SAND-data Aalst (O061p)

schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête

data schriftelijke enquête

zinsnr.testzinantwoorden
035 (x01a) Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03274) vertaling: Jan rappeleirt em da verojelken wel
opm.: reflexief: hem
035 (x01a) Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03273) vertaling: Jan erinnert em da verool wel
opm.: reflexief: hem
036 (x01b) Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03274) vertaling: M&P zing makoar veir de keirk
036 (x01b) Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03273) vertaling: M&P zien makander veir de keirk
037 (x01c) Toon wast ... (inf. 03274) vertaling: Toenen wast em
opm.: reflexief: hem
037 (x01c) Toon wast ... (inf. 03273) vertaling: T wast em
opm.: reflexief: hem
038 (x01d) De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 03274) vertaling: den temmerman ei gien naugels
038 (x01d) De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 03273) vertaling: de schroanwerker ei gien nagels be em
opm.: reflexief: hem
039 (x01e) Fons zag een slang naast ... (inf. 03274) vertaling: F zag een slang nieven em
opm.: reflexief: hem
039 (x01e) Fons zag een slang naast ... (inf. 03273) vertaling: F zach en slek nevest em
opm.: reflexief: hem
040 (x01f) Erik liet mij voor zich werken (inf. 03274) vertaling: E liet me veir em weirken
opm.: reflexief: hem
040 (x01f) Erik liet mij voor zich werken (inf. 03273) vertaling: E liet me ver em weirken
opm.: reflexief: hem
041 (x01g) Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03274) vertaling: J liet eer meedroivn op de golven
opm.: reflexief: haar
041 (x01g) Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03273) vertaling: Johanna liet eir meedroaven op de golven
opm.: reflexief: haar
042 (x01h) Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 03274) vertaling: Toenen bekeek zezelven iesj goed in de spiegel
opm.: reflexief: zichzelf
042 (x01h) Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 03273) vertaling: T bekeek em isj goet in de spiegel
opm.: reflexief: hem
043 (x01i) Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 03274) vertaling: Jan eit in twie menuten en bierken gedronken
043 (x01i) Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 03273) vertaling: Jan eit in twi minuten en bierken gedronken
044 (x01j) Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03274) vertaling: dees schoenen zitten gemakkelijk
044 (x01j) Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03273) vertaling: dees schoenen zen gemakkelijk
045 (x01k) Eduard kent zichzelf goed (inf. 03274) vertaling: E kentj zen oigen goed
opm.: reflexief: z'n eigen
045 (x01k) Eduard kent zichzelf goed (inf. 03273) vertaling: E knetj zezelven goet
opm.: reflexief: zichzelf
046 (x01l) Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03274) vertaling: W ee goeerd dat er fottos van hem in de vitrien stoan
opm.: reflexief: hem
046 (x01l) Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03273) vertaling: Ward ei geoert dat er foto's van em in de vitrin stoan
opm.: reflexief: hem
047 (x01m) Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03274) vertaling: de patatten schellen nie gemakkelijk
047 (x01m) Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03273) vertaling: dei patatten scheln nie gemakkelijk
884 (x01n) Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 03274) vertaling: da glas brekt as 't op de grond valt
884 (x01n) Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 03273) vertaling: teis glas brekt as 't op de grond valt
052 (x02a) Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 03273) vertaling: menier den doktoer, leve 'k wel gezont genoeg
052 (x02a) Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 03274) vertaling: dokter leif ik wel gezond genoeg
054 (x02b) Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 03273) vertaling: a joaren leift n van d' erfenis van zenne pa
054 (x02b) Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 03274) vertaling: ei leeft al joren van d' eirfenis van ze vader
056 (x02c) Deze week leeft zij op water en brood (inf. 03273) vertaling: van de weik leift ze op water en brood
056 (x02c) Deze week leeft zij op water en brood (inf. 03274) vertaling: dees weik leif(t) ze op water en brood
058 (x02d) Leeft het nog? (inf. 03273) vertaling: leive 't nog
058 (x02d) Leeft het nog? (inf. 03274) vertaling: leift et nog
060 (x02e) Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 03273) vertaling: oelang leef de deir na al van die eirfenis
060 (x02e) Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 03274) vertaling: oelang leef de geir na al van doi eirfenis
062 (x02f) In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 03273) vertaling: in Bretagne leven ze surtoe van de visvangst
062 (x02f) In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 03274) vertaling: In B bestoon ze veral van de visvangst
064 (x02g) Na het eten ga ik slapen (inf. 03273) vertaling: no 't eitn gon ek slaupen
064 (x02g) Na het eten ga ik slapen (inf. 03274) vertaling: noar 't eten gon ik slapen
064 (x02g) Na het eten ga ik slapen (inf. 03274) vertaling: no 't eten
064 (x02g) Na het eten ga ik slapen (inf. 03274) vertaling: no 't eten
064 (x02g) Na het eten ga ik slapen (inf. 03274) vertaling: noar 't eten gon ik slapen
065 (x02h) Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 03273) vertaling: zo 'k da wel kennen doen
065 (x02h) Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 03274) vertaling: zol ek da wel kennen doeng
066 (x02i) Hij liet zijn huis afbreken (inf. 03274) vertaling: ei liet zen ois afbreken
066 (x02i) Hij liet zijn huis afbreken (inf. 03273) vertaling: e liet zen oes afbreken
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03273) vertaling: 'k weit da Jan noach moe kennen weirken
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03274) vertaling: 'k weit da Zjang noig moe kennen weirken
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03274) vertaling: 'k weit da Zjang noig moe kennen weirken
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03273) vertaling: 'k weit da Jan noach moe kennen weirken
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03273) vertaling: 'k weit da Jan noach moe kennen weirken
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03274) vertaling: 'k weit da Zjang noig moe kennen weirken
komt voor: j
gebr.: 5
076 (x03b) Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03274) komt voor: n
076 (x03b) Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03273) komt voor: n
078 (x03c) Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03273) komt voor: n
078 (x03c) Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03274) komt voor: n
079 (x03d) Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03274) komt voor: n
079 (x03d) Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03273) komt voor: n
081 (x03e) Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03274) komt voor: n
081 (x03e) Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03273) komt voor: n
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03273) komt voor: n
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03274) komt voor: n
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03273) komt voor: j
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
880 (x04(iii)b) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03273) komt voor: n
880 (x04(iii)b) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03274) komt voor: n
088 (x04(iii)c) Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 03273) komt voor: n
088 (x04(iii)c) Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 03274) komt voor: n
089 (x04(iii)d) Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03274) komt voor: n
089 (x04(iii)d) Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03273) komt voor: n
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03274) komt voor: n
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03273) komt voor: n
093 (x04(iv)c) Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 3
093 (x04(iv)c) Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 3
093 (x04(iv)c) Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03274) komt voor: n
094 (x04(iv)d) Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03273) komt voor: n
094 (x04(iv)d) Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03274) komt voor: n
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
096 (x04(ix)b) Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03273) komt voor: n
096 (x04(ix)b) Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03274) komt voor: n
097 (x04(ix)c) Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
097 (x04(ix)c) Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03274) komt voor: n
097 (x04(ix)c) Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
098 (x04(ix)d) Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03273) komt voor: n
098 (x04(ix)d) Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03274) komt voor: n
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03274) komt voor: n
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
102 (x04(v)c) Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03274) komt voor: n
102 (x04(v)c) Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03273) komt voor: n
103 (x04(v)d) Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03274) komt voor: n
103 (x04(v)d) Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03273) komt voor: n
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03274) komt voor: n
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
107 (x04(vi)c) Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 03274) komt voor: n
107 (x04(vi)c) Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 03273) komt voor: n
110 (x04(vi)d) Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03274) komt voor: n
110 (x04(vi)d) Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03273) komt voor: n
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03274) komt voor: n
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
114 (x04(vii)c) Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03273) komt voor: n
114 (x04(vii)c) Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03274) komt voor: n
115 (x04(vii)d) Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03274) komt voor: n
115 (x04(vii)d) Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03273) komt voor: n
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03274) komt voor: n
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
086 (x04(viii)c) Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 3
086 (x04(viii)c) Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03274) komt voor: n
086 (x04(viii)c) Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 3
121 (x04(viii)d) Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03273) komt voor: n
121 (x04(viii)d) Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03274) komt voor: n
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
124 (x04(x)b) Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03273) komt voor: n
124 (x04(x)b) Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03274) komt voor: n
087 (x04(x)c) Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
087 (x04(x)c) Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
087 (x04(x)c) Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03274) komt voor: n
126 (x04(x)d) Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03274) komt voor: n
126 (x04(x)d) Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03273) komt voor: n
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03274) komt voor: n
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
130 (x04(xi)c) Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03273) komt voor: n
130 (x04(xi)c) Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03274) komt voor: n
131 (x04(xi)d) Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03274) komt voor: n
131 (x04(xi)d) Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03273) komt voor: n
133 (x05a) Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03273) vertaling: Jan eit gienen boek ne mier
133 (x05a) Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03274) vertaling: Jan ei gienen boek nie mier
134 (x05b) Jan en heeft geen boek meer (inf. 03273) vertaling: Jan en eit gienen boek ne mier
135 (x05c) Boeken heeft Jan geen (inf. 03273) vertaling: boeken en eit Jan niet
136 (x05d) Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 03273) vertaling: Jan en eit ni veel geld ni mer
144 (x05e) Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03274) vertaling: er mag niemand over da probleem nie spreken
144 (x05e) Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03273) vertaling: niemand mag er over da probleem spreken
138 (x05f) Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03273) vertaling: niemand mag er over da probleem spreken
139 (x05g) Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 03273) vertaling: niemand zeit dat n komt
140 (x05h) Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03274) vertaling: zitten hier nieveranst gien moizen
140 (x05h) Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03273) vertaling: zitn der ier nieveranst geen muizen
141 (x05i) Ik geef niets aan een ander niet (inf. 03273) vertaling: 'k geif niks on iemand anders
142 (x05j) Niemand wil niet werken niet (inf. 03273) vertaling: niemand wilt er werken
143 (x05k) Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 03273) vertaling: we 'n wistn nie dat n toas was
144a (x05l) Ik wist het niet ook niet (inf. 03273) vertaling: 'k wisten 't ook nie
opm.: epenthetische nasaal (1.ev. = 'ik wist')
145 (x05m) Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03273) vertaling: e mach me niemand spreiken over da probleem
155 (x06) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 03273) vertaling: Jan wetj dat 'n veir droa ieren de wagen moe gemakt emmen
155 (x06) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 03274) vertaling: Jan wetj dat en veir droi ieren de woagen moe gemokt emmen
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03273) komt voor: n
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03274) komt voor: n
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
158 (x06c) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03273) komt voor: n
158 (x06c) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03274) komt voor: n
159 (x06d) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03273) komt voor: n
159 (x06d) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03274) komt voor: n
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03274) komt voor: n
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
161 (x06f) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03274) komt voor: n
161 (x06f) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03273) komt voor: n
162 (x07a) Maries auto is kapot (inf. 03274) vertaling: Marie erren otto es kapot
162 (x07a) Maries auto is kapot (inf. 03273) vertaling: Marie eiren otto es kapot
163 (x07b) Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 03273) vertaling: Marie eiren otto es kapot
163 (x07b) Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 03274) vertaling: Marie erren otto es kapot
164 (x07c) Piets auto is kapot (inf. 03274) vertaling: Piet zennen otto es kapot
164 (x07c) Piets auto is kapot (inf. 03273) vertaling: Piet zennen otto es kapot
165 (x07d) Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03274) vertaling: Piet zennen otto es kapot
165 (x07d) Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03273) vertaling: Piet zennen otto es kapot
166 (x07e) Die mans auto is kapot (inf. 03273) vertaling: diene maan zennen otto es kapot
167 (x07f) Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03273) vertaling: diene maan zenne otto es kapot
167 (x07f) Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03274) vertaling: denne maan zennen otto is kapot
168 (x07g) Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03274) vertaling: doinen otto es nie van moi moar van em
168 (x07g) Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03273) vertaling: dienen otto es nie fa mij mo van em
169 (x07h) Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03273) vertaling: de gazet van gisteren leit onder den TV
169 (x07h) Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03274) vertaling: de gazet van gisteren ligt onder den TV
170 (x07i) Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 03273) vertaling: Jan es den broer van K&K
171 (x07j) Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 03274) vertaling: dei jonges er veloos zen gestolen
171 (x07j) Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 03273) vertaling: die jonges eiren velo es gepakt
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03274) vertaling: de zisters er moeder es op bezoek
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03273) vertaling: de zisters van eir moeder zen op bezoek
173 (x07l) Die auto is Wims (inf. 03273) vertaling: den otto es van Wim
174 (x07m) Die fiets is mijns (inf. 03273) vertaling: dei velou es va moa
178 (x08a) Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03273) vertaling: e mach me niemand over da probleim spreken
178 (x08a) Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03274) vertaling: e mag me niemand oever da probleem spreiken
179 (x08b) Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03274) vertaling: ik wil niemand kwesjen
179 (x08b) Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03273) vertaling: 'k wil niemand nie kwesjen
180 (x08c) Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03273) vertaling: 't es spaatich da men nie meigen kommen
180 (x08c) Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03274) vertaling: 't is spoitig da men nie meigen kommen
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03273) vertaling: da gon ek nie doen
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03274) vertaling: da goan ek nie doeng
182 (x08e) (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03274) vertaling: 'k em nie gewerkt
182 (x08e) (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03273) vertaling: 'k em nie gewerkt
183 (x08f) Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03273) vertaling: e o 't mo just gezeit as Marie begost te schri?n
183 (x08f) Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03274) vertaling: ei ooe 't nog mor zjust verteldj of M begost te schrie?ven
184 (x08g) Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03273) vertaling: gotj die bestellinge na mor slapen
184 (x08g) Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03274) vertaling: goo d? bestelling mor alen
185 (x08h) Hij en werkt (inf. 03274) vertaling: ei weirkt nie
185 (x08h) Hij en werkt (inf. 03273) vertaling: e werkt nie
186 (x08i) Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03273) vertaling: 'k verbie a ier te komen
186 (x08i) Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03274) vertaling: 'k verbie a ier te kommen
187 (x08j) Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 03273) vertaling: Jan verinderden ons te telefoneren me Marie
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03274) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03273) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03273) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03274) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03273) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03274) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03273) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03274) fragment: om (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03274) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03273) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03274) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03274) fragment: - (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03273) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03273) fragment: - (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03274) fragment: - (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03273) fragment: - (2)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03273) fragment: voar te (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03273) fragment: om (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03274) fragment: om (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03273) fragment: om (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03273) fragment: voar te (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03274) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03274) fragment: - (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03273) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03273) fragment: - (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03274) fragment: - (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03273) fragment: - (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03274) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03273) fragment: als (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: - (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03274) fragment: - (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: - (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03274) fragment: - (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03274) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: - (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03274) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: - (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03273) fragment: te (2)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03273) fragment: als (1)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03274) fragment: als (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03274) fragment: als (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03273) fragment: als (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03274) fragment: als (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03273) fragment: als (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03273) fragment: als (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03274) fragment: als (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03274) fragment: als (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03273) fragment: als (1)
199 (x09k) Hij staat te zeuren (inf. 03274) fragment: te (1)
199 (x09k) Hij staat te zeuren (inf. 03273) fragment: te (1)
198 (x09l) Hij kan staan zeuren (inf. 03273) fragment: (1)
198 (x09l) Hij kan staan zeuren (inf. 03274) fragment: (1)
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03274) fragment: (1)
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03273) fragment: (1)
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03273) fragment: als dat (1)
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03274) fragment: dat (1)
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03273) fragment: dat (1)
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03273) fragment: dat (1)
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03273) fragment: als dat (1)
202 (x09o) Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03273) fragment: (1)
202 (x09o) Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03274) fragment: (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03274) fragment: als (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03273) fragment: of dat (1)
204 (x10a) Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 03274) vertaling: 'k weit da geir op niemand kood zet
204 (x10a) Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 03273) vertaling: 'k weit da ge geir op niemand koat zetj
205 (x10b) Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 03273) vertaling: 'k weit da ze op niks fier es
205 (x10b) Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 03274) vertaling: 'k weit da z' op niet fier es
206 (x10c) Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 03273) vertaling: Els peist dat et nie gemakkelijk is
206 (x10c) Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 03274) vertaling: Els peist da 't nie gemakkelijk is
207 (x10d) Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 03274) vertaling: 'k weit dat 'k te loat ben en goi nie
207 (x10d) Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 03273) vertaling: k weit da 'k te laat ben en goa nie
208 (x10e) Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 03273) vertaling: ge wetj toch da ge moetj werken en ik nie
208 (x10e) Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 03274) vertaling: ge wetj toch da je moetj weirken en ik nie
209 (x10f) Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 03273) vertaling: iedereen peist dam men nor oes gaan en da ze nog meigen blijven
opm.: twijfelgeval voegwoordvervoeging 'dat' + 1.mv. / 3.mv.
209 (x10f) Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 03274) vertaling: iedereen peist da we nor ois gon en da zeir meigen blijven
210 (x10g) Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 03273) vertaling: 't es spijtig dat 'n komt en da ze zoa weggoat
opm.: subjectdubbeling bijzin 3.ev.vrouw. in contrast
210 (x10g) Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 03274) vertaling: 't es spoitig dat en komt en da zoi weggoat
211 (x10h) Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 03273) vertaling: 'k peis da Lisa ziek es
211 (x10h) Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 03274) vertaling: ik peis da Lisa ziek es
213 (x10i) Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 03273) vertaling: 'k peis da P & L goan traan
213 (x10i) Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 03274) vertaling: ik peis da P&L gon traan
225 (y01(i)) A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03273) vertaling: toetoet
betekenis: bevestigend
225 (y01(i)) A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03273) vertaling: toetoet
betekenis: bevestigend
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: ontkennend
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03274) komt voor: n
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: ontkennend
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: bevestigend
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03274) komt voor: n
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: bevestigend
228 (y01(i)c) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03274) komt voor: n
228 (y01(i)c) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: bevestigend
228 (y01(i)c) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: bevestigend
229 (y01(ii)) A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03273) vertaling: toetoet
betekenis: bevestigend
229 (y01(ii)) A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03273) vertaling: toetoet
betekenis: bevestigend
230 (y01(ii)a) A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: bevestigend
opm.: dav: toetoet betekent ook 'wel komen', terwijl hij doet en 't doet 'niet komen betekenen'
230 (y01(ii)a) A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03274) komt voor: n
230 (y01(ii)a) A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: bevestigend
opm.: dav: toetoet betekent ook 'wel komen', terwijl hij doet en 't doet 'niet komen betekenen'
231 (y01(ii)b) A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: ontkennend
opm.: dav: toetoet betekent dan weer 'wel komen'
231 (y01(ii)b) A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03274) komt voor: n
231 (y01(ii)b) A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: ontkennend
opm.: dav: toetoet betekent dan weer 'wel komen'
232 (y01(ii)c) A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03274) komt voor: n
232 (y01(ii)c) A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: ontkennend
opm.: dav: toetoet betekent dan weer 'wel komen'
232 (y01(ii)c) A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03273) komt voor: j
betekenis: ontkennend
opm.: dav: toetoet betekent dan weer 'wel komen'
234 (y01(iii)a) A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 03274) komt voor: n
234 (y01(iii)a) A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 03273) komt voor: j
235 (y01(iii)b) A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 03273) komt voor: n
235 (y01(iii)b) A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 03274) komt voor: n
236 (y01(iii)c) A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 03274) komt voor: n
236 (y01(iii)c) A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 03273) komt voor: n
237 (y01(iii)d) A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03274) komt voor: j
237 (y01(iii)d) A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03273) komt voor: j
238 (y01(iii)e) A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 03273) komt voor: n
238 (y01(iii)e) A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 03274) komt voor: n
239 (y01(iii)f) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 03274) komt voor: n
239 (y01(iii)f) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 03273) komt voor: j
240 (y01(iii)g) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03274) komt voor: n
240 (y01(iii)g) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03273) komt voor: n
241 (y01(iii)h) A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03273) komt voor: j
241 (y01(iii)h) A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03274) komt voor: j
242 (y01(iii)i) A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 03274) komt voor: n
242 (y01(iii)i) A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 03273) komt voor: j
243 (y01(iii)j) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 03274) komt voor: n
243 (y01(iii)j) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 03273) komt voor: n
244 (y01(iii)k) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 03274) komt voor: n
244 (y01(iii)k) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 03273) komt voor: j
245 (y01(iv)a) De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03274) komt voor: n
245 (y01(iv)a) De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03273) komt voor: n
246 (y01(iv)b) Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03274) komt voor: n
246 (y01(iv)b) Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03273) komt voor: n
247 (y01(iv)c) Doe het brood even snijden! (inf. 03274) komt voor: n
247 (y01(iv)c) Doe het brood even snijden! (inf. 03273) komt voor: n
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03273) fragment: wiensj (1)
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03274) fragment: wiens (1)
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03273) fragment: wiensj (1)
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03273) fragment: van wie dat de (1)
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03273) fragment: van wie dat de (1)
250 (y02b) De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03274) fragment: waar dat (1)
250 (y02b) De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03273) komt voor: n
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03273) fragment: waar (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03274) fragment: waar (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03274) fragment: dat (2)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03273) fragment: waar (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03273) fragment: da (2)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03274) fragment: dat (2)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03273) fragment: da (2)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03274) fragment: waar (1)
252 (y02d) De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03274) komt voor: n
252 (y02d) De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03273) komt voor: n
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03273) fragment: wat da (1)
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03274) komt voor: n
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03274) fragment: die (1)
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03273) fragment: die (1)
255 (y02g) In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03274) fragment: waar da (1)
255 (y02g) In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03273) fragment: waar da (1)
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03273) fragment: waarop da(men) (1)
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03274) komt voor: n
fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03274) komt voor: n
fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03273) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval voegwoord of D-woord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03274) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
257 (y02j) Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03273) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval voegwoord of D-woord
257 (y02j) Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03274) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03273) fragment: wie (1)
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03273) fragment: wie da (1)
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03274) fragment: die (1)
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03273) fragment: wie da (1)
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03273) fragment: wie (1)
260 (y03a) Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03273) vertaling: wa peis de wie da 'k in 't stad gezien em
260 (y03a) Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03274) vertaling: wie denk te da 'k in 't stad tegengekommen hem
260 (y03a) Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03274) vertaling: wie denk te da 'k in 't stad tegengekommen hem
260 (y03a) Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03274) vertaling: ... tegengekommen ben
260 (y03a) Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03274) vertaling: ... tegengekommen ben
261 (y03b) Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03273) vertaling: wa peis de geir hoe da ze 't opgelost emmen
261 (y03b) Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03274) vertaling: hoe peis de geir da ze 't emmen opgelost
265 (y03c) Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03274) vertaling: oe peis de 't da ze 't emmen opgelost
265 (y03c) Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03273) vertaling: oe peis de goa da ze 't opgelost emmen
263 (y03d) Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03273) vertaling: M wetj nie wie dammen willen bellen
263 (y03d) Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03274) vertaling: Magda wetj nie wie da we willen bellen
264 (y03e) Weet iemand wie of dat wij geroepen hebben? (inf. 03273) vertaling: wetj er iemand wie dammen geroepen emmen
262 (y03f) Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03273) vertaling: wie peis de da 'k in 't stad gezien em
266 (y03g) Wie denk je die ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03273) vertaling: wie peis de da 'k in 't stad gezien em
opm.: twijfelgeval voegwoord of D-woord voorop in bijzin
267 (y04a) Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 03274) vertaling: e eit zen annen gewassen
267 (y04a) Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 03273) vertaling: e eit zen annen gewassen
268 (y04b) Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 03273) vertaling: e eit zen emme gewassen
268 (y04b) Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 03274) vertaling: e eit zen emme gewassen
269 (y04c) Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 03273) vertaling: e eit nen oet op zenne kop
269 (y04c) Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 03274) vertaling: e eit nen oet op zenne kop
270 (y04d) Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 03274) vertaling: e eit en plek op zen emme
270 (y04d) Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 03273) vertaling: e eit en plek op zen emme
271 (y04e) Hij heeft zijn been gebroken (inf. 03273) vertaling: e eit zen bien gebroken
271 (y04e) Hij heeft zijn been gebroken (inf. 03274) vertaling: e eit zen biejn gebroken
272 (y04f) Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 03273) vertaling: e eit em zier gedaan
opm.: mannelijk i.p.v. vrouwelijk reflexief: hem
272 (y04f) Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 03274) vertaling: e eit em zjier gedoon
opm.: mannelijk i.p.v. vrouwelijk reflexief: hem
273 (y04g) Marie trok de deken naar zich toe (inf. 03273) vertaling: Marie trok de sozje nor eir toe
opm.: reflexief: haar
273 (y04g) Marie trok de deken naar zich toe (inf. 03274) vertaling: Marie trok het deiken nor er
opm.: reflexief: haar
051 (y04h) Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 03273) vertaling: L wetj dat er foto's van em te koop zijn
051 (y04h) Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 03274) vertaling: L wetj dat er fottos van ze zelven te koep zen
274 (y04i) Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 03273) vertaling: g' errinerd a toch dammen toen deur deir bos gegaan zen
opm.: reflexief: je
277 (y04j) Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 03273) vertaling: 'k erinner me da den otto van Marie kapot was
opm.: reflexief: me
277 (y04j) Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 03274) vertaling: 'k erinner me da den otto van Marie kapot was
opm.: reflexief: me
280 (y04k) Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 03274) vertaling: z' erinnert er dat en as e veirken zat t' eten
opm.: reflexief: haar
280 (y04k) Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 03273) vertaling: z' erinnerd eir dat n as e veirken zat t' eten
opm.: reflexief: haar
283 (y04l) Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 03274) vertaling: we rappeleiren ons wel da Jan al zen boeken gestreken woren, mor ze rappeleiren 't eer nie
opm.: twijfelgeval X-'zijn'-N-possessief reflexief: ons reflexief: haar
283 (y04l) Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 03273) vertaling: w' erinneren ons wel dad aal de boeken van Jan gestolen waren mor zeir erinneren 't eir nie
opm.: reflexief: ons reflexief: haar
286 (y04m) Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 03273) vertaling: erinnerde eir nog dammen Jan op de met gezien emmen
opm.: reflexief: ???
286 (y04m) Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 03274) vertaling: erinnert er nog da we Jan op de mert gezing emmen
opm.: reflexief: geen
289 (y04n) Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 03273) vertaling: e eid em en ongelik gewerkt
opm.: reflexief: hem
290 (y04o) Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 03273) vertaling: e voeldjen em deir 't oas zakken
opm.: reflexief: hem
295 (y05) Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03274) vertaling: ... kunnen gedoon emmen
295 (y05) Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03273) vertaling: zol 'n da kennen gedoan emmen
295 (y05) Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03274) vertaling: zoet 'n da gedoon kunnen emmen
295 (y05) Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03274) vertaling: zoet 'n da gedoon kunnen emmen
295 (y05) Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03274) vertaling: ... kunnen gedoon emmen
877 (y05(i)) Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03274) fragment: gekost (1)
877 (y05(i)) Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03273) fragment: gekentj (1)
878 (y05(ii)) Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03274) fragment: gedoon (1)
878 (y05(ii)) Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03273) fragment: gedoan (1)
296 (y05(iii)a) Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03273) komt voor: n
296 (y05(iii)a) Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03274) komt voor: n
297 (y05(iii)b) Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03274) komt voor: n
297 (y05(iii)b) Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03273) komt voor: n
298 (y05(iii)c) Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03274) komt voor: n
298 (y05(iii)c) Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03273) komt voor: n
299 (y05(iii)d) Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03273) komt voor: n
299 (y05(iii)d) Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03274) komt voor: n
300 (y05(iii)e) Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03274) komt voor: n
300 (y05(iii)e) Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03273) komt voor: n
301 (y05(iii)f) Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03274) komt voor: n
301 (y05(iii)f) Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03273) komt voor: n
302 (y05(iii)g) Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03273) komt voor: n
302 (y05(iii)g) Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03274) komt voor: n
303 (y05(iii)h) Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03274) komt voor: n
303 (y05(iii)h) Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03273) komt voor: n
304 (y05(iii)i) Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03274) komt voor: n
304 (y05(iii)i) Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03273) komt voor: n
305 (y05(iii)j) Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03273) komt voor: n
305 (y05(iii)j) Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03274) komt voor: n
306 (y05(iii)k) Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03274) komt voor: n
306 (y05(iii)k) Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03273) komt voor: n
307 (y05(iii)l) Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03274) komt voor: n
307 (y05(iii)l) Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03273) komt voor: n
309 (y06a) Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03273) komt voor: n
309 (y06a) Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03274) komt voor: n
310 (y06b) Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03274) komt voor: n
310 (y06b) Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03273) komt voor: n
311 (y06c) Ik denk hij weg is (inf. 03274) komt voor: n
311 (y06c) Ik denk hij weg is (inf. 03273) komt voor: n
312 (y06d) Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03273) komt voor: n
312 (y06d) Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03274) komt voor: n
314 (y06e) Ik weet dat hij is weg (inf. 03274) komt voor: n
314 (y06e) Ik weet dat hij is weg (inf. 03273) komt voor: n
315 (y06f) Ik weet hij is weg (inf. 03274) komt voor: n
315 (y06f) Ik weet hij is weg (inf. 03273) komt voor: n
316 (y06g) Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03273) komt voor: n
316 (y06g) Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03274) komt voor: n
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03274) komt voor: n
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03273) vertaling: al Marie eir koeien zen verdronken met d' overstroming
komt voor: j
opm.: dav
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03273) vertaling: al Marie eir koeien zen verdronken met d' overstroming
komt voor: j
opm.: dav
318 (y06i) Kaas maken weet ik niets van (inf. 03273) komt voor: n
318 (y06i) Kaas maken weet ik niets van (inf. 03274) komt voor: n
321 (y06j) Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03273) komt voor: n
321 (y06j) Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03274) komt voor: n
322 (y06k) Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03274) komt voor: n
322 (y06k) Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03273) vertaling: ik em al de droa ieste sommen gemokt. Waffer ee je goa gemokt
komt voor: j
opm.: dav
322 (y06k) Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03273) vertaling: ik em al de droa ieste sommen gemokt. Waffer ee je goa gemokt
komt voor: j
opm.: dav
323 (y06l) De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03274) komt voor: n
323 (y06l) De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03273) vertaling: waffere ee je goa weggebracht
komt voor: j
opm.: dav?
323 (y06l) De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03273) vertaling: waffere ee je goa weggebracht
komt voor: j
opm.: dav?
324 (y06m) De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03273) vertaling: zekken zo 'k nie teiven opeitn
komt voor: j
opm.: dav?
324 (y06m) De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03273) vertaling: zekken zo 'k nie teiven opeitn
komt voor: j
opm.: dav?
324 (y06m) De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03274) komt voor: n
325 (y06n) De die zou ik niet durven opeten (inf. 03273) vertaling: de die zo 'k nie teiven opeten
325 (y06n) De die zou ik niet durven opeten (inf. 03274) komt voor: n
326 (y06o) Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03273) vertaling: 'k weit da Jan no de met geweist is
326 (y06o) Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03274) vertaling: 'k weit da Jan nor de mert geweist eit
komt voor: j
326 (y06o) Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03274) vertaling: 'k weit da Jan nor de mert geweist eit
komt voor: j
330 (y07a) Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03273) komt voor: n
330 (y07a) Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03274) komt voor: n
331 (y07b) Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03273) komt voor: n
331 (y07b) Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03274) komt voor: n
332 (y07c) Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 03273) komt voor: n
332 (y07c) Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 03274) komt voor: n
333 (y07d) Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03273) komt voor: n
333 (y07d) Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03274) komt voor: n
334 (y07e) De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03273) komt voor: n
334 (y07e) De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03274) komt voor: n
335 (y07f) Ga je naar huis denk? (inf. 03273) komt voor: n
335 (y07f) Ga je naar huis denk? (inf. 03274) komt voor: n
336 (y08a) In die tijd leefde ik erop los (inf. 03273) vertaling: in dien toat leifden ik er op los
337 (y08b) Vroeger leefde hij als een beest (inf. 03273) vertaling: vroeger leifden e as een biest
338 (y08c) Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 03273) vertaling: dort leefdemen as God in vrankrek
338 (y08c) Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 03274) vertaling: door leefden weir as God in vrankrek
339 (y08d) Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 03273) vertaling: niemand mag 't zien, ten peis ik da ge 't goa ook nie meigt zien
339 (y08d) Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 03274) vertaling: niemand mag et zing dus vin ek da ge 't oeik nie meegt zing
340 (y08e) Het gebeurde toen je wegging (inf. 03273) vertaling: 't gebeirn as ge weggink
340 (y08e) Het gebeurde toen je wegging (inf. 03274) vertaling: 't gebeerde as ge weggink
341 (y08f) Ik weet waar je geboren bent (inf. 03274) vertaling: 'k weit wor da ge geboeren zet
opm.: waar dat - ja
341 (y08f) Ik weet waar je geboren bent (inf. 03273) vertaling: 'k weit woe da ge geboeren zetj
opm.: waar dat - ja
342 (y08g) Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 03273) vertaling: as ge gedoan etj meig de goan
342 (y08g) Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 03274) vertaling: na da ge geziejt zet meeg de goan
343 (y08h) Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03273) vertaling: omda Marie dood was eid erre man A ni mer kennen elpen
343 (y08h) Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03274) vertaling: omda Marie gestorven was eit erre maan Anna ni mer kennen elpen
346 (y09) Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03274) vertaling: 'k weit dat en go zwemmen es
346 (y09) Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03273) vertaling: ik weit dat 'n gon zwemmen es
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03273) komt voor: n
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03274) komt voor: n
348 (y09b) Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03274) komt voor: n
348 (y09b) Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03273) komt voor: n
349 (y09c) Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03273) komt voor: n
349 (y09c) Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03274) komt voor: n
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
351 (y09e) Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03273) komt voor: n
351 (y09e) Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03274) komt voor: n
352 (y09f) Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 03274) komt voor: n
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03274) vertaling: jauk
komt voor: j
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03273) vertaling: jooak
komt voor: j
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03274) vertaling: jauk
komt voor: j
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03273) vertaling: jooak
komt voor: j
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03273) vertaling: jooas
komt voor: j
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03274) vertaling: joos
komt voor: j
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03273) vertaling: jooas
komt voor: j
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03274) vertaling: joos
komt voor: j
355 (y10c) Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03274) vertaling: joas
komt voor: j
355 (y10c) Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03273) vertaling: jooas
355 (y10c) Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03274) vertaling: joas
komt voor: j
356 (y10d) Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03273) vertaling: joot
komt voor: j
356 (y10d) Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03274) vertaling: joat
komt voor: j
356 (y10d) Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03273) vertaling: joot
komt voor: j
356 (y10d) Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03274) vertaling: joat
komt voor: j
357 (y10e) A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03274) vertaling: wie dadde
komt voor: j
357 (y10e) A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03273) vertaling: wie dadde
357 (y10e) A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03274) vertaling: wie dadde
komt voor: j
359 (y11a) Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03273) komt voor: n
359 (y11a) Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03274) komt voor: n
360 (y11b) Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03273) komt voor: n
360 (y11b) Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03274) komt voor: n
361 (y11c) Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03273) komt voor: n
361 (y11c) Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03274) komt voor: n
362 (y11d) Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03273) komt voor: n
362 (y11d) Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03274) komt voor: n
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03273) komt voor: n
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03274) komt voor: n
365 (y11f) Hem is dood (inf. 03273) komt voor: n
365 (y11f) Hem is dood (inf. 03274) komt voor: n
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03273) vertaling: is 'n dood
komt voor: j
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03273) vertaling: is 'n dood
komt voor: j
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03274) komt voor: n
366 (y11h) Haar is ziek (inf. 03274) komt voor: n
366 (y11h) Haar is ziek (inf. 03273) komt voor: n
367 (y11i) Is haar ziek? (inf. 03274) komt voor: n
367 (y11i) Is haar ziek? (inf. 03273) komt voor: n
368 (y11j) Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03273) komt voor: n
368 (y11j) Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03274) komt voor: n
369 (y11k) Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03274) komt voor: n
369 (y11k) Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03273) komt voor: n
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03273) fragment: die (1)
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03274) fragment: da (1)
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03274) fragment: die (1)
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03274) fragment: die (1)
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03274) fragment: da (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03273) fragment: die (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03274) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03274) komt voor: n
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03273) fragment: dat 'n (2)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03273) fragment: wovan da (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03273) fragment: wovan da (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03273) fragment: dat 'n (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03273) fragment: wovan da (1)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03273) fragment: da z' em (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03274) komt voor: n
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03273) fragment: da z' em (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03273) fragment: wovan da (1)
374 (z01e) De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03273) komt voor: n
374 (z01e) De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03274) komt voor: n
375 (z01f) De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03273) fragment: wie da (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03274) fragment: - (1)
opm.: twijfelgeval W-woord: 'mee' is gewoonweg dialectische vorm van 'met', maar oppositie tussen mee & met bestaat wel.
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03274) fragment: wie (2)
opm.: twijfelgeval W-woord: 'mee' is gewoonweg dialectische vorm van 'met', maar oppositie tussen mee & met bestaat wel.
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03273) fragment: wor (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03273) fragment: da (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03274) fragment: wie (2)
opm.: twijfelgeval W-woord: 'mee' is gewoonweg dialectische vorm van 'met', maar oppositie tussen mee & met bestaat wel.
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03273) fragment: da (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03274) fragment: - (1)
opm.: twijfelgeval W-woord: 'mee' is gewoonweg dialectische vorm van 'met', maar oppositie tussen mee & met bestaat wel.
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03273) fragment: wor (1)
377 (z01h) Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03274) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
377 (z01h) Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03273) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03274) fragment: die (1)
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03273) fragment: die (1)
380 (z01j) Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03274) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
380 (z01j) Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03273) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03273) fragment: wie da (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03274) fragment: wie (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03273) fragment: wie da (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03273) fragment: dienen da (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03273) fragment: dienen da (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03273) fragment: van wie da de (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03273) fragment: wie ze (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03274) fragment: wiens (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03273) fragment: wie ze (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03273) fragment: van wie da de (1)
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03273) vertaling: P peist da J&M op niemand kwaad zijn
betekenis: negative concord
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03274) vertaling: Piet peist da J&M op niemand nie kood zen
betekenis: negative concord
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03273) vertaling: P peist da J&M op niemand kwaad zijn
betekenis: negative concord
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03274) vertaling: Piet peist da J&M op niemand nie kood zen
betekenis: negative concord
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03273) vertaling: W peist da men nooi niemand ne prijs geven
betekenis: negative concord
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03274) vertaling: Wim denkt da we nooit niemand ne prois geven
betekenis: negative concord
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03273) vertaling: W peist da men nooi niemand ne prijs geven
betekenis: negative concord
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03274) vertaling: Wim denkt da we nooit niemand ne prois geven
betekenis: negative concord
386 (z02c) Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03273) vertaling: 't es waar da ze nie me Marie meigen spreiken
betekenis: negatie > modaal
386 (z02c) Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03273) vertaling: 't es waar da ze nie me Marie meigen spreiken
betekenis: negatie > modaal
386 (z02c) Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03274) vertaling: 't es woor da ze nie me Marie meigen klappen
389 (z03a) A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03273) vertaling: nieveranst nie
389 (z03a) A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03274) vertaling: nieveranst
388 (z03b) A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03274) vertaling: niemand
388 (z03b) A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03273) vertaling: niemand
387 (z03c) Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03274) vertaling: nooit
387 (z03c) Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03273) vertaling: nooit
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03273) vertaling: niks
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03274) vertaling: niks
391 (z03e) A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 03274) vertaling: gien
391 (z03e) A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 03273) vertaling: gien
392 (z04a) Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 03273) vertaling: zegd em da 'k nie buiten gewist ben
392 (z04a) Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 03274) vertaling: zegd em nie da 'k boiten hem/ben geweist
393 (z04b) Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 03273) vertaling: nie zeggen da ge ne kado ver em gekocht etj, ein
393 (z04b) Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 03274) vertaling: nie zeggen da ge ne kadau ver em gekocht eitj, zeeje
394 (z04c) Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 03273) vertaling: wet je nie dat 'n gevallen es
394 (z04c) Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 03274) vertaling: wet je nie dat en gevallen es
399 (z05a) Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 03273) vertaling: W probeirde niemand zier te doen
399 (z05a) Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 03274) vertaling: W probeirde niemand te kwesjen
397 (z05b) 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 03274) vertaling: 't schantj da ze niks mag eiten
397 (z05b) 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 03273) vertaling: 't schentj da ze niks mag eten
398 (z05c) Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 03273) vertaling: ze schentj niks te meigen eten
398 (z05c) Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 03274) vertaling: ze schantj niks te maigen eiten
399a (z05d) Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 03273) vertaling: ze probeiren a chielen dag no makanderen te telefoneren
399a (z05d) Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 03274) vertaling: ze probeiren al de gielen dag malkander te bellen
400 (z05e) Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 03274) vertaling: 't belooft weir ne schoenen dag te werren
400 (z05e) Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 03273) vertaling: 't za precies ne schoenen dag werren
401 (z05f) 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 03273) vertaling: 't es misschien beiter noch wa te wachten
401 (z05f) 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 03274) vertaling: 't es masschien beiter nog ressekes te wachten
402 (z05g) We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 03274) vertaling: weir adden 't gelik em derekt vedrom te vinnen
402 (z05g) We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 03273) vertaling: we oan gelik da men em derekt gevonnen emmen
404 (z06a) Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03273) vertaling: as de kiekeren en valk zien, emme ze schrik
404 (z06a) Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03274) vertaling: as de kiekes 'n valk zing, zen ze benaad
405 (z06b) Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03273) vertaling: as men de patatten nie kennen verkopen, zitte men in de pineire
opm.: voegwoordcongruentie 'als' : uitgang op -me
405 (z06b) Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03274) vertaling: as we de patatten nie kennen verkoeipen zitten we in de patatten
406 (z06c) Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03273) vertaling: as ge geir em nie meepakt, wer ek koot
406 (z06c) Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03274) vertaling: as g' em nie meepakt wer 'k kood
407 (z06d) Hij wist he(n)t (inf. 03273) vertaling: e wist et
407 (z06d) Hij wist he(n)t (inf. 03274) vertaling: e wist et
408 (z06e) Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 03273) vertaling: op teis fiest wert er veel gedanst
408 (z06e) Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 03274) vertaling: op da fiest dansen ze veil
409 (z06f) Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 03273) vertaling: na wert er alien nog brood verkocht in de winkel
409 (z06f) Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 03274) vertaling: na verkoeipen ze allien nog mor brood in doine winkel
410 (z06g) Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03273) vertaling: as 'n per velo komt, zal 'n wel laat zijn
410 (z06g) Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03274) vertaling: ast en per velou komt zal en wel loot zen
412a (z06h) Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03273) vertaling: as ge toat etj, kom de nikker af
412a (z06h) Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03274) vertaling: as ge toid etj, spring ten iesj binnen
413a (z06i) Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 03273) vertaling: as ek roak ben koep ekik nen diern otto
413a (z06i) Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 03274) vertaling: as ek roik ben koeip ek ne chiquen otto
881 (z07(i)) Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03273) komt voor: j
881 (z07(i)) Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03274) komt voor: j
417 (z07(ii)a) Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03274) komt voor: n
417 (z07(ii)a) Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03273) vertaling: misschien gon ek et wel krijgen
komt voor: j
opm.: dav
417 (z07(ii)a) Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03273) vertaling: misschien gon ek et wel krijgen
komt voor: j
opm.: dav
418 (z07(ii)b) Durfder gij op duwen? (inf. 03274) komt voor: n
418 (z07(ii)b) Durfder gij op duwen? (inf. 03273) vertaling: teif de 'r goa op dagen
komt voor: j
418 (z07(ii)b) Durfder gij op duwen? (inf. 03273) vertaling: teif de 'r goa op dagen
komt voor: j
419 (z07(ii)c) Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03273) komt voor: n
419 (z07(ii)c) Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03274) komt voor: n
420 (z07(ii)d) Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03274) vertaling: teif de goi ze oitnoeidigen
komt voor: j
opm.: dav
420 (z07(ii)d) Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03274) vertaling: teif de goi ze oitnoeidigen
komt voor: j
opm.: dav
420 (z07(ii)d) Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03273) vertaling: teif de ze goa vraugen
421 (z07(ii)e) Is hij Pol hier geweest? (inf. 03273) vertaling: es Polle ier geweist
komt voor: j
opm.: dav
421 (z07(ii)e) Is hij Pol hier geweest? (inf. 03274) komt voor: n
421 (z07(ii)e) Is hij Pol hier geweest? (inf. 03273) vertaling: es Polle ier geweist
komt voor: j
opm.: dav
422 (z07(ii)f) Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03273) vertaling: oe eit Polle dad opgelost
komt voor: j
opm.: dav
422 (z07(ii)f) Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03274) komt voor: n
422 (z07(ii)f) Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03273) vertaling: oe eit Polle dad opgelost
komt voor: j
opm.: dav
423 (z07(ii)g) Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03273) vertaling: eie ge me dennen brief opgestiert
komt voor: j
opm.: dav twijfelgeval subjectdubbeling pron. 2.ev. in ja/nee-vraag pronomina
423 (z07(ii)g) Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03274) komt voor: n
423 (z07(ii)g) Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03273) vertaling: eie ge me dennen brief opgestiert
komt voor: j
opm.: dav twijfelgeval subjectdubbeling pron. 2.ev. in ja/nee-vraag pronomina
424 (z07(ii)h) Ik heb hem het gegeven (inf. 03273) vertaling: ik em et em gegeiven
424 (z07(ii)h) Ik heb hem het gegeven (inf. 03274) komt voor: n
425 (z07(ii)i) Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03274) komt voor: n
425 (z07(ii)i) Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03273) vertaling: ze leift op water en brood van de weik
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03273) vertaling: Marie ee gezeit da ge geprobeerd etj e lieken te zingen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03273) vertaling: Marie ee gezeit da ge geprobeerd etj e lieken te zingen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03274) vertaling: Marie ei gezeid da ge geprobeerd etj e lieken te zingen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03274) vertaling: Marie ei gezeid da ge geprobeerd etj e lieken te zingen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03273) vertaling: Marie ee gezeit da ge geprobeird etj (om) e lieken te zingen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03274) vertaling: Marie ee gezeid da ge geprobeerd etj e lieken te zingen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03274) vertaling: Marie ee gezeid da ge geprobeerd etj e lieken te zingen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03273) vertaling: Marie ee gezeit da ge geprobeird etj (om) e lieken te zingen
549 (z08(v)) Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 03274) vertaling: Marie ei gezeid da g' eir eitj geprobeerd nen boek te geven
549 (z08(v)) Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 03273) vertaling: Marie ee gezeit da ge geprobeird etj (om) eir en boech te geiven
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03274) komt voor: n
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03273) komt voor: n
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03274) komt voor: n
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03273) komt voor: n
537 (z08c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03273) komt voor: n
537 (z08c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03274) komt voor: n
604a (z08d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03274) komt voor: n
604a (z08d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03273) komt voor: n
547 (z08e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03274) komt voor: n
547 (z08e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03273) komt voor: n
543 (z08f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03273) komt voor: n
543 (z08f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03274) komt voor: n
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03274) komt voor: n
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03273) komt voor: j
440 (z09a) Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 03273) vertaling: die van 't stad emmen ier veil oazen gebaat
440 (z09a) Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 03274) vertaling: doi van 't stad doi emmen ier veil hoizen gebaad
441 (z09b) Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03274) vertaling: on de nieve voort door zie de giene mensj nie meer
441 (z09b) Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03273) vertaling: on dennieven voot zie de ginne mensj ne mier
442 (z09c) Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03273) vertaling: gisteren ei Jan ier geweist
442 (z09c) Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03274) vertaling: gisteren ei/es Jan ier geweest
443 (z09d) De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 03274) vertaling: den dag da Jan belde was 'k nie tois
443 (z09d) De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 03273) vertaling: den dag da Jan telefoneerden was ek nie toas
444 (z09e) Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 03274) vertaling: Jef die zol ek noeit nie oitnodigen
444 (z09e) Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 03273) vertaling: Jef dienen zo 'k nooit vragen
445 (z09f) Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 03273) vertaling: Marie die zo zoiets nooit doen
445 (z09f) Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 03274) vertaling: Marie die zol zoe iet noeit doeng
446 (z09g) Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 03274) vertaling: Bert, die/doinen drinkt wel iesj e glas te veil
446 (z09g) Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 03273) vertaling: Bert dienen drinkt wel isj e glas te veil
447 (z09h) Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 03274) vertaling: Martha die zol ek wel iesj be moi tois willen oitnoedigen
447 (z09h) Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 03273) vertaling: M die zol ek wel iej be moa toas willen ootnodigen
448 (z09i) Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03273) vertaling: dad oes zo 'k nooit willen kopen
448 (z09i) Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03274) vertaling: dad ois da zol ek noeit willen koeipen
449 (z09j) Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03274) vertaling: dad ois da stoot dor al voiftig joor
449 (z09j) Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03273) vertaling: dad oes da stoot dor al viftig joor
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 4
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 4
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 4
453 (z10(i)c) Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03274) komt voor: n
453 (z10(i)c) Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03273) komt voor: n
454 (z10(i)d) Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03273) komt voor: n
454 (z10(i)d) Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03274) komt voor: n
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
457 (z10(ii)b) Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03273) komt voor: n
457 (z10(ii)b) Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03274) komt voor: n
458 (z10(ii)c) Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03273) komt voor: n
458 (z10(ii)c) Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03274) komt voor: n
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
462 (z10(iii)b) Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03273) komt voor: n
462 (z10(iii)b) Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03274) komt voor: n
464 (z10(iii)c) Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03274) komt voor: n
464 (z10(iii)c) Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03273) komt voor: n
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
467 (z10(iv)b) Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03274) komt voor: n
467 (z10(iv)b) Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03273) komt voor: n
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
470 (z10(v)b) Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03274) komt voor: n
470 (z10(v)b) Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03273) komt voor: n
471 (z10(v)c) Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03273) komt voor: n
471 (z10(v)c) Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03274) komt voor: n
472 (z11a) En heeft Gunther gebeld? (inf. 03273) vertaling: ei Gunther getelefoneirt
472 (z11a) En heeft Gunther gebeld? (inf. 03274) vertaling: ei Gunther gebeldj
473 (z11b) En pas op! (inf. 03273) vertaling: past op
473 (z11b) En pas op! (inf. 03274) vertaling: past op
474 (z11c) 't En was maar net goed genoeg (inf. 03273) vertaling: 't was mo zjust goe genoeg
474 (z11c) 't En was maar net goed genoeg (inf. 03274) vertaling: 't was mor just goe genoeg
475 (z11d) Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 03273) vertaling: Marjo ei na mier koeien as vroeger
475 (z11d) Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 03274) vertaling: M ei na lier koeien as ze vroeger ad
476 (z11e) Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 03273) vertaling: oa S kennen kommen z' oa 't gedoon
476 (z11e) Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 03274) vertaling: as S ad kenne kommen ten ad ze da gedaan
477 (z11f) Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 03273) vertaling: z' es den besten doktoer da 'k kan
477 (z11f) Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 03274) vertaling: z' es de beste dokteres die 'k ken
478 (z11g) Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 03273) vertaling: veir da ge iet wegsmetj moe je efkes bellen
478 (z11g) Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 03274) vertaling: veir da g' iet wegdoetj moe je effekes bellen
479 (z11h) Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03273) vertaling: ier es alles wa da 'k gekreigen em
479 (z11h) Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03274) vertaling: hier es alles da 'k gekregen em
opm.: twijfelgeval voegwoorden na 'alles'
480 (z11i) Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 03273) vertaling: Jan es te gierig om iet on zen kinjeren te geiven
480 (z11i) Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 03274) vertaling: Jan es te gierig om iet on zen kinjeren te geiven
481 (z11j) Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 03273) vertaling: e doet as of dat 'n iet van sjotn afwetj
482 (z11k) Dat boek leg neer! (inf. 03274) vertaling: leg dennen boek neir
482 (z11k) Dat boek leg neer! (inf. 03273) vertaling: lecht da boek neer
483 (z11l) Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03273) vertaling: as ge echt ni kentj wachten komt ten mor
483 (z11l) Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03274) vertaling: as g' echt nie kent wachten ten kom de mor
488 (z12a) Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 03273) vertaling: 'k weit da Jan den doktoer oa kennen roepen
488 (z12a) Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 03274) vertaling: 'k weit da Jan den doktoor had kunnen roepen
489 (z12b) Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 03273) vertaling: 'k weit da Jan den doktoer kost geroepen emmen
489 (z12b) Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 03274) vertaling: 'k weit da Jan den doktoor kost geroepen emmen
490 (z12c) Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 03273) vertaling: e zoa da 'k et nie moest gedoon emmen
490 (z12c) Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 03274) vertaling: ei zoi da 'k et had moeetn doeng
491 (z12d) Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03273) vertaling: e zoa da 'k et moest gedoan emmen
491 (z12d) Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03274) vertaling: ei zoi da 'k et moest gedoon emmen
492 (z12e) Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 03273) vertaling: e es verleide weik gopereerd van den doktoer Mertens
492 (z12e) Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 03274) vertaling: ei es passeirde weik deer dokter Mertens goppereird
493 (z12f) Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03273) vertaling: e wert meiren gopereird van de n doktoer Mertens
493 (z12f) Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03274) vertaling: ei wer meiren deer dokter Mertens goppereerd
495 (z13a) Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03273) vertaling: 'k peis da ge veil zotj moeten wagsmoaten
positie: 3
495 (z13a) Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03274) positie: 1
495 (z13a) Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03273) vertaling: 'k peis da ge veil zotj moeten wagsmoaten
positie: 3
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03273) vertaling: 't es stom van zekken diere dingen weg te smoaten
positie: 1
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03274) vertaling: 't es stom om zekke kostelijke dingen weg te smijten
positie: 1
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03273) vertaling: 't es stom van zekken diere dingen weg te smoaten
positie: 1
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03274) vertaling: 't es stom om zekke kostelijke dingen weg te smijten
positie: 1
497 (z13c) Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03273) vertaling: e es alle diere dingen on 't wagsmoaten
positie: 2
497 (z13c) Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03274) positie: 2
497 (z13c) Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03273) vertaling: e es alle diere dingen on 't wagsmoaten
positie: 2
498 (z13d) Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03274) vertaling: 'k vin da ge mier 'n gazet zoetj moeten leizen
positie: 1
498 (z13d) Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03273) vertaling: 'k vind da ge de gazet mier zotj moeten leizen
positie: 1
opm.: dav???: 'gazet' voor 'vaker' (mier)
498 (z13d) Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03273) vertaling: 'k vind da ge de gazet mier zotj moeten leizen
positie: 1
opm.: dav???: 'gazet' voor 'vaker' (mier)
498 (z13d) Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03274) vertaling: 'k vin da ge mier 'n gazet zoetj moeten leizen
positie: 1
499 (z13e) Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03273) vertaling: 't es te stom om in den donkeren de gazet te leizen
positie: 1
499 (z13e) Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03273) vertaling: 't es te stom om in den donkeren de gazet te leizen
positie: 1
499 (z13e) Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03274) positie: 1
500 (z13f) Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03273) vertaling: e es den chielen dag de gazet on 't leezn
positie: 1
500 (z13f) Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03273) vertaling: e es den chielen dag de gazet on 't leezn
positie: 1
500 (z13f) Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03274) positie: 1
509 (z14a) Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 03273) fragment: door (1)
opm.: elders ook 'van' (b.v. geopereerd van dokter Mertens)
509 (z14a) Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 03274) fragment: door (1)
507 (z14b) Ze hebben aan hem laten lachen (inf. 03274) fragment: met (1)
opm.: andere betekenis
506 (z14d) Heb jij aan Jan gezien? (inf. 03274) fragment: onze (1)
512 (z15a) Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03274) komt voor: n
512 (z15a) Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03273) komt voor: n
513 (z15b) Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03273) komt voor: n
513 (z15b) Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03274) komt voor: n
514 (z15c) Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03273) komt voor: n
514 (z15c) Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03274) komt voor: n
515 (z15d) Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03274) komt voor: n
515 (z15d) Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03273) komt voor: n
516 (z16a) Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03273) vertaling: R eit ienen groenen appel weggegeiven en e eit er nog twie roee
516 (z16a) Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03274) vertaling: R eet ien groenen appel weggegeiven en na eet 'n er nog twee roe
412 (z16b) Er waren veel mensen op het feest (inf. 03274) vertaling: er waren veil mensjen op 't fiest
412 (z16b) Er waren veel mensen op het feest (inf. 03273) vertaling: t'r worren veil mensjen op 't fiest
413 (z16c) Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 03273) vertaling: worren der veil mensjen op 't fiest
413 (z16c) Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 03274) vertaling: woren er veil mensjen op 't fiest
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03273) vertaling: waffer boeken ei je gekocht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03274) vertaling: wa soert boeken e je gekocht
521 (z16e) Hij woont bij Marietje (inf. 03274) vertaling: ei woentj be Marieken
521 (z16e) Hij woont bij Marietje (inf. 03273) vertaling: e woentj be Marietje
522 (z16f) Hij woont bij Wim (inf. 03273) vertaling: e woentj be Wim
522 (z16f) Hij woont bij Wim (inf. 03274) vertaling: ei woentj be Wim
523 (z16g) Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 03273) vertaling: lupt agaa nikker no den bakker, Wim
523 (z16g) Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 03274) vertaling: go ne kier be den bakker
524 (z16h) Wie heb je gezien? (inf. 03274) vertaling: wie ei je gezing
524 (z16h) Wie heb je gezien? (inf. 03273) vertaling: wie ei je gezien
525 (z16i) Wie heeft jou gezien? (inf. 03273) vertaling: wie eid a gezien
525 (z16i) Wie heeft jou gezien? (inf. 03274) vertaling: wie eed aa gezing
527 (z16j) Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 03274) vertaling: ad ek et geweten 'k en ad et nie gedoon
opm.: negatiepartikel komt nergens anders in de lijst voor
527 (z16j) Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 03273) vertaling: oe 'k et geweiten 'k oa 't nie gedoon
528 (z16k) 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 03274) vertaling: 't zol beter zen nog ressekes te wachten
528 (z16k) 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 03273) vertaling: 't zo beiter zen nog efkes te wachten
882 (z16l) Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 03273) vertaling: gelikkig oa Jan den doktoer gebeltj en e was do vriet rap
882 (z16l) Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 03274) vertaling: gelikkeg ad Jan den doktoer gebeldj en deinen was er wri? rap
883 (z16m) Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 03274) vertaling: lup na toch voersj, ambetanteriken
883 (z16m) Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 03273) vertaling: go voesj ambetante jonges
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03274) komt voor: j
gebr.: 5
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03273) komt voor: j
gebr.: 5
534 (z17b) Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03274) komt voor: n
534 (z17b) Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03273) komt voor: n
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03274) komt voor: n
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03273) komt voor: n
545 (z17d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03273) komt voor: n
545 (z17d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03274) komt voor: n
536 (z17e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03274) komt voor: n
536 (z17e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03273) komt voor: n
605a (z17f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03274) komt voor: n
605a (z17f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03273) komt voor: n
548 (z17g) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03273) komt voor: n
548 (z17g) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03274) komt voor: n
542 (z17h) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 03274) komt voor: n
542 (z17h) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 03273) komt voor: n

interview mondelinge enquête

sprekertekstcommentaar 
commentaarAalst (O061); GUV [meta][k]O061p[/k][i]797[/i][i]798[/i][i]799[/i][vw]GUV[/vw][/meta]  sound
commentaarpersonalia informanten  sound
commentaartelefonisch stuk dat achteraf opgenomen is  sound
informant1 ja ja jaag let op clitisch pronomen op 'ja' sound
veldwerker [v=035] Jan herinnert zich da verhaal wel. [/v] sound
informant1 [a] Aa herinnerdem nog da verhaal. [/a]

herinnerd em
tagging sound
veldwerker [v=036] Marie en Piet kijken naar mekaar. [/v] sound
informant1 [a] Marie en Piet zien naar een. [/a] tagging sound
veldwerker [v=037] Toon wast zich. [/v] sound
informant1 [a] Toon wast em. [/a] tagging sound
veldwerker [v=038] Dn timmerman ee geen nagels bij zich. [/v] sound
informant1 [a] Ne schrijnwerker ee geen nagels bij em. [/a] tagging sound
veldwerker [v=039] Fons zag een slang neffest zich. [/v] sound
informant1 [a] Fons _ zag een slang neven em. [/a] tagging sound
veldwerker [v=040] Erik liet mij voor zich werken. [/v] sound
informant1 [a] Erik liet mij voor em werken. [/a] tagging sound
veldwerker [v=041] Johanna liet zich mee drijven op de golven. [/v] sound
informant1 [a] Ze liet eur mee drijvn. [/a] tagging sound
veldwerker [v=042] Toon bekeek zichzelf ne keer goe in de spiegel. [/v] sound
informant1 [a] Toon bekeek em ne keer goed in de spiegel. [/a] tagging sound
veldwerker [v=045] Eduard ken zichzelf goe. [/v] sound
informant1 [a] Eduard kan emzelf goe. [/a] tagging sound
informant1 [a] _ kan zeneige goed ja. [/a]

zen eige
tagging sound
veldwerker [v=046] Ward ee gehoord datr foto's va zichzelf in d etalage staan. [/v] sound
informant1 [a] Ward ee gehoord datr foto's van em in de _ in de venster staan. [/a] tagging sound
veldwerker [v=048] De sneeuw smelt zich in de zon. [/v] sound
informant1 [a] De sneeuw smelt in de zon. [/a] tagging sound
veldwerker [v=049] K heb mij daar goe geamuseerd. [/v] sound
informant1 [a] K e mij do goe geamuseerd. [/a] tagging sound
veldwerker [v=050] Zij ee zich nie geamuseerd op t bal. [/v] sound
informant1 [a] Zij en eed eur nie geamuseerd op t bal. [/a] tagging sound
veldwerker [v=025] Niemand eet da van ze leven gewild of gekeunen. [/v] sound
informant1 [a] Niemand eet da va me leve nie gewild of gekost. [/a] let op negatiecongruentie; ik twijfel een beetje aan de betrouwbaarheid van het antwoord. tagging sound
veldwerker [v=026] Jan had geheel da brood wel willen opeten. [/v] sound
informant1 [a] Jan ou e geheel brood kunnen op eten. [/a] tagging sound
veldwerker [v] en Jan had heel da brood wel op eten gekund? [/v] sound
informant1 [a] nee nee [/a] sound
veldwerker [v=027] Vertel maar nie wie zij had kunne roepen. [/v] sound
informant1 [a] Vertel maar nie wie dasse kost gaa roepen. [/a]

da se
tagging sound
informant1 [a] of wie dassezij oi kunne roepe. [/a]

da se zij
tagging sound
veldwerker [v=028] Vertel mij ne keer wie da zij had kunne roepen. [/v] sound
informant1 [a=j] Vertel mij ne keer _ wie das oi _ wie dasse zou kunne roepe. [/a]

da s da se
tagging sound
veldwerker [v] zoude daar ook kunne zeggen wie asse ou kunne roepen? [/v] sound
informant1 [a] _ wie oaze kunne ga roepe. [/a]

oa ze
irrealis met 'hebben' tagging sound
veldwerker [v=029] Of wie of ze had kunne roepen? [/v] sound
informant1 [a=n] _ of wie oaze kunne ga roepe. [/a]

oa ze
irrealis met 'hebben' tagging sound
veldwerker [v=030] En wie of dasse o kunne roepen? [/v] sound
informant1 [a=n] k en verstaan de zin nie goed. [/a] eerste enkelvoud op -n; negatiepartikel sound
informant1 [a=n] Da verstaanik nou nie ze. Wie dasse daar kunne ga roepen ou. [/a]

verstaan ik da se
tagging sound
commentaarn.v.t. (einde telefonisch gesprek)  sound
commentaarspontaan gesprek  sound
informant1 of datnem nog ka voor em laten opereren.

dat n em
dubbel accusatievef subject sound
commentaarspontaan gesprek  sound
informant1 k was blij dak u hoorden

da k hoorden
n op eerste enkelvoud verleden tagging sound
commentaarspontaan gesprek  sound
informant3 oe dammen _ pronominaal affix -men sound
informant1 ja bah jamen men-clitic (eerste meervoud) op 'ja' sound
commentaarspontaan gesprek  sound
informant2 k en hoor nie goe nie me negatiepartikel in hoofdzin sound
commentaarspontaan gesprek  sound
informant3 gamen da nog doen? verbaal affix men sound
commentaarspontaan gesprek  sound
informant1 mo van de jaar euh enemen em dan gevraagd vreemde vorm van hebben in eerste mv.; mogelijk verspreking sound
commentaarspontaan gesprek  sound
veldwerker [v=018] Ze weet nie da Marie gisteren gestorven is. [/v] sound
informant2 [a] Ze wete nie da Marie gisteren gestorven is. [/a] derde persoon meervoud i.p.v. enkelvoud tagging sound
veldwerker [v] en ze en weet nie? [/v] sound
informant1 [a] Zij weetet nie. [/a]

weet et
tagging sound
veldwerker [v] past op dage nie en valt. [/v] sound
informant2 [a] Past op dache nie en valt. [/a]

da ge
tagging sound
veldwerker [v] en ze weet nie da Marie gisteren gestorven eet? [/v] sound
informant2 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=022] Dr wil niemand nie dansen. [/v] sound
informant1 [a=j] T wil niemand nie dansn. [/a] tagging sound
informant2 [a=j] Tr wil niemand nie dansn. [/a] sound
veldwerker [v=023] Els wil nie zingen en ze wil nie dansen ook nie. [/v] sound
informant1 [a=j] Ze wil nie zingen en nie dansen ook nie. [/a] tagging sound
veldwerker [v=003] Hij zei datij heeft proberen van Marie nen brief te schrijven. [/v] sound
informant1 [a=n] Hij zei datn geprobeerd eet van nen brief te schrijven. [/a]

dat n
tagging sound
veldwerker [v=004] In dien tijd probeerdeken van tomaten te kweken. [/v] sound
informant1 [a=n] In dienn tijd probeerdnkik van tomaten te kweken. [/a]

probeerdn k ik
tagging sound
veldwerker [v] en probeerdegekik? [/v] sound
informant1 [a] nee [/a] tagging sound
veldwerker [v=005] Gisteren probeerdemege van droog thuis te geraken. [/v] sound
informant1 [a=n] Gisteren probeerdeme van droog thuis te geraken. [/a] tagging sound
veldwerker [v=053] Azek profijtig leef dan levek zoals mijn ouders da willen. [/v] sound
informant1 [a] Azek profijtig leef dan levenk zoals mijn ouders _ lijk as mijn ouders da wiln. [/a]

az ek leven k
wat verder ook rechte flectie op -en tagging sound
informant1 [a] _ profijtig leven [/a] tagging sound
veldwerker [v] en anek profijtig leef? [/v] sound
informant1 [a] Azek profijtig leef _ [/a]

az ek
sound
informant1 [a] Azekik nu profijtig leef. [/a]

az ek ik
sound
informant2 [a] Azekik nu zou profijtig leven _ [/a]

az ek ik
sound
veldwerker [v=055] Astij nog drie jaar leeft dan leeftij langer dan zijn vader. [/v] sound
informant1 [a] Astn nog drie jaar leeft leeftn langer as zijn vader. [/a]

ast n leeft n
tagging sound
informant1 [a] Astnaa nog drie jaar leeft _ [/a]

ast n aa
sound
informant2 [a] Astn nie op en past _ [/a]

ast n
tagging sound
informant3 da kanke geen kwaad vreemde 'uitgang' sound
veldwerker [v] en astnem nog drie jaar leeft? [/v] sound
informant1 [a] Astnaa nog drie jaar leeft _ [/a]

ast n aa
sound
veldwerker [v=057] Assezij zo gevaarlijk leeft dan leefze nie lang nie meer. [/v] sound
informant1 [a] Assezij zo gevaarlijk leeft zalze langer leevn asnij. [/a]

a se zij zal ze as n ij
tagging sound
informant1 [a] Asse zo gevaarlijk _ [/a]

a se
sound
veldwerker [v] Azaa zo gevaarlijk leeft? [/v] sound
informant1 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=059] Ast nu nog leeft dan levet morgen ook nog. [/v] sound
informant1 [a] Ast nu nog leeft levet morgen ook nog. [/a]

as t lev et
tagging sound
veldwerker [v] ant nu nog leeft? [/v] sound
informant2 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v] astet nu nog leeft? [/v] sound
informant1 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=061] As jullie zo gevaarlijk leeft dan leefde gulder nooit zo lang azzekik. [/v] sound
informant3 [a] Asgegeir zo gevaarlijk leeft _ [/a]

as ge geir
tagging sound
informant3 [a] _ zulje langer leven ammeweir. [/a]

zul je a me weir
tagging sound
informant2 [a] _ asmeweir ja. [/a]

as me weir
tagging sound
veldwerker [v] en asguir zo gevaarlijk leeft? [/v] sound
informant2 [a] Asguir zo gevaarlijk leeft gome zo lang nie _ nie me zo lang nie leve. [/a]

as guir go me
sound
veldwerker [v=063] Asse voor ulder werl leven dan leveze nie voor ulder kinders. [/v] sound
informant1 [a] Asse veur eir werk leve leveze nie veir kinderen. [/a]

a se leve ze
tagging sound
informant2 Asmen op tijd wille zijn moetemen _

as me n moete me n
sound
informant1 [a] Assezeir op tijd wille zijn moetez eir haasten. [/a]

a ze zeir moete z
sound
veldwerker [v] anze voor ulder werk leven? [/v] sound
informant3 [a] neet [/a] sound
informant1 [a] nees [/a] sound
veldwerker [v=067] As Rudy nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/v] sound
informant1 [a] As Rudy nog leeft leef Rudy ook nog _ wad ist _ Leo ook nog. [/a]

is t
tagging sound
veldwerker [v=068] Asge gezond leeft leefde langer. [/v] sound
informant1 [a] Asge gezond leeft leefde langer. [/a]

as ge leef de
tagging sound
informant3 [a] Asgegaa azo blijf smoren zule nie lang nie mee leve. [/a]

as ge gaa zu le
tagging sound
veldwerker [v] asgaa zo blijft smoren? [/v] sound
informant1 [a] t is azo meer sagegaa. [/a]

as ge gaa
sound
veldwerker [v=069] Astr zo weinig mensen van den boerenstiel leven dan levedr veel van de fabriek. [/v] sound
informant1 [a] aster zo weinig van dn boerenstiel leven_ weinig van t fabriek. [/a]

ast er
tagging sound
informant3 [a]_ dan levender weinig van t fabriek. [/a]

leven er
tagging sound
veldwerker [v=070] As Bart e Liesken in den hemel leven dan leven Marie e Frans in d hel. [/v] sound
informant1 [a] As Bart _ Bart en Alicke leven in den hemel _ [/a] tagging sound
informant3 [a] _ dan leeft Bart in d hel. [/a] tagging sound
veldwerker [v=071] Aswe sober leven dan levewe gelukkig. [/v] sound
informant1 [a] Amme gewoon leven levemen langer. [/a]

a me leve me n
tagging sound
informant1 [a] Ammen alleen leven levemen ongelukkig. [/a]

a me n leve me n
tagging sound
informant1 [a] Asmeweir alleen leven _ [/a]

as me weir
tagging sound
veldwerker [v=072] Jan leef ne keer wa gezonder! [/v] sound
informant1 [a] Jan leefd eens een beetje gezonder! [/a] tagging sound
informant2 [a] Leef ne keer een beetjen beter! [/a] tagging sound
veldwerker [v=073] Kinders leefd een beetjen beter! [/v] sound
informant1 [a] Kinderen leefd e wa beter he. [/a] tagging sound
veldwerker [v=075] K vin da iedereen moet kunne zwemmen. [/v] sound
informant1 [a=j] K vin dad iedereen moet kunne zwemmen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=077] K vin da iedereen moet zwemme kunnen. [/v] sound
informant3 [a=n] Da zeggeme nie. [/a]

zegge me
sound
veldwerker [v=080] K vin da iedereen kunne zwemme moet. [/v] sound
informant1 [a=n] K vin dad iedereen moet kunne zwemmen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=082] K vin da iedereen zwemme kunne moet. [/v] sound
informant1 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v=084] K vin da iedereen zwemme moet kunnen. [/v] sound
informant1 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [n] [v=830] K weet datij nog ne keer zal moeten terug komen. [/v] sound
informant1 [a] K weet datn nog eens za moeten terug komen _ datn nog ne keer za moete weerom komen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=831] Ik weet datij nog eens weerom zal moete komen. [/v] sound
informant1 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=832] K weet datnaa zal weerom moete komen. [/v] sound
informant3 [a] nee [/a] [/n] sound
veldwerker [v=086] K weet da Eddy morgen wil brood eten. [/v] sound
informant1 [a=j] K weet dad Eddy morgen wil brood eten. [/a] informant drie heeft twijfels maar staat alleen tagging sound
informant1 [a=j] _ datn morgen _ morgen wil brood eten. [/a]

dat n
sound
veldwerker [v=087] Eddy moet kunnen vroeg op staan. [/v] sound
informant1 [a=j] Eddy moe kunne vroeg op staan. [/a] tagging sound
veldwerker [v=088] K weet da Jan moet een nieuwe schuur bouwen. [/v] sound
informant1 [a=j] K weet da Jan moet een nieuwe schuur bouwen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=093] K vin da Marie moet naar Jef bellen. [/v] sound
informant1 [a=j] Ik vin da Marie moe naar Jef beln. [/a] tagging sound
veldwerker [v=102] Ik weet da Jan moet spijtig genoeg vertrekken. [/v] sound
informant1 [a] Ik weet da _ Jan moe spijtig genoeg vretrekken. [/a] als twee verschillende zinnen opgebouwd; lijkt me geen 'geldig' antwoord sound
informant2 [a] Spijtig da Jan morgen moe vertrekken. [/a] betrouwbaar antwoord ontbreekt sound
veldwerker [v=107] Ik weet da Hans mag nie komen. [/v] sound
informant3 [a=n] Ik weet dad Hans nie mag komen. [/a] sound
veldwerker [v=114] K weet da Jan wilt varkens kopen. [/v] sound
informant1 [a=j] K weet da Jan wil varkens kopen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=130] K zei da Willy moest dn auto verkopen. [/v] sound
informant1 [a=j] K em gezeid da Willy moest dn auto verkoopn. [/a] tagging sound
veldwerker [v=132] Ik peis da Marie zal moeten hem roepen. [/v] sound
informant1 [a] K peis da Marie em za moete roepen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=136] Jan en ee nie veel geld nie meer. [/v] sound
informant1 [a=j] Jan ee nie veel geld nie mer. [/a] tagging sound
veldwerker [v=137] Hij wil geen soep nie meer eten nie. [/v] sound
informant1 [a=n] A wiltj geen soep nie mer eten. [/a] sound
veldwerker [v=140] Zitten hier nievers geen muizen? [/v] sound
informant1 [a=j] Zitten dr ier nieverst geen muizen? [/a] tagging sound
veldwerker [v=146] Hij spreekt nie goe geen Frans. [/v] sound
informant1 [a=n] A spreek nie goe Frans. [/a] sound
veldwerker [v] Zo goe spreekek geen Frans zen. [/v] sound
informant1 [a] Zo goed en spreekekik geen Frans. [/a]

spreek ek ik
sound
veldwerker [v] Ik spreek zo goe geen Frans. [/v] sound
informant1 [a] Ik spreek geen goe Frans. [/a] sound
veldwerker [v=148] Iedereen is gene stielman. [/v] sound
informant1 [a=j] Iedereen is gene stieleman. [/a] tagging sound
informant1 [a] T zijn allemaal geen stielemans. [/a] sound
veldwerker [v=149] IJ ee overal geen vrienden. [/v] sound
informant1 [a=n] IJ ee nieverst geen vrienden. [/a] sound
veldwerker [v=154] Boeken ee Jan drie. [/v] sound
informant3 [a=n] Jan ee maar drie boeken. [/a] sound
veldwerker [v=150] Hij weet van die zaak nie. [/v] sound
informant1 [a] A weetj van de zaak nie. [/a] sound
veldwerker [v] Kunde zeggen _ weet alles van de zaak nie. [/v] sound
informant2 [a] A weet nie alles van de zaak. [/a] sound
veldwerker [v=156] Jan weet datij voor den drieën de wagen moet ein gemaakt. [/v] sound
informant1 [a=n] A weetj datn voor den drieën de wagen _ ist _ [/a]

dat n
sound
veldwerker [v=157] zie vorige vraag. [/v] sound
informant1 [a=j] A weetj datn voor dn drieën de wagen moet gemaakt emmen. [/a]

dat n
tagging sound
veldwerker [v=160] Jan weet datnaa voor dn drieën de wagen gemaakt moet emmen. [/v] sound
informant2 [a=n] Jan weet datn veur dn drieën moest de wagen gemaakt emmen. [/a] sound
veldwerker [v=161] Jan weet datn veur dn drieën de wagen gemaakt emme moet. [/v] sound
informant2 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v=188] Edde genoeg mensen om t hooi van t land t halen. [/v] sound
informant1 [a] Eje genoeg mensen veu t hooi van t land t halen. [/a]

e je
tagging sound
veldwerker [v] en dus om t hooi van t veld t halen? [/v] sound
informant1 [a] _ om t hooi van t veld t halen. [/a] tagging sound
informant3 [a] T is eerder vur as om. [/a] sound
veldwerker [v] Edde genoeg mensen van t hooi van t veld t halen. [/v] sound
informant3 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=189] T was schoon va Jan van te komen helpen. [/v] sound
informant1 [a] T was schoon va Jan van te komen helpn. [/a] tagging sound
veldwerker [v] voor te komen helpen? [/v] sound
informant1 [a] van te komen helpen. [/a] sound
veldwerker [v] of t was schoon va Jan om te komen helpen. sound
informant2 [a] ja da wordt misschien ook gezied maar _ [/a] sound
informant1 [a] T was schoon van Jan vu komen t helpen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=190] Die ton is zwaar om te dragen. [/v] sound
informant1 [a] Dei ton is zwaar vu te dragen. [/a] tagging sound
veldwerker [v] Da s goed om weten. [/v] sound
informant1 [a] Da s goed om weten. [/a] tagging sound
veldwerker [v] Da vat is zwaar om dragen. [/v] sound
informant1 [a] Da vat is zwaar veu te dragen. [/a] sound
veldwerker [v=192] W hopen allemaal van op tijd thuis te zijn. [/v] sound
informant1 [a] Wuir hopen allemaal veur op tijd thuis te zijn. [/a] sound
veldwerker [v] Dus nie van op tijd thuis te zijn? [/v] sound
informant3 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v] en om op tijd thuis te zijn. [/v] sound
informant1 [a=j] Wuir hope van op tijd thuis te zijn. [/a] tagging sound
veldwerker [v=193] Da s zo zeker as één en één twee is. [/v] sound
informant1 [a] T is zo zeker dat één en één twee is. [/a] tagging sound
veldwerker [v=198] IJ kan staan zagen. [/v] sound
informant1 [a] A kan staa zagen. [/a] tagging sound
informant1 [a] A kan staan te zagen. [/a] tagging sound
informant2 [a] nee. Die te nie. [/a] sound
informant2 [a] IJ kan nogal staan te zage. [/a] onduidelijk of dit een 'echte' uiting is of herhalen van de vraag. sound
veldwerker [v=199] Hij staat te zagen. [/v] sound
informant1 [a] A staat te zage. [/a] tagging sound
veldwerker [v=200] Toen we aan kwame regendet. [/v] sound
informant1 [a] Aswen aan kwampe regenent. [/a]

as we n regen en t
tagging sound
informant1 a ge moetje blijven bij staan. sound
veldwerker [v=215] K geloof dak groter ben of ij. [/v] sound
informant1 [a] K geloof dakik groter ben asnaa. [/a]

da k ik asn aa
tagging sound
veldwerker [v=216] Ze gelooft dagij eerder thuis zijt danekik. [/v] sound
informant1 [a] Ze gelooft dadegij eerder thuis zijt azzekik. [/a]

da de gij az ek ik
elders in de reeks is het clitic tweede persoon '-ge'; hier herhaling van aangeboden vorm? tagging sound
informant1 [a] _ dachegij eerder thuis zijt azzekik. [/a]

da ge gij az ek ik
tagging sound
veldwerker [v=217] Ge geloof nie datij sterker is dan gij. [/v] sound
informant1 [a] Ge geloof nie datn sterker is asgegaa. [/a]

dat n as ge gaa
tagging sound
veldwerker [v=218] Ze geloven da wuir rijker zijn da zuir. [/v] sound
informant1 [a] Ze geloven danwuir rijker zijn asgeguir. [/a]

dan wuir as ge guir
fout pronomen na comparatief tagging sound
informant3 [a] _ assezeir. [/a]

as se zeir
tagging sound
veldwerker [v=219] We geloven da gulder nie zo slim zijt aswewuir. [/v] sound
informant1 [a] Wij geloven dame nie zo slim zijn asgegeir. [/a]

da me as ge geir
fout pronomen na comparatief tagging sound
informant1 [a] Wij geloven dachegeir nie zo slim asgegeir. [/a]

da ge geir as ge geir
fout pronomen na comparatief tagging sound
informant2 [a] _ asmeweir. [/a]

as me weir
tagging sound
veldwerker [v] en me geloveme? [/v] sound
informant3 [a] weir geloven. Niet me _ [/a] sound
veldwerker [v=220] Gulder geloof nie da zij of da zuir armer ziijn da guir. [/v] sound
informant1 [a] Geir geloof nie dazezeir _ [/a]

da ze zeir
tagging sound
informant1 [a] Geir geloof nie dassezeir armer zijn asgegeir. [/a]

da se zeir as ge geir
tagging sound
informant1 [a] Ge geloof geir toch nie _ [/a] tagging sound
veldwerker [v=221] U gelooft da Lisa eve schoon is as Anna. [/v] sound
informant1 [a] Geir gelooft _ [/a] tagging sound
informant2 [a] Gij geloof dad Anna schoner is as _ [/a] tagging sound
veldwerker [v=222] Hij gelooft da Bart en Peter sterker zijn da Geert e Jan. [/v] sound
informant1 [a] Hij gelooft da Bart en Peter sterker is _ as _ as Geert en Jan. [/a] tagging sound
informant1 maar dn onzen begintja haperen verschillende analyses mogelijk sound
informant1 [a] _ sterker is da Geert en Jan. [/a] tagging sound
veldwerker [v=232] Hij zal nie komen zeker. [/v] sound
informant1 [a=j] Toetoet ij zal wel komen. [/a]

t oet t oet
tagging sound
veldwerker [v=231] Zoude kunne zeggen hij doet hij zal wel komen? [/v] sound
informant1 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v=230] of tendoet? [/v]

t en doet
sound
informant1 [a=n] bah tendoet zoume da _ da s dan in n ander betekenis. [/a]

t en doet zou me
sound
veldwerker [v=226] Hij slaapt al zeker? [/v] sound
informant1 [a=j] Bah tendoet ij loop nog rond. [/a]

t en doet
tagging sound
veldwerker [v=228] en toetoet? [/v]

t oet t oet
tagging sound
informant1 [a] Toetoet. [/a]

t oet t oet
later wordt gebruik in deze context ontkend. tagging sound
informant3 [a] Bah en doet ij slaaptij nog nie. [/a]

slaapt ij
onduidelijk of 'en' pronomen is of negatiepartikel tagging sound
informant3 [a=n] dan kunde nie toetoet zeggen. [/a]

kun de
sound
veldwerker [v=244] Slaaptij? Kunde dan zeggen toetoet? [/v] sound
informant1 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v=245] Ge meugt die lamp proberen aansteken maar brannen doeze nie meer. [/v] sound
informant1 [a=n] ze zal nie mer brannen. [/a] sound
informant1 [a] Werken doetn nie meer. A is me pensioen. [/a]

doet n
sound
veldwerker [v] en e doe nie meer werken? [/v] sound
informant2 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=248] Ik doe wel eens ne keer die tassen af wassen. [/v] sound
informant1 [a=n] waster al gauw af! [/a]

wast er
sound
veldwerker [v=249] De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/v] sound
informant1 [a] Dene jongen _ die zij moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/a] tagging sound
veldwerker [v=250] De bank waar ze op zaten was juist geverfd. [/v] sound
informant1 [a] De bank waar das op zate was juist geverfd. [/a]

da s
tagging sound
veldwerker [v] en de bank waarop dasse zaten? [/v] sound
informant1 [a] ah jaag. [/a] sound
veldwerker [v=253] Op zodag gingen we met heel de familie naar de zee wat da heel leutig _ [/v] sound
informant1 [a] Wij ginke me geheel de familie naar de zee en t was plezierig. [/a] tagging sound
veldwerker [v=255] In t dorp waar ik woon staat een oud kerksken. [/v] sound
informant1 [a] In t dorp waar dak woon staat een ou kerk. [/a]

da k
tagging sound
veldwerker [v=256] Op dn dag dammen aankwamen regendet. [/v] sound
informant1 [a] Op dn dag dame toekwampe regendet. [/a]

da me
tagging sound
veldwerker [v=257] Da s iets wa geheel schoon is. [/v] sound
informant1 [a] Da s iet wa da schoon is. [/a] tagging sound
veldwerker [v] en da s ietsken die geheel schoon is? [/v] sound
informant1 [a] Da s iet da geheel schoon is. [/a] tagging sound
veldwerker [v=258] Da s iets dak nie gaarne doe. [/v] sound
informant1 [a] Da s iet dak nie gaarne en doen. [/a]

da k
tagging sound
veldwerker [v=259] Wie geld eet moet mij maar wa geven. [/v] sound
informant1 [a] Wie da geld eet moe mij maar e wa geve ja. [/a] tagging sound
veldwerker [v] maar gewoon die geld eet moet mij maar wa geven? [/v] sound
informant3 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=260] Wa peisde wie dak in t stad gezien e. [/v] sound
informant1 [a=j] Wa peisde wie dakik in t stad gezien en? [/a]

peis de da k ik
tagging sound
veldwerker [v=262] Wie peisde wie dakik in t stad gezien e. [/v] sound
informant1 [a=n] Wie peisde dak in t stad gezien en? [/a]

peis de da k
tagging sound
veldwerker [v] dus nie met twee keer wie he? [/v] sound
informant1 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v=266] Wie peisde die ak in t stad gezien en. [/v] sound
informant1 [a=n] Wie peisde dakik in t stad gezien e? [/a]

peis de da k ik
sound
veldwerker [v=261] Wa peisde hoe dasset opgelost en? [/v] sound
informant2 [a=j] Wa peisden oe dassent zoun gedaan emme? [/a]

peis de n da ze nt
n op 'peisde' kan 'nu' zijn, pronomen 3 enk. (wegens misschien fout begrepen),... Verder ook epenthetische nasaal. tagging sound
veldwerker [v=265] Oe peisde oe dassent zoun gedaan en. [/v] sound
informant1 [a=n] Oe peisde dasset zulle gedaan en? [/a]

peis de da se t
tagging sound
veldwerker [v=273] Marie trok de sarze naar zich toe. [/v] sound
informant1 [a] Marie trok de sarze naar eur toe. [/a] tagging sound
veldwerker [v=296] Zoutij da gedaan hebbe gekund. [/v] sound
informant1 [a=n] Oe zoun da gedaan emn? [/a]

zou n
sound
veldwerker [v=297] Zoutij da gedaan gekund en? [/v] sound
informant1 [a=n] Zoutij kunne gedaan emn? [/a]

zou t ij
sound
veldwerker [v=308] Zoutij da en kunnen doen? [/v] sound
informant1 [a] Zoun da kunnen doen emme? [/a]

zou n
sound
veldwerker [v=502] Marie zit patatten en schillen. [/v] sound
informant1 [a=n] Marie zit patatten te schiln. [/a] sound
veldwerker [v=309] Ik heb geen goesting en voeren de koeien. [/v] sound
informant1 [a=n] K em geen goeste veur de koeie te voeren. [/a] sound
veldwerker [v=316] De politie zou bij em komen en pakken em mee. [/v] sound
informant2 [a=n] De politie kom bij em e z en em mo meegepakt. [/a] sound
informant1 [a=n] _ e z emmen em meegepakt. [/a] sound
veldwerker [v=317] Marie al eur koeien zijn verdronken bij d overstroming. [/v] sound
informant1 [a] Marie al eur koeie zijn verdronken met d overstr_ [/a] antwoord wordt verderop bijgestuurd sound
informant1 [a=n] Al Marie eur koeien zijn verdronken met d overstroming. [/a] sound
veldwerker [v=319] Dit peisik nie aan. [/v] sound
informant1 [a=n] Doo peizik nie aan. [/a]

peiz ik
sound
veldwerker [v=321] Die rare gast ek mee naar de markt geweest. [/v] sound
informant1 [a] Denen aardige gast emme mee nor de markt geweest. [/a] wordt verderop ontkend tagging sound
informant2 [a=n] K ben met denen aardigen nor de markt gegaan. [/a] sound
veldwerker [v] en dien aardigen bek mee naar de markt _ [/v] sound
informant2 [a] ja [/a] wordt verderop ontkend sound
veldwerker [v] Dien aardigen ek mee naar de markt geweest. Zoude da zo kunne zeggen? [/v] sound
informant2 [a=n] nee [/a] sound
informant3 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v=322] Ik e al d eerste drie sommen gemaakt. De welkste eddegij gemaakt? [/v] sound
informant1 [a=n] D eerste drie sommen emmekik gemaakt. T welk waffer eejegij gemaakt. [/a]

em ek ik ee je gij
sound
veldwerker [v] t welk waffeur? [/v] sound
informant1 [a=n] Waffer eejegij gemaakt. [/a]

ee je gij
sound
veldwerker [v] maar de welkste? [/v] sound
informant1 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v=323] De waffere eddegij al weggedaan? [/v] sound
informant1 [a=j] Waffer eejegeir al weg gedaan. [/a]

ee je geir
of ee je gij er tagging sound
veldwerker [v=324] De zulke zouk nie durven op eten. [/v]

zou k
eigenlijk vraag i.v.m. 'de zulke' i.p.v. 'de die', maar het antwoord betreft 'de die' tagging sound
informant1 [a=j] Ah de die zouk nie willen op eten. [/a] tagging sound
veldwerker [v=324] En zukkene zouk nie willen opeten. [/v] sound
informant1 [a=n] nee [/a] voor vertaling zie vraag i.v.m. 'de die' sound
veldwerker [v=327] Gaan haalt die bestellinge nu maar ne keer op. [/v] sound
informant1 [a=n] Haaltj ou bestelling ne keer op! [/a] sound
informant1 [a=n] Haaltj ou vest. We zijn weg! [/a] sound
informant1 [a] Komd eens helpe! [/a] sound
veldwerker [v=329] K zeg k geloof deze gast vinnez allemaal wel nen braven. [/v] sound
informant1 [a] K geloof diene gast da vinnez allemaal wel nen braven. [/a]

vinne z
sound
veldwerker [v=350] K weet datij gaan zwemmen is. [/v] sound
informant1 [a=j] K weet datn gaa zwemmen is. [/a]

dat n
tagging sound
veldwerker [v=347] Ik weet datij is gaa zwemmen. [/v] sound
informant1 [a=n] Nee. K weet datn gaa zwemmen is. [/a]

dat n
sound
veldwerker [n] [v=875] K weet datij weeste zwemmen eet. [/v] sound
informant1 [a] K weet datn gaa zwemmen eet. [/a] [/n] let op hulpwerkwoord. Verderop wordt dit overigens herhaald. tagging sound
veldwerker [v=353] Wilde nog e pintjen. [/v] sound
informant1 [a=j] Jaajk. [/a] tagging sound
informant2 [a=j] Jaajk. [/a] sound
veldwerker [v=354] Gase dansen? [/v] sound
informant3 [a=j] Jaas. [/a] tagging sound
veldwerker [v] en jase? [/v] sound
informant3 [a] bah nees. [/a] tagging sound
veldwerker [v=355] Einz al gegeten? [/v] sound
informant1 [a=j] bah jaas. [/a] tagging sound
veldwerker [v=356] Staat da huis te koop? [/v] sound
informant1 [a=j] bah jaat. [/a] tagging sound
informant3 [a] Jamen we gaan zwemmen. [/a] men suffix voor eerste meervoud. tagging sound
veldwerker [v] Isij hier nog geweest? [/v] sound
informant1 [a] Bah jaan. [/a] tagging sound
veldwerker [v=357] Dr kom morgen iemand langs. [/v] sound
informant1 [a=n] Ja wieë? [/a] sound
informant1 [a=n] Wie da? Nee. [/a] sound
veldwerker [v=358] K peis datr iemand de koekskes opgegeten heet maar k weet nie wie da. [/v] sound
informant1 [a=n] Maar k weet nie wie. [/a] sound
veldwerker [v=359] Me zulk weer ge kun nie veel doen. [/v] sound
informant1 [a=n] Me zukke weer kuje nie veel doen. [/a]

ku je
sound
veldwerker [v] en iets gelijk zukke zouk nie durven opeten da kan nie? [/v] sound
informant1 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=363] Gij ga naar t voetbal kijken met ik. [/v] sound
informant1 [a=n] Geir gaat nor de voetbal kijken me mij ja. [/a] vermoedelijk pronomen tweede meervoud i.p.v. enkelvoud sound
veldwerker [v=364] Istn dood? [/v] sound
informant1 [a=j] Istn dood? [/v]

ist n
tagging sound
veldwerker [v] En is dood. [/v] sound
informant1 [a] nee [/a] sound
informant1 [a] E s dood. [/a] sound
veldwerker [v=368] Me hij te werken moestzezij geheel den dag thuis blijven. [/v] sound
informant1 [a=j] Me gij te werken moesteme ne gehelen dag thuis blijven. [/a]

moeste me
tagging sound
veldwerker [v=369] Me t te sneeuwen kosteme de stad nie uit. [/v] sound
informant2 [a=j] Mette sneeuwen kosteme nie buiten. [/a]

me t te koste me
tagging sound
veldwerker [v=370] Da s de man die ze geroepen en. [/v] sound
informant1 [a] Da s de man dasse geroepen ein. [/a]

da se
tagging sound
veldwerker [v=371] Da s de man diet verhaal verteld eet. [/v] sound
informant1 [a] Da es de man die t voort verteld eet. [/a] tagging sound
veldwerker [v] de man die t verteld eet en nie de man da t verteld eet? [/v] sound
informant3 [a] nee neen. [/a] sound
veldwerker [v] of de man die a da verteld eet. [/v] sound
informant3 [a] Dn dienen dat da verteld eet. [/a] tagging sound
veldwerker [v=372] Da s de man diek peize dat da verhaal verteld eet. [/v] sound
informant3 [a] Da s de man diek peizen dat da verteld eet. [/a]

die k
tagging sound
informant1 [a] _ dak peis datn _ diet verteld eet. [/a]

da k dat n die t
tagging sound
informant1 [a] Da s de man dak peis dat verteld eet. [/a]

da k da t
tagging sound
veldwerker [v=373] Da s de man diek peis dasse geroepen ein. [/v] sound
informant1 [a] Da s de man dak peis dasse geroepen en. [/a]

da k da se
tagging sound
veldwerker [v] of da s de man dak peis dieze geroepen en? [/v] sound
informant1 [a] _ de man dak peis dasse geroepen en. [/a]

da k da se
tagging sound
veldwerker [v=387] Wanneer gaatr ooit vrede zijn in geheel de wereld? [/v] sound
informant1 [a=j] nooit nie ja. [/a] tagging sound
informant3 [a=j] nooit of nooit nie. [/a] sound
veldwerker [v=388] Wie eetr dn auto mee gepakt? [/v] sound
informant1 [a=n] niemand. [/a] sound
informant1 [a=j] ah niemand nie want ij staat do nog. [/a] tagging sound
veldwerker [v=389] Waar groeitr geld aan de bomen? [/v] sound
informant3 [a=n] Nieverst. [/a] sound
informant1 [a=j] Ah nieverst nie ja. [/a] tagging sound
veldwerker [v=390] Wa isser rond en vierkan tegelijk? [/v] sound
informant3 [a=n] Niks. [/a] sound
informant3 [a] Niks nie. [/a] wordt niet bevestigd bij doorvragen sound
informant3 [a=n] Niet nie _ nee. Die _ vindik dat die nie dr nie bij komt. [/a]

vind ik
sound
veldwerker [v=391] Welke koeien eettij al gemolken? [/v] sound
informant3 [a=n] Geen. [/a] sound
veldwerker [v] en geen nie? [/v] sound
informant1 [a=n] nee [/a] sound
veldwerker [v=393] Nie vertellen dache ne cadeau gekocht et voor em zulle. [/v] sound
informant1 [a] Nie vertellen da _ dame ne cadeau voor em gekocht emmen. [/a]

da me
eerste persoon meervoud i.p.v. tweede enkelvoud tagging sound
veldwerker [v=395] Geloofde nie datij gevallen eet? [/v] sound
informant1 [a] Geloofde nie datn _ datn gevallen ee? [/a] sound
informant2 [a=n] gevallen is. [/a] sound
veldwerker [v] zegde hij is gevallen of hij ee gevallen? [/v] sound
informant3 [a=n] IJ is gevallen. [/a] sound
veldwerker [v=397] T schijnt dasse niets mag eten. [/v] sound
informant1 [a] T schijnt dasse niet mag eten. [/a]

da se
tagging sound
veldwerker [v] en da schijnt dasse niets mag eten? [/v] sound
informant3 [a] T schijnt dasse niet en mag eten. [/a]

da se
negatiepartikel tagging sound
veldwerker [v] zoude kunne zeggen da schijnt? [/v] sound
informant2 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=398] Ze schijnt niets te mogen eten. [/v] sound
informant1 [a] T es schand dasse niets mag eten. [/a]

da se
irrelevant antwoord; constructie komt echter niet voor sound
veldwerker [v=399] Wendy probeerde va niemand geen zeer te doen. [/v] sound
informant1 [a=j] Wendy probeert va niemand gene zeer te doen. [/a] tagging sound
veldwerker [v] voor iemand gene zeer te doen? [/v] sound
informant2 [a] nee t geen da mijn vrouw zegt. Van. [/a] sound
veldwerker [v] en om? [/v] sound
informant1 [a] Wendy probeer va niemand gene zeer te doen. [/a] sound
veldwerker [v] en zoudet ook gewoon kunne weg laten die van? [/v] sound
informant1 [a] Wendy probeer va niemand gene zeer te doen. [/a] sound
veldwerker [v=400] t beloof weer ne schonen dag te worren. [/v] sound
informant1 [a=j] T beloof van ne schonen dag te worren. [/a] tagging sound
veldwerker [v] en t beloof veur ne schonen dag te worren. [/v] sound
informant1 [a] T beloof van ne schonen dag te _ zijn. [/a] sound
veldwerker [v] T belooft om ne schonen dag te worren. [/v] sound
informant1 [a] ah neet. [/a] sound
veldwerker [v] Of gewoon t beloof ne schonen dag te _ [/a] sound
informant1 [a] T beloof van ne schonen dag _ [/a] sound
veldwerker [v=401] T is misschien beter om nog efkes te wachten. [/v] sound
informant3 [a=j] T is beter van nog e wa te wachten. [/a] tagging sound
informant3 [a] Nie om te wachten he. [/a] sound
veldwerker [v] en t is beter veur nog e wa te wachten? [/v] sound
informant1 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v] en gewoon zonder iets? [/v] sound
informant3 [a=j] T is beter nog een beetjen te wachten. [/a] sound
veldwerker [v=403] T lijk wel of er iemand in den hof staat. [/v] sound
informant1 [a] T is precies of dater iemand in den hof staa. [/a]

dat er
tagging sound
veldwerker [v=417] Misschien gaktekik wel krijgen. [/v] sound
informant1 [a=j] Misschien zatekik wel krijgen. [/a]

za t ek ik
tagging sound
veldwerker [v] en zaketekik wel krijgen? [/v] sound
informant1 [a=j] Misschien zatekik wel krijgen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=418] Durfdergij op duwen? [/v] sound
informant3 [a=n] Durfdegij dr op duwen? [/a]

durf de gij
tagging sound
informant1 [a=j] Durfdergij op duwen? [/a]

durf der gij
tagging sound
veldwerker [v=419] Durfdemgij uit nodigen? [/v] sound
informant3 [a=n] Neen. [/a] sound
informant3 [a=n] Durfdegij em wel uit nodigen. [/a]

durf de gij
tagging sound
veldwerker [v=420] Durfdezegij uit nodigen? [/v] sound
informant2 [a=j] Durfdezij uit nodigen? [/a]

durf de ze
tagging sound
veldwerker [v=421] Istje Pol ier geweest? [/v] sound
informant1 [a=n] Eet de Pol ier geweest. [/a] tagging sound
veldwerker [v=422] Oe eetje Pol dad op gelost? [/v] sound
informant1 [a=n] Oe eet de Pol dat op gelost? [/a] tagging sound
veldwerker [v] Pol eetje da goe op gelost. [/v] sound
informant1 [a=n] Pol ee da goed op gelost. [/a] tagging sound
veldwerker [v=423] Eddemegij dienen brief opgestuurd. [/v] sound
informant1 [a=n] Eeëgij mij dienen brief op gestuurd? [/a]

ee e gij
tagging sound
veldwerker [v=424] Ik heb em het gegeven. [/v] sound
informant1 [a=n] K emt em gegeven. [/a]

em t
tagging sound
veldwerker [v=425] Ze leef zij op water en brood van de weke. [/v] sound
informant1 [a=j] Ze leefsaa op water en brood van de week. [/a]

leef saa
tagging sound
veldwerker [v] en ze leefsezaa op water en brood van de week? [/v] sound
informant1 [a=j] Ze leefsaa op water en _ [/a] tagging sound
veldwerker [v=426] Marie eesaa dor niets mee te maken. [/v] sound
informant1 [a=n] Marie eet do niet mee te make ja. [/a] tagging sound
veldwerker [v=427] We zijn wuir daar nog nooit geweest. [/v] sound
informant1 [a=j] Wij gamen do naar toe. [/a]

ga men
tagging sound
informant1 [a=j] Wij gaan wij do naar toe. [/a] tagging sound
veldwerker [v=428] Marie zei damewuir zulle winnen. [/v] sound
informant1 [a=j] Marie zeit dameweir zulle winn. [/a]

da me weir
tagging sound
veldwerker [v=429] Hij kan ij dor ook niets aan doen. [/v] sound
informant2 [a=j] E kan ij dor ook niet aan doen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=430] Ik peis datnaa morgen ook komt. [/v] sound
informant1 [a=n] K peis datn morgen ook komt. [/a]

dat n
tagging sound
informant1 [a=j] K peis datnaa morgen ook komt. [/a]

dat n aa
tagging sound
veldwerker [v=453] Z ein geweest naar de markt. [/v] sound
informant1 [a=n] Z en nor de markt geweest. [/a] sound
veldwerker [v=459] IJ eet dn bal gesmeten in de mand. [/v] sound
informant1 [a=n] IJ eet dn bal in de mand gesmeten. [/a] tagging sound
veldwerker [v=463] IJ eet dn bezem geveegd helemaal kapot. [/v] sound
informant3 [a=n] E eet dn borstel helemaal kapot geveegd. [/a] sound
veldwerker [v=474] T en was maar juist goe genoeg. [/v] sound
informant1 [a=n] T was maar juist gepast. [/a] sound
veldwerker [v=472] En ee Richard gebeld. [/v] sound
informant1 [a=n] Ee Richard gebeld? [/a] sound
veldwerker [v=473] En past op! [/v] sound
informant1 [a=n] Pas op! En pas op! allicht geen negatiepartikel maar voegwoord 'en' sound
veldwerker [v=485] Zalekik vandenavond koken? [/v] sound
informant1 [a=n] Ja _ doe gij maar. [/a] sound
veldwerker [v=486] Dienen boek beloof mij dache die nooit nie meer zult verstoppen. [/v] sound
informant1 [a=n] Beloof mij dache dienen boek nooit nie zult verstoppen. [/a]

da ge
sound
informant3 [a=n] Dienen boek beloof mij dachem nie meer zult weg _ [/a]

da ch em
sound
veldwerker [v=487] Wa zeg mij dade gekocht et? [/v] sound
informant1 [a=n] Wa zegde mij dache gekocht etj. [/a]

zeg de da ge
sound
veldwerker [v=492] IJ is passeerde week deur dokter Mertens geopereerd. [/v] sound
informant2 [a] IJ s verlede week geopereerd van dokter Mertens. [/a] tagging sound
veldwerker [v] en ij is geopereerd geweest van dokter Mertens? [/v] sound
informant1 [a] E is ij van dokter Mertens geopereerd. [/a] sound
veldwerker [v] of geworden? [/v] sound
informant3 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=493] Hij wor morgen geopereerd deur dokter Mertens. [/v] sound
informant1 [a] Hij wor morgen geopereerd van dokter Mertens. [/a] tagging sound
veldwerker [v=494] K vin da Jan beter dn dokter kost emme geroepen. [/v] sound
informant1 [a=j] _ da Jan beter dn dokter kost geroepen emme. [/a] tagging sound
veldwerker [v] en k vin datn beter dn dokter had kunnen roepen? [/v] sound
informant3 [a] da kan ook he _ alhoewel _ [/a] geen echt antwoord sound
veldwerker [v=497] IJ is al t kapot gerief weg aan t smijten. [/v] sound
informant1 [a] E s al t kapot gerief aan t weg smijten. [/a] tagging sound
veldwerker [v=517] Robert eet drie groen appels en Marie eetr drie rooie. [/v] sound
informant3 [a] Marie eet drie groene appelen _ [/a] sound
informant3 [a=n] _ eet drie rooie. [/a] sound
informant3 [a=n] en ij eet drie rooie. [/a] informant zegt wel da vorm met 'er' kan maar vertaalt hem zo niet sound
veldwerker [v=412] Dr waren veel mensen op t feest. [/v] sound
informant1 [a] T ware veel mensen op t feest. [/a] tagging sound
veldwerker [v=413] Waren dr veel mensen op t feest? [/v] sound
informant1 [a] Waren dr veel mensen op t feest? [/a] tagging sound
veldwerker [v=520] Waffer boeken edde gekocht? [/v] sound
informant1 [a] Waveur boeken eje gekocht? [/a]

e je
tagging sound
veldwerker [v=524] Wie edde gezien? [/v] sound
informant1 [a] Wie eje gezien? [/a]

e je
tagging sound
veldwerker [v=526] Wie eet u op de kermis gezien? [/v] sound
informant2 [a] Wie eeter u op de kermis gezien? [/a]

eet er
tagging sound
veldwerker [v=530] Marie zei dagij Piet nen boek e proberen te verkopen. [/v] sound
informant1 [a=j] Marie zeit da Piet u nen boek proberen te verkopen eet. [/a] tagging sound
veldwerker [v] zoude die te kunne weglaten? [/v] sound
informant3 [a] _ proberen te verkopen eet. [/a] sound
veldwerker [v=531] Wim dacht dakik Els had geprobeerd ne cadeau te geven. [/v] sound
informant3 [a=n] Da s nen te moeilijke zin. [/a] sound
veldwerker [v=532] Karel weet da gij geprobeerd et Marie nen boek te verkopen. [/v] sound
informant1 [a=j] Karel weet dagegij geprobeerd et van em nen boek te verkopen. [/a]

da ge gij
tagging sound
veldwerker [v=336] In dienen tijd leefdeken dr op los. [/v] sound
informant1 [a] In dienen tijd leefdenderkik op los. [/a]

leef den der k ik
tagging sound
informant3 [a] In dien tijd leefdenekik gekijk as god in Frankrijk. [/a]

leef den ek ik
sound
veldwerker [v=337] Vroeger leefdenij as een beest. [/v] sound
informant1 [a] Vroeger leefdenij gelijk as een beest. [/a]

leef den ij
tagging sound
veldwerker [v=338] Daar leefdewij gelijk god i Frankrijk. [/v] sound
informant1 [a] Dor leefdeme gelijk as god in Frankrijk. [/a]

leef de me
tagging sound
veldwerker [v=339] Niemand maget zien dus ik vin da gij t ook nie meugt zien. [/v] sound
informant1 [a] Niemand maget zien. k Vin dachetgij ook nie meugt zien. [/a]

mag et da che t gij
tagging sound
veldwerker [v=345] Jaren geleden leefdegij gelijk ne kluizenaar. [/v] sound
informant1 [a] Jaren geleden leefdenegij gelijk as ne kluizenaar. [/a]

leef den e gij
tagging sound
veldwerker [v=408] Op die feest wordtr veel gedanst. [/v] sound
informant1 [a=j] Op die feest wordter veel gedanst. [/a]

wordt er
tagging sound
veldwerker [v] en zoude die er kunnen weglaten? [/v] sound
informant1 [a=j] Op da feest wordter_ [/a]

wordt er
tagging sound
veldwerker [v=409] Nu wordtr alleen nog maar brood verkocht in die winkel. [/v] sound
informant1 [a=j] Nu wordter alleen maar brood verkocht in die winkel. [/a]

wordt er
sound
veldwerker [v] en zoude daar de er kunne weg laten? [/v] sound
informant1 [a=j]_ wordter alleen maar brood verkocht. [/a]

wordt er
tagging sound
veldwerker [v=414] Gisteren stondr nen aardigaard in den hof. [/v] sound
informant1 [a=j] Gisteren stonder ne lelijkaard in den hof. [/a]

stond er
tagging sound
informant3 [a=j] Stond er. [/a] sound
veldwerker [v=442] Gisteren die ee Jan ier geweest. [/v] sound
informant1 [a=n] Gisteren ee Jan ier geweest. [/a] sound
veldwerker [n] [v=719] Erik wist zeker datje Pol dr niks mee te maken had. [/v] sound
informant1 [a] Erik wist zeker datr Pol niet mee te maken ee. [/a]

dat r
tagging sound
veldwerker [v=835] Dat onweer istjij ier ook al gepasseerd. [/v] sound
informant1 [a] Dat onweer is dad hier ook al gepasseerd? [/a] tagging sound
veldwerker [v=836] We en gaan nie naar t school. [/v] sound
informant1 [a] Wij gaan nie naar t school. [/a] tagging sound
veldwerker [v=837] Ge weet toch ook dat nie plezierig en is. [/v] sound
informant1 [a] Ge weetj toch ook dat nie plezierig is. [/a]

da t
tagging sound
veldwerker [v=838] Da s iets dak nie en ken. [/v] sound
informant1 [a] Da s iets dak nie en ka. [/a]

da k
tagging sound
veldwerker [v=839] Hij is veel slimmer dan datr ij uit en ziet. [/v] sound
informant1 [a] E s slimmer as datera uit ziet. [/a]

dat er a
tagging sound
veldwerker [v=840] Ge moet nie komen voor dak geschreven en e. [/v] sound
informant1 [a] Ge moet nie kome voor dak geschreven e. [/a]

da k
tagging sound
veldwerker [v=841] K en e maar drie spekken. [/v] sound
informant1 [a] K e maar drie spekken. [/a] tagging sound
veldwerker [v] K en e dr geen. [/v] sound
informant1 [a] K em er geen. [/a] tagging sound
veldwerker [v=842] As ge da nu nie en doet zulde later veel problemen hebben. [/v] sound
informant1 [a] Asche da nu nie en doet zuje later veel problemen emme. [/a]

as ge zu je
tagging sound
veldwerker [v=843] Om da Jan nie en komt moetik nu alles zelf doen. [/v] sound
informant1 [a] Om da Jan nie komt moenek alles zelf doen. [/a]

moen ek
let op werkwoord tagging sound
informant1 [a] Om da Jan nie en komt moenk alles zelf doen. [/a]

moen k
tagging sound
veldwerker [v=600] Past op dage nie en valt. [/v] sound
informant1 [a] Pas op dache nie valt. [/a]

da ge
tagging sound
informant2 [a] Pas op dache nie en valt. [/a]

da ge
tagging sound
veldwerker [v=844] K e niemand nie gezien. [/v] sound
informant1 [a] K em niemand nie gezien. [/a] tagging sound
veldwerker [v=850] K geloof dak niemand nie gezien e. [/v] sound
informant1 [a] K geloof dak niemand nie gezien en em. [/a]

da k
tagging sound
veldwerker [v=845] K en e niemand nie gezien. [/v] sound
informant1 [a] K em niemand nie gezien. [/a] tagging sound
veldwerker [v=846] Niemand ee mij nie gezien. [/v] sound
informant1 [a] Niemand ee mij nie gezien. [/a] tagging sound
veldwerker [v] en wa betekent da dan die zin? [/v] sound
informant1 [a] T ee mij niemand nie gezien. [/a] tagging sound
veldwerker [v=847] K geloof da niemand mij nie gezien eet. [/v] sound
informant1 [a] K geloof da niemand mij nie gezien en eet. [/a] tagging sound
veldwerker [v=848] Niemand ek nie gezien. [/v] sound
informant2 [a] nee [/a] sound
veldwerker [v=849] Niemand nie ek gezien. [/v] sound
informant1 [a] K em niemand nie gezien ja. [/a] tagging sound
veldwerker [v=851] Ik geloof da niemand nie mij gezien eet. [/v] sound
informant2 [a] nee [/a] sound
informant3 t is daarom dan wuir dien tekst nie moge zien voegwoordvervoeging voor vol pronomen sound
veldwerker [v=852] Morgen gak mij ne nieuwe velo kopen. [/v] sound
informant1 [a] Morgen gonk mij ne nieuwe velo kopen. [/a]

gon k
tagging sound
veldwerker [v=853] K zal u al ne keer een pint bestellen. [/v] sound
informant1 [a] K zal u een pint betaaln. [/a] tagging sound
informant3 [a] K zal u al e pintjen besteln. [/a] tagging sound
veldwerker [v=854] Ach in de winkel komt. Koop mij dan eens een gazet alstublief. [/v] sound
informant3 [a] Asg in de winkel komt _ koop mij eens een gazet. [/a]

as g
tagging sound
veldwerker [v=855] K e die boeken aan mijn broer gegeven en ij ee ze mij gekaft. [/v] sound
informant1 [a] K em die boeken aa mijn broer gegeven he en ij ee ze mij gekaft. [/a] tagging sound
informant1 [a] ast voor mij is ist ij ee ze mij gekaft. [/a]

as t is t
tagging sound
informant3 [a] Ik vind dat die me daar nie _ [/a] sound
informant1 ah toet he nu sound
commentaarn.v.t. (spontaan gesprek)  sound
informant2 op al die boten emme wij bier geleverd _ van dinge _ die nu nog loopt he. tagging sound
veldwerker [v=856] Mak mij hier ne stoel pakn? [/v] sound
informant1 [a] Mak mij ne stoel pakn. [/a]

ma k
tagging sound
veldwerker [v=857] Zingd ons nog ne keer e liedjen. [/v] sound
informant1 [a] Zingd ons nog eens e lieken. [/a] tagging sound
veldwerker [v=858] Zal ik u nog nen borrel inschenken? [/v] sound
informant1 [a] Zak u nog nen druppel in _ nen druppel in schenken? [/a]

za k
tagging sound
veldwerker [v=859] K en em de verkeerde sigaretten gekocht. [/v] sound
informant1 [a] K em em de verkeerde sigaretten gekocht. [/a] tagging sound
veldwerker [v=860] Schrijf mij ne keer nen brief naar de gemeente alstublieft. [/v] sound
informant1 [a] Schrijf mij ne keer een briefke no de gemeente alstublieft. [/a] tagging sound
veldwerker [v=861] Mij pa ee mij nen assenbak gemaakt van oud ijzer. [/v] sound
informant1 [a] Mijne pa ee mij nen assenbak gemaakt van oud ijzer. [/a] tagging sound
veldwerker [v=862] Loop mij ne keer naar de winkel om een brood of twee alstublief. [/v] sound
informant1 [a] Loop mij ne keer naar de winkel om een brood of twee. [/a] tagging sound
veldwerker [v=863] Jan haal mijnheer pastoor eens ne stoel. [/v] sound
informant3 [a] Jan haalt de pasoor eens ne stoel. [/a] tagging sound
veldwerker [v=864] Ze wisten danze tszondags moeste werken. [/v] sound
informant1 [a] Ze wisten dasse tszondags moeste werken. [/v]

da ze t s zondags
tagging sound
veldwerker [v=885] t werkwoord gaan [/v] sound
informant3 [a] Ik ga _ kort. Of ik gaan. [/a] tagging sound
informant2 asmewij zeggen _ sound
informant3 [a] Gij gaatj [/a] tagging sound
informant1 [a] A gaat. [/a] tagging sound
informant1 [a] Wa gaan. [/a] tagging sound
informant3 [a] Wa gaan. [/a] tagging sound
informant3 [a] Gaar gaatj nor de markt. [/a] tagging sound
informant1 [a] Zeir gaan. [/a] tagging sound
informant3 [a] Gonek nor de markt. [/a]

gon ek
tagging sound
informant2 [a] goje nor de markt. [/a]

go je
tagging sound
veldwerker [v] en gode nor de markt? [/v] sound
informant1 [a] nee [/a] sound
informant1 [a] gotnaa nor de markt. [/a]

got n aa
sound
informant1 [a] en gosseza nor de markt. [/a]

go ze za
tagging sound
informant3 [a] gaan weir nor de markt. [/a] tagging sound
informant3 [a] Gajgeir nor de markt. [/a]

ga j geir
tagging sound
informant3 [a] Gaanzezeir nor de markt. [/a]

gaan ze zeir
tagging sound
commentaarspontaan gesprek  sound
informant3 ik wisten da Willy nie goe was sound
informant1 van tijd dan wij nog tegen een sound
informant3 asmen dor mee wa geholpen emmen sound
informant1 en wij ginke zien sound
informant1 s avonds entekik dan maar gezien sound
informant1 a zaatnaa ge stond op d eerst rij. K en doet zee. ja maar ja zeitn _ sound
commentaarpersonalia  sound
commentaarspontaan gesprek  sound
informant1 g etjij nen hond ook voor mee gaan te wandelen sound
informant1 omda zijnen baas _ oje nog ne schoonbroer die xxx sound
informant1 tendoet sound
informant3 e z is nie grojer asgegij sound
commentaarspontaan gesprek [/n]  sound

data telefonische enquête

zinsnr.testzininstructieantwoorden
057 Als zij zo gevaarlijk leeft, leeft ze niet lang meer Als voegwoordvervoeging voorkomt, ook afvragen zonder pronomen. Vraag dan ook een zin zonder voegwoordverv. af zonder pronomen. vorm: llefse nog
061 Als jullie zo losbandig leven, dan leven jullie nooit zo lang als ik Als voegwoordvervoeging voorkomt, ook afvragen zonder pronomen. Vraag dan ook een zin zonder voegwoordverv. af zonder pronomen. vorm: leefdegeir
070 Als Pieter en Liesje in het paradijs leven, dan leven Rosa en Frans in de hel Als voegwoordvervoeging voorkomt, ook afvragen zonder pronomen. Vraag dan ook een zin zonder voegwoordverv. af zonder pronomen. vorm: leve Rosa en Frans nog
102 Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken
221 U gelooft dat Lisa even mooi is als Anna Subject hoofdzin: zwak pronomen eliciteren.; In H, I, N, O, P: nagaan of dubbeling kan voorkomen na het voegwoord van vergelijking (ovvekik, ofmewij, ...); Als voegwoordvervoeging voorkomt, ook afvragen zonder pronomen. vorm: U gelooft da Lisa eve schoon is as Anna.
227 Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet Peilen naar betekenis (bevestigend of ontkennend).; Laten inspreken: Betekent dit dat hij slaapt of juist niet? komt voor : n
243 Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet komt voor : n
249 De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. vorm: wie zijn moeder
249 De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. vorm: die zijn moeder
249 De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. vorm: waarvan dat de moeder
250 De bank waar ze op zaten was pas geverfd. Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. vorm: waar dat ze op
250 De bank waar ze op zaten was pas geverfd. Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. vorm: waar op dat ze
373 Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben komt voor : n
388 Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) opmerking: zie veldwerk
389 Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) opmerking: zie veldwerk
390 Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) opmerking: zie veldwerk
391 Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) opmerking: zie veldwerk
395 Geloof je niet dat hij gevallen heeft? Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. opmerking: zie veldwerk
427 Wij zijn wij daar nog nooit geweest Voorkomen van 'wij zij(me(n)) (wij)' controleren komt voor : n
600 Pas op dat je niet en valt. Ook vragen of 'en' weggelaten kan worden. komt voor : j
601 Maar en kom je niet? In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). komt voor : n
602 Waarom en kom je niet? In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). komt voor : n
605 Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. komt voor : n
606 Dat kan daar nie in nie Ook vragen of 'en' weggelaten kan worden. komt voor : n
610 We konden nergens niet zitten in die volle zaal Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. komt voor : j
611 We zullen nooit niet winnen van de sterkste man. Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. komt voor : j
612 Ik heb niks niet gezien want ik sliep Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. komt voor : n
613 Ik heb geen enkel boek niet gekocht want m'n geld was op Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. komt voor : n
614 Jan rookt niet meer (VERTAAL) Vertaling bij VORM vorm: Jan smoor nie meer.
700 K'zal (ek)ik het wel krijgen Indien ja: Is de postverbale 'ik' een geheel of twee pronomina? ; Indien ja: kan ook: Jan en ekik hebben dat gedaan. Vorm postverbale pronomina en 'het' (invullen bij VORM): komt voor : j
vorm: zaltekik
701 Ge weet gij d'r niks van. Indien ja: Kan de preverbale 'ge' ook vol zijn? (invullen bij ANTWOORD2); Indien 700 en 702 nee: ga naar 727 komt voor : j
702 Ge weet gullie d'r niks van. Indien ja: Kan het preverbale pronomen ook vol zijn (zullie & var.)? ; (zo ja: vorm invullen bij VORM) komt voor : j
703 Ze weten zullie d'r niks van. Indien ja: Kan het preverbale pronomen ook vol zijn (zullie & var.)? ; (zo ja: vorm invullen bij VORM) komt voor (1) : j
komt voor (2): j
vorm: zeir
707 Eetr-ij(t) hier ne man gewoond of een vrouw. Indien ja: vorm (invullen bij VORM) komt voor : n
708 't Is ij/ tet al lang geleden. Indien ja: vorm (invullen bij VORM); Indien nee: ga verder met 712; indien ja: ga verder met 709. komt voor : n
726 Durfdetzegij vragen? Indien geen (dubb) doorbreking subjecten met objectclitic: doorvragen naar 'durfetgij'. (invullen bij ANTWOORD 2); Indien ja in Oostkerke, Oostende, Hoek, Hulst, Oosteeklo, Poelkapelle, Herne: doorvragen naar 'durfdergij op duwen'. (invullen bij ANTWOORD 2) komt voor (1) : n
komt voor (2): j
729 Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. vorm: ij
730 Hoe laat is dat eigenlijk? komt voor : n
731 Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) vorm: men
731 Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) vorm: me
731 Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) vorm: wij
731 Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) vorm: elders: wijr
732 Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2).
733 Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN).
734 Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken.
737 Marie en Piet kussen elkaar. vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. vorm: mekaar
738 Hij riep alle familieleden bij zich. Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) vorm: em
739 Er zat een inbreker in deze kast. komt voor : n
740 Het zat een inbreker in deze kast. komt voor : j
741 Daar zat een inbreker in deze kast. komt voor : n
742 Gisteren zat een inbreker in deze kast. komt voor : n
743 Gisteren zat er een inbreker in deze kast. komt voor : j
744 Gisteren zat het een inbreker in deze kast. komt voor : n
745 Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. komt voor : n
746 't Is net of een hond in deze kast zit. komt voor : n
747 't Is net of er een hond in deze kast zit. komt voor : j
748 't Is net of het een hond in deze kast zit. komt voor : n
749 't Is net of daar een hond in deze kast zit. komt voor : n
750 Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM komt voor : n
opmerking: geen beleefdheidsvorm
753 Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) vorm: as iedereen
754 Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) vorm: azn
755 Asse we horen datte we moeten gaan, gane we. (KOMT VOOR + VERTAAL) komt voor : n
vorm: asmen
756 An we horen dan we moeten gaan, gaan we. (KOMT VOOR + VERTAAL) komt voor : n
vorm: ammen
762 Als ik ga, ga ik (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
763 Als je gaat, ga je. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
764 Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. opmerking: zie veldwerk
765 Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
766 Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
767 Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
768 Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
769 Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
770 Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
771 Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) Vorm van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
772 Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
773 Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
774 Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
775 Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
776 Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
777 Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
778 Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) opmerking: zie veldwerk
779 Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
780 Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM opmerking: zie veldwerk
781 Vertel mij eens wie er aan de deur was? Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. komt voor : n
782 Dat is de man wie ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
opmerking: maar zin niet vertaald; klinkt me twijfelachtig
783 Dat is de man dat ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
784 Dat is de man die ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
785 Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
opmerking: maar zin niet vertaald; lijkt me twijfelachtig
786 Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
787 Dat is de man die het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
788 Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. komt voor : j
789 Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
790 Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
791 Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
792 Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
793 Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
794 Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
798 Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. komt voor : n
799 Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. komt voor : n
804 Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. komt voor : j
817 Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. komt voor : n
818 Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. komt voor : j
819 Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. komt voor : n
820 Hij zal wel weer staan te zeuren. komt voor : n
821 Hij zal wel weer staan zeuren. komt voor : j
822 Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. komt voor : n
823 Ben je met die fiets gevallen geweest? komt voor : n
824 Het huis is verkocht geworden. komt voor : n
825 Het huis is verkocht geweest. komt voor : j
826 Ik heb hem gisteren tegengekomen. komt voor : j
827 Jan liet zich meedrijven op de golven Vorm zich invullen bij VORM vorm: em
828 Toon bekeek zich eens goed in de spiegel Vorm zich invullen bij VORM vorm: zijneigen
829 Eduard kent zich goed Vorm zich invullen bij VORM vorm: zijneige
831 Jan trok de deken naar zich toe Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM vorm: em