SAND-data Hasselt (Q002p)
schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête
data schriftelijke enquête
zinsnr. | testzin | antwoorden |
---|---|---|
035 (x01a) | Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03297) |
vertaling: J rappeleert em da veraal wel opm.: reflexief: hem |
036 (x01b) | Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03297) |
vertaling: M en P zejenmekaandere virre de kerrek |
037 (x01c) | Toon wast ... (inf. 03297) |
vertaling: T wast em opm.: reflexief: hem |
038 (x01d) | De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 03297) |
vertaling: de schreenwerreker het gin niegel bee |
039 (x01e) | Fons zag een slang naast ... (inf. 03297) |
vertaling: F zoug n slek lengs em opm.: reflexief: hem |
040 (x01f) | Erik liet mij voor zich werken (inf. 03297) |
vertaling: E lou?t miech vir him werreke opm.: reflexief: hem |
041 (x01g) | Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03297) |
vertaling: J lou?t heer vallen opm.: reflexief: haar |
042 (x01h) | Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 03297) |
vertaling: T bezoug z'n eegen ns gou?d enne spejgel opm.: reflexief: z'n eigen |
043 (x01i) | Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 03297) |
vertaling: J het op twej menejten n pient gedroenke |
044 (x01j) | Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03297) |
vertaling: dee schou?n zen braa gemekkelek |
045 (x01k) | Eduard kent zichzelf goed (inf. 03297) |
vertaling: E kient z'n eege gou?d opm.: reflexief: z'n eigen |
046 (x01l) | Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03297) |
vertaling: W het gi?rd dat ter fottos van him enne etalaasj stoan opm.: reflexief: hem |
047 (x01m) | Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03297) |
vertaling: dee petatte schelle ni gemekkelek |
884 (x01n) | Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 03297) |
vertaling: da glaas briek as et obbe grond vielt |
052 (x02a) | Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 03297) |
vertaling: lief ich wel gezond genoeg |
054 (x02b) | Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 03297) |
vertaling: hi? lief al joare vanne erfenis va ze vader |
056 (x02c) | Deze week leeft zij op water en brood (inf. 03297) |
vertaling: dees wiek lief ze op water en broe?d |
058 (x02d) | Leeft het nog? (inf. 03297) |
vertaling: lief et nog |
060 (x02e) | Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 03297) |
vertaling: weelang lief dzieles noe al van dee errefenis |
062 (x02f) | In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 03297) |
vertaling: in B lieve ze virral va vesvangs |
064 (x02g) | Na het eten ga ik slapen (inf. 03297) |
vertaling: noa et iete goan iech sloape |
065 (x02h) | Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 03297) |
vertaling: zeu iech ta wel kunne dou?n |
066 (x02i) | Hij liet zijn huis afbreken (inf. 03297) |
vertaling: hi? lou?t z'n hoes aafbrieke |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03297) |
komt voor: j |
076 (x03b) | Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03297) |
komt voor: n |
078 (x03c) | Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03297) |
komt voor: n |
079 (x03d) | Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
081 (x03e) | Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
083 (x03f) | Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03297) |
komt voor: n |
879 (x04(iii)a) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03297) |
komt voor: j |
880 (x04(iii)b) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
088 (x04(iii)c) | Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 03297) |
komt voor: n |
089 (x04(iii)d) | Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
091 (x04(iv)a) | Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03297) |
komt voor: j |
092 (x04(iv)b) | Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
093 (x04(iv)c) | Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03297) |
komt voor: n |
094 (x04(iv)d) | Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
095 (x04(ix)a) | Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03297) |
komt voor: j |
096 (x04(ix)b) | Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03297) |
komt voor: n |
097 (x04(ix)c) | Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03297) |
komt voor: n |
098 (x04(ix)d) | Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03297) |
komt voor: n |
100 (x04(v)a) | Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03297) |
komt voor: j |
101 (x04(v)b) | Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
102 (x04(v)c) | Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03297) |
komt voor: n |
103 (x04(v)d) | Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
105 (x04(vi)a) | Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03297) |
komt voor: j |
106 (x04(vi)b) | Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03297) |
komt voor: n |
110 (x04(vi)d) | Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03297) |
komt voor: n |
112 (x04(vii)a) | Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03297) |
komt voor: j |
113 (x04(vii)b) | Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03297) |
komt voor: n |
114 (x04(vii)c) | Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03297) |
komt voor: n |
115 (x04(vii)d) | Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03297) |
komt voor: n |
117 (x04(viii)a) | Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03297) |
komt voor: j |
118 (x04(viii)b) | Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03297) |
komt voor: n |
086 (x04(viii)c) | Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03297) |
komt voor: n |
121 (x04(viii)d) | Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03297) |
komt voor: n |
123 (x04(x)a) | Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03297) |
komt voor: j |
124 (x04(x)b) | Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03297) |
komt voor: n |
087 (x04(x)c) | Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03297) |
komt voor: n |
126 (x04(x)d) | Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03297) |
komt voor: n |
128 (x04(xi)a) | Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03297) |
komt voor: j |
129 (x04(xi)b) | Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03297) |
komt voor: n |
130 (x04(xi)c) | Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03297) |
komt voor: n |
131 (x04(xi)d) | Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03297) |
komt voor: n |
133 (x05a) | Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03297) |
vertaling: Jan het ginnen iene bouk nemie |
134 (x05b) | Jan en heeft geen boek meer (inf. 03297) |
vertaling: Jan het ginne boek nemie |
135 (x05c) | Boeken heeft Jan geen (inf. 03297) |
vertaling: bejk het J ni |
136 (x05d) | Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 03297) |
vertaling: J het nemie veel geld |
144 (x05e) | Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03297) |
vertaling: doa meug nejmand ni spreke ever... |
138 (x05f) | Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03297) |
vertaling: doa meug nejmand ni spreke ever... |
140 (x05h) | Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03297) |
vertaling: zitten hee nerregs gin mees |
141 (x05i) | Ik geef niets aan een ander niet (inf. 03297) |
vertaling: iech gief nieks an ejmand annes |
142 (x05j) | Niemand wil niet werken niet (inf. 03297) |
vertaling: nejmand wielt werreke |
143 (x05k) | Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 03297) |
vertaling: vie wiste nie da'em toes weur |
144a (x05l) | Ik wist het niet ook niet (inf. 03297) |
vertaling: iech wis et euch ni |
145 (x05m) | Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03297) |
vertaling: hie meug be nejmand sprieke ever... |
155 (x06) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 03297) |
vertaling: J weet da den otto vir dree ou?re gemaak mut zen |
156 (x06a) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03297) |
komt voor: n |
157 (x06b) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03297) |
komt voor: j |
158 (x06c) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03297) |
komt voor: n |
159 (x06d) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
160 (x06e) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03297) |
komt voor: j |
161 (x06f) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03297) |
komt voor: n |
162 (x07a) | Maries auto is kapot (inf. 03297) |
vertaling: Marie heren oto es kapot |
163 (x07b) | Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 03297) |
vertaling: Marie heren oto es kapot |
164 (x07c) | Piets auto is kapot (inf. 03297) |
vertaling: Pie zennen otto es kapot |
165 (x07d) | Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03297) |
vertaling: Pie zennen otto es kapot |
167 (x07f) | Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03297) |
vertaling: die man zennen otto es kapot |
168 (x07g) | Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03297) |
vertaling: dien otto es ni va mich ma van hem |
169 (x07h) | Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03297) |
vertaling: de gazet van gisteren liek onder den tillevejze |
170 (x07i) | Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 03297) |
vertaling: J es K en K hun brirke |
171 (x07j) | Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 03297) |
vertaling: dee joenges hin villeus zen gepikt |
172 (x07k) | Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03297) |
vertaling: dee zesters hin maa es op beziek |
173 (x07l) | Die auto is Wims (inf. 03297) |
vertaling: da's Wim zenne otto |
174 (x07m) | Die fiets is mijns (inf. 03297) |
vertaling: da's meenen villeu |
174 (x07m) | Die fiets is mijns (inf. 03297) |
vertaling: die villeu es va miech |
174 (x07m) | Die fiets is mijns (inf. 03297) |
vertaling: die villeu es va miech |
174 (x07m) | Die fiets is mijns (inf. 03297) |
vertaling: da's meenen villeu |
179 (x08b) | Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03297) |
vertaling: iech wil nejmand ni affrontere |
180 (x08c) | Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03297) |
vertaling: t es joamer da vie ni meuge keume |
181 (x08d) | Dat niet en ga ik doen (inf. 03297) |
vertaling: da goan iech ni dou?n |
182 (x08e) | (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03297) |
vertaling: iech heb ni gewerrek |
183 (x08f) | Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03297) |
vertaling: nie haa et kri?g verteld of M begos te janke |
184 (x08g) | Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03297) |
vertaling: gut dee bestelling noe mar ophale |
185 (x08h) | Hij en werkt (inf. 03297) |
vertaling: hie werrek nie |
186 (x08i) | Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03297) |
vertaling: iech verbej oech hee te keume |
187 (x08j) | Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 03297) |
vertaling: J het belet da ve M belde |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03297) |
fragment: voor (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03297) |
fragment: voor (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03297) |
fragment: te (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03297) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03297) |
fragment: (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03297) |
fragment: van te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03297) |
fragment: van te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03297) |
fragment: (2) |
190 (x09c) | Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03297) |
fragment: voor te (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03297) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03297) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03297) |
fragment: (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03297) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03297) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03297) |
fragment: (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03297) |
fragment: (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03297) |
fragment: te (2) |
193 (x09f) | Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03297) |
fragment: als (1) |
194 (x09g) | Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03297) |
fragment: als (1) |
195 (x09h) | Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03297) |
fragment: als (1) |
196 (x09i) | Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03297) |
fragment: als (1) |
197 (x09j) | Is Jan even oud als jij? (inf. 03297) |
fragment: als (1) |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03297) |
fragment: te (1) |
198 (x09l) | Hij kan staan zeuren (inf. 03297) |
komt voor: n |
200 (x09m) | Toen we aankwamen regende het (inf. 03297) |
fragment: (1) |
201 (x09n) | Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03297) |
fragment: dat (1) |
202 (x09o) | Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03297) |
fragment: (1) |
202 (x09o) | Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03297) |
fragment: (1) |
202 (x09o) | Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03297) |
fragment: offant = of want (=Duitse wenn) (1) |
202 (x09o) | Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03297) |
fragment: offant = of want (=Duitse wenn) (1) |
203 (x09p) | Ik weet niet of hij komt (inf. 03297) |
fragment: of (1) |
204 (x10a) | Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 03297) |
vertaling: iech weet da dzi?les op nejmand koad zeet |
206 (x10c) | Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 03297) |
vertaling: E dienk da't ni gemekkelek es |
207 (x10d) | Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 03297) |
vertaling: iech weet da'ch te laat ben en dzjie ni |
208 (x10e) | Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 03297) |
vertaling: dzje weet toch dajje mut werreken en iech nie |
209 (x10f) | Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 03297) |
vertaling: ejderien dienk da vi? no toes goan en da zee nog meuge bleeve |
210 (x10g) | Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 03297) |
vertaling: t es joammer da hi? kim en da zee weggej |
211 (x10h) | Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 03297) |
vertaling: iech denk da L ziek es |
213 (x10i) | Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 03297) |
vertaling: iech denk da P en L goan troen |
226 (y01(i)a) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
227 (y01(i)b) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
228 (y01(i)c) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
230 (y01(ii)a) | A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
231 (y01(ii)b) | A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
232 (y01(ii)c) | A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
234 (y01(iii)a) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
235 (y01(iii)b) | A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 03297) |
komt voor: n |
236 (y01(iii)c) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
237 (y01(iii)d) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03297) |
komt voor: j |
238 (y01(iii)e) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 03297) |
komt voor: n |
239 (y01(iii)f) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
240 (y01(iii)g) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03297) |
komt voor: n |
241 (y01(iii)h) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03297) |
komt voor: j |
242 (y01(iii)i) | A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
243 (y01(iii)j) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 03297) |
komt voor: n |
244 (y01(iii)k) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 03297) |
komt voor: n |
245 (y01(iv)a) | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03297) |
komt voor: n |
246 (y01(iv)b) | Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03297) |
komt voor: n |
247 (y01(iv)c) | Doe het brood even snijden! (inf. 03297) |
komt voor: n |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03297) |
fragment: waarvan (1) |
250 (y02b) | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03297) |
fragment: waardat (1) |
250 (y02b) | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03297) |
fragment: waardat (1) |
250 (y02b) | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03297) |
fragment: waar (1) |
250 (y02b) | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03297) |
fragment: waar (1) |
251 (y02c) | De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03297) |
komt voor: n |
252 (y02d) | De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03297) |
komt voor: n |
253 (y02e) | Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03297) |
komt voor: n |
254 (y02f) | Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
255 (y02g) | In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03297) |
fragment: waar (1) |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03297) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03297) |
fragment: wat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03297) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03297) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03297) |
fragment: wat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03297) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03297) |
fragment: wat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03297) |
fragment: wat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03297) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03297) |
fragment: wie (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03297) |
fragment: wie (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
260 (y03a) | Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03297) |
vertaling: wi? denk dzje da'ch enne stad tegegekeume ben |
261 (y03b) | Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03297) |
vertaling: wee denk dzje da ze't opgelos hebbe |
265 (y03c) | Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03297) |
vertaling: wee denk dzje da ze't opgelos hebbe |
263 (y03d) | Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03297) |
vertaling: M weet ni wi?da vi? wille belle |
263 (y03d) | Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03297) |
vertaling: M weet ni wi?da vi? wille belle |
263 (y03d) | Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03297) |
vertaling: M weet ni wi? vi? wille belle |
263 (y03d) | Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03297) |
vertaling: M weet ni wi? vi? wille belle |
264 (y03e) | Weet iemand wie of dat wij geroepen hebben? (inf. 03297) |
vertaling: weet ejmand wi? ve geroepen hebben |
267 (y04a) | Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 03297) |
vertaling: hi? het z'n haan gewasse |
268 (y04b) | Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 03297) |
vertaling: hi? het z'n himme gewasse |
269 (y04c) | Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 03297) |
vertaling: hi? het nen hou?d op zenne kop |
270 (y04d) | Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 03297) |
vertaling: hi? het n plak op z'n himme |
271 (y04e) | Hij heeft zijn been gebroken (inf. 03297) |
vertaling: hi? het ze bien gebreuke |
272 (y04f) | Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 03297) |
vertaling: hi? het em peen gedoan opm.: reflexief: hem |
273 (y04g) | Marie trok de deken naar zich toe (inf. 03297) |
vertaling: M troek de sare no heur toe opm.: reflexief: haar |
051 (y04h) | Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 03297) |
vertaling: L weet da ter fottos van himzelllef te koep zen |
274 (y04i) | Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 03297) |
vertaling: dzje rappeleert oech toch wel da ve tou?n dur da bos geloepen hebben opm.: reflexief: je |
277 (y04j) | Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 03297) |
vertaling: iech rappeleer miech da Marie heren otto kapot weur opm.: reflexief: mich |
280 (y04k) | Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 03297) |
vertaling: ze rappeleert heer da hi? wee e verreke an't i?te weur opm.: reflexief: haar |
283 (y04l) | Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 03297) |
vertaling: vi? rappeleren oas wel da Jan al z'n bejk gepiek weure ma zee rappeleren et hin ni opm.: reflexief: ons reflexief: hun |
286 (y04m) | Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 03297) |
vertaling: rappeleer dzj'oech nog da ve Jan obbe merrek gezejen hebben opm.: reflexief: je |
289 (y04n) | Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 03297) |
vertaling: hi? het em n ongelek gewerrek opm.: reflexief: hem |
290 (y04o) | Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 03297) |
vertaling: hi? vejelde wee m dur et ees zakde opm.: reflexief: hem |
295 (y05) | Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03297) |
vertaling: zeu m da hebbe kunne douen |
877 (y05(i)) | Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03297) |
fragment: gekos (1) |
878 (y05(ii)) | Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03297) |
fragment: gedoan (1) |
296 (y05(iii)a) | Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03297) |
komt voor: n |
297 (y05(iii)b) | Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03297) |
komt voor: n |
298 (y05(iii)c) | Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03297) |
komt voor: n |
299 (y05(iii)d) | Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03297) |
komt voor: n |
300 (y05(iii)e) | Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03297) |
komt voor: n |
301 (y05(iii)f) | Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03297) |
komt voor: n |
302 (y05(iii)g) | Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03297) |
komt voor: n |
303 (y05(iii)h) | Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03297) |
komt voor: n |
304 (y05(iii)i) | Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03297) |
komt voor: n |
305 (y05(iii)j) | Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03297) |
komt voor: n |
306 (y05(iii)k) | Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03297) |
komt voor: n |
307 (y05(iii)l) | Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03297) |
komt voor: n |
309 (y06a) | Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03297) |
komt voor: n |
310 (y06b) | Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03297) |
komt voor: n |
311 (y06c) | Ik denk hij weg is (inf. 03297) |
komt voor: n |
312 (y06d) | Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03297) |
komt voor: n |
314 (y06e) | Ik weet dat hij is weg (inf. 03297) |
komt voor: n |
315 (y06f) | Ik weet hij is weg (inf. 03297) |
komt voor: n |
316 (y06g) | Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03297) |
komt voor: n |
317 (y06h) | Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03297) |
komt voor: j |
318 (y06i) | Kaas maken weet ik niets van (inf. 03297) |
komt voor: n |
321 (y06j) | Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03297) |
komt voor: n |
322 (y06k) | Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03297) |
komt voor: n |
323 (y06l) | De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03297) |
komt voor: n |
324 (y06m) | De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03297) |
komt voor: n |
325 (y06n) | De die zou ik niet durven opeten (inf. 03297) |
komt voor: n |
326 (y06o) | Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03297) |
komt voor: n |
330 (y07a) | Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03297) |
komt voor: j |
331 (y07b) | Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03297) |
komt voor: n |
332 (y07c) | Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 03297) |
komt voor: n |
333 (y07d) | Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03297) |
komt voor: n |
334 (y07e) | De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03297) |
komt voor: n |
335 (y07f) | Ga je naar huis denk? (inf. 03297) |
komt voor: n |
336 (y08a) | In die tijd leefde ik erop los (inf. 03297) |
vertaling: en dien teed leefden iech ter op los |
337 (y08b) | Vroeger leefde hij als een beest (inf. 03297) |
vertaling: vrieger liefden em wee n bies |
338 (y08c) | Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 03297) |
vertaling: doa liefde vi? wee god in F |
339 (y08d) | Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 03297) |
vertaling: nejmand meug et zejen dus iech ven da dzjie et euch ni meug zejen |
340 (y08e) | Het gebeurde toen je wegging (inf. 03297) |
vertaling: het gebeerde wee deje weggoenk |
341 (y08f) | Ik weet waar je geboren bent (inf. 03297) |
vertaling: iech weet moe dzje gebeure zeet |
342 (y08g) | Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 03297) |
vertaling: noe da je geried zeet meug dzje goan |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03297) |
vertaling: dur da M doe?d weur, het here man A nemie kunne hellepe |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03297) |
vertaling: dur da M doe?d weur, het here man A nemie kunne hellepe |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03297) |
vertaling: be da M noe gestorreve weur,... |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03297) |
vertaling: be da M noe gestorreve weur,... |
346 (y09) | Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03297) |
vertaling: iech weet da'm zwemmen es |
346 (y09) | Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03297) |
vertaling: iech weet da'm zwemmen es |
346 (y09) | Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03297) |
vertaling: iech weet da'm es goan zwemmen |
346 (y09) | Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03297) |
vertaling: iech weet da'm es goan zwemmen |
347 (y09a) | Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03297) |
komt voor: n |
348 (y09b) | Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03297) |
komt voor: n |
349 (y09c) | Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03297) |
komt voor: n |
350 (y09d) | Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03297) |
komt voor: j |
351 (y09e) | Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03297) |
komt voor: n |
352 (y09f) | Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 03297) |
komt voor: n |
353 (y10a) | Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03297) |
komt voor: n |
354 (y10b) | Gaat ze dansen? Jase (inf. 03297) |
komt voor: n |
355 (y10c) | Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03297) |
komt voor: n |
356 (y10d) | Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03297) |
komt voor: n |
357 (y10e) | A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03297) |
vertaling: wie da komt voor: j |
357 (y10e) | A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03297) |
vertaling: wie da komt voor: j |
359 (y11a) | Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03297) |
komt voor: n |
360 (y11b) | Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03297) |
komt voor: n |
361 (y11c) | Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03297) |
komt voor: n |
362 (y11d) | Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03297) |
komt voor: n |
363 (y11e) | Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03297) |
komt voor: n |
365 (y11f) | Hem is dood (inf. 03297) |
vertaling: em es doe?d komt voor: j |
365 (y11f) | Hem is dood (inf. 03297) |
vertaling: em es doe?d komt voor: j |
364 (y11g) | Is hem dood? (inf. 03297) |
vertaling: es em doe?d komt voor: j |
364 (y11g) | Is hem dood? (inf. 03297) |
vertaling: es em doe?d komt voor: j |
366 (y11h) | Haar is ziek (inf. 03297) |
komt voor: n |
367 (y11i) | Is haar ziek? (inf. 03297) |
komt voor: n |
368 (y11j) | Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03297) |
komt voor: n |
369 (y11k) | Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03297) |
komt voor: n |
370 (z01a) | Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
371 (z01b) | Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03297) |
fragment: dat (2) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03297) |
fragment: dat (2) |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03297) |
fragment: dat (2) |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03297) |
fragment: dat (2) |
374 (z01e) | De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03297) |
fragment: moebee (1) |
375 (z01f) | De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03297) |
komt voor: n |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03297) |
komt voor: n |
377 (z01h) | Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03297) |
fragment: da (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
379 (z01i) | Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03297) |
fragment: die (1) |
380 (z01j) | Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03297) |
fragment: da (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
381 (z01k) | Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03297) |
fragment: wie (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03297) |
fragment: moevan de (1) |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03297) |
vertaling: P dienk da J en M op nejmand ni koad zen betekenis: negative concord |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03297) |
vertaling: P dienk da J en M op nejmand ni koad zen betekenis: negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03297) |
vertaling: W dienk da ve noe?t nejmand ne prees gieve betekenis: negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03297) |
vertaling: W dienk da ve noe?t nejmand ne prees gieve betekenis: negative concord |
386 (z02c) | Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03297) |
vertaling: t es woar da ze ni be M meuge sprieke |
389 (z03a) | A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03297) |
vertaling: nergens |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03297) |
vertaling: da weet iech ni |
387 (z03c) | Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03297) |
vertaling: noe? ni |
390 (z03d) | A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03297) |
vertaling: nieks |
392 (z04a) | Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 03297) |
vertaling: zek em mar ni da iech boete gewies ben |
393 (z04b) | Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 03297) |
vertaling: ni zegge daje ne kadeu vir him gekoch het, sier |
394 (z04c) | Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 03297) |
vertaling: weet dzje ni da'em gevallen es |
399 (z05a) | Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 03297) |
vertaling: W probeerde nejmand ginne peen te dou?n |
397 (z05b) | 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 03297) |
vertaling: t schent daze nieks meug iete |
399a (z05d) | Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 03297) |
vertaling: ze proberen al den hielen daag mekaandere te belle |
400 (z05e) | Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 03297) |
vertaling: t gie wir ne schoe?nen daag wi?re |
401 (z05f) | 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 03297) |
vertaling: t es beschin bieter nog effe te wachte |
402 (z05g) | We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 03297) |
vertaling: vi? haan de chance him derek trek te venne |
404 (z06a) | Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03297) |
vertaling: as de kejkes ne vallek zejen hebbe ze bang |
405 (z06b) | Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03297) |
vertaling: affe de petatte ni kunne verkoepe zitte v'emme mezere |
406 (z06c) | Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03297) |
vertaling: as dzji?les em ni mejpak wi?r iech koad |
407 (z06d) | Hij wist he(n)t (inf. 03297) |
vertaling: hi? wis'et |
408 (z06e) | Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 03297) |
vertaling: op ta fies wi?rd doa veel gedaas |
409 (z06f) | Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 03297) |
vertaling: noe verkoepe ze allien mar broe?d en di? wienkel |
410 (z06g) | Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03297) |
vertaling: as em be de villen kim zal'em wel laat zen |
412a (z06h) | Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03297) |
vertaling: ajje teed het kaem dan mar ns en |
413a (z06i) | Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 03297) |
vertaling: as iech reek ben koep iech miech nen dejeren otto |
881 (z07(i)) | Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03297) |
komt voor: n |
417 (z07(ii)a) | Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03297) |
komt voor: n |
418 (z07(ii)b) | Durfder gij op duwen? (inf. 03297) |
komt voor: n |
419 (z07(ii)c) | Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03297) |
komt voor: n |
420 (z07(ii)d) | Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03297) |
komt voor: n |
421 (z07(ii)e) | Is hij Pol hier geweest? (inf. 03297) |
komt voor: n |
422 (z07(ii)f) | Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03297) |
komt voor: n |
423 (z07(ii)g) | Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03297) |
komt voor: n |
424 (z07(ii)h) | Ik heb hem het gegeven (inf. 03297) |
komt voor: n |
425 (z07(ii)i) | Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03297) |
komt voor: n |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03297) |
vertaling: M heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen |
543a (z08a) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03297) |
komt voor: n |
546 (z08b) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03297) |
komt voor: n |
537 (z08c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03297) |
komt voor: n |
604a (z08d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03297) |
komt voor: n |
547 (z08e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03297) |
komt voor: n |
543 (z08f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03297) |
komt voor: n |
535 (z08g) | Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03297) |
komt voor: n |
440 (z09a) | Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 03297) |
vertaling: dee vanne stad die hebben hee veel hees gebeud |
441 (z09b) | Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03297) |
vertaling: an da noe kanaal doa zej dzje gin kat nemie |
442 (z09c) | Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03297) |
vertaling: gisteren es Jan hie gewi?s |
443 (z09d) | De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 03297) |
vertaling: den daag da Jan belde weur iech ni toes |
444 (z09e) | Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 03297) |
vertaling: Jef di? zeu iech noe?ts eviteere |
445 (z09f) | Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 03297) |
vertaling: M dee zeu zoe ejt noe?t dou?n |
446 (z09g) | Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 03297) |
vertaling: B di? drienk wel ns e glaas te veul |
447 (z09h) | Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 03297) |
vertaling: M dee zeu iech wel ns willen eviteere toes |
448 (z09i) | Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03297) |
vertaling: da hoes da zeu iech noe? ni wille koepe |
449 (z09j) | Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03297) |
vertaling: da hoes da stej ter al feefteg joar |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
452 (z10(i)b) | Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03297) |
komt voor: n |
453 (z10(i)c) | Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03297) |
komt voor: n |
454 (z10(i)d) | Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03297) |
komt voor: n |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
457 (z10(ii)b) | Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03297) |
komt voor: n |
458 (z10(ii)c) | Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03297) |
komt voor: n |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
462 (z10(iii)b) | Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03297) |
komt voor: n |
464 (z10(iii)c) | Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03297) |
komt voor: n |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03297) |
komt voor: j gebr.: 5 |
470 (z10(v)b) | Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03297) |
komt voor: n |
471 (z10(v)c) | Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03297) |
komt voor: n |
472 (z11a) | En heeft Gunther gebeld? (inf. 03297) |
vertaling: het G gebeld? |
473 (z11b) | En pas op! (inf. 03297) |
vertaling: pas op! |
474 (z11c) | 't En was maar net goed genoeg (inf. 03297) |
vertaling: t weur mer krek genoeg |
475 (z11d) | Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 03297) |
vertaling: M het noe mi?r kee as vrieger |
476 (z11e) | Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 03297) |
vertaling: As S haa kunne keume dan haa ze da gedoan |
477 (z11f) | Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 03297) |
vertaling: z es de besten doktoe?r di?n iech ken |
478 (z11g) | Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 03297) |
vertaling: vir da dzj'ejt weggoe?it mujje effe belle |
479 (z11h) | Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03297) |
vertaling: hee es al wa'ch gekregen heb |
480 (z11i) | Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 03297) |
vertaling: J es te gejerig vir ejt an z'n kenger te gi?ve |
481 (z11j) | Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 03297) |
vertaling: wa ken dzji? noe va footbal |
482 (z11k) | Dat boek leg neer! (inf. 03297) |
vertaling: lek di? bouk daal |
483 (z11l) | Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03297) |
vertaling: ajje ech ni kunt wachte, koem dan mar |
488 (z12a) | Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 03297) |
vertaling: iech weet da J den doktoe?r haa kunne roepe |
489 (z12b) | Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 03297) |
vertaling: iech weet da Jan den doktoe?r kos geroepen hebbe opm.: minder gebruikelijk |
490 (z12c) | Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 03297) |
vertaling: hi? zee da'ch et haa mutte dou?n |
491 (z12d) | Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03297) |
vertaling: hi? zee da'ch et haa mutte dou?n |
492 (z12e) | Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 03297) |
vertaling: hi? es flee wi?k dur dr. M. goppereerd |
493 (z12f) | Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03297) |
vertaling: merrege wi?rd em dur dr. M. goppereerd |
493 (z12f) | Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03297) |
vertaling: hi? wi?rd merrege dur dr. M. goppereerd |
493 (z12f) | Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03297) |
vertaling: hi? wi?rd merrege dur dr. M. goppereerd |
493 (z12f) | Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03297) |
vertaling: merrege wi?rd em dur dr. M. goppereerd |
495 (z13a) | Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03297) |
positie: 3 |
496 (z13b) | Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03297) |
positie: 1 |
497 (z13c) | Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03297) |
positie: 2 |
498 (z13d) | Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03297) |
vertaling: iech ven dajje dekker de gazet zeut mutte li?ze positie: 1 |
498 (z13d) | Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03297) |
vertaling: iech ven dajje dekker de gazet zeut mutte li?ze positie: 1 |
499 (z13e) | Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03297) |
vertaling: t'es stoem ennen doenkel de gazet te li?ze positie: 1 |
499 (z13e) | Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03297) |
vertaling: t'es stoem ennen doenkel de gazet te li?ze positie: 1 |
500 (z13f) | Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03297) |
vertaling: hi? es den hielen daag de gazet an't li?ze positie: 1 |
500 (z13f) | Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03297) |
vertaling: hi? es den hielen daag de gazet an't li?ze positie: 1 |
509 (z14a) | Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 03297) |
fragment: door (1) |
512 (z15a) | Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03297) |
komt voor: n |
513 (z15b) | Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03297) |
komt voor: n |
514 (z15c) | Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03297) |
komt voor: n |
515 (z15d) | Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03297) |
komt voor: n |
516 (z16a) | Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03297) |
vertaling: R het iene grejenen appel vurtgegeuve en noe het em ter nog twej roe?j |
412 (z16b) | Er waren veel mensen op het feest (inf. 03297) |
vertaling: doa weur veel vollek op et fies |
413 (z16c) | Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 03297) |
vertaling: weur doa veel vollek op et fies? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03297) |
vertaling: waffer bejk hejje gekoch? |
521 (z16e) | Hij woont bij Marietje (inf. 03297) |
vertaling: hi? wunt be M. |
522 (z16f) | Hij woont bij Wim (inf. 03297) |
vertaling: hi? wunt be W. |
523 (z16g) | Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 03297) |
vertaling: gut ns effe no de bekker, W. |
524 (z16h) | Wie heb je gezien? (inf. 03297) |
vertaling: wi? hejje gezejen |
525 (z16i) | Wie heeft jou gezien? (inf. 03297) |
vertaling: wi? het oech gezejen |
527 (z16j) | Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 03297) |
vertaling: a'ch ta geweten haa, dan haa'ch 'et ni gedoan |
528 (z16k) | 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 03297) |
vertaling: t zeu bi?ter zen nog effe te wachte |
882 (z16l) | Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 03297) |
vertaling: per chance haa J. den doktoe?r gebeld en di? weur rap doa |
883 (z16m) | Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 03297) |
vertaling: loep aan, ambetanterikke |
interview mondelinge enquête
spreker | tekst | commentaar | ||
---|---|---|---|---|
commentaar | [meta][k]Q002[/k][h]626[/h][i]627[/i][vw]ANS[/vw][/meta] | |||
commentaar | Spontaan gesprek | |||
hulpinterviewer | [v=035] Jan herinnert zich dat verhaal wel. [/v] | |||
informant | [a] Jean rapeleert zich die historie ni meer | tagging | ||
informant |
he das heel oud maar zo klappe de mensen ni meer. [/a]
da s |
|||
hulpinterviewer | Dat verhaal wel wel. | |||
informant | [a] Rapeleert zich dat verhaal ja da verhaal nog altijd he. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=038] De timmerman heeft geen spijkers bij zich. [/v] | |||
informant | [a] De schrijnwerker het geen nagels bij zich. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=040] Louis liet mij voor zich werken. [/v] | |||
informant | [a] Louis Louis Louis die laat zich die laat mich voor em werke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=041] Jeanne liet zich mee drijve op de golven. [/v] | |||
informant | [a] Jeanne laat zich mee drijve op de golven. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Of laader. [/a]
laat der |
tagging | ||
informant | Laader ja da kan ooch. | |||
hulpinterviewer | [v=018] Ze weet niet dat Marie gisteren gestorve is. [/v] | |||
informant | [a] Ze weet ni da Marie gisteren is dood gegaan. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=042] Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel. [/v] | |||
informant |
[a] toon bekeek zeneige eens goed in de spiegel [/a]
zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=045] Eduard kent zichzelf goed. [/v] | |||
informant |
[a] eduard kent zeneige ferm goed [/a]
zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=046] Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan. [/v] | |||
informant |
[a] eduard heet heet gehoord datter fotos van zeneige in d etalage staan [/a]
dat ter zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=025] Niemand heeft dat ooit gewild of gekund. [/v] | |||
informant | [a] Niemand heet dat ooit gewild of ge of gekos. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=043] Jan heeft in twee minuten een biertje gedronke. [/v] | |||
informant | [a] Jean heet in twee minuten een pint op. [/a] | tagging | ||
informant | [v=044] Deze schoenen lopen gemakkelijk. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Dees schoen lope gemakkelijk. [/a] | tagging | ||
informant | [v=026] Jan had het hele brood wel wille op ete. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Jean haat hiel brood wel wille op ete. [/a] | tagging | ||
informant | [v=047] Die aardappelen schille niet gemakkelijk. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Die petatten schille ni gemakkelijk. [/a] | tagging | ||
informant | Schelle. | |||
informant | [v=048] De sneeuw smelt in de zon. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] De sneeuw smelt in de zon. [/a] | tagging | ||
informant | [v] Kan je ook zegge de sneeuw smelt zich in de zon? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=053] Als ik eerlijk leef leef ik zoals mijn ouders willen. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Asich eerlijk leef leefich wie mijn ouders wille. [/a]
as ich leef ich |
tagging | ||
informant | [v=055] Als hij nog drie jaar leeft leeft hij langer als zijn vader. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Asem nog drie jaar leef leefem langer as zenne pa. [/a]
as em leef em |
tagging | ||
informant | [v=057] Als zij zo gevaarlijk leeft leeft zij niet lang meer. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Asse zo gevaarlijk leef leefze ni meer lang. [/a]
as se leef ze |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Of ni lang ni meer. [/a] | tagging | ||
informant | [v=059] Als het nu nog leeft dan leeft het morgen ook nog. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Ast nu nog leef dan leeft morgen ooch nog. [/a]
as t leef t |
tagging | ||
informant | [v=061] Als jullie zo gevaarlijk leven leven jullie nooit zo lang als ik. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Asdjiellies zo gevaarlijk leef leefdje nooit zo lang asich. [/a]
as djiellies leef dje as ich |
tagging | ||
informant |
[v=063] Als ze voor hun werk leven dan leveze niet voor hun kinderen. [/v]
leve ze |
|||
hulpinterviewer |
[a] Asse voor hun werk leve leveze ni voor hun kinderen. [/a]
as se leve ze |
tagging | ||
informant | [v=067] Als Marcel nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] As Cel nog leef leef Leo ooch nog. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=068] Als je gezond leeft dan leef je langer. [/v] | |||
informant |
[a] Asje asje gezond leef dan leefdje langer. [/a]
as je as je leef dje |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=069] Als er zo weinig mensen van de landbouw leven dan leve er veel mensen van werk in de fabriek. [/v] | |||
informant |
[a] Aster zo weinig mensen van de boerderij leve
as ter |
tagging | ||
informant |
dan zenter daar heel veel die leve van t werk in de fabriek. [/a]
zen ter |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=070] Als Lisa en Pierre in het paradiijs leven dan leve Rosa en Frans in de hel. [/v] | |||
hulpinterviewer | Lies Pierre | |||
informant | [a] As Lies as Lies en en Pierre in t paradijs leve | tagging | ||
hulpinterviewer | Rosa en Frans ja Cois | |||
informant | dan leve Rooske en Francis of Ci of Cois ooch ja | tagging | ||
hulpinterviewer | In ne hel ja. | tagging | ||
informant | eh in de hel in ne hel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=071] Als we rustig leve levewe gelukkig. [/v]
leve we |
|||
informant |
[a] Asvop t gemak leve leveve content. [/a]
as v op leve ve |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] Als we eerlijk leve levewe gelukkig. [/v]
leve we |
|||
informant |
[a] Asve eerlijk leve dan leveve gelukkig of content. [/a]
as ve leve ve |
|||
hulpinterviewer | [v=072] Leef wat gezonder Jan. [/v] | |||
informant | [a] Eh leef leef een beetje gezonder Jan of Jean. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=073] Leef wat minder gevaarlijk kinderen. [/v] | |||
informant | [a] Kinder leef e wa minder priculoos. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=132] Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen. [/v] | |||
informant | [a] Ich denk dat Marie hem zal moete roepe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=188] Heb je genoeg mensen om hooi van het land te hale? [/v] | |||
informant |
[a] Hedjie genoeg mensen om het hooi van t land te hale. [/a]
he djie |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Voor t hooi. [/a] | |||
informant | [a] Voor t hooi van t land te hale ja. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=189] Het was vriendelijk van Jan om te kome werken. [/v] | |||
informant | [a] Het waar vriendelijk van Jean om te kome werke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=190] Deze ton is zwaar om te dragen. [/v] | |||
informant | [a] Da vat is ferm is ferm zwaar om voor te drage. [/a] | tagging | ||
informant | [v=192] Wij hopen allemaal van op tijd thuis te zijn. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Vope allemaal van op tijd thuis te zijn. [/a]
v ope |
tagging | ||
informant | [v=198] Hij kan staan zeure. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Hij kan staan zeure zage hij kan staan zage. [/a] | tagging | ||
informant | [v=200] Toen wij aan kwame regende het. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Be vie arriveerde waaret aant regene. [/a]
waar et aan t |
tagging | ||
informant |
[v=215] Kgeloof dat ik groter ben als hij. [/v]
k geloof |
|||
hulpinterviewer |
[a] Ich geloof dach groetr ben asie. [/a]
da ch as ie |
tagging | ||
informant | [v=216] Zij gelooft dat jij eerder thuis bent als ik. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Zij geloof dadjie eerder thuis zet asich. [/a]
da djie as ich |
tagging | ||
informant | [v=217] Jij gelooft toch niet dat hij sterker is als jij? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Djie geloof toch ni da ie sterker is asdjie? [/a]
as djie |
tagging | ||
informant | Ja. | |||
informant | [v=218] Ze geloven dat wij rijker zijn als zij. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Zij gelove davie rijker zen aszij. [/a]
da vie as zij |
tagging | ||
informant | [v=219] Wij geloven dat jullie niet zo slim zijn als wij. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Vir gelove dadjiellies ni zo slim zet asvie. [/a]
da djiellies as vie |
tagging | ||
informant | [v=220] Jullie geloven toch niet dat zij armer zijn als jullie. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Djiellies geloof toch ni dazij armer zen asdjie. [/a]
da zij as djie |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Of asdjiellies. [/a]
as djiellies |
tagging | ||
informant | [v=221] U gelooft dat Lisa even mooi is als Anna. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Djie geloof da Lies even schoon is as Anna. [/a] | tagging | ||
informant | [v=222] Hij gelooft dat Gaston en Jan Gaston en Jan sterker zijn als Theo en Pierre. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Ie geloof da Ston en Jean sterker zen as Theo en Pierre. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=249] De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/v] | |||
informant | [a] De gamin waar van de ma gisteren is dood gegaan | |||
informant | hertrouwd is staat achter mich. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Kan je in plaats van de jongen wiens moeder één van de volgende gebruike? [/v] | |||
hulpinterviewer | [v] De jongen wie dat zijn moeder? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] De jongen die dat zijn moeder? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] De jongen diens dat moeder? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] De jongen waar van dat de moeder? [/v] | tagging | ||
informant |
[a=j] Ja ja da zoudje wel kunne zegge ja. [/a]
zou dje |
|||
informant | [a] Van wie zei ich denk ich he. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=250] De bank waar ze op zate was pas geverfd. [/v] | |||
informant |
[a] De bank woe dasop zate waar pas geverf. [/a]
da s op |
tagging | ||
hulpinterviewer | De volgende mogelijkheden in plaats van de bank waar ze op zate. | |||
hulpinterviewer | [v] Waar dat ze op zate? [/v] | |||
informant |
[a=j] Woe dasop zate ja. [/a]
da s op |
|||
hulpinterviewer | [v] Waar op dat ze zate? [/v] | |||
informant | [a=n] Waar op dat ze zate? Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Daar dat ze op zaten? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Daar op dat ze zate? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Dat ze op zate? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | Alleen de eerste. | |||
hulpinterviewer | [v=259] Dan eh wie geld heeft moet mij maar wat geven. [/v] | |||
informant | [a] Die centen het moet mich maar e wa lange. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Ja. | |||
hulpinterviewer | [v=267] Hij heeft zijn handen gewasse. [/v] | |||
informant |
[a] Heet zen handen gewasse. [/a]
h eet |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Kan je ook zegge hij heeft zich de handen gewasse? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee da ni. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=268] Eh hij heeft zijn hemd gewassen. [/v] | |||
informant | [a] Hi eet zen hemd gewasse. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=271] Hij heeft zijn been gebroke. [/v] | |||
informant | [a] Hi eet ze been gebroke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=273] Marie trok de deken naar zich toe. [/v] | |||
informant | [a] Marie trok de sosse naar heur toe. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Of naar zich toe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Naar heur toe eerder ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=339] Niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet mag zien. [/v] | |||
informant |
[a] Niemand mooget zien dus ich vin dadjie et ooch ni moog zien. [/a]
moog et da djie |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=340] Het gebeurde toen je weg ging. [/v] | |||
informant |
[a] Het gebeurde toensje weg gonk. [/a]
toen sje |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=341] Ik weet waar je gebore bent. [/v] | |||
informant |
[a] Ich weet woe dadje gebore zijt. [/a]
da dje |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=342] Nu je klaar bent mag je gaan. [/v] | |||
informant |
[a] Na dadje gereed zijt moogdje gaan. [/a]
da dje moog dje |
tagging | ||
informant | [v=370] Dat is de man die ze geroepe hebbe. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Das de man die ze geroepe hemme. [/a]
da s |
tagging | ||
informant | [v=371] Dat is de man die het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Das de man die het verhaal vertekld et. [/a]
da s |
tagging | ||
informant | [v=372] Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Das de man moe van ich denk datem t verhaal verteld eet. [/a]
da s dat em |
tagging | ||
informant | [v=373] Dat is de man die ik denk dat ze geroepe hebbe. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Das de man dien ich denk dase geroepe ebbe. [/a]
da s da se |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Moe van ich denk dasem geroepe ebbe. [/a]
da se m |
tagging | ||
hulpinterviewer | Alle twee. | |||
informant | [v=397] 't Schijnt dat ze niets mag eten. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Tschijnt dase niks moog ete. [/a]
t schijnt da se |
tagging | ||
informant | [v=398] Ze schijnt niets te te mogen ete. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Tschijnt dase niks moog ete. [/a]
t schijnt da se |
tagging | ||
informant | Ja. | |||
informant | [v=403] Het lijkt wel of er iemand in de tuin staat. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Tis juist of daar iemand in den hof staat. [/a]
t is |
tagging | ||
informant | Ja. | |||
informant | [v] Kan je kan je er weg laten? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Tis juist of ter iemand in den hof stee nee die er kan ni weg. [/a]
t is |
|||
informant |
Tis juist of iemand in den hof stee?
t is |
|||
hulpinterviewer | Nee of ter iemand in den hof stee | |||
hulpinterviewer | Alle mijn gevoel zo spontaan eerste indruk is nee. | |||
informant |
Ja das ooch ich vin da ooch.
da s |
|||
informant | Ja. | |||
informant | [v=520] Wat voor boeken heb je gekocht? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Wa voor boek heeje gekoch? [/a]
hee je |
|||
informant | [v=526] Wie heeft jou op de kermis gezien? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Wie heeduuch op de kermis gezien? [/a]
hee d uuch |
tagging | ||
hulpinterviewer | Ah ja. Dus ik lees de zinnen voor in het dialect | |||
hulpinterviewer | komen de zinnen op die manier voor in het dialect op die manier voor in het dialect. Verbeter waar nodig. | |||
hulpinterviewer | [v=495] Ik denk dat je veel weg zou moete gooie. [/v] | |||
informant |
[a=n] Ich denk dadje veel zult moete weg gooie. [/a]
da dje |
|||
hulpinterviewer |
[v] Ich denk dadje veel zou weg moete gooie. [/v]
da dje |
|||
informant |
[a=n] Ich denk dadje veel zot moete weg gooie. [/a]
da dje |
|||
hulpinterviewer |
[v] Ich denk dadje veel zo moete weg gooie. [/v]
da dje |
|||
informant |
[a=j] Ich denk dadje veel zou moete weg gooie. [/a]
da dje |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=497] Hie is alle kapotte spullen weg aant gooie. [/v]
aan t |
|||
informant |
[a=n] Hi is alle kapotte spulle aant weg gooie. [/a]
aan t |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] Hi is alle kapotte spullen aant weg gooie. [/v]
aan t |
|||
informant |
[a=j] Ja zo ist ja. [/a]
is t |
|||
hulpinterviewer | [v=003] Ich denk da Marie het probere van hem ne brief te schrijve. [/v] | |||
hulpinterviewer | Geprobeerd he. | |||
informant | [a=n] Ich denk dat Marie het geprobeerd hem van hem nen brief te schrijve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=027] Vertelt maar ni wie zij haa kunne roepe. [/v] | |||
informant |
[a=j] Das juist. [/a]
da s |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=028] Vertelt mich eens wie dazij haa kunne roepe. [/v]
da zij |
|||
informant |
[a=g] Vertelt mich eens wie dasij haa kunne roepe vertelt mich eens wie dasij haa kunne roepe ja das juist. [/a]
da sij da s |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=029] Vertelt mich eens wie of zij haa kunne _. [/v] | tagging | ||
informant | [a=n] Nee of nooit he. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=030] Vertelt mich eens wie of dazij haa kunne roepe. [/v]
da zij |
|||
informant | [a=n] Of niet. [/a] | |||
veldwerker | [v] En welke zou je dan het meeste gebruike wie ze had kunne roepe of wie dat ze had kunne roepe? [/v] | |||
informant | [a] Vertelt mich eens wie dat ze haa kunne roepe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Wie dat. [/a] | |||
informant | Wie dat. | |||
informant |
[v=022] Er wil niemandniet danse. /v]
niemand niet |
|||
hulpinterviewer |
[a=j] Daar daar wilt niemandni danse he. [/a]
niemand ni |
tagging | ||
informant | [v=086] Ich weet da Eddy morgen wil brood ete. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Morgen brood wilt ete eerder. [/a] | |||
informant | [v=087] Eddy moet kunne vroeg op staan. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Ja hoewel Eddy moet vroeg kunne op staan | |||
hulpinterviewer | gemakkelijker lijkt ja. [/a] | |||
informant | [a=n] Eddy moet vroeg kunne op staan het werkwoord bij xxx. [/a] | |||
informant | [v=137] Hie wilt geen soep niet meer ete ni. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Ah nee dus da nee he. [/a] | |||
informant | [v=140] Zitten hier nergens geen muizen? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Nergens geen muizen ja. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Nieveranst geen muizen. [/a] | |||
informant | [v=075] Ich vin dat iedereen moet kunne zwemme. [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=g] Ja. [/a] | |||
informant | [v=077] Ich vin dat iedereen moet zwemme kunne. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Minder moet kunne zwemme. [/a] | tagging | ||
informant | [v=080] Ich vin dat iedereen kunne moet kunne zwemme moet. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=082] Ich vin dat iedereen zwemme kunne moet. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=084] Ich vin dat iedereen zwemme moet kunne. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[a] Moet kunne zwemme das et he. [/a]
da s |
tagging | ||
informant |
[v=006] Gisteren wandeldediede door het park. [/v]
wandel de die de |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a=n] Nee van geen kanten he. [/a] | |||
informant | [v=023] Els wilt niet danse en ze wilt ni zinge ooch ni. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Even goed is ze wilt ooch ni zinge. [/a] | |||
informant |
Da is waadje de klemtoon wilt legge.
waa dje |
|||
hulpinterviewer |
[a] Maar asjet echt nog eens wil benadrukke ze wilt ni zing ooch ni dat kan. [/a]
as j et |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=146] Hie spreek ni goed geen Frans. [/v] | |||
informant | [a=n] Hie spreek geen goed Frans. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Of niet goed Frans maar xxx zeker niet. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Hie spreek zo goed geen Frans. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=148] Iedereen es geen vakman. [/v] | |||
informant | [a=n] Ni iedereen is ne vakman. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=149] Hie het overal geen vrienden. [/v] | |||
informant |
[a=n] Nee trouwens da zeggewe ooch ni nergens. [/a]
zegge we |
|||
informant | [a] Of nieverans ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=154] Boek heet Jan drie. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee Jan heet drie boek. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=156] Jan weet datem voor drie uren de wagen moet hebbe gemaak. [/v]
da tem |
|||
informant |
[a=n] Jan weet datem voor drie uren de wagen moet gemaak hebbe. [/a]
da tem |
|||
hulpinterviewer |
[v=160] Dus Jan weet datem voor drie uren de wagen gmaak moet hebbe. [/v]
da tem |
|||
informant |
[a=g] Ja zo ist juist ja. [/a]
is t |
|||
hulpinterviewer |
[v=160] Jan weet datem voor drie uren de wagen gemaak moet hebbe. [/v]
da tem |
|||
informant | [a] Moet gemaak hebbe is eigenlijk het meeste. [/a] | |||
informant | [a=j] Gemaak moet hebbe kan maar nee moet gemaak hebbe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=161] Jan weet datem voor drie uren de wagen gemaak hebbe moet. [/v]
da tem |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=260] Wie denksje dach in de stad gezien heb? [/v]
denk sje da ch |
|||
informant |
[a=j] Das juist. [/a]
da s |
|||
hulpinterviewer |
[v] Wa denksje wie ich in de stad tege kome ben? [/v]
denk sje |
|||
informant |
[a=n] Wie denksje. [/a]
denk sje |
|||
informant |
[a] Wie denksje dach in de stad ben tege gekome? [/a]
denk sje da ch |
|||
veldwerker | [v=262] Ja en kun je ook zegge wie denk je wie ik in de stad ben tege _. [/v] | |||
informant |
[a=n] Wie denksje dach in de stad ben tege gekome. [/a]
denk sje da ch |
|||
hulpinterviewer |
Wie denksje wie ich nee wie denksje da ja.
denk sje |
|||
hulpinterviewer |
[v=265] Wee denksje daset hebbe op gelos? [/v]
denk sje da se t |
|||
informant |
[a=j] Wee denksje daset hebbe op gelos wee denksje daset hebbe op gelos wie denksje ja. [/a]
denk sje da se t |
|||
hulpinterviewer | [a] Ja op gelos hebbe of hebbe op gelos eigenlijk geen verschil he. [/a] | |||
veldwerker | [v] En kan je het ook zegge met twee keer hoe? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Wee denksje wee nee nee. [/a]
denk sje |
|||
informant | [v=248] Ich doen wel even de sjatten af wasse. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=296] Zou ie da gedaan hebbe gekund? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | Nee van geen kanten he. | |||
informant | [v=309] Ich heb | |||
informant | geen goesting en voeiere en voeiere de koe. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=316] De politie zou bij tem kome en neme hem mee. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=317] Marie al heur koe zen verdronke bij d overstroming. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a] Alle koe van Marie ja. [/a] | |||
informant | [v=319] Eh dees denk ich ni aan. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=321] Die rare jong die curieuze jong ben ich mee naar de markt gewees. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant |
[v] Die rare gast hebich mee naar de markt gewees. [/v]
heb ich |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=322] Ich heb al de eerste drie | |||
informant |
sommen gemaak. De welke hedjie gemaak? [/v]
he djie |
|||
hulpinterviewer | [a=n] De welke wier ni gezeid welke. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Waffer in dit geval. [/a] | |||
informant |
[v=329] Ich geloof deze gast vinneze allemaal wel vriendelijk. [/v]
vinne ze |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Dase deze gast allemaal wel vriendelijk vinne. [/a]
da se |
|||
informant |
[v=323] Waffere hedjie al weg gebrach? [/v]
he djie |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] En hoe zou je dan bijvoorbeeld zegge als der staan vijf auto's op een parking en die moeten naar een andere parking | |||
veldwerker | verhuisd worden en iemand vraagt aan die jongen ... heb jij al weg gebracht? [/v] | |||
informant | [a] Waffere. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[a] Waffer hedjie al weg gebrach? [/a]
he djie |
tagging | ||
informant | [a] Waffere da sloeg op ene en waffer da sloeg op meervoud he. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Maar zou toch meestal wa voor auto's he. [/a] | |||
informant | Ja wa voor mensen hebbe da gedaan? He daar wier toch iets bij gezet he. | |||
informant | Tenzij dat zo evident is misschien. | |||
hulpinterviewer |
[v=347] Ich weet dahie is gaan zwemme. [/v]
da hie |
|||
informant |
[a=g] Ich weet datem is gaan zwemme. [/a]
da tem |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=350] Ich weet daem gaan zwemme is. [/v]
da em |
tagging | ||
informant |
[a=j] Kundje zegge maar t eerste is beter. [/a]
kun dje |
|||
hulpinterviewer |
[v=351] Ich weet daem zwemme is gaan. [/v]
da em |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=352] Ich weet dahie zwemme gaan is. [/v]
da hie |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=353] As Julie vraag wildje nog koffie Jan kan Jan dan antwoorde antwoorde ja'k? [/v] | |||
informant |
[a=n] Nee ja'k nee nee das Westvlaams ja'k. [/a]
da s |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=364] Esem dood? [/v]
es em |
|||
informant | [a=j] Ja is dood. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=387] Wanneer gaa de wereldvrede kome? Nooitni. [/v]
nooit ni |
tagging | ||
informant | [a=j] Juist. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=399] Rosa probeerde voor niemand pijn te doen. [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=400] Tbeloof weer ne schone dag te were. [/v]
t beloof |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja ja ja ja ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=459] Hie heet de bal gegooid in de mand. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee hee heet de bal in de mand gegooid. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=486] Die boek beloof mich dadje die nooit ni meer zult versteke. [/v]
da dje |
|||
informant |
[a=n] Nee beloof mich dadje die boek nooit zult versteke ja. [/a]
da dje |
|||
hulpinterviewer | [v=365] Em is dood. [/v] | |||
informant | [a=n] Em is dood nee hie is dood. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=366] Heer is ziek. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee zij is ziek. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=367] Is is heer ziek? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee is zij ziek dus die zeker ni. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=401] Eh tis misschien beter voor nog even te wachte. [/v]
t is |
|||
informant |
[a=j] Tis misschien beter van voor of van nog even te wachte. [/a]
t is |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=402] Vie haan de chance voor hem direct terug te vinne | |||
hulpinterviewer | of van hem direct terug te vinne. [/v] | |||
informant | [a=j] Voor hem of van hem ja ja. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Eerder van he. [/a] | |||
informant |
[v=487] Wa zet mich dadje gekoch het. [/v]
da dje |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee zinloos. [/a] | |||
informant |
[v=512] Zo een ding een hebich nog nooit gezien. [/v]
heb ich |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=515] Djie zet ooch ne rare een. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Ne rare een nee ne rare. [/a] | |||
informant |
[v=530] Marie zet dadjie Pierre e boek het probere te verkope. [/v]
da djie |
|||
hulpinterviewer |
[a=j] Marie zet dadjie Pierre ne boek het probere te verkope mmm ja. [/a]
da djie |
tagging | ||
veldwerker | [v] Maar ni hebt geprobeerd te verkope? [/v] | |||
informant |
[a=n] Het probere te verkope het geprobeerd te verkope nee da zeggewie nie. [/a]
zegge wie |
|||
informant | [v=531] Julien dach da ich Anna haa geprobeerd ne cadeau te geve. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant |
[v=532] Karel weet dadjie het geprobeerd Marie e boek te verkope. [/v]
da djie |
|||
hulpinterviewer |
[a=j] Karel weet dadjie het geprobeerd Marie e boek te verkope ja. [/a]
da djie |
tagging | ||
informant |
[a=n] Nee dadjie het geprobeerd of geprobeerd het? [/a]
da djie |
|||
hulpinterviewer |
[a] Ja das wel tzelfde nee dadjie geprobeerd het. [/a]
da s t zelfde da djie |
|||
hulpinterviewer | Ja. | |||
informant | Ja. | |||
informant | [v=227] As Frans zit hie dans kan Jan dan antwoorde hie diet? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=228] As Frans zit hij zing kan Jan dan zegge hie het diet? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant |
[v=243] As Frans vroeg zinkem kan Jan dan antwoorde hie diet? [/v]
zink em |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant |
[v=485] As Frans vroeg zalich vanavond koke kan Marie dan antwoorde da doe maar? [/v]
zal ich |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=600] Pas op dat je niet en valt. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=136] Jan en het ni veel geld ni meer. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee Jan het ni meer veel geld. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=141] Ich geef niks aan ne andere ni. [/v] | |||
informant | [a=n] Die laatste ni nee he. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=142] Niemand wil ni werke ni. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=388] Wie heet den auto mee gepak? Niemandni. [/v]
niemand ni |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja da wel. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=389] Woe groeit t geld aan de boom? Nieveransni. [/v]
nieverans ni |
tagging | ||
informant |
[a=j] Ja das juist. [/a]
da s |
|||
hulpinterviewer |
[v=390] Wa is rond en vierkant tegelijk? Niksni. [/v]
niks ni |
|||
informant | Twijfel. | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | Nee ni spontaan. | |||
hulpinterviewer |
[v=391] Waffer koe heetie gemolke? Geen enkel ni. [/v]
hee tie |
|||
informant | [a=n] Geen één. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Geen één ni ooch ni geen één. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=475] Louise heet nu meer koe asse vroeger en haa. [/v]
as se |
|||
informant |
[a=n] Nee asse vroeger haa. [/a]
as se |
|||
hulpinterviewer | [v=479] Hee is alles wa ich gekregen en heb. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=170] Pol is Rosa en Louise hun broerke. [/v] | |||
informant |
[a=n] Pol ist broerke van Rosa en Louis. [/a]
is t |
|||
hulpinterviewer | [v=174] Die velo is mijns. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee van mich. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Van mich of de mijne. [/a] | |||
informant |
[v=395] Geloofdsje ni datie gevallenes? [/v]
geloof dsje da tie gevalle n es |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Ja. [/a] | |||
informant |
[v] Geloofdsje ni datie gevaalen het? [/v]
geloof dsje da tie |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=324] De zulke zou ich ni durve op ete. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=325] De die de die zou ich ni durve op ete. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee de zeker ni die. [/a] | |||
informant | [v=494] Ich vin da Jan beter den dokter haa kunne roepe. [/v] | |||
informant | [v] Ich vin da Jan beter den dokter kos hebbe geroepe. [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Kos hebbe geroepe klopt wel. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Haa kunne roepe. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[a] Tis ni echt fout denkich. [/a]
t is denk ich |
|||
informant |
[v=517] Robert heet drie groen appels en Marie heeter drie rode. [/v]
heet er |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Ja. [/a] | |||
informant | [v] Kan het ook zonder er? | |||
informant | Dus Robert heet drie groen appels en Marie heet drie rode. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Diene er moet daar bij. [/a] | |||
informant | [v=424] Ich heb hem het gegeve. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee ich heb het hem. [/a] | tagging | ||
informant |
[v=001] Marie denk datie haa wille naar huis. [/v]
da tie |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=002] Ich heb dat gezeid gehad. [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Ja. [/a] | |||
informant | [v=330] Lopentere kwaam ich hem tege. [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Ja jawel ja. [/a] | |||
informant | Lopeneteres lopeneteres. | |||
informant | [v=357] As Frans zit er kump morgen iemand langs | |||
informant | kan Marie dan vrage wie da? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Er kump morgen iemand kan xxx wie da ja. [/a] | tagging | ||
informant | [v=358] Ich denk dat iemand de koekjes heet op gete op gete maar ich weet ni wie da. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Ja ich zout ni direct zegge maar _ . [/a] | |||
informant | [a] Ja het kan maar ich weet ni wie da. [/a] | tagging | ||
informant | Ja | |||
informant | Maar ich weet ni wie da. | |||
hulpinterviewer | [a] Ich weet ni wie. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=408] Op dit feest wirter veel gedans. [/v]
wirt er |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Kan het ook zonder er? | |||
hulpinterviewer | Op dit feest wirt veel gedans? [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=482] Die boek leg daal. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=409] Nu wirter nog alleen maar brood verkoch in die winkel. [/v]
wirt er |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] En zonder de er? | |||
hulpinterviewer | Nu wirt nog alleen maar brood verkoch in die winkel? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Nu wirter xxx met er. [/a]
wirt er |
|||
hulpinterviewer |
[v=483] Aject ni kunt wachte dan kom maar. [/v]
a j echt |
|||
informant |
[a=n] Dan komdje maar. [/a]
kom dje |
|||
hulpinterviewer |
[v=414] Gisteren stonder ne rare man in den hof. [/v]
stond er |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] En zonder er? [/v] | |||
informant | [a=n] Gisteren stonder ne rare man. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=484] Da kijk maar. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=036] Dus dit zen Marie en Pierre. Marie en Pierre wijzen naar _. [/v] | |||
informant | [a] Naar makandere. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=037] Da is Toon. Toon was _. [/v] | |||
informant | [a] Zich. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=039] Das Fons. Fons zag een slang langs _. [/v] | |||
informant | [a] Langs hem. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Langs hem. | |||
veldwerker | [v] Ook langs zich of -. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee langs zich nee langs hem. [/a] | |||
veldwerker | [v] En kun je dan zegge Toon wast em? [/v] | |||
informant | [a] Nee wast zich. [/a] | tagging | ||
informant | Ik lees zinnen voor in het Nederlands hoe zeg je die in het dialect? | |||
informant | [v=162] Maries auto is kapot. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Marie heuren auto is kapot. [/a] | tagging | ||
informant | [v=193] Dat is zo zeker als één en één twee is. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Das zo zeker as één en één twee is. [/a]
da s |
tagging | ||
informant |
[v=253] Op zondag gingewe met heel de familie naar zee wat heel leuk was. [/v]
ginge we |
|||
hulpinterviewer |
[a] 's Zondags gonkeve me heel de familie naar de zee wa heel fijn waar heel plezierig waar. [/a]
gonke ve |
tagging | ||
informant | [v=255] In het dorp waar ik woon staat een oud kerje. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] In t dorp moe ich woon staa een oud kerkje. [/a] | tagging | ||
informant | [v=256] Op de dag dat wij aan kwame regende het. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Den dag davaan kame of arriveerde regendenet. [/a]
da v aan regend n et |
tagging | ||
informant | [v=257] Dat is iets wat heel mooi is. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Das iet wa heel schoon is. [/a]
da s |
tagging | ||
informant | [v] Kan je ook zegge dat is iets dat die heel mooi is? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [v=308] Zou hij dat hebben kunnen doen. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Zouem da hebbe kunne doen? [/a]
zou em |
|||
hulpinterviewer |
[a] Zouem da kunne doen hebbe? [/a]
zou em |
|||
hulpinterviewer |
Zouem da hebbe kunne doen?
zou em |
tagging | ||
hulpinterviewer | Da wring. | |||
hulpinterviewer | Ja het kan. | |||
informant | [v=393] Niet vertelle dat je een cadeau voor hem hebt gekocht hoor. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Ni vertelle dadje ne cadeau voor hem gekoch et zeer. [/a] | tagging | ||
informant | [v=440] Die van de stad die hebben hier veel huizen gebouwd. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Die van de stad die hebben hier veel huis gebouwd. [/a] | tagging | ||
informant | [v=444] Jef die zou ik nooit uitnodige. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Jef die zou ich nooit invitere. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=445] Marie die zou zo iets nooit doen. [/v] | |||
informant | [a] Marie die zou zo iet nooit doen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=446] Louis die drinkt wel eens een glas te veel. [/v] | |||
informant | [a] Louis die drink die drink wel eens of gemakkelijk een glas te veel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=447] Martha die zou ik wel eens bij mij thuis wille uit nodige. [/v] | |||
informant |
[a] Martha die zouch thuis wel eens wille invitere. [/a]
zou ch |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=448] Da dat huis da zou ik nooit wille kope. [/v] | |||
informant | [a] Da huis da zou ich nooit wille kope. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=449] Dat huis dat staat daar al vijftig jaar. [/v] | |||
informant | [a] Da huis da staat daar al vijftig jaar. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=492] Hij is vorige week door de dokter geopereerd. [/v] | |||
informant | [a] Hi is verleden week door den dokter gopereerd. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Eh kan je ook zegge hij is vorige week van de dokter geopeerd. /v] | |||
informant | [a=n] Van nee nee. [/a] | |||
informant | Nee door den dokter. | |||
hulpinterviewer | [v=493] Hij wordt morgen door de dokter geopereerd. [/v] | |||
informant | [a] Hie wordt morgen door den dokter gopereerd. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=049] Ik heb me daar goed geamuseerd. [/v] | |||
informant | [a] Ich heb mich daar goed gamuseerd. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=050] Ze heeft zich niet geamuseerd op het bal. [/v] | |||
informant | [a] Zeet zich neet geamuseerd op het bal. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=275] Je herinnert je toch wel dat je me toen onder die ladder door liet lope. [/v] | |||
informant |
[a] Dje rappeleert uuch toch nog dadje me toen onder die ladder het late door lope. [/a]
da dje |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=281] Ik herinner me nog dat iemand ons steeds riep. [/v] | |||
informant | [a] Ich rappleer mich nog dat iemand ons altijd maar riep roep. [/a] | tagging | ||
informant | [v=290] Hij voelde zich door het ijs zakke. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Ie voelde zich door t ijs zakke. [/a] | tagging | ||
informant | [v=291] U herinnert zich vast wel dat we bij Marieke langs ginge. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Dje rappeleert uuch zeker dawe bij Marie langs gonke. [/a]
da we |
tagging | ||
informant | [v=293] Ze herinneren zich nog iets maar niet alles. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Ze rappelere hun nog iet maar ni alles. [/a] | tagging | ||
informant | [v] Dje zeg nu un? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Ja ze rappelere zich nee he. [/a] | |||
informant | [a] Ich zou da gezeid hebbe ja. [/a] | |||
informant | [v=336] In die tijd leefde ik er op los. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] In dieen tijd leefdenich ter op los. [/a]
leef de n ich |
tagging | ||
informant | [v=337] Vroeger leefde hij als een beest. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Vroeger leefdenem wie een beest. [/a]
leef de n em |
tagging | ||
informant | [v=338] Daar leefden wij als God in Frankrijk. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Daar leefdevie gelijk as God in Frankrijk ja. [/a]
leef de vie |
tagging | ||
informant | [v=345] Toen leefde jij als een koning. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Toen leefdedjie wie ne koning. [/a]
leef de djie |
tagging | ||
informant | [v=412] Er waren veel mensen op het feest. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Daar ware veel mensen op het feest. [/a] | tagging | ||
informant | [v=413] Jammer dat ik gisteren niet naar je verjaardag kon kome. | |||
hulpinterviewer |
[a] Spijtig dach gisteren ni naar u verjaardag kos kome.
da ch |
tagging | ||
informant | Waren er veel mensen op het feestje? [/v] | |||
hulpinterviewer | Ware der veel mesen op het feestje? [/a] | tagging | ||
veldwerker | [n] [v=035] Jan herinnert zich dat verhaal wel kan je ook zegge Jan herinnert hem dat verhaal wel hem dat verhaal wel? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee Jan rappeleert zich dat verhaal. [/a] | |||
veldwerker | [v=018] Ze weet niet dat Marie gisteren gestorven is kan je ook zegge ze weet niet dat Marie gisteren is gestorve? [/v] | |||
informant | [a=n] Ze weet ni da Marie gisteren gestorve is. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Gestorve is is gesotrve? Nee nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] En kan je ook zegge ze en weet ni ze en weet ni da xxx? [/v] | |||
informant | [a=n] Ze en? Nee nee. [/v] | |||
veldwerker | [v=026] Jan had het hele brood wel wille op ete. Zou je ook kunne zegge Jan had het hele brood wel op eten gewild of gewild op eten? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee nee nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=069] En dan hoe zou je zegge leven er veel mensen van de visvangst? [/v] | |||
informant |
[a] Leve leveder veel ùmensen van visvangst van vissen? [/a]
leve der |
tagging | ||
veldwerker | [v=073] En kinderen leef wat minder gevaarlijk zou je ook kunne zegge leef wat minder gevaarlijk kinderen? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Leef wa minder gevaarlijk kinder ja da zou kunne. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=189] En dan het was vriendelijk van Jan om te kome werke zou je daar ook kunne zegge het was vriendelijk van jan voor te kome werke? [/v] | |||
informant |
[a=j] Twaar vriendelijk van jan voor te kome. [/a]
t waar |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Voor in alle gavel voor om niet. [/a] | |||
veldwerker | [v=216] Ze gelooft dat jij eerder thuis bent dan ik zou je ook kunne zegge | |||
veldwerker |
zo iets als ze gelooft dagegie eerder thuis xxx? [/v]
da ge gie |
|||
informant | [a=n] Nee nee nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=339] Niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet mag zien zou je ook kunne zegge niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet moog zien? [/v] | |||
hulpinterviewer | Moogt of mag is dat dan het verschil? | |||
veldwerker |
[v] Nee of dadge ook kunt zegge dus ik vind dat jij het ook niet zien moog? [/v]
dad ge |
|||
informant |
[a=n] Ah nee dje mooget ni zien dus ich vin dadjie et ooch ni moog zien. [/a]
moog et da djie |
|||
veldwerker | [v=370] Dat is de man die ze georpe hebbe zou je ook iets anders kunne zegge in plaats van die? [/v] | |||
informant |
[a=n] Nee das de man dieze geroepe hebbe. [/a]
da s die ze |
tagging | ||
veldwerker | [v=398] Dus voor ze schijnt niets te mogen eten zegge jullie het schijnt | |||
veldwerker | dat ze niets mag ete kan je ook echt met ze schijnt zegge of is het altijd met het schijnt dat ze? [/v] | |||
informant | [a] Het schijnt dat ze ja ja. [/a] | |||
informant |
[a] Ze schijnt das de zon. [/a]
da s |
|||
veldwerker | [v=399] Riosa probeerde voor niemand pijn te doen zou je ook kunne zegge Rosa probeert van niemand pijn te doen? [/v] | |||
informant | [a] Rosa probeerde voor niemand gen pijn xxx. [/a] | |||
hulpinterviewer | Of van? | |||
informant | [a] Nee voor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Voor he. [/a] | |||
veldwerker | [v] Zou je kunne zegge Rosa probeerde niemand pijn te doen? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Ja. [/a] | |||
informant |
[a] Rosa probeerde niemand gene pijn te doen eigenlijk ist in t Hasselts voor he voor niemand pijn te doen voor niemand pijn te doen. [/a]
is t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] dat andre zou ich al ni meer fout vinne. [/a] | |||
veldwerker | [v=400] En dan het belooft weer een mooie dag te worde zou je ook kunne zegge het belooft weer van een mooie dag te worde? [/v] | |||
veldwerker | [v] Of voor een mooie dag te worde? [/v] | |||
informant | [a] Het belooft weer van ne schone dag te zen. [/a] | |||
informant | [a] Van zou kunne ja. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[a] Van da zeggewe ni. [/a]
zegge we |
|||
informant |
[a] Nee nee nee tbeloof ne schone dag te worde. [/a]
t beloof |
|||
informant | [a] Ja zonder dinge he zonder van ja. [/a] | |||
veldwerker |
[v=401] Tis misschien beter voor nog even te wachte zou je daar ook kunne zegge tis misschien beter nog even te wachte? [/v]
t is |
|||
informant |
[a] Tis misschien beter van nog efkes te wachte maar dan zou ich weer van xxx. [/a]
t is |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Van of voor maar niet zonder. [/a] | |||
veldwerker | [v=402] En dan we hadde t geluk om hem direct terug te vinde zou je daar kunne zegge we hadde t geluk hem direct terug te vinde? [/v] | |||
informant | [a] We haan t geluk van hem direct terug te vinde. [/a] | tagging | ||
informant | Voor hem direct terug te vinde? | |||
hulpinterviewer | [a] Van we haan de chance van. [/a] | |||
veldwerker | [v=162] Marie haaren auto is kapot zou je eventueel ook Maries auto kunne zegge? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=255] In het dorp waar ik woon zou je ook kunne zegge in het dorp waar dat ik woon? [/v] | |||
informant |
[a] In het dorp in het dorp woe dach woon. [/a]
da ch |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Woe dach woon of woe ich woon. [/a]
da ch |
|||
informant | [a] Woe da wier ooch gezeid. [/a] [/n] |
data telefonische enquête
zinsnr. | testzin | instructie | antwoorden |
---|---|---|---|
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. | opmerking: zie veldwerk |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. | opmerking: zie veldwerk |
267 | Hij heeft zijn handen gewassen | als zonder reflexief vertaald, vragen of de variant met 'zich' ook kan voorkomen. Varianten opnemen als 'komt voor'-vragen. Als 'zich' voorkomt dan 'zijn handen' en 'de handen' afvragen. |
komt voor
: n |
373 | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben |
komt voor
: n |
|
388 | Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
389 | Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
390 | Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
391 | Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
395 | Geloof je niet dat hij gevallen heeft? | Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. | opmerking: zie veldwerk |
600 | Pas op dat je niet en valt. | Ook vragen of 'en' weggelaten kan worden. |
komt voor
: n opmerking: zie veldwerk |
601 | Maar en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). | |
602 | Waarom en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). | |
605 | Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. | In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. | |
606 | Dat kan daar nie in nie | Ook vragen of 'en' weggelaten kan worden. |
komt voor
: n |
610 | We konden nergens niet zitten in die volle zaal | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: j |
611 | We zullen nooit niet winnen van de sterkste man. | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: j |
612 | Ik heb niks niet gezien want ik sliep | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n |
613 | Ik heb geen enkel boek niet gekocht want m'n geld was op | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n |
614 | Jan rookt niet meer (VERTAAL) | Vertaling bij VORM |
vorm: jan rook ni mee |
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: hie |
730 | Hoe laat is dat eigenlijk? |
komt voor
: n |
|
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: we |
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: wie |
732 | Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) | Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2). |
komt voor
: n |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
komt voor
: n |
734 | Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. |
komt voor
: n |
|
737 | Marie en Piet kussen elkaar. | vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. |
vorm: mekandere |
738 | Hij riep alle familieleden bij zich. | Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) |
komt voor
: j vorm: zich |
739 | Er zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
740 | Het zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
741 | Daar zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
742 | Gisteren zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
743 | Gisteren zat er een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
744 | Gisteren zat het een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
745 | Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j opmerking: enkel mogelijk wanneer sterk aanwijzend |
|
746 | 't Is net of een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
747 | 't Is net of er een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
748 | 't Is net of het een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
749 | 't Is net of daar een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j opmerking: enkel mogelijk wanneer sterk aanwijzend |
|
750 | Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) | Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM |
vorm: asje dadje leef leeft |
753 | Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) | In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) | |
754 | Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) | In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) | |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ich goan |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goan ich |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djie got |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: got dje |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: dje got |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: got dje |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hie geet |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geet em |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: zij geet |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geet ze |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: het geet |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geet et |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: we goan |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goan we |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djillings got |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: got dje |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ze goan |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goan ze |
771 | Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) | Vorm van gaan invullen bij VORM |
vorm: got |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ich gonk |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk djie |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djie gonk |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk ich |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djie gonk |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk hie |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hie gonk |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk djie |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: zij gonk |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk et |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: et gonk |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk ze |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: wie gonke |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: gonk djillings |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: enkel 'toen' mogelijk |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djillings gonk |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonke wie |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: zij gonke |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonke zij |
781 | Vertel mij eens wie er aan de deur was? | Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. |
komt voor
: j |
782 | Dat is de man wie ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
783 | Dat is de man dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
784 | Dat is de man die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
785 | Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
786 | Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
787 | Dat is de man die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
788 | Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. |
komt voor
: j |
|
789 | Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
790 | Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
791 | Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
792 | Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
793 | Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
794 | Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
798 | Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. |
komt voor
: n |
|
799 | Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. |
komt voor
: n |
|
803 | Ze schijnt niks mogen eten. | Afvragen indien de zin voorkomt in Nuth |
komt voor
: n |
804 | Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. |
komt voor
: n |
|
817 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
818 | Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
819 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. |
komt voor
: j |
|
820 | Hij zal wel weer staan te zeuren. |
komt voor
: j |
|
821 | Hij zal wel weer staan zeuren. |
komt voor
: n |
|
822 | Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. |
komt voor
: j |
|
823 | Ben je met die fiets gevallen geweest? |
komt voor
: n |
|
824 | Het huis is verkocht geworden. |
komt voor
: j |
|
825 | Het huis is verkocht geweest. |
komt voor
: n |
|
826 | Ik heb hem gisteren tegengekomen. |
komt voor
: n |
|
827 | Jan liet zich meedrijven op de golven | Vorm zich invullen bij VORM |
komt voor
: j vorm: zich |
828 | Toon bekeek zich eens goed in de spiegel | Vorm zich invullen bij VORM |
komt voor
: j vorm: zich |
829 | Eduard kent zich goed | Vorm zich invullen bij VORM |
komt voor
: n vorm: zen eige |
831 | Jan trok de deken naar zich toe | Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM |
komt voor
: j vorm: zich opmerking: geen andere mogelijkheden |
© 2000-2007 KNAW/Meertens Instituut