ook veur int Veens. Hij kan staan te zeurn. [/v]
in t |
|||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=200] Vertaal. Toen we aan kwamen regende het. [/v] | |||
informant |
[a] Toen we aan kwaamn reindet. [/a]
reinde t |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=215] Vertaal. Kgeloof daddik groter ben dan hij. [/v]
k geloof dad ik |
|||
informant |
[a] Ik gelove datter groter is as hij. [/a]
dat er |
tagging | ||
informant | [a] Ik gelove dat ik groter zien as hij. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=216] Vertaal. Ze gelooft dat jij eerder thuis bent dan ik. [/v] | |||
informant | [a] Ze gelooft da zie eerder in huis zind as ikke. [/a] | Informante vertaalt 'Ze gelooft da zie...' terwijl er eigenlijk 'jij' staat in de voorbeeldzin. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=217] Vertaal. Je gelooft toch niet dat hij sterker is dan jij. [/v] | |||
informant | [a] Ie geloof toch nie dat hij sterker is as ie. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=218] Vertaal. Ze gelove dat wij rijker zijn dan zij. [/v] | |||
informant | [a] Ze gelooft dat wi rijker zind as zij. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=219] Vertaal. We geloven dat jullie nie zo slim zijn als wij. [/v] | |||
informant | [a] Wi geloof dat ielui niet zo slim zo leep zind as wi. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=220] Vertaal. Jullie gelove toch niet dat zij armer zijn dan jullie. [/v] | |||
informant | [a] Ieluie geloof toch niet dat zij armer zien as ieluie. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=221] Vertaal. U gelooft dat Lisa even mooi is als Anna. [/v] | |||
informant | [a] Ie gelooft dat Lisa even mooi is of net zo mooi is as Anna. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=222] Vertaal. Hij gelooft dat Louis en Jan sterker zijn dan Geert en Peter. [/v] | |||
informant | [a] Hij geloof dat Louis en Jan sterker zien as _. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=227] Komt deze zin veur int Veens. Hij slaap. Hij doet. [/v]
in t |
|||
hulpinterviewer | Hij slaap. Dan moes du dat als het ware bevestige. | |||
informant |
[a=n] O dan zeggn ze hij slaap dat doete. [/a]
doet e |
|||
hulpinterviewer |
Hij slaap dat doete zegge ze dan. Dat doet ie.
doet e |
|||
hulpinterviewer |
[v=228] Komt deze zin veur int Veens. Hij slaap. Et doet. [/v]
in t |
|||
commentaar | Informante zegt dat ze 'Hij slaap hij doet' vreemd vindt (ipv 'et doet'). Toch 'a=n' omdat informant steeds het antwoord 'dat doete' geeft. | |||
informant |
[a=n] Ik vind hem een beetje vreemd. Hij slaap hij doet. Hij slaapt dat doete. [/a]
doet e |
|||
hulpinterviewer |
[v=243] Komt deze zin veur in dialect. Slaape. Hie doet. [/v]
slaap e |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=245] Komt deze zin veur int Veens. De lamp doet niet meer brande. [/v]
in t |
|||
informant | [a=n] Nee. De lamp brandt niet meer. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Bran doet de lamp niet meer. [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja kan ook. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=246] Komt deze zin veur int Veens. Doet Marie elkenavond dansen. [/v]
in t elken avond |
Komt terug in nagesprek. | ||
informant |
[a=n] Nee. Danst Marie elkenavond. [/a]
elken avond |
|||
hulpinterviewer |
[v=247] Komt deze zin vuur int Veens. Doet het brood even snere. [/v]
in t |
|||
commentaar | [meta][k]G171p[/k][h]265[/h][i]266[/i][vw]j[/vw][t]vw[/t][/meta] | |||
hulpinterviewer |
[v=246] Komt deze zin vuur int Veens. Doet Marie elkenavond dansen. [/v]
in t elken avond |
Komt terug in nagesprek. | ||
informant |
[a=n] Nee. Danst Marie elkenavond. [/a]
elken avond |
|||
hulpinterviewer |
[v=247] Komt deze zin vuur int Veens. Doet het brood even snere. [/v]
in t |
tagging | ||
informant |
[a=j] Ja men zegget wel eens zo maar kgeloof niet dat echt goed klopt. [/a]
zeg et k geloof |
|||
hulpinterviewer |
[v=248] Komt deze zin veur int dialect. Ik doe wel even de koppies af wasken. [/v]
in t |
tagging | ||
informant | [a=j] Wordt wel eens zo gezegd. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=249] Vertaal. De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/v] | |||
informant |
[a] De jongen woe datter moeder van weer etrouwd is staan gisteren achter mi. [/a]
dat er |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=250] Vertaal. De bank waar ze op zaten was pas geverfd. [/v] | |||
informant | [a] De bank woe dat ze op zaatn was pas everfd. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=259] Vertaal. Wie geld heeft moet mij maar wat geven. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
informant | [a] Wee hat geld hef moet mien maar wat geebn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=260] Komt deze zin vuur int Veens. Vertaal. Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb. [/v]
in t |
|||
informant |
[a=j] Wat denkie wer ik in de stad tien ziene kwam. [/a]
denk ie |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=262] Komt deze zin vuur in dialect. Vertaal. Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb. [/v] | |||
commentaar | Informante vertaalt zin niet maar hulpinterviewer wel. | |||
informant | [a=n] Geen normale zin vind ik eigenlijk. Wie denkie wie _. Wie denkie wie nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Der staat twee keer wie in dat doen wij nie. Wie denk je dat ik in de stad ontmoet heb. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=267] Vertaal. Hij heeft zijn handen gewassen. [/v] | |||
informant | [a] Hij hef ziene hande wasschen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=268] Vertaal. Hij heef zijn hemd gewassen. [/v] | |||
informant | [a] Hij hef zien hemd ewasschen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=271] Vertaal. Hij heef zijn been gebroken. [/v] | |||
informant | [a] Hij hef zien been ebrookn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=296] Komt deze zin vuur in uw dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in dialect. Vertaal. Zou hij dat gedaan hebben gekund. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat is niet goed te vertaaln. [/a] | Informante vertaalt zin niet. | ||
hulpinterviewer | [v=297] Komt deze zin vuur in dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in dialect. Vertaal. Zou hij dat gedaan gekund hebbn. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee is ook nie goed. [/a] | Informante vertaalt zin niet. | ||
hulpinterviewer | [v=305] Komt deze zin veur in dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in dialect. Vertaal. Zou hij dat doen gekund hebbn. [/v] | |||
commentaar | Informante vertaalt zin niet. | |||
informant |
[a=n] Nee das ook niet helemaal. [/a]
da s |
|||
hulpinterviewer | Is het niet de bedoeling dat we dan even zeggen hoe het dan wel moet. Hoe wij het dan wel zoude zegge. Zou hij dat hebben kunne doen. | |||
informant | Hebben kunnen doen. Ja dan kan et wel. | |||
informant | Zou hij dat gedaan hebben gekund nee dat is geen goed Vriezenveens. Zou hij dat gedaan geku nee. Hebben kunnen doen dat moes zijn. | |||
informant | Zou hij dat doen nee. | |||
hulpinterviewer | [v=309] Komt dese zin veur in dialect. Vertaal. Ik heb geen zin en voere de koeien. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. Dat zeg je anders. Ik heb geen zin in koeien voeren of om de koeien te voern. Ik heb geen zin um de beeste te voern. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=316] Komt deze zin veur in dialect. Vertaal. De politie zou bij hem komen en nemen hem mee. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee da nie goed. De politie zou bi jum komn um num met nemn. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=317] Komt deze zin veur in dialect. Vertaal. Marie al haar koeien zijn verdronke bij de overstroming. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee zin klopt ook nie. Dan zoue wi zeggn alle koein van Marie alle beeste van Marie zind verdronkn bi de overstroming. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=319] Komt disse zin vuur in dialect. Dit denk ik niet oan. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. Daar denk ik niet oan. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=321] Komt disse zin vuur in dialect. Der jongen zind met naar de markt eweest. [/v] | Hulpinterviewer zegt 'Der jongen zind met naar de markt eweest': onduidelijk of daar ook 'ik' in zit gezien de vorm 'zind'. | ||
informant | [a=n] Nee. Dan zou wi zeggn met der jongen zind naar de markt eweest. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=328] Komt dese zin veur in dialect. Jan vindt daj moet zulke dingen niet geloovn. [/v]
da j |
|||
informant |
[a=n] Nee da moet zeggn Jan vindt daj zulke dingen niet moet geloovn. [/a]
da j |
|||
hulpinterviewer | [v=329] Komt deze zin veur in dialect. Ik heb nog nooit iemand boos zien worden op deze jongen. Ik geloof deze jongen vinde ze allemaal wel aardig. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
informant |
[a=n] Ik heb nog nooit iemand hellich zien won op disse jongen. Ik gelove datse disse jongen allemaal aardig datse disse jongen wel allemaal aardig vind. [/a]
dat se |
|||
hulpinterviewer | [v=331] Komt deze zin veur in dialect. Vertaal. Ik heb heel wat lopen gedaan. [/v] | |||
informant | [a=j] Ja. Ik heb heel wat loopn edaa. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=339] Vertaal. Niemand magget zien dus ik vin dat jij het ook niet mag zien. [/v]
mag et |
|||
informant |
[a] Nums magt see en ik vinne das ie het ook niet magt see. [/a]
mag t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=347] Komt disse zin veur in dialect. Hoe gebruikelijk is dese zin in dialect. Ik weet dat hij is gaan zwemmn. [/v] | |||
informant | [a=j] Ja. Ik wete dat hij is ik wete dat hije ga zwemmn is egaan. [/a] | Het lijkt erop of informante voor werkwoord 'zwemmn' ook al 'ga' zegt. Wel als 'a=j' getranscribeerd, maar opmerkelijke vertaling. | ||
hulpinterviewer | [v=350] Komt disse zin veur in dialect. Hoe gebruikelijk is disse zin in dialect. Vertaal. Ik weet dat hij gaan zwemmen is. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat klopt nie. Ik wete dat hij is gaan zwemmn. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=351] Komt deze zin veur in dialect. Hoe gebruikelijk is dese zin in dialect. Vertaal. Ik weet dat hij zwemmen is gaan. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. Da klopt nie. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=352] Komt disse zin veur in dialect. Hoe gebruikelijk is disse zin in dialect. Vertaal. Ik weet dat hij zwemmn gaan is. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee klopt ook nie. Ik weet dat hij is ga zwemmn of hen zwemmn is egaan. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=353] Komt deze zin vuur in dialect. Vertaal. Wil je nog koffie Jan. Jaak. [/v] | |||
informant |
[a=n] Jan wil je nog koffie. Of wil je nog koffie Jan. Beetje vreemd he. Ja ik. Ja ik nee. Ja aste blijf zeg je dan. [/a]
as te |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=355] Komt disse zin vuur in dialect. Vertaal. Hebbe ze gegeten. Jaanze. [/v] | |||
informant | [a=n] Hebben ze heb ze _. Jaanze nee. Dat komt nie veur. [/a] | Informante vertaalt zin niet echt. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=364] Komt disse zin veur in dialect. Vertaal. Is hum dood. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
informant | [a=n] Nee. Zijn ze dood. Zind ze dood. [/a] | Hulpinterviewer zegt 'hum' en informante vat dit op als 'hun' (meervoud). Ze antwoordt ontkennend en geeft dan ook 'Zijn ze dood' of 'Zind ze dood' als mogelijke vertaling. Hulpinterviewer komt wel op 'hem' terug. | ||
hulpinterviewer | Is hem. Is hij dood. | |||
hulpinterviewer | Is hem dood. | |||
informant | Nee. | |||
hulpinterviewer | Is hij dood. | |||
hulpinterviewer | [v=370] Vertaal. Dat is de man die ze geroepen hebben. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
informant | [a] Dat is een kerel der ze roepn hebt. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=371] Vertaal. Dat is de man die het verhaal heef verteld. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
informant |
[a] Daddis een kerel dert verhaal verteln hef. [/a]
dad is der t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=372] Vertaal. Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
informant |
[a] Daddis een kerel woos ik van denke dattet verhaal verteld hef. [/a]
dad is dat et |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=373] Vertaal. Dat isse man die ik denk dat ze geroepen hebben. [/v]
is e |
|||
informant |
[a] Dat is een kerel waar van ik denke dat zem roepn hebt. [/a]
ze m |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=387] Komt disse zin veur in dialect. Wanneer zal de wereldvrede koomn. Nooit niet. [/v] | Komt terug in nagesprek. | ||
commentaar | Informante zegt dat het wel kan, maar antwoordt met 'Nooit een keer' ipv 'Nooit niet', dus toch 'a=n'. | |||
informant | [a=n] Ja da kan je wel zeggn tuurlijk. Wanneer zal de wereldvrede koom. Nooit een keer. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Ik denke nooit. [/a] | |||
informant | Of misschien wel nooit. | |||
hulpinterviewer | [v=397] Vertaal. Schijnt dat ze niets mag eten. [/v] | Hulpinterviewer spreekt zin volgens mij uit zonder 't' voor 'schijnt'. Komt terug in nagesprek. | ||
informant | [a] Et schijnt dat ze niks mag jeetn. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=403] Vertaal. Het lijkt wel offer iemand in de tuin staat. [/v]
of er |
|||
informant |
[a] Het lijk wel ofter bij een in hof staat. [/a]
of ter |
tagging | ||
commentaar | Informante geeft opmerkelijke vertaling. | |||
hulpinterviewer | [v=459] Komt deze zin veur in dialect. Hij heef de bal egooid in de mand. [/v] | |||
informant | [a=n] Hij heef een bal in korf egooid. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=485] Komt dese zin veur in dialect. Vertaal. Zal ik koken. Dat doe maar. [/v] | |||
commentaar | Niet helemaal goed te verstaan of informante 'doe et maar' of 'doet maar' zegt, maar ik denk het eerste. | |||
informant | [a=n] Zal ik kookn. Doe et maar. Dowe maar. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=486] Komt dese zin veur in dialect. Vertaal. Dat boek beloof mij dat je nooit meer zult verstoppen. [/v] | |||
informant |
[a=n] Nee dat klopt nie. Beloof mi daj dat boek nooit meer zult verstoppn. [/a]
da j |
|||
hulpinterviewer | [v=487] Komt dese zin veur in dialect. Vertaal. Wat zeg mij dat je gekocht hebt. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat klopt nie. Zeg mi wa je kocht hebt. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=495] Hoe gebruikelijk is dese zin in dialect. Ik denk dat je veel weg zal moete gooin. [/v] | Hulpinterviewer vergeet 'Komt deze zin voor in uw dialect' te zeggen. De zinnen 'Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien' en 'Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien' worden NIET afgevraagd! Komt terug in nagesprek. | ||
informant |
[a=j] Ja is wel goed. Ik denke daj veel weg zult moetn gooin. [/a]
da j |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=501] Komt dese zin veur in dialect. Vertaal. Marie zit te stoofperen schillen. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat moe je iets anders zeggn. Marie zit stoofpeern te schilln. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=502] Komt dese zin veur in dialect. Vertaal. Marie zit stoofperen en schillen. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee da klopt nie. [/a] | Informante vertaalt zin niet. | ||
hulpinterviewer | [v=520] Vertaal. Wat voor boeken heb je gekocht. [/v] | |||
informant |
[a] Wat voor boekn hejje kocht. [/a]
he je |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=526] Vertaal. Wie heeft je op de kermis gezien. [/v] | |||
informant |
[a] Wee heffu op de kermis esee. [/a]
hef u |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=047] Vertaal. Die aardappelen schillen niet gemakkelijk. [/v] | |||
informant | [a] Dee erpel schilt niet gemakkelijk. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=048] Vertaal. De sneeuw smelt in de zon. [/v] | |||
informant | [a] De sneeuw smelt in de zon. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=273] Vertaal. Marie trok de deken naar zich toe. [/v] | |||
informant | [a] Marie trok de deken op zich oan. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=530] Komt dese zin veur in dialect. Marie zei dat ie Piet een boek hebt geprobeerd te verkoopn. [/v] | |||
informant | [a=j] Marie zei dat ie Piet het boek hebt probeern te verkoopn. Ja dat is wel gewoon. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=531] Komt dese zin veur in dialect. Wim dachen dat ik Els ha geprobeerd een cadeau te geevn. [/v] | |||
informant | [a=n] Ja is ietsies verdraaid. Wim dachen dat ik ha probeerd Els een cadeau te geevn. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=532] Komt dese zin veur in dialect. Karel weet dat ie heb geprobeerd Marie een boek te verkoopn. [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja dat klopt zo. Karel weet das ie probeerd hebt een boek te verkoopn. [/a] | |||
commentaar | Informante neemt 'Marie' niet op in vertaling! Wel als 'a=j' getranscribeerd omdat informante zegt dat zin goed is. | |||
hulpinterviewer | [v=512] Komt dese zin veur in dialect. Zoon ding een heb ik nog nooit esien. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat klopt nie helemaal. Zoon ding ee _. Zulk soort ding _. Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=515] Komt dese zin veur in dialect. Ie zind ook een rare een. [/v] | |||
informant | [a=n] Ie zind ook ne raren. [/a] | |||
hulpinterviewer | En 512 zoon ding heb ik nog nooit esien. | |||
informant | Ja zonder ene der bi achter. | |||
veldwerker | [n][v=027] Zou u nog eens kunne vertale. Vertel maar niet wie zij had kunne roepe. [/v] | |||
informant | [a] Vertel maar niet wee had ze ha kunn roepn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | Want u zegt vertel maar niet wee had ze han kunnn roepn. | |||
informant | Wee had ze ja. Wee dat betekent wie. | |||
veldwerker | Kan u ook zegge vertel maar niet wee ze had kunn roepen. | |||
informant | [a=j] Ook wel. [/a] | |||
veldwerker | [v=057] Zou u nog eens kunne vertale. Als zij zo gevaarlijk leeft leeft ze niet lang meer. [/v] | |||
informant | [a] As sij zo gevaarlijk leef leeft ze niet lang meer. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=087] Daarnet had u gezegd de zin Eddy moet kunne vroeg op staan. Dat die nie goed is in et Vriezenveens. Hoe zou u dat dan wel zegge. [/v] | |||
informant | [a=n] Eddy moet vroeg op kunnn sta. [/a] | |||
veldwerker |
[v=137] U zei dat de zin hij wil geen soep niet meer ete nie goed is int Vriezenveens. Hoe zou u dat dan wel zegge. [/v]
in t |
|||
informant | [a=n] Hij wil geen soep meer eetn. [/a] | |||
veldwerker | [v=140] Kan u eens vertale. Zitten hier nergens geen muize. [/v] | |||
informant | [a=n] Zitten hier nergens muizen. [/a] | |||
veldwerker | [v=157] Kan u eens vertale. Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebbe. [/v] | |||
informant |
[a=n] Jan weet datte veur drei uur de wagen emaakt moet hebbn. [/a]
dat e |
|||
veldwerker | [v=198] Kan u eens vertale. Hij kan staan zeure. [/v] | |||
informant | [a] Hij ka sta zeurn. [/a] | Informante twijfelt erg of deze vertaling wel mogelijk is. | tagging | |
informant | Vind et een vreemde zin. | |||
veldwerker | Hoe zou u dat dan zegge. | |||
informant | Hij zeurt. | |||
hulpinterviewer | Hij staat te zeurn. | |||
informant | Ja of hij staat te zeurn. | |||
veldwerker | Maar hij kan staan zeuren is nie heel slecht. | |||
informant | Zo zeg je dat hier nie. | |||
hulpinterviewer | Ja. | |||
hulpinterviewer | Hij kan vervelend zeurn. | |||
veldwerker |
[v=246] Kan u innet Vriezenveens zegge doet Marie elke avond danse. [/v]
in et |
|||
informant |
[a=n] Danst Marie elkenavond. [/a]
elken avond |
|||
informant | Ja je kunt wel zeggn doet Marie maar da klinkt gebrekkig. | |||
veldwerker | [v=259] Kan u nog eens vertale. Wie geld heeft moet mij maar wat geve. [/v] | |||
informant | [a] Wee het geld hefte moet mi maar wat geevn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Zou u ook kunne zegge deen het geld heeft moe mi maar wat _. [/v] | |||
informant |
[a] Deenet geld hef ja. Deen et geld hef moet mi maar wat geevn. [/a]
deen et |
tagging | ||
veldwerker | Kunne allebei. | |||
informant | Kan allebei ja. | |||
veldwerker |
[v=329] Kan u eens vertale int Vriezenveens. Ik geloof deze jongen vinde ze allemaal wel aardig. [/v]
in t |
|||
informant |
[a=n] Ik gelove dasse dese jongen allemaal wel aardig vind. [/a]
das se |
|||
veldwerker | U kan nie zegge ik gelove dese jongen vinde ze allemaal wel aardig. | |||
commentaar | Het lijkt erop of er een stukje van het gesprek ontbreekt! Het antwoord dat de informante hier geeft bevat duidelijk het werkwoord 'eten' en is volgens mij van toepassing op vraag 355 'Hebben ze gegeten. Jaanze' terwijl het stellen van deze vraag (355) door Jeroen niet op de cd staat omdat Jeroen nog bezig was met vraag 329. Dit antwoord (dat m.i. bij vraag 355 hoort!) volgt dus nu op vraag 329. | |||
informant | Jeetn. Of heb ze wat ejeetn wordt ook wel gezegd. | |||
veldwerker | [v=364] Kan u gewoon eens vertale. Is hij dood. [/v] | |||
informant |
[a=n] Isse dood. [/a]
is e |
|||
veldwerker | [v=370] Kan u nog eens vertale. Dat is de man die ze geroepe hebbe. [/v] | |||
informant | [a] Dat is een kerel der ze roepn hebt. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Dat is den kerel den had ze eroepn hebt. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=371] En dat is de man die het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
informant |
[a] Dat is een kerel dert verhaal verteln hef. [/a]
der t |
tagging | ||
informant | [a] Dat is een kerel der net verhaal verteln hef. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=387] Ja als iemand vraagt wanneer zal de wereldvrede kome. Kan de ander dan zegge noet niet. [/v] | |||
informant | [a=n] Misschien wel nooit. [/a] | |||
veldwerker | Maar ze kan nie zegge noet niet. | |||
informant | [a=n] Nee nooit niet da zouwe we hier niet zeggn. [/a] | |||
veldwerker | [v=397] Kan u nog eens vertale. Et schijnt dat ze niks mag ete. [/v] | |||
informant |
[a] Et lijkt datse nee et schijnt datse niks mag jeetn. [/a]
dat se |
tagging | ||
veldwerker | [v] Mag die et weg gelate worde. Kan je ook zegge schijnt dat ze niks mag ete. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee der moet een t veur. Het schijnt. [/a] | |||
veldwerker | [v=495] Kan u eens vertale voor mij. Ik denk dat je veel zou weg moete gooie. [/v] | |||
informant | [a=j] Ik denke da je vele weg moetn gooin. Ik denke da je vele zult weg moetn gooin. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=n] Ik denke da je vele weg zult moetn gooin. [/a] | |||
veldwerker | [v] En kan u nog eens vertale. Ik denk dat je veel zal moete weg gooie. [/v] | |||
informant |
[a=j] Ik denk daj vele zult moetn weg gooin. Zult weg moetn gooin ja tkan allebei. [/a][/n]
da j t kan |
tagging |
data telefonische enquête
zinsnr. | testzin | instructie | antwoorden |
---|---|---|---|
006 | Gisteren wandeldiede door het park | Vertaling ontbreekt. |
komt voor
: n |
193 | Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is. | Nederland |
komt voor
: j |
245 | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen | 1 invullen bij ANTWOORD 1; 2 invullen bij ANTWOORD 2 |
komt voor
(1) : n komt voor (2): n |
246 | Doet Marie elke avond dansen? |
komt voor
: j opmerking: klinkt beetje krom, maar kan wel |
|
248 | Ik doe wel even de kopjes afwassen |
komt voor
: j |
|
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
komt voor
: n vorm: waar at de moeder van |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
komt voor
: n vorm: de jongen zijn moeder |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
komt voor
: j vorm: waar at ze |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
komt voor
: j vorm: daarop |
267 | Hij heeft zijn handen gewassen | als zonder reflexief vertaald, vragen of de variant met 'zich' ook kan voorkomen. Varianten opnemen als 'komt voor'-vragen. Als 'zich' voorkomt dan 'zijn handen' en 'de handen' afvragen. |
komt voor
: j vorm: niet met sich, zou kunnen |
296 | Zou hij dat gedaan hebben gekund? | Vorm voltooid deelwoord: zie W25 |
komt voor
: n vorm: kunnen gedaan hebben |
297 | Zou hij dat gedaan gekund hebben? | Vorm voltooid deelwoord: zie W25 |
komt voor
: n |
355 | Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze | Letten op congruentie-n |
komt voor
: n |
373 | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben |
komt voor
: n vorm: dat ze geroepen |
|
388 | Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: numes |
389 | Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: nais |
390 | Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n |
391 | Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: geen een |
395 | Geloof je niet dat hij gevallen heeft? | Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. |
komt voor
: n |
502 | Marie zit stoofperen en schillen |
komt voor
: n |
|
601 | Maar en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: n |
602 | Waarom en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: n |
605 | Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. | In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. |
komt voor
: n |
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: hij |
730 | Hoe laat is dat eigenlijk? |
komt voor
: n |
|
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: wie |
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: wie |
732 | Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) | Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2). |
vorm: wee-e |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
vorm: je weet |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
vorm: du west |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
vorm: weetst du |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
vorm: weetste |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
vorm: daje |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
vorm: daste |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
vorm: sind |
734 | Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. |
komt voor
: n vorm: zij |
|
737 | Marie en Piet kussen elkaar. | vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. |
vorm: kust mekaar |
738 | Hij riep alle familieleden bij zich. | Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) |
vorm: sich |
739 | Er zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j vorm: d'r |
|
740 | Het zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
741 | Daar zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j vorm: doar |
|
742 | Gisteren zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
743 | Gisteren zat er een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
744 | Gisteren zat het een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
745 | Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
746 | 't Is net of een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
747 | 't Is net of er een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
748 | 't Is net of het een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
749 | 't Is net of daar een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
750 | Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) | Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM |
vorm: as ie daje leeft leeft |
751 | Asse ze denken datte ze moeten gaan, dan gane ze maar (KOMT VOOR + VERTAAL). |
komt voor
: n vorm: asse datse goan |
|
752 | An ze denken dan ze moeten gaan, gaan ze maar |
komt voor
: n vorm: asse datse goan |
|
753 | Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) | In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) |
vorm: als iedere |
754 | Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) | In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) |
vorm: alsne enkele |
755 | Asse we horen datte we moeten gaan, gane we. (KOMT VOOR + VERTAAL) |
komt voor
: n |
|
756 | An we horen dan we moeten gaan, gaan we. (KOMT VOOR + VERTAAL) |
komt voor
: j vorm: amme damme |
|
760 | Asse jullie horen datte jullie nodig zijn, gane jullie meteen. |
komt voor
: n vorm: gane |
|
761 | An jullie horen dan jullie nodig zijn, gaan jullie meteen. |
komt voor
: n vorm: gane |
|
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: k goa |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goa k |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: je goat |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goj |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: du gehst |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: gehst du |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hij geht |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geht e |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: se geht |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geht se |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: t geht |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geht t |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: amme goat |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gao me |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ielui gaot |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goat ieluie |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ze goat |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goat ze |
771 | Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) | Vorm van gaan invullen bij VORM |
vorm: gaot |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: k gang |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gang ie |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ie gong |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gang ik |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: du gangst opmerking: du is vorm van u |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gang hij opmerking: du is vorm van u |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hij gang |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gangst du |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: zij gang |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gangt |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: t gang |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gang ze |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: wie gang |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: gan ielui |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ieluie gang |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gang wie |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: se gang |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gang ze |
781 | Vertel mij eens wie er aan de deur was? | Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. |
komt voor
: j vorm: wie of er aan de deur was opmerking: wie of er aan de deur was kan ook |
782 | Dat is de man wie ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n vorm: den at |
783 | Dat is de man dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
784 | Dat is de man die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j vorm: den at |
785 | Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n vorm: den at |
786 | Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
787 | Dat is de man die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j vorm: den at |
788 | Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. |
komt voor
: j vorm: den |
|
788 | Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. |
komt voor
: j vorm: woar as ik van denke |
|
789 | Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
790 | Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
791 | Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
792 | Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n vorm: dan as ik dat ze |
793 | Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
794 | Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
798 | Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. |
komt voor
: n |
|
799 | Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. |
komt voor
: n |
|
804 | Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. |
komt voor
: n vorm: moet kunnen zien |
|
805 | Hij is alle kapotte spullen weg aan het smijten. |
komt voor
: j vorm: bezig weg te gooien |
|
807 | Marie zit te stoofpeer schillen. |
komt voor
: n |
|
808 | Marie zit te stoofperen schillen. |
komt voor
: n |
|
809 | Marie zit te piano spelen. |
komt voor
: n |
|
810 | Hij zit weer te voorzeggen. |
komt voor
: n |
|
812 | Hoe haal je het in je hoofd en gooi met eten? | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: n |
813 | Hoe haal je het in je hoofd en gooien met eten? | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: n vorm: met eten te gooien |
814 | Hij heeft geen zin en voeren die koeien weg. | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: n |
815 | Hij heeft geen zin en voer die koeien weg. | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: n |
816 | Hij heeft geen zin en wegvoeren die koeien. | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: n |
817 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
818 | Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. |
komt voor
: j |
|
819 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. |
komt voor
: j |
|
820 | Hij zal wel weer staan te zeuren. |
komt voor
: j |
|
821 | Hij zal wel weer staan zeuren. |
komt voor
: j |
|
822 | Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. |
komt voor
: n |
|
823 | Ben je met die fiets gevallen geweest? |
komt voor
: n |
|
824 | Het huis is verkocht geworden. |
komt voor
: n |
|
825 | Het huis is verkocht geweest. |
komt voor
: j |
|
826 | Ik heb hem gisteren tegengekomen. |
komt voor
: n opmerking: wordt wel es gezegd; hij heeft hier gisteren geweest |
|
827 | Jan liet zich meedrijven op de golven | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zich |
828 | Toon bekeek zich eens goed in de spiegel | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zich |
829 | Eduard kent zich goed | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zichzelf |
831 | Jan trok de deken naar zich toe | Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: sich |
© 2000-2007 KNAW/Meertens Instituut