SAND-data Sint-Truiden (P176p)
schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête
data schriftelijke enquête
zinsnr. | testzin | antwoorden |
---|---|---|
geen data schriftelijke enquête in Sint-Truiden |
interview mondelinge enquête
spreker | tekst | commentaar | ||
---|---|---|---|---|
commentaar | [meta][k]P176[/k][h]614[/h][i]615[/i][vw]ANS[/vw][/meta] | |||
commentaar | Spontaan gesprek | |||
commentaar | Test. | |||
hulpinterviewer |
Dus gie zeget in t Sint-Truidens he Tuur?
zeg et |
|||
hulpinterviewer | [v=035] Jan herinnert zich dat verhaal wel. [/v] | |||
informant | [a] Jan rappeleert hem da wel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=038] De timmerman heeft geen spijkers bij zich. [/v] | |||
informant | [a] De schrijnwerker hee geen nagel bij. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=040] Erik liet mij voor zich werke. [/v] | |||
informant | [a] Erik liet mich voor em werke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=018] Ze weet niet dat Marie gisteren gestorven is. [/v] | |||
informant | [a] Ze weet ni da Marie gestorven is. [/a] | Vraag hernomen op einde. | tagging | |
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] [/e=018] | [v] Reageert op vraag of ze en weet niet ook voorkomt. [/v] | ||
hulpinterviewer | [v=041] Johanna liet zich mee drijve op de golven. [/v] | |||
informant | [a] Jeanne liet eur mee drijve wacht mee gaan met de golven. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=042] Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel. [/v] | |||
informant | [a] Toon bezag hem hem eens goed in de spiegel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=025] Niemand heeft dat ooit gewild of gekund. [/v] | |||
informant | [a] Da hee nooit niemand gewild of gekunne. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Gekunne? Gekund? Gekost. [/e=025] | |||
informant | [a] Gekost. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=045] Eduard kent zichzelf goed. [/v] | |||
informant | [a] Eduard die kent hemzelf goed. [/a] | tagging | ||
informant |
[a] eduard kent zeneige goed [/a]
zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | Zen eige goed. Eduard kent zen eige. [/e=025] | Vraag op einde herhaald, dan enkel zijn eigen mogelijk. | ||
hulpinterviewer | [v=046] Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan. [/v] | |||
informant | [a] Ward Ward hee goord dat daar foto's van hem in de etalage staan. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=026] Jan had het hele brood wel wille op ete. [/v] | |||
informant | [a] Jan haa heel da brood wille op ete. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=n] Nee geen één van de twee. [/a] [/e=026] | [v] Reageert op vraag of ook gewild opeten of opeten gewild mogelijk zijn. [/v] | ||
hulpinterviewer | [v=053] Als ik eerlijk leef leef ik zoals mijn ouders wille. [/v] | |||
informant | [a] As ich eerlijk leef eerlijk leef leef ich gelijk mijn ouders da wille. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=055] Als hij nog drie jaar leeft leeft hij langer dan zijn vader. [/v] | In vragenlijst als in plaats van dan. | ||
informant |
[a] Aser nog drie jaar langer leeft dan leefter langer as zenne pa. [/a]
as er leeft er |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=057] Als zij zo gevaarlijk leeft leeft ze niet lang meer. [/v] | |||
informant | [a] As die zo lang as die zo lang gevaarlijk blijft leve leeft die ni meer lang. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=059] Als het nu nog leeft dan leeft het morgen ook nog. [/v] | |||
informant |
[a] Aset aset nu nog leeft _.
as et |
tagging | ||
informant | Dan leeft da morgen nog he. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=061] Als jullie zo gevaarlijk leve dan leve jullie nooit zo lang als ik. [/v] | |||
informant |
[a] Asdjie zo gevaarlijk blijft leve dan leefde ni zo lang as ich. [/a]
as djie leef de |
Vraag hernomen op einde. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=063] Als ze voor hun werk leve dan leve ze niet voor hun kinderen. [/v] | |||
informant |
[a] Asse voor hun werk leve dan leveze voor hun kinderen. [/a]
as se leve ze |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=067] Als Marcel nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/v] | |||
informant | [a] As Marcel nog leeft dan leeft Louis ook nog. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=068] Als je gezond leeft dan leef je langer. [/v] | |||
informant |
[a] Asge gezond leeft dan leefdje langer. [/a]
as ge leef dje |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=069] Als er zo weinig mensen van de landbouw leve dan leven er veel mensen van werk in de fabriek. [/v] | |||
informant | [a] As daar zo veel mensen leve van den ding van de boerenstiel dan leve dan leve daar meer mensen nee dan leve daar meer mensen van de fabriek. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=070] Als Lisa en Pierre in het paradijs leve dan leve Rosa en Frans in de hel. [/v] | |||
informant | [a] As Lisa en Pierre in de in t paradijs leve dan leve Rosa en Pierre in d hel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=071] Als we rustig leve levewe gelukkig. [/v]
leve we |
|||
informant |
[a] Aswe gerust gerust leve dan levewe gelukkig. [/a]
as we leve we |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] Als we eerlijk leve levewe gelukkig. [/v]
leve we |
|||
informant |
[a] Nee as weerlijk leve dan levewe gelukkig. [/a] [/e=071]
w eerlijk leve we |
|||
hulpinterviewer | [v=072] Leef wat gezonder Jan. [/v] | |||
informant | [a] Leef wa gezonder Tuur. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=073] Leef wat minder bekrompen kinderen. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Kinderen leeft een beetje minder op heur eigen of zo iets. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=132] Ik denk dat Marie hem zal moete roepe. [/v] | |||
informant | [a] Ich denk da Marie hem zal roepe hem zal moete roepe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=188] Heb je genoeg mensen om hooi van het land te hale? [/v] | |||
informant |
[a] Hedje genoeg mensen om d hooi om het hooi van t land af te hale? [/a]
hed je |
Vraag hernomen op einde. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=189] Het was aardig van Jan om te kome werke. [/v] | |||
informant |
[a] Da was fijn van hem dater kwam werke. [/a]
dat er |
Vraag hernomen op einde. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=190] Deze ton is zwaar om te drage. [/v] | |||
informant | [a] Die ton die is te zwaar voor te drage. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=192] We hope allemaal van op tijd thuis te zijn. [/v] | |||
informant |
[a] Wope allemaal van op tijd thuis te zen. [/a]
w ope |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=198] Hij kan staan zeure. [/v] | |||
informant | [a] Hij kan hij kan dan zage. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=200] Toen we aan kwame regende het. [/v] | |||
informant |
[a] Toen waan kwame regelde het. [/a]
w aan |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=215] Ik geloof dat ik groter ben als dan zeker dan hij ggg. [/v] | |||
informant |
[a] Ich geloof dak groter ben asij. [/a]
da k as ij |
tagging | ||
informant |
[a] Asem ja. [/a] [/e=215]
as em |
tagging | ||
hulpinterviewer | Eh [a] Hij staat te zage. [/a] | Onmiddellijkantwoord op [v=199]. | ||
hulpinterviewer | [v=216] Zij gelooft dat jij eerder thuis bent dan als ik. [/v] | |||
informant |
[a] Ze gelooft dadjie eerder thuis zijt dan asem asich. [/a]
da djie as em as ich |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=217] Je gelooft toch niet dat hij sterker is als jij. [/v] | |||
informant |
[a] Dje gelooft toch ni da dater sterker is asdjij. [/a]
dat er as djij |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=218] Ze gelove dat wij rijker zijn dan zij. [/v] | In vragenlijst als. | ||
informant |
[a] Ze gelove da dawee rijker zin aszij. [/a]
da wee as zij |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Zij of zijlies. [/a] | tagging | ||
informant | Of zijlies. [/e=218] | |||
hulpinterviewer | [v=219] Wij gelove dat jullie niet zo slim zijn als wij. [/v] | |||
informant | [a] Wij wij gelove | tagging | ||
informant |
dat djillies niet zo slim zijt aswij. [/a]
as wij |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=220] Jullie gelove toch niet dat zij armer zijn dan jullie. [/v] | |||
informant | [a] Djillies gelooft toch ni da die _. | tagging | ||
hulpinterviewer |
Dazij.
da zij |
|||
informant |
Dazij armer zen aswij.
da zij as wij |
tagging | ||
hulpinterviewer | As as djillies. | |||
informant | As djillies. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=221] U gelooft dat Lisa even mooi is als Anna. [/v] | |||
hulpinterviewer | As Anna. | |||
informant | [a] Djij gelooft da Anna even schoon is as as Anna. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=222] Hij gelooft dat Jules en Jan sterker zijn dan Gaston en Pierre. [/v] | |||
hulpinterviewer | As Gaston en Pierre. | |||
informant | [a] Hij gelooft da Jules en Jan Jules en Jan sterker zen as Gaston en Pierre. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=249] De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/v] | |||
informant | [a] Die jong die zen ma gisteren hertrouwd is stond achter _. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Die jong die zen ma gisteren hertrouwd is die stond achter mich. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Van wie dat de moeder da ging ook maar die das meer Sint-Truidens die zen die zen ma gisteren xxx. [/a] [/e=249]
da s |
|||
hulpinterviewer | [v=250] De bank waar ze op zate was pas geverfd. [/v] | |||
informant |
[a] De bank woesop zate was juist geverfd. [/a]
woe s op |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a=n] xxx nee. [/a] [/e=250] | [v] Reageert op vraag of op ook nog op een andere plaats kan. [/v] | ||
hulpinterviewer | [v=259] Wie geld heeft moet mij maar wat geve. [/v] | |||
informant | [a] Wie geld hee moet mich maar een beetje geve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Ja die die geld hee da gaat ook. [/a] [/e=259] | |||
hulpinterviewer | [v=273] Marie trok de deken naar zich toe. [/v] | |||
informant | [a] Marie trok de sosse naar heur. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Naar heur op aan. [/a] [/e=273] | |||
hulpinterviewer | [v=339] Niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet mag zien. [/v] | |||
informant |
[a] Niemand mooget zien dus vinich dadjie het ook ni moog zien. [/a]
moog et vin ich da djie |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] [/e=339] | [v] Reageert op vraag of zien moog ook mogelijk is. [/v] | ||
hulpinterviewer | [v=370] Dat is de man die ze geroepe hebbe. [/v] | |||
informant |
[a] Da is de man dieze geroepe hemme. [/a]
die ze |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=371] Dat is de man die het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
informant | [a] Da is de man die het verhaal die het vertelsel hee verteld. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=372] Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
informant |
[a] Da is de man dak denk dak denk da het verteld hee. [/a]
da k |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=373] Dat is de man die ik denk dat ze geroepe hebben. [/v] | |||
informant |
[a] Das de man die ik denk dase geroepe hemme. [/a]
da s da se |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=397] 't Schijnt dat ze niets mag ete. [/v] | |||
informant |
[a] Het schijnt dase niks moog ete. [/a]
da se |
Vraag hernomen op einde. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=398] Ze schijnt niets te mogen ete. [/v] | |||
informant |
[a] Het schijnt dase niks moog ete. [/a]
da se |
|||
hulpinterviewer | [v=403] Het lijkt wel dat er iemand in de tuin staat. [/v] | |||
informant | [a] Het dunkt mich da daar iemand in den hof sta. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Of daar zeggewij he of daar iemand in den hof sta. [/a] [/e=403]
zegge wij |
[v] Reageert op vraag of er kan wegvallen. [/v] | ||
hulpinterviewer | [v=520] Wat voor boeken heb je gekocht? | |||
informant |
[a] Wa voor wa voor boek hedje gekocht? [/a]
hed je |
|||
hulpinterviewer | [a] Of wa boek. [/a] | |||
informant | Wa boek. | |||
hulpinterviewer | [a] Wa soort boek zou ich zegge. [/a] [/e=520] | |||
hulpinterviewer | [v=526] Wie heeft jou op de kermis gezien? [/v] | |||
informant |
[a] Wie heede op de kermis gezien? [/a]
hee de |
Verkeerd antwoord. | tagging | |
hulpinterviewer |
Ja nu zeg ich een zin in t plat Sint-Truidens en Tuur dan moetdje zien of of da of die volgorde juist is.
moet dje |
|||
hulpinterviewer |
[v=495] Ich denk dadje veel weg zult moete gooie. [/v]
da dje |
|||
informant |
[a] Ich denk dadje zult veel weg moete gooie. [/a]
da dje |
|||
hulpinterviewer | [a] Ich zou zegge moete weg gooie. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Zult moete weg gooie. [/a] | |||
informant |
[a] Ich denk dadje veel zult moete weg gooie zult moete weg gooie. [/a]
da dje |
|||
hulpinterviewer |
[v] Ich denk dadje veel zult weg moete gooie? [/v]
da dje |
|||
informant |
[a=n] Nee ich denk dadje veel zult weg moete gooie? [/a]
da dje |
|||
informant |
Ich denk dadje veel zult zult moete weg gooie.
da dje |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] Ich denk dadje veel zou zout moete weg gooie? [/v]
da dje |
|||
hulpinterviewer | [a=j] Ja dat is dan xxx wij het zegge. [/a] [/e=495] | |||
hulpinterviewer |
[v=497] Hij is alle kapotte zaken weg aant gooie. [/v]
aan t |
|||
informant |
[a] Hij is al de kapotte zaken weg aant gooie. [/a]
aan t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Hij is alle kapotte zaken aan het weg gooie? [/v] | |||
informant |
[a=j] Hijs al de kapotte zaken aant aant weg gooie. [/a] [/e=497]
hij s aan t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=003] Ich denk da Marie geprobeerd hee van hem nen brief te schrijve. [/v] | Verkeerde vraag dus hernomen op einde. | ||
informant | [a=n] Ich denk da Marie geprobeerd hee van hem van hem nen brief te schrijve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=004] Ich probeerdekege om tomaten te kweke te kweke. [/v]
probeer de ke ge |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Ich probeerde tomaten te kweke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=022] Daar wilt niemand ni danse. [/v] | |||
informant |
[a=j] Daar wilt niemandni danse. [/a]
niemand ni |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=027] Vertel maar ni wiezaa kunne roepe. [/v]
wie z aa |
|||
informant |
[a=n] Vertel maar ni wie wie dasaa _. [/a]
da s aa |
tagging | ||
hulpinterviewer | Wie dasaa kunne roepe. | |||
hulpinterviewer | xxx dat wij daar nen dat tussen zette. [/e=027] | |||
hulpinterviewer |
[v=028] Vertelt maar eens wie dasaa kunne roepe. [/v]
da s aa |
|||
informant |
[a=g] Vertelt maar eens wie wie dasaa _. [/a]
da s aa |
tagging | ||
hulpinterviewer | Haa kunne roepe. [/e=028] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=029] Vertelt maar eens wie of zaa kunne roepe. [/v]
z aa |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Wie of nee da zeggewe ni. [/a]
zegge we |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=030] Vertelt maar eens wie of dasaa kunne roepe. [/v]
da s aa |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Diene of zeggewij daar nooitni tussen wie dasaa kunne roepe. [/a]
zegge wij nooit ni da s aa |
|||
hulpinterviewer | [v=137] Hij wilt gene snoep ni meer ete ni. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | Hij wilt gene snoep gene snoep ni meer ete. [/e=137] | |||
hulpinterviewer | [v=140] Zitten hier nergens geen muis? [/v] | |||
informant | [a=j] Zitten hier nergens geen muis? [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=146] Hij spreekt ni goed geen Frans. [/v] | |||
informant | [a=n] Hij spreekt ni goed Frans. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Hij spreekt zo goed geen Frans? [/v] | |||
informant | [a=n] Hij spreekt niet zo goed Frans. [/a] [/e=146] | |||
hulpinterviewer | [v=148] Iedereen is gene stielman. [/v] | |||
informant | [a=j] Iedereen is gene stielman. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=149] Hij hee overal geen vrienden. [/v] | |||
informant | [a=n] Hij hee nergens geen vrienden. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=086] Ich weet dat Eduard brood wilt ete of wilt brood ete. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich weet dat Eduard brood wilt ete. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=087] Eduard moet kunne vroeg op staan. [/v] | |||
informant | [a=j] Eduard moet kunne vroeg op staan. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Maar ge kunt toch ook zegge moet vroeg kunne op staan. [/a] [/e=087] | |||
hulpinterviewer | [v=023] Els wil ni danse en ze wilt ni zinge ze wil ni danse en ni zinge ook ni. [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Ja ja dat gaat. /a] | |||
hulpinterviewer | [v=150] Hij weet alles ni van die zaak. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Die weet ni alles van die zaak. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=151] Hij hee altijd genen tijd. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Hij hee nooit genen tijd. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=088] Ich weet da Jan moet een nieuwe schuur bouwe. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich weet da Jan een nieuwe schuur moet bouwe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=093] Ich vin da Marie moet naar Jef belle. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich vin da Marie naar Jef moet belle. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=102] Ich weet da Jan spijtig genoeg moet vertrekke. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich weet da Jan spijtig genoeg moet vertrekke. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=107] Ich weet da Henri moog ni kome. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich weet da Henri ni moog kome. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=114] Ich weet da Jan wil varkens kope. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Ich weet da Jan | |||
informant | da Jan een varken wil | |||
informant | kope. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=501] Marie zit te stoofperen schelle. [/v] | |||
informant |
[a=n] Marie is stoofperen aant schelle. [/a]
aan t |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Gisteren wandeldeter door het park. [/v]
wandel de ter |
Onmiddellijk antwoord op [v=006] | ||
hulpinterviewer | [v=075] Ich vin da iedereen moet kunne zwemme. [/v] | |||
informant | [a=g] Ich vin da iedereen moet kunne zwemme. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Ich vin da iedereen zwemme moet kunne. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Nee moet kunne zwemme. [/e=075] | |||
hulpinterviewer | [v=077] Ich vin da iedereen moet zwemme kunne. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich vin da iedereen moet kunne zwemme. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=080] Ich vin da iedereen kunne zwemme moet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=082] Ich vin da iedereen zwemme kunne moet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=084] Ich vin da iedereen zwemme moet kunne. [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Da zou ook nog wel gaan he ggg. [/a] | |||
veldwerker | [v] Wa zou je het meeste zou gebruike ik vind iedereen moet kunne zwemme of ik vind dat iedereen zwemme moet kunne? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Het eerste denk ich ich vin dat iedereen moet kunne zwemme. [/a] [/e=084] | |||
hulpinterviewer | [v=154] Boeken hee Jan drie. [/v] | |||
informant | [a=n] Hee Jan drie boeken? [/a] | |||
hulpinterviewer |
[a] Jan hee drie boeken ofwel zeggewij van boeken hee Jan ter drie. [/a] [/e=154]
zegge wij |
|||
hulpinterviewer |
[v=156] Jan weet dater voor drie uren den auto moet hebbe gemaakt. [/v]
dat er |
|||
informant |
[a=n] Jan weet dater voor drie uren den een auto moet gemaakt hebbe. [/a]
dat er |
|||
hulpinterviewer |
[v=157] Jan weet dater voor drie uren den auto moet gemaakt hebbe. [/v]
dat er |
|||
informant |
[a=g] Jan weet dater voor drie uren den auto moet gemaakt hemme. [/a]
dat er |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=160] Jan weet datij voor drie uren den auto gemaakt moet hebbe. [/v]
dat ij |
|||
hulpinterviewer | [a=j] Den auto gemaakt moet hebbe. Moet gemaakt zijn of gemaakt moet zijn da gaat ook. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Maar moet gemaakt hebbe is beter. [/e=160] | |||
hulpinterviewer |
[v=161] Jan weet dater voor drie uren den auto gemaakt hebbe moet. [/v]
dat er |
|||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=260] Wa denkdje wie ich in de stad gezien heb? [/v]
denk dje |
|||
informant |
Wa denkje wie ich in de stad gezien heb?
denk je |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[a=n] Gewoon wie denkdje da da ich in de stad gezien heb? [/a]
denk dje |
|||
informant | Ah ja. [/e=260] | |||
hulpinterviewer |
[v=262] Wie denkdje wie ich in de stad gezien hem? [/v]
denk dje |
|||
informant |
[a=n] Wie denkje da ich in de stad gezien hem? [/a]
denk je |
|||
hulpinterviewer | [v=248] Ich doen wel efkes de sjatten af wasse. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich gaan straks den afwas doen. [/a] | |||
hulpinterviewer | Ich gaan straks de sjatten af wasse. [/e=248] | |||
hulpinterviewer |
[v=296] Zouter da gedaan hebbe gekost? [/v]
zou ter |
|||
informant |
[a=n] Zouter da gekunne hebbe zouter da gekost hebbe? [/a]
zou ter |
|||
hulpinterviewer |
[a] Zouter da hebbe kunne doen? [/a] [/e=296]
zou ter |
|||
hulpinterviewer | [v=309] Ich heb geen goesting en voeiere de koeien. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich heb geen goesting van van de koeien te voeiere. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Ich heb geen goesting voor. [/a] | |||
informant | Voor de koeien te voeiere. [/e=309] | |||
hulpinterviewer |
[v=316] De politie zou bijtem kome en
bij tem |
|||
hulpinterviewer | neme hem mee. [/v] | |||
informant | [a=n] De politie zou bij em kome en hem mee neme. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=317] Marie al haar koeien zen verdronke bij d overstroming. [/v] | |||
informant | [a=n] Marie her koeien zen allemaal verdronke. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Al Marie her koeien zen verdronke da gaat ook he. [/a] [/e=317] | |||
hulpinterviewer | [v=319] Da denk ich ni aan. [/v] | |||
informant | [a=n] Daar denk ich ni aan. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=321] Die rare jong ben ich mee naar de markt gewees. [/v] | |||
informant | [a=n] Be die rare _. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Die rare jong heb ich mee naar de markt gewees? [/v] | |||
informant | [a=n] Be die rare jong ben ich naar de markt gewees. [/a] [/e=321] | |||
hulpinterviewer | [v=322] Ich heb al de eerste drie sommen gemaak. | |||
informant | [a=n] Ich heb al de drie eerste sommen gemaak. | |||
hulpinterviewer |
Ja de welke hedjij gemaak? [/v]
he djij |
|||
hulpinterviewer |
Waffer zeggewij waffer hedjij gemaak?
zegge wij he djij |
|||
informant | Waffer waffer hedjij gemaak? [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=329] Ich geloof die jong vinneze allemaal wel lief. [/v]
vinne ze |
|||
informant |
[a=n] Ich geloof dase die jong allemaal wel lief hebbe. [/a]
da se |
|||
hulpinterviewer |
[v=323] De ja die de waffer hedjij al weg gebracht? [/v]
he djij |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Of waffere hedjij al weg gebrach? [/a]
he djij |
|||
hulpinterviewer |
[v=347] Ich weet dater is gaan zwemme. [/v]
da ter |
|||
informant |
[a=n] Ich weet dater zwemme gegaan is. [/a]
da ter |
|||
hulpinterviewer |
[v=350] Ich weet dater gaan zwemmenis. [/v]
da ter zwemme n is |
|||
informant |
[a=j] Ich weet dater gaan zwemmenis. [/a]
da ter zwemme n is |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=352] Ich weet dater zwemme gaan is. [/v]
da ter |
|||
informant |
[a=g] Ich weet dater zwemme gaan is. [/a]
da ter |
tagging | ||
hulpinterviewer |
Dater zwemme is zonder gaan.
da ter |
|||
veldwerker | [v] En welke zou je het meeste gebruike? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Ich zou zegge het laatste. [/a] [/e=352] | |||
hulpinterviewer |
[v=353] Wildje nog koffie Jan? Ja ich. [/v]
wil dje |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Wildje nog koffie Jan? Ja ja zeggewij gewoon. [/a]
wil dje zegge wij |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=364] Is hem dood? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Ister dood zeggewij gewoon. [/a]
is ter zegge wij |
|||
informant |
Ister dood ja. [/e=359]
is ter |
|||
hulpinterviewer |
[v=387] Wanner zal de wereldvrede kome? Nooitni. [/v]
nooit ni |
|||
hulpinterviewer |
[a=j] Nooitni he nooitni da zeggewij. [/a]
nooit ni zegge wij |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=399] Rosa probeerde voor niemandni voor niemand pijn te doen. [/v]
niemand ni |
|||
informant | [a=n] Probeerde van niemand pijn te doen. [/a] | Vraag hernomen op einde. | tagging | |
hulpinterviewer |
[a] Van niemandni pijn te doen. [/a]
niemand ni |
|||
informant | Van niemandni pijn te doen. [/e=399] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=400] Het belooft weer ne schonen dag te weidde. [/v] | |||
informant | [a=n] Het belooft van ne goede dag te gaan weidde. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Het belooft weer eens ne schone dag te weidde. [/a] [/e=400] | |||
hulpinterviewer | [v=417] Misschien gaan ich et wel krijge. [/v] | Vraagstelling niet helemaal correct. | ||
informant | [a=n] Misschien krijg ich het wel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Misschien gaan ich et wel krijge da gaat ook he. [/e=417] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=418] Teidergij? [/v]
tei de r gij |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Nee das Zoutleeuw. [/a]
da s |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=419] Teirdemjie uit nodige? [/v]
teir de m jie |
|||
informant |
[a=n] Teidjie em uit nodige? [/a]
tei djie |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=420] Teirdezegijdjie uit nodige? [/v]
teir deze gij djie |
|||
informant |
[a=n] Teirdjiedie uit nodige? [/a]
teir djie die |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=423] Hedjie mich djie die brief geschikt? [/v]
he djie |
|||
informant |
[a=n] Hedjie mich die brief geschikt? [/a]
he djie |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=425] Ze leeft zij op water en brood. [/v] | |||
informant | [a=n] Ze leeft op water en brood. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=427] Wij zijn wij daar nog nooit geweest. [/v] | |||
informant | [a=n] Wij zijn daar nog nooit geweest. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=428] Marie zei dawij dawij dawijwij zulle winne. [/v]
da wij da wij wij |
|||
informant |
[a=n] Marie zei dawij wel wij wel zulle winne. [/a]
da wij |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=429] Hij kan hij daar ook niks aan doen. [/v] | |||
informant | [a=n] Hij kan daar ook niks aan doen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=430] Ik denk dat dateeee morgen ook kum. [/v]
dat ee ee |
|||
informant |
[a=n] Ich denk dater morgen ook kump. [/a]
da ter |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=459] Hij hee de bal gegooid in de bast. [/v] | |||
informant | [a=n] Hij hee de bal in de bast gegooid. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=486] Die boek belooft mich dadje nooit meer dadje nooitni meer nooit meer zult weg steke. [/v]
da dje nooit ni |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Ich denk dawij gewoon beginne me belooft dadje diene boek nooitni meer zult weg steke. [/a]
da wij da dje nooit ni |
|||
hulpinterviewer | [v=487] Wa zeg zeg mich dadje gekocht het? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Wa zegdje dadje gekocht het? [/a]
zeg dje da dje |
|||
hulpinterviewer |
[v=530] Marie zei dadjie Pierre ne boek het geprobeerd te verkope. [/v]
da djie |
|||
informant |
[a=n] Marie zei dadjie Pierre ne boek het wille verkope. [/a]
da djie |
|||
hulpinterviewer | Het probere te verkope. | |||
hulpinterviewer |
[a] Ofwel dadjie geprobeerd het van Pierre ne boek te verkope da gaat ook. [/a] [/e=530]
da djie |
|||
hulpinterviewer | [v=531] Jules dacht da ich Lisa haa geprobeerd ne cadeau te geve. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Da ich geprobeerd haa Lisa ne cadeau te geve. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=532] Karel weet dadjie het geprobeerd Marie ne boek te verkope. [/v]
da djie |
|||
informant |
[a=n] Karel weet dadjie geprobeerd het van van Marie ne boek te verkope. [/a]
da djie |
|||
hulpinterviewer | [v=227] As Frans zei hij slaap kan Jan dan antwoorde hij doe? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee as Frans zei hij slaap dan kan Jan alleen antwoorde ja of nee ggg. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=228] En as Frans zegt hij slaap hij slaap ten t doet? [/v] | |||
hulpinterviewer | Nee nee. | |||
informant | [a=n] Ten doet nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=243] En en ie doet? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Nee das allemaal iet dawij ni zegge. [/a]
da s da wij |
|||
hulpinterviewer | [v=244] Hij slaapt toch niet? Eh toetoet? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Das ook Westvlaams. [/a]
da s |
|||
hulpinterviewer | [v=485] As eh Frans zei zal ich deze avond koke? | |||
hulpinterviewer | En dan zou Marie kunne antwoorde da doe maar? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee doe da maar. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=517] Robert hee hee drie groen appel en Marie heeter drie rode. [/v]
hee ter |
tagging | ||
informant | [a=j] Robert hee drie groen appel en Marie twee. | |||
hulpinterviewer |
Heeter drie rode ggg.
hee ter |
|||
informant | Heeter drie rode. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Heeter drie ter zeggewij dan altijd. [/a] [/e=517]
hee ter zegge wij |
[v] Reageert op vraag of het ook zonder er kan. [/v] | ||
hulpinterviewer | [v=424] Ich heb hem het gegeve. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich heb het em gegeve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=001] Marie denk dahij haa wille thuis. [/v]
da hij |
|||
hulpinterviewer |
Dahij wille thuis gaan.
da hij |
|||
informant | [a=n] Marie Marie denk _ thuis gaan. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=002] Ich heb da gezeid gad. [/v] | |||
hulpinterviewer | Ja. | |||
informant | [a=j] Ich heb da gezeid gad. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=136] Jan en hee ni meer ni ni veel geld ni meer. [/v] | |||
informant | [a=n] Jan hee geen geld ni meer. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=141] Ich geef niks aan een ander ni. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich geef niks aan ne andere. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=142] Niemand wil ni werke ni. [/v] | |||
informant | [a=n] Niemand wil wilt ni werke. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=388] Wie hee den auto mee genome? Niemandni. [/v]
niemand ni |
|||
informant |
[a=j] Wie hee den auto mee genome? Niemandni. [/a]
niemand ni |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=389] Boe wast het geld aan de bomen? Nergensni. [/v]
nergens ni |
|||
informant |
[a=j] Boe boe wast het het geld aan de bomen? Nergensni. [/a]
nergens ni |
tagging | ||
hulpinterviewer |
Nieveransni. [/e=389]
nieverans ni |
|||
informant | [a] Nieveransni. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=390] Wa is rond en vierkant tegelijk? Niksni. [/v]
niks ni |
|||
informant |
[a=j] Wa is rond en vierkantig tegelijk? Niks. Niksni. [/a]
niks ni |
tagging | ||
hulpinterviewer |
Niks of niksni da gaat alle twee. [/e=390]
niks ni |
|||
hulpinterviewer |
[v=391] Wa voor koeien heeter gemolke? Geen enkele ni. [/v]
hee ter |
|||
informant |
[a=n] Wa koeien heeter gemolke? Wa koeien heeter gemolke? Geen. [/a]
hee ter |
|||
hulpinterviewer | [v=475] Marie hee nu meer koeien dan ze vroeger dan ze vroeger en haa. [/v] | |||
informant |
[a=n] Marie hee nu meer koeien asdase vroeger haa. [/a]
as da se |
|||
hulpinterviewer | [v=479] Hier is alles wa ich gekrege en hem. [/v] | |||
informant |
[a=n] Hier is alles wak gekrege heb. [/a]
wa k |
|||
hulpinterviewer | [v=170] Jan is Rosa en Julia hun broerke. [/v] | |||
informant | [a=j] Jan Jan is Rosa en Fina heur broer. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Hun broerke. | |||
informant | Ah ja. [/e=170] | |||
hulpinterviewer | [v=173] Diene auto is Jefs. [/v] | |||
informant | [a=n] Van Jef. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=174] Die velo is mijns. [/v] | |||
informant | [a=n] Die velo is van mich. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=368] Be em te werke moes zij den helen dag thuis te blijve. [/v] | |||
informant |
[a=n] Om da hij werke moes issij thuis gebleve. [/a]
is sij |
|||
hulpinterviewer |
[v] Be tem te werke da gaat toch ook of zeggewij be hij te werke? [/v]
zegge wij |
|||
informant |
[a=j] Bij hij te werke moessij thuis blijve. [/a]
moes sij |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=395] Geloofdje ni dahij gevallenis? [/v]
geloof dje da hij gevalle n is |
|||
informant |
[a=j] Geloofdje ni dahij gevallenis? [/a]
geloof dje da hij gevalle n is |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] Geloofdje ni dahij gevalle hee? [/v]
geloof dje da hij |
|||
informant |
[a=n] Dater gevallenis. [/a] [/e=395]
da ter gevalle n is |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Ja de zulke? Van die zeggewij zou ich ni durve op ete. [/a]
zegge wij |
Onmiddellijk antwoord op [v=324] | ||
hulpinterviewer | [v=325] De die zou ich ni durve op ete. [/v] | |||
informant | [a=n] Van die. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Die of van die. [/a] [/e=325] | |||
hulpinterviewer | [v=494] Ich vin da Jan beter den dokter kos hebbe geroepe. [/v] | |||
informant | [a=n] Ich vin da Jan beter den dokter haa kunne roepe. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=506] Hedjij aan Jan gezien? [/v]
he djij |
|||
hulpinterviewer |
Hedjij iet aan Jan gezien?
he djij |
|||
informant | [a=n] Hedjij iet aan Jan gezien? [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=357] As daar ene zei daar kum iemand langs | |||
hulpinterviewer | kan dan zen vrouw antwoorde wie da? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Wie da ja of wie. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=408] Op da feest wit daar veel gedanst. [/v] | |||
informant | [a=j] Op da feest wet veel gedanst. | tagging | ||
informant | Wet daar wet daar veel gedanst. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Wet veel gedanst ook alle twee. [/a] [/e=408] | |||
hulpinterviewer | [v=409] Nu wit daar nog alleen maar brood verkocht in die winkel. [/v] | |||
informant | [a=j] Nu wet daar maar alleen wet daar maar alleen brood verkocht in die winkel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=n] Ich zou toch daar zegge. [/a] [/e=409] | [v] Reageert op vraag of het ook zonder er kan. [/v] | ||
hulpinterviewer | [v=414] Gisteren stond daar ene vieze man in den hof. [/v] | |||
informant | [a=j] Gisteren stond daar e vies e vies man in den hof. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Altijd be daar of zonder daar? | |||
hulpinterviewer | Daar. [/e=414] | |||
hulpinterviewer | [v=482] Die boek leg daar. [/v] | |||
informant | [a=n] Leg die boek daar. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=483] Asdje echt ni kunt wachte dan kom maar. [/v]
as dje |
|||
informant |
[a=n] Asdje echt ni kunt wacht kom dan maar. [/a]
as dje |
|||
hulpinterviewer | [v=484] Da ziet maar. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Ich denk dawe da heel anders onmschrijve da ziet maar. [/a]
da we |
|||
hulpinterviewer |
[v=369] Be het te sneeuwe kostewe de stad ni uit. [/v]
koste we |
|||
informant |
[a=n] Be die sneeuw kostewe de stad ni uit. [/a]
koste we |
|||
hulpinterviewer | [v=358] Ich denk da iemand de koekjes heet op gete maar ich weet ni wie da. [/v] | |||
informant | [a=n] Maar ich weet ni wie. [/a] | |||
hulpinterviewer | Ah nu gewoon vertale. | |||
hulpinterviewer | [v=162] Maries auto is kapot. [/v] | |||
informant | [a] Marie heuren auto is kapot. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=193] Dat is zo zeker als één en één twee is. [/v] | |||
informant |
[a] Das zo zeker as één en één vijf is. [/a]
da s |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=253] Op zondag gingewe met heel de familie naar zee wat heel leuk was. [/v]
ginge we |
|||
informant |
[a] Op de zondag gonkewe me heel de familie naar de zee wa heel plezant was. [/a]
gonke we |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=255] In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje. [/v] | |||
informant | [a] In het dorp waar ich woon staat een oud kerkje. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=256] Op de dag dat we aan kwame regende het. [/v] | |||
informant |
[a] Op den dag waar dawaan kwame relde het. [/a]
da w aan |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Of den dag dawaan kwame da gaat ook he zonder den op den dag dawaan kwame. [/a] [/e=256]
da w aan |
|||
hulpinterviewer | [v=257] Dat is iets wat heel mooi is. [/v] | |||
informant |
[a] Das da iet heal heel schoon is. [/a]
da s |
|||
hulpinterviewer |
[a=n] Ah das iets die heel schoon is nee nee. [/a] [/e=257]
da s |
Reageert op kaartje. | ||
hulpinterviewer |
Eh. [v=308] Zouter da hebbe kunne doen? [/v]
zou ter |
|||
informant |
[a] Zouter da hebbe kunne doen? [/a]
zou ter |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=393] Niet vertelle dat je een cadeau voor hem hebt gekocht hoor. [/v] | |||
informant | [a] Ni vertelle dadje ne boek voor em gekocht het. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=492] Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd. [/v] | |||
informant |
[a] Hijs verleden week door dokter Mertens gopereerd. [/a]
hij s |
Vraag hernomen op einde. | ||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] [/e=492] | [v] Reageert op vraag of geopereerd worden ook mogelijk is. [/v] | ||
hulpinterviewer | [v=493] Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd. [/v] | |||
informant | [a] Hij wet morgen door dokter Mertens gopereerd. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=049] Eh ik heb me daar goed geamuseerd. [/v] | |||
informant |
[a] Keb mich daar heel goed gamuseerd. [/a]
k eb |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=050] Ze heeft zich niet geamuseerd op het bal. [/v] | |||
informant |
[a] Zee heur ni gamuseerd op het bal. [/v]
z ee |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=275] Je herinnert je toch dat je me toen onder die ladder door liet lope. [/v] | |||
informant |
[a] Je herinnert uch toch dadje mich toen onder die ladder late door lope het. [/a]
da dje |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=281] Ik herinner me nog dat iemand ons steeds riep. [/v] | |||
informant | [a] Ich rappeleerde mich da daar iemand ons riep. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=290] Hij voelde zich door het ijs zakke. [/v] | |||
informant |
[a] Hij voeldenem door het ijs zakke. [/a]
voelde n em |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=291] U herinnert zich vast wel dat we bij Marie Pietersen langs ginge. [/v] | |||
informant |
[a] Dje herinnert uch toch nog dawe dawe bij Marie bij Marie _. [/a]
da we |
tagging | ||
hulpinterviewer |
Dawe tot bij Marie Pietersen gonke denk ich dawij zegge. [/e=291]
da we da wij |
|||
hulpinterviewer | [v=293] Zij herinnere zich nog iets maar niet alles. [/v] | |||
informant | [a] Ze rappelere hun nog iet maar ni alles. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=336] In die tijd leefde ik er op los. [/v] | |||
informant |
[a] In dien tijd leefdenich ter op los. [/a]
leefde n ich |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=337] Vroeger vroeger leefde hij als een beest. [/v] | |||
informant |
[a] Vroeger leefdenie gelijk gelijk een beest. [/a]
leefde n ie |
tagging | ||
informant | [a] As een beest. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[a] Leefdeter gelijk een beest. [/a]
leefde ter |
|||
informant | Leefdeter gelijk een beest. [/e=337] | |||
hulpinterviewer | [v=338] Daar leefde wij als God in Frankrijk. [/v] | |||
informant |
[a] Daar leefdewij gelijk God in Frankrijk. [/a]
leefde wij |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=345] Toen leefde jij als een kluizenaar. [/v] | |||
informant |
[a] Toen leefdejie as ne kluizenaar. [/a]
leefde jie |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Gelijk ne kluizenaar. [/a] | |||
informant | Gelijk ne kluizenaar. [/e=345] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=401] Tis misschien beter om nog even te wachte. [/v]
t is |
|||
informant |
[a] Tis misschien beter voor nog even te wachte. [/a]
t is |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=402] We hadde het geluk om hem direct terug te vinde. [/v] | |||
informant |
[a] Waan t geluk van hem terug te vinge direct terug te vinge. [/a]
w aan |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=412] Eh er ware veel mensen op het feest. [/v] | |||
informant | [a] Daar was daar was veel volk op het feest. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=413] Jammer dat ik gisteren niet naar je naar je verjaardag kon kome. | |||
informant |
[a] Spijtig dach gisteren ni naar uwe verjaardag heb kunne kome.
da ch |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Of kos kome. [/a] | tagging | ||
informant | Kos kome. | |||
hulpinterviewer | Waren er veel mensen op het feestje? [/v] | |||
informant | Ware daar veel mensen op het feest? [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=524] Wie heb je gezien? [/v] | |||
informant |
[a] Wie hedje gezien? [/a]
he dje |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=036] Da zen Marie en Piet. Marie en Piet wijze naar _. [/v] | |||
informant | [a] Makandere. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=037] Das Toon. Toon wast _ [/v]
da s |
|||
hulpinterviewer | [a] Wast hem. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=039] Das Fons. Fons zag een slang neven _. [/v]
da s |
|||
informant | [a] Neven hem. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [n] [v=018] Kan je ook zegge ze weet niet dat Marie gisteren is gestorve? [/v] | |||
hulpinterviewer | Ze weet ni da Marie gisteren is gestorve da Marie gisteren gestorve _? | |||
hulpinterviewer |
Gestorvenis.
gestorve n is |
|||
informant | [a=n] Gestorvenis. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=045] Eduard kent zen eige goed kunt ge ook zegge Eduard kent hem zelve goed? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Die kent zen eige goed. [/a] | |||
informant | Die kent zen eige goed. | |||
veldwerker | [v=025] Niemand heeft dat ooit gewild of gekund. Wa gebruik je voor gekund? Gekunne of gekost? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Niemand hee da ooit gekost. [/a] | tagging | ||
informant | Niemand hee da gekost gekost. | |||
informant |
[a] Gekunne? Daar zender die da zegge za gekunne. [/a]
zen der |
tagging | ||
veldwerker | [v] En hoe zou je zegge ze leeft gevaarlijk? [/v] | |||
informant | [a] Ze leeft gevaarlijk. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=061] En hoe zou je zegge jullie leven gevaarlijk? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Djieles leeft gevaarlijk zeggewij eigenlijk ni zo he. [/a]
zegge wij |
Discussie gaat hier over gevaarlijk. | ||
veldwerker | [v=188] Heb je genoeg mensen om hooi van het land te hale? Kun je daar nog iets anders gebruike in plaats van om? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Hedje genoeg mensen voor voor. [/a]
he dje |
tagging | ||
hulpinterviewer |
Daar gebruikewij alleen voor. [/e=1]
gebruike wij |
|||
veldwerker | [v=189] Het was aardig van Jan om te kome werke, kan je daar iets anders zegge dan om? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Het was lief van Jan van te kome werke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | En voor ook ni het was lief van Jan voor te kome werke? Nee het was lief van Jan van te kome werke. | |||
veldwerker | [v=398] Het schijnt kun je daar ook zegge schijnt dat ze niets mag ete zonder iets voor? [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Of ze schijnt niks te moge ete da zegdje eigenlijk ook wel ze schijnt niks te moge ete. [/a]
zeg dje |
tagging | ||
veldwerker | [v=003] Je kan zegge ik denk da Marie geprobeerd heeft van hem een brief te schrijve maar kan je ook zegge ik denk dat Marie heeft probere van hem een brief te schrijve? [/v] | |||
informant | [a=n] Ik denk da Marie hee hee geprobeerd voor _ . [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Hem nen brief hee probere te schrijve. | tagging | ||
veldwerker | [v=492] Kan je ook zegge hij is vorige week van de dokter geopereerd? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | Hij is deze week door den dokter _. [/n] | |||
algemene gegevens | Sint-Truiden P176 14 september 2001 |
data telefonische enquête
zinsnr. | testzin | instructie | antwoorden |
---|---|---|---|
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: van wie dat |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: die zijn |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
vorm: woe ze op |
373 | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben |
komt voor
: j |
|
388 | Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
389 | Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
390 | Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
391 | Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
395 | Geloof je niet dat hij gevallen heeft? | Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. | opmerking: zie veldwerk |
600 | Pas op dat je niet en valt. | Ook vragen of 'en' weggelaten kan worden. |
komt voor
: n |
601 | Maar en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). | |
602 | Waarom en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). | |
605 | Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. | In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. | |
606 | Dat kan daar nie in nie | Ook vragen of 'en' weggelaten kan worden. |
komt voor
: n |
610 | We konden nergens niet zitten in die volle zaal | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: j |
611 | We zullen nooit niet winnen van de sterkste man. | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: j |
612 | Ik heb niks niet gezien want ik sliep | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: j |
613 | Ik heb geen enkel boek niet gekocht want m'n geld was op | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n |
614 | Jan rookt niet meer (VERTAAL) | Vertaling bij VORM |
vorm: Jan rookt ni mie |
700 | K'zal (ek)ik het wel krijgen | Indien ja: Is de postverbale 'ik' een geheel of twee pronomina? ; Indien ja: kan ook: Jan en ekik hebben dat gedaan. Vorm postverbale pronomina en 'het' (invullen bij VORM): |
komt voor
: n |
701 | Ge weet gij d'r niks van. | Indien ja: Kan de preverbale 'ge' ook vol zijn? (invullen bij ANTWOORD2); Indien 700 en 702 nee: ga naar 727 |
komt voor
: n |
702 | Ge weet gullie d'r niks van. | Indien ja: Kan het preverbale pronomen ook vol zijn (zullie & var.)? ; (zo ja: vorm invullen bij VORM) |
komt voor
: n |
703 | Ze weten zullie d'r niks van. | Indien ja: Kan het preverbale pronomen ook vol zijn (zullie & var.)? ; (zo ja: vorm invullen bij VORM) |
komt voor
: n |
704 | Hij weet hij d'r niks van. |
komt voor
: n |
|
705 | Ze weet zij d'r niks van. |
komt voor
: n |
|
723 | Weet je (gij) al dat je (gij) ook naar het feest mogen komen? | Subjectdubbeling na V: ja/ nee (invullen bij ANTWOORD 1); Subjectdubbeling na COMP: ja/ nee (invullen bij ANTWOORD 2) |
komt voor
(1) : n komt voor (2): n |
724 | Weet je (gullie) al dat je (gullie) ook naar het feest mogen komen? | Subjectdubbeling na V: ja/ nee (invullen bij ANTWOORD 1); Subjectdubbeling na COMP: ja/ nee (invullen bij ANTWOORD 2) |
komt voor
(1) : n komt voor (2): n |
725 | Magekik daar ook van proeven? |
komt voor
: n |
|
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: die |
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: hee |
730 | Hoe laat is dat eigenlijk? |
komt voor
: j |
|
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: we |
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: wijllies |
732 | Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) | Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2). |
komt voor
: n |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
komt voor
: n |
734 | Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. |
komt voor
: n |
|
737 | Marie en Piet kussen elkaar. | vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. |
vorm: mekandere |
738 | Hij riep alle familieleden bij zich. | Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) |
komt voor
: n vorm: em zin: pronomen steeds noodzakelijk |
739 | Er zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
740 | Het zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
741 | Daar zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
742 | Gisteren zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
743 | Gisteren zat er een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
744 | Gisteren zat het een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
745 | Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
746 | 't Is net of een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
747 | 't Is net of er een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
748 | 't Is net of het een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
749 | 't Is net of daar een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
750 | Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) | Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM | opmerking: geen beleefdheidsvorm |
753 | Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) | In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) |
komt voor
: n |
754 | Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) | In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) |
komt voor
: n |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: as ich gon |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gon ich |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: a djie got |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: got dje |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. | opmerking: geen beleefdheidsvorm |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hie gi |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gie ter |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: zij gie |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gie ze |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: t gie |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gie et |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: wij gon |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gon we |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djielles got |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: got dje |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ze gon |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gon ze |
771 | Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) | Vorm van gaan invullen bij VORM |
vorm: got |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ich gonk |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonkt djie |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djie gonk |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk ich |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djie gonk |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk ie |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hee gonk |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk djie |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: zij gonk |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk et |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: et gonk |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonk ze |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: wij gonke |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: gonk djielles |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: djielles gonke |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonke wij |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ze gonke |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonke ze |
781 | Vertel mij eens wie er aan de deur was? | Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. |
komt voor
: j |
782 | Dat is de man wie ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
783 | Dat is de man dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
784 | Dat is de man die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
785 | Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
786 | Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
787 | Dat is de man die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
788 | Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. |
komt voor
: j |
|
789 | Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
790 | Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
791 | Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
792 | Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
793 | Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
794 | Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
798 | Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. |
komt voor
: n |
|
799 | Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. |
komt voor
: n |
|
804 | Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. |
komt voor
: n |
|
817 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
818 | Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. |
komt voor
: j |
|
819 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. |
komt voor
: n |
|
820 | Hij zal wel weer staan te zeuren. |
komt voor
: j |
|
821 | Hij zal wel weer staan zeuren. |
komt voor
: j |
|
822 | Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. |
komt voor
: j opmerking: soms |
|
823 | Ben je met die fiets gevallen geweest? |
komt voor
: n |
|
824 | Het huis is verkocht geworden. |
komt voor
: n |
|
825 | Het huis is verkocht geweest. |
komt voor
: j opmerking: enkel wanneer huis bij herhaling verkocht wordt |
|
826 | Ik heb hem gisteren tegengekomen. |
komt voor
: n |
|
827 | Jan liet zich meedrijven op de golven | Vorm zich invullen bij VORM |
komt voor
: n vorm: em |
828 | Toon bekeek zich eens goed in de spiegel | Vorm zich invullen bij VORM |
komt voor
: n vorm: em |
829 | Eduard kent zich goed | Vorm zich invullen bij VORM |
komt voor
: n vorm: zen eige |
831 | Jan trok de deken naar zich toe | Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM |
komt voor
: n vorm: em |
© 2000-2007 KNAW/Meertens Instituut