SAND-data Lokeren (I208p)
schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête
data schriftelijke enquête
zinsnr. | testzin | antwoorden |
---|---|---|
035 (x01a) | Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03138) |
vertaling: Jan rappeleerd em die historie waale opm.: reflexief: hem |
036 (x01b) | Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03138) |
vertaling: Marie en Piet hen afgesproken voor de kerke |
037 (x01c) | Toon wast ... (inf. 03138) |
vertaling: Toon wast em opm.: reflexief: hem |
038 (x01d) | De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 03138) |
vertaling: den temmerman ee geen naugels bij em opm.: reflexief: hem |
039 (x01e) | Fons zag een slang naast ... (inf. 03138) |
vertaling: Fons zag 'n slange neevest em opm.: reflexief: hem |
040 (x01f) | Erik liet mij voor zich werken (inf. 03138) |
vertaling: Erik liet mij voor em werken opm.: reflexief: hem |
041 (x01g) | Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03138) |
vertaling: Johanna liet eur meedrijven op de golven opm.: reflexief: haar |
042 (x01h) | Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 03138) |
vertaling: Toon bekeek em ne keer goed in d espiegele opm.: reflexief: em |
043 (x01i) | Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 03138) |
vertaling: Op twie mienuuten tijd oo Jan zij peent uitgedronken |
044 (x01j) | Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03138) |
vertaling: die schoenen zitten mij gemakkelijk |
045 (x01k) | Eduard kent zichzelf goed (inf. 03138) |
vertaling: Eduard ken zijn eigen goe opm.: reflexief: z'n eigen |
046 (x01l) | Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03138) |
vertaling: Ward ee guurd den der foto's van em in d' etalage stoan opm.: reflexief: hem |
047 (x01m) | Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03138) |
vertaling: die petetten schallen nie gemakkelijk |
884 (x01n) | Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 03138) |
vertaling: de glas breekt as 't op de grond valt |
052 (x02a) | Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 03138) |
vertaling: meneer den doktoor, zo kik gezond genoeg leven? |
054 (x02b) | Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 03138) |
vertaling: al joaren leeft ij van de dielingen van zij vadere |
056 (x02c) | Deze week leeft zij op water en brood (inf. 03138) |
vertaling: van de weke leef z' op water en bruud |
058 (x02d) | Leeft het nog? (inf. 03138) |
vertaling: leve 'n 't nog |
060 (x02e) | Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 03138) |
vertaling: oelank leefde godder nou al van die deelinge |
062 (x02f) | In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 03138) |
vertaling: In Bretagne leeven ze sertoe van de visserij |
064 (x02g) | Na het eten ga ik slapen (inf. 03138) |
vertaling: achter 't eten goa k goa slapen opm.: gaan-dubbeling |
065 (x02h) | Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 03138) |
vertaling: zo kik da wel kennen dunne |
066 (x02i) | Hij liet zijn huis afbreken (inf. 03138) |
vertaling: ij liet zijn uis afbreken |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weetent da ... komt voor: j gebr.: 5 opm.: tweede vorm met drievoudig object (-n, -t, dat-zin) |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weetent da ... komt voor: j gebr.: 5 opm.: tweede vorm met drievoudig object (-n, -t, dat-zin) |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weet da Jan neig moe kennen weirken komt voor: j gebr.: 5 opm.: tweede vorm met drievoudig object (-n, -t, dat-zin) |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weet da Jan neig moe kennen weirken komt voor: j gebr.: 5 opm.: tweede vorm met drievoudig object (-n, -t, dat-zin) |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weet da Jan neig moe kennen weirken komt voor: j gebr.: 5 opm.: tweede vorm met drievoudig object (-n, -t, dat-zin) |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weetent da ... komt voor: j gebr.: 5 opm.: tweede vorm met drievoudig object (-n, -t, dat-zin) |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weet da Jan neig moe kennen weirken komt voor: j gebr.: 5 opm.: tweede vorm met drievoudig object (-n, -t, dat-zin) |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weetent da ... komt voor: j gebr.: 5 opm.: tweede vorm met drievoudig object (-n, -t, dat-zin) |
076 (x03b) | Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03138) |
komt voor: n |
078 (x03c) | Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03138) |
komt voor: n |
079 (x03d) | Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
081 (x03e) | Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
083 (x03f) | Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03138) |
komt voor: n |
879 (x04(iii)a) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
879 (x04(iii)a) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
880 (x04(iii)b) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
088 (x04(iii)c) | Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 03138) |
komt voor: n |
089 (x04(iii)d) | Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
091 (x04(iv)a) | Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
091 (x04(iv)a) | Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
092 (x04(iv)b) | Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
093 (x04(iv)c) | Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03138) |
komt voor: n |
094 (x04(iv)d) | Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
095 (x04(ix)a) | Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
095 (x04(ix)a) | Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
096 (x04(ix)b) | Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03138) |
komt voor: n |
097 (x04(ix)c) | Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03138) |
komt voor: n |
098 (x04(ix)d) | Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03138) |
komt voor: n |
100 (x04(v)a) | Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
100 (x04(v)a) | Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
101 (x04(v)b) | Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
102 (x04(v)c) | Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03138) |
komt voor: n |
103 (x04(v)d) | Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
105 (x04(vi)a) | Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
105 (x04(vi)a) | Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
106 (x04(vi)b) | Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03138) |
komt voor: n |
107 (x04(vi)c) | Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 03138) |
komt voor: n |
110 (x04(vi)d) | Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03138) |
komt voor: n |
112 (x04(vii)a) | Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
112 (x04(vii)a) | Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
113 (x04(vii)b) | Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03138) |
komt voor: n |
114 (x04(vii)c) | Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03138) |
komt voor: n |
115 (x04(vii)d) | Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03138) |
komt voor: n |
117 (x04(viii)a) | Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
117 (x04(viii)a) | Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
118 (x04(viii)b) | Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03138) |
komt voor: n |
086 (x04(viii)c) | Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03138) |
komt voor: n |
121 (x04(viii)d) | Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03138) |
komt voor: n |
123 (x04(x)a) | Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
123 (x04(x)a) | Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
124 (x04(x)b) | Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03138) |
komt voor: n |
087 (x04(x)c) | Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03138) |
komt voor: n |
126 (x04(x)d) | Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03138) |
komt voor: n |
128 (x04(xi)a) | Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
128 (x04(xi)a) | Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
129 (x04(xi)b) | Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03138) |
komt voor: n |
130 (x04(xi)c) | Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03138) |
komt voor: n |
131 (x04(xi)d) | Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03138) |
komt voor: n |
133 (x05a) | Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03138) |
vertaling: Jan ee geenen boek ne meer |
134 (x05b) | Jan en heeft geen boek meer (inf. 03138) |
vertaling: Jan die ee geen eenen boek ne meer |
135 (x05c) | Boeken heeft Jan geen (inf. 03138) |
vertaling: Jan die ee geen boeken |
136 (x05d) | Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 03138) |
vertaling: Jan ee bots geen geld ne mer |
144 (x05e) | Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03138) |
vertaling: d'r meug geen ienen spreken over da probleem |
138 (x05f) | Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03138) |
vertaling: d'r meug geen ienen spreken over da probleem |
139 (x05g) | Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 03138) |
vertaling: der is geen ienen die da zegt dat ij komt |
140 (x05h) | Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03138) |
vertaling: zitten der ier nieveranst geen muizen |
141 (x05i) | Ik geef niets aan een ander niet (inf. 03138) |
vertaling: ik geef nietsken aan nen anderen |
142 (x05j) | Niemand wil niet werken niet (inf. 03138) |
vertaling: der is geen ienen die da wol weirken |
143 (x05k) | Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 03138) |
vertaling: wij wisteme nie dat ij thuis woart |
144a (x05l) | Ik wist het niet ook niet (inf. 03138) |
vertaling: 'k wistent ook nie |
145 (x05m) | Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03138) |
vertaling: ij meugt ij mee geen ienen spreken over da probleem |
155 (x06) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 03138) |
vertaling: Jan weetent dat ij veuren ten drie?n die wagen moe gemaakt ene |
156 (x06a) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03138) |
komt voor: n |
157 (x06b) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
157 (x06b) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
158 (x06c) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03138) |
komt voor: n |
159 (x06d) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
160 (x06e) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03138) |
komt voor: n |
161 (x06f) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03138) |
komt voor: n |
162 (x07a) | Maries auto is kapot (inf. 03138) |
vertaling: Marie zen oto is kapot opm.: twijfelgeval genitief-s |
163 (x07b) | Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 03138) |
vertaling: Marie euren otto is kapot |
164 (x07c) | Piets auto is kapot (inf. 03138) |
vertaling: Piet zen otto is kapot |
165 (x07d) | Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03138) |
vertaling: Piet zijnen otto is kapot |
166 (x07e) | Die mans auto is kapot (inf. 03138) |
vertaling: Die man zen otto is kapot opm.: twijfelgeval genitief-s |
167 (x07f) | Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03138) |
vertaling: die man zijnen otto is kapot |
168 (x07g) | Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03138) |
vertaling: dienen otto is nie va mij mo van em |
169 (x07h) | Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03138) |
vertaling: de gazette va gisteren ligd' onder den TV |
170 (x07i) | Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 03138) |
vertaling: Jan is K&K odder bruurken |
171 (x07j) | Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 03138) |
vertaling: die gasten odder veloos zijn gepakt |
172 (x07k) | Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03138) |
vertaling: die gezisters odder moedere is op bezoek |
173 (x07l) | Die auto is Wims (inf. 03138) |
vertaling: dienen otto is van Wim |
174 (x07m) | Die fiets is mijns (inf. 03138) |
vertaling: diene velo da 's de mijnen |
178 (x08a) | Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03138) |
vertaling: ij meugt ij mee geen ienen spreken over da probleem |
179 (x08b) | Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03138) |
vertaling: ik wil geen ienen zeer dunne |
180 (x08c) | Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03138) |
vertaling: 't is spijtig da me wij nie meuge kommen |
181 (x08d) | Dat niet en ga ik doen (inf. 03138) |
vertaling: da goa k nie dunne |
182 (x08e) | (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03138) |
vertaling: ik e nie gewerkt |
183 (x08f) | Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03138) |
vertaling: ij oan 't nog moar just verteld of Marie begost te schrie?n opm.: let op slot-n in 3enk.m. |
184 (x08g) | Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03138) |
vertaling: goa die commande nou moar goan alen |
185 (x08h) | Hij en werkt (inf. 03138) |
vertaling: ij en werkt ij nie |
186 (x08i) | Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03138) |
vertaling: ik verbien ou veur ier te kommen |
187 (x08j) | Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 03138) |
vertaling: Jan ouden ons tegen veur naar Marie te bellen |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03138) |
fragment: veur (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03138) |
fragment: veur (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03138) |
fragment: veur te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03138) |
fragment: - (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03138) |
fragment: - (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03138) |
fragment: veur te (1) |
190 (x09c) | Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03138) |
fragment: veur te (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03138) |
fragment: as (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03138) |
fragment: as (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: van (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: voor (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: van (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: van (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: voor (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: voor (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: van (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: te (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03138) |
fragment: voor (1) |
193 (x09f) | Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03138) |
fragment: as dad (1) |
194 (x09g) | Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03138) |
fragment: as (1) |
195 (x09h) | Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03138) |
fragment: as we (1) opm.: twijfelgeval: subjectdubbeling na voegwoord |
196 (x09i) | Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03138) |
fragment: asge (1) opm.: subjectdubbeling na voegwoord |
197 (x09j) | Is Jan even oud als jij? (inf. 03138) |
fragment: as ge (1) opm.: subjectdubbeling na voegwoord |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 03138) |
fragment: te (1) |
198 (x09l) | Hij kan staan zeuren (inf. 03138) |
fragment: (1) |
200 (x09m) | Toen we aankwamen regende het (inf. 03138) |
fragment: as (1) |
201 (x09n) | Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03138) |
fragment: dat (1) |
202 (x09o) | Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03138) |
fragment: dat (1) |
203 (x09p) | Ik weet niet of hij komt (inf. 03138) |
fragment: of dat (1) |
204 (x10a) | Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 03138) |
vertaling: 'k weet da de godder op geen einen kwaad zit |
205 (x10b) | Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 03138) |
vertaling: 'k weet da ze zij op nietsken oveirdig is |
206 (x10c) | Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 03138) |
vertaling: Els peist dan t nie gemakkelijk is opm.: let op 3enk.-n (assimilatie aan 't') |
207 (x10d) | Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 03138) |
vertaling: 'k weet da 'kik te loate zijn en gij niet |
208 (x10e) | Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 03138) |
vertaling: ge weet toch da de gij moe werken en ikke niet |
209 (x10f) | Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 03138) |
vertaling: ze peizen ammel da me wij noar huis gaan en dan zodder nog mogen blijven |
210 (x10g) | Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 03138) |
vertaling: 't is spijtig dat ij komt en da ze zij weggoat opm.: subjectdubbeling 3.ev.vrouw in bijzin. |
211 (x10h) | Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 03138) |
vertaling: 'k peis da Lisa ziek is |
213 (x10i) | Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 03138) |
vertaling: 'k peis da P&L goan trouwen |
225 (y01(i)) | A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03138) |
vertaling: ha ten duut gij betekenis: ontkennend opm.: = 't en doet |
225 (y01(i)) | A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03138) |
vertaling: ha ten duut gij betekenis: ontkennend opm.: = 't en doet |
226 (y01(i)a) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
227 (y01(i)b) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
228 (y01(i)c) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
229 (y01(ii)) | A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03138) |
vertaling: tuut tuut betekenis: bevestigend |
229 (y01(ii)) | A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03138) |
vertaling: tuut tuut betekenis: bevestigend |
230 (y01(ii)a) | A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
231 (y01(ii)b) | A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
232 (y01(ii)c) | A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03138) |
komt voor: n opm.: dav |
234 (y01(iii)a) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
235 (y01(iii)b) | A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 03138) |
komt voor: n |
236 (y01(iii)c) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
237 (y01(iii)d) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03138) |
komt voor: j |
238 (y01(iii)e) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 03138) |
komt voor: n |
239 (y01(iii)f) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
240 (y01(iii)g) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03138) |
komt voor: n |
241 (y01(iii)h) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03138) |
komt voor: j |
242 (y01(iii)i) | A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
243 (y01(iii)j) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 03138) |
komt voor: n |
244 (y01(iii)k) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 03138) |
komt voor: n |
245 (y01(iv)a) | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03138) |
komt voor: n |
246 (y01(iv)b) | Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03138) |
komt voor: n |
247 (y01(iv)c) | Doe het brood even snijden! (inf. 03138) |
komt voor: n |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03138) |
fragment: wiens (1) |
250 (y02b) | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03138) |
fragment: waar dan (1) opm.: voegwoordvervoeging |
251 (y02c) | De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03138) |
komt voor: n |
252 (y02d) | De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03138) |
komt voor: n |
253 (y02e) | Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03138) |
komt voor: n |
254 (y02f) | Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03138) |
fragment: die (1) |
255 (y02g) | In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03138) |
fragment: waar da (1) |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03138) |
fragment: da (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03138) |
fragment: as (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03138) |
fragment: as (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03138) |
fragment: da (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03138) |
fragment: da (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03138) |
fragment: da (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03138) |
fragment: wie da (1) |
261 (y03b) | Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03138) |
vertaling: oe peis de goddere dan ze da opgelost en |
265 (y03c) | Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03138) |
vertaling: oe peis de gij dan ze 't opgelost en |
263 (y03d) | Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03138) |
vertaling: Magda weet nie mee wie da me wij wollen bellen |
264 (y03e) | Weet iemand wie of dat wij geroepen hebben? (inf. 03138) |
vertaling: ist er ienen die da weet wie da me geroepen en |
262 (y03f) | Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03138) |
vertaling: wie peis de gij da k in 't stad gezien en |
266 (y03g) | Wie denk je die ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03138) |
vertaling: wie peis de gij da k in 't stad gezien en |
267 (y04a) | Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 03138) |
vertaling: ij ee zijn ande gewassen |
268 (y04b) | Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 03138) |
vertaling: ij ee zijn emde gewassen |
269 (y04c) | Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 03138) |
vertaling: ij ee nen oed op zijne kop |
270 (y04d) | Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 03138) |
vertaling: ij eed en plek op zijn emde |
271 (y04e) | Hij heeft zijn been gebroken (inf. 03138) |
vertaling: ij ee zijn been gebroken |
272 (y04f) | Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 03138) |
vertaling: z' eed eur zeer gedaan opm.: reflexief: haar |
273 (y04g) | Marie trok de deken naar zich toe (inf. 03138) |
vertaling: Marie trok de sjouze naar eure kant |
051 (y04h) | Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 03138) |
vertaling: Luc weetent dan d'r foto's van em te koop zijn opm.: voegwoordvervoeging dubbel/drievoudig object (n? / -t / dat-zin) |
274 (y04i) | Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 03138) |
vertaling: ge rappeleerd au toch nog da me ten lossen deur dien bos gelopen zijn opm.: reflexief: je |
277 (y04j) | Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 03138) |
vertaling: 'k rappeleer mij da Marie euren otto kapot waart opm.: let op ww.-vorm 'waart' reflexief: me |
280 (y04k) | Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 03138) |
vertaling: ze rappeleerd eur dat ij zat t' eten gelijk e veirken opm.: reflexief: haar |
283 (y04l) | Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 03138) |
vertaling: wij rappeleren ons nog goed da Jan zijn boeken ammel gepakt waren, maar zodder rappeleren 't odder ne mier opm.: reflexief: ons reflexief: zich |
286 (y04m) | Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 03138) |
vertaling: rappeleerde godder odder nog da me Jan op de markt gezien ene opm.: reflexief: je |
289 (y04n) | Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 03138) |
vertaling: ij eed em e malheur gewerkt opm.: reflexief: hem |
290 (y04o) | Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 03138) |
vertaling: ij wier gewoar dat ij deur 't ijs zakten |
295 (y05) | Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03138) |
vertaling: zot ij da kunnen gedaan ene |
877 (y05(i)) | Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03138) |
fragment: gekeunen (1) |
878 (y05(ii)) | Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03138) |
fragment: gedoane (1) |
296 (y05(iii)a) | Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03138) |
komt voor: n |
297 (y05(iii)b) | Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03138) |
komt voor: n |
298 (y05(iii)c) | Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03138) |
komt voor: n |
299 (y05(iii)d) | Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03138) |
komt voor: n |
300 (y05(iii)e) | Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03138) |
komt voor: n |
301 (y05(iii)f) | Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03138) |
komt voor: n |
302 (y05(iii)g) | Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03138) |
komt voor: n |
303 (y05(iii)h) | Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03138) |
komt voor: n |
304 (y05(iii)i) | Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03138) |
komt voor: n |
305 (y05(iii)j) | Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03138) |
komt voor: n |
306 (y05(iii)k) | Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03138) |
komt voor: n |
307 (y05(iii)l) | Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03138) |
komt voor: n |
309 (y06a) | Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03138) |
komt voor: n |
310 (y06b) | Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03138) |
komt voor: n |
311 (y06c) | Ik denk hij weg is (inf. 03138) |
komt voor: n |
312 (y06d) | Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03138) |
komt voor: n |
314 (y06e) | Ik weet dat hij is weg (inf. 03138) |
komt voor: n |
315 (y06f) | Ik weet hij is weg (inf. 03138) |
komt voor: n |
316 (y06g) | Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03138) |
komt voor: n |
317 (y06h) | Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03138) |
vertaling: Marie eur koen zijn ammel verdronken bij d' overstrominge komt voor: j opm.: dav |
317 (y06h) | Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03138) |
vertaling: Marie eur koen zijn ammel verdronken bij d' overstrominge komt voor: j opm.: dav |
318 (y06i) | Kaas maken weet ik niets van (inf. 03138) |
komt voor: n |
321 (y06j) | Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03138) |
komt voor: n |
322 (y06k) | Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03138) |
vertaling: 'k en al de eerste drei sommen gemakt. De walke e de gij gemaakt komt voor: j |
322 (y06k) | Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03138) |
vertaling: 'k en al de eerste drei sommen gemakt. De walke e de gij gemaakt komt voor: j |
323 (y06l) | De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03138) |
komt voor: n |
324 (y06m) | De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03138) |
komt voor: n |
325 (y06n) | De die zou ik niet durven opeten (inf. 03138) |
vertaling: de die zo kik nie durven opeetn komt voor: j |
325 (y06n) | De die zou ik niet durven opeten (inf. 03138) |
vertaling: de die zo kik nie durven opeetn komt voor: j |
326 (y06o) | Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03138) |
komt voor: n |
330 (y07a) | Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03138) |
komt voor: n |
331 (y07b) | Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03138) |
komt voor: n |
332 (y07c) | Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 03138) |
komt voor: n |
333 (y07d) | Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03138) |
komt voor: n |
334 (y07e) | De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03138) |
komt voor: n |
335 (y07f) | Ga je naar huis denk? (inf. 03138) |
komt voor: n |
336 (y08a) | In die tijd leefde ik erop los (inf. 03138) |
vertaling: in dien tijd keek ik naar niets opm.: dav |
337 (y08b) | Vroeger leefde hij als een beest (inf. 03138) |
vertaling: vruuger leefden ij gelijk 'n bieste |
338 (y08c) | Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 03138) |
vertaling: daar leefden me gelijk god in Frankrijk |
339 (y08d) | Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 03138) |
vertaling: niemand meug et ziene, en daarom meug et gij ok nie ziene opm.: twijfelgeval subjectdubbeling |
340 (y08e) | Het gebeurde toen je wegging (inf. 03138) |
vertaling: 't gebeurdene as ge veursgingt |
341 (y08f) | Ik weet waar je geboren bent (inf. 03138) |
vertaling: 'k weet waar da de gij geboren zijt opm.: subjectdubbeling waar dat - ja |
342 (y08g) | Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 03138) |
vertaling: nau da de kleir zijt, meug de goane |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03138) |
vertaling: omdat Marie duud waart, kost eure man Anna nie meer helpen opm.: IPP: n.v.t. |
346 (y09) | Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03138) |
vertaling: 'k weetent dat ij goa zwemmen is opm.: dubbel (drievoudig) object |
347 (y09a) | Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03138) |
komt voor: n |
348 (y09b) | Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03138) |
komt voor: n |
349 (y09c) | Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03138) |
komt voor: n |
350 (y09d) | Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
350 (y09d) | Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
351 (y09e) | Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03138) |
komt voor: n |
352 (y09f) | Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 03138) |
komt voor: n |
353 (y10a) | Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03138) |
vertaling: jaak komt voor: j |
353 (y10a) | Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03138) |
vertaling: jaak komt voor: j |
354 (y10b) | Gaat ze dansen? Jase (inf. 03138) |
vertaling: joas komt voor: j |
354 (y10b) | Gaat ze dansen? Jase (inf. 03138) |
vertaling: joas komt voor: j |
355 (y10c) | Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03138) |
vertaling: joas |
356 (y10d) | Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03138) |
vertaling: joat komt voor: j |
356 (y10d) | Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03138) |
vertaling: joat komt voor: j |
357 (y10e) | A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03138) |
vertaling: wie da komt voor: j |
357 (y10e) | A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03138) |
vertaling: wie da komt voor: j |
359 (y11a) | Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03138) |
komt voor: n |
360 (y11b) | Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03138) |
komt voor: n |
361 (y11c) | Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03138) |
komt voor: n |
362 (y11d) | Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03138) |
komt voor: n |
363 (y11e) | Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03138) |
komt voor: n |
365 (y11f) | Hem is dood (inf. 03138) |
komt voor: n |
364 (y11g) | Is hem dood? (inf. 03138) |
komt voor: n |
366 (y11h) | Haar is ziek (inf. 03138) |
komt voor: n |
367 (y11i) | Is haar ziek? (inf. 03138) |
komt voor: n |
368 (y11j) | Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03138) |
vertaling: mee ij te werken moest ze de geelen dag thuis blijven komt voor: j |
368 (y11j) | Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03138) |
vertaling: mee ij te werken moest ze de geelen dag thuis blijven komt voor: j |
369 (y11k) | Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03138) |
komt voor: n |
370 (z01a) | Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03138) |
fragment: dia dan (1) |
371 (z01b) | Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03138) |
fragment: die da (1) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03138) |
fragment: van wie (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03138) |
fragment: van wie (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03138) |
fragment: dat ij (2) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03138) |
fragment: dat ij (2) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03138) |
komt voor: n |
374 (z01e) | De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03138) |
fragment: waar da (1) |
375 (z01f) | De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03138) |
fragment: wie da (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03138) |
fragment: waar (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03138) |
fragment: da (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03138) |
fragment: da (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03138) |
fragment: waar (1) |
377 (z01h) | Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03138) |
fragment: da (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
379 (z01i) | Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03138) |
fragment: die dant (1) opm.: twijfelgeval voegwoordvervoeging (wel assimilatie) |
380 (z01j) | Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03138) |
fragment: da (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
381 (z01k) | Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03138) |
fragment: wie da (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03138) |
fragment: van wie da (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03138) |
fragment: wiens (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03138) |
fragment: wiens (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03138) |
fragment: van wie da (1) |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03138) |
vertaling: Piet peist da Jan en Marie op niemand nie kwaad zijne betekenis: geen negative concord |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03138) |
vertaling: Piet peist da Jan en Marie op niemand nie kwaad zijne betekenis: geen negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03138) |
vertaling: Wim denkt da me nooit oa geen ienen ne prijs geven betekenis: geen negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03138) |
vertaling: Wim denkt da me nooit oa geen ienen ne prijs geven betekenis: geen negative concord |
386 (z02c) | Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03138) |
vertaling: 't is woar dan ze mee Marie nie meugen klappen opm.: komt nie voor volgens informant |
389 (z03a) | A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03138) |
vertaling: nievranst |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03138) |
vertaling: geen ienen |
387 (z03c) | Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03138) |
vertaling: nooit |
390 (z03d) | A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03138) |
vertaling: niksken |
391 (z03e) | A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 03138) |
vertaling: geen iene |
392 (z04a) | Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 03138) |
vertaling: zeg et em nie zonne, dak buite geweest zijne |
393 (z04b) | Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 03138) |
vertaling: ziet dad em nie zegt dad em ne kadoo gekocht ed zonne |
394 (z04c) | Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 03138) |
vertaling: weet te gij da nie dat ij gevallen eet |
399 (z05a) | Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 03138) |
vertaling: Wendy probeerdene van geen ienen zeer te doen |
397 (z05b) | 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 03138) |
vertaling: 't schijnt da ze nietsken meugd eten |
398 (z05c) | Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 03138) |
vertaling: ze schijn zij nietsken te meugen eten |
399a (z05d) | Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 03138) |
vertaling: ze proberen al geel den dag na makaar te bellen |
400 (z05e) | Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 03138) |
vertaling: 't beloof wedrom ne schonen dag te worren |
401 (z05f) | 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 03138) |
vertaling: 't is misschien beter va nog 'n beetsjen te wachten |
402 (z05g) | We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 03138) |
vertaling: m' oo me 't gelik om em sebiet terug te vinnen opm.: subjectdubbeling |
404 (z06a) | Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03138) |
vertaling: as ... |
404 (z06a) | Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03138) |
vertaling: as ... |
404 (z06a) | Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03138) |
vertaling: an de kiekes ne klamper zien, zijn ze schau |
404 (z06a) | Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03138) |
vertaling: an de kiekes ne klamper zien, zijn ze schau |
405 (z06b) | Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03138) |
vertaling: a me de petetten nie keune verkuupn, te zitte m' in de miserie |
406 (z06c) | Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03138) |
vertaling: ad de |
406 (z06c) | Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03138) |
vertaling: as ge em nie meepakt worrek kwaad |
406 (z06c) | Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03138) |
vertaling: as ge em nie meepakt worrek kwaad |
406 (z06c) | Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03138) |
vertaling: ad de |
407 (z06d) | Hij wist he(n)t (inf. 03138) |
vertaling: ij wistent |
408 (z06e) | Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 03138) |
vertaling: op de fieste wordt er vele gedanst |
409 (z06f) | Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 03138) |
vertaling: nou wordt er alleene moar brood verkocht in die winkel |
410 (z06g) | Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03138) |
vertaling: at ij mee de velo komt, zat ij late zijne |
410 (z06g) | Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03138) |
vertaling: as ij |
410 (z06g) | Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03138) |
vertaling: as ij |
410 (z06g) | Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03138) |
vertaling: at ij mee de velo komt, zat ij late zijne |
412a (z06h) | Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03138) |
vertaling: as ge tijd et, springt te moar ne kee binnen |
412a (z06h) | Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03138) |
vertaling: as ge tijd et, springt te moar ne kee binnen |
412a (z06h) | Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03138) |
vertaling: ad de |
412a (z06h) | Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03138) |
vertaling: ad de |
413a (z06i) | Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 03138) |
vertaling: as k rijke zijn, te kuup ek mij nen dieren otto opm.: let op indirect object 'mij' (geen reflexief wegens 'ik koop hem een dure auto') |
881 (z07(i)) | Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03138) |
komt voor: j |
417 (z07(ii)a) | Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03138) |
vertaling: misschien goan 't ekik wel krijgen komt voor: j |
417 (z07(ii)a) | Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03138) |
vertaling: misschien goan 't ekik wel krijgen komt voor: j |
418 (z07(ii)b) | Durfder gij op duwen? (inf. 03138) |
vertaling: durf de 'r gij op daugen komt voor: j |
418 (z07(ii)b) | Durfder gij op duwen? (inf. 03138) |
vertaling: durf de 'r gij op daugen komt voor: j |
419 (z07(ii)c) | Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03138) |
vertaling: durf de gij em vragen komt voor: j opm.: dav |
419 (z07(ii)c) | Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03138) |
vertaling: durf de gij em vragen komt voor: j opm.: dav |
420 (z07(ii)d) | Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03138) |
vertaling: durf de ze gij vragen komt voor: j |
420 (z07(ii)d) | Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03138) |
vertaling: durf de ze gij vragen komt voor: j |
421 (z07(ii)e) | Is hij Pol hier geweest? (inf. 03138) |
komt voor: n |
422 (z07(ii)f) | Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03138) |
komt voor: n |
423 (z07(ii)g) | Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03138) |
komt voor: n |
424 (z07(ii)h) | Ik heb hem het gegeven (inf. 03138) |
komt voor: n |
425 (z07(ii)i) | Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03138) |
komt voor: n |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03138) |
vertaling: Marie ee gezeed da de gij liedsjes prebeeren zengen ed opm.: met IPP |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03138) |
vertaling: Marie ee gezeed da de gij e liedje probeere zengen ed opm.: met IPP |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03138) |
vertaling: Marie ee gezeed da de gij liedsjes prebeeren zengen ed opm.: met IPP |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03138) |
vertaling: Marie ee gezeed da de gij e liedje probeere zengen ed opm.: met IPP |
549 (z08(v)) | Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 03138) |
vertaling: Marie ee gezeed da de gij eur nen boek probeere geeve et |
543a (z08a) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03138) |
komt voor: n |
546 (z08b) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03138) |
komt voor: n |
537 (z08c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03138) |
komt voor: n gebr.: 5 |
537 (z08c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03138) |
komt voor: n gebr.: 5 |
604a (z08d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03138) |
komt voor: n |
547 (z08e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03138) |
komt voor: n |
543 (z08f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03138) |
komt voor: n |
535 (z08g) | Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03138) |
komt voor: n |
440 (z09a) | Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 03138) |
vertaling: de dee van 't stad die hen ier veel uizen gebaud |
441 (z09b) | Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03138) |
vertaling: oan die nieve voart doar zie de gene mens ne mer |
442 (z09c) | Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03138) |
vertaling: gisteren is Jan ier geweest |
443 (z09d) | De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 03138) |
vertaling: den dag da Jan gebaald oad woar ek nie thuis |
444 (z09e) | Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 03138) |
vertaling: 't Jef die zo kik nooit nie vragen |
445 (z09f) | Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 03138) |
vertaling: Marie die zod azoe ietsken nooit nie doen |
446 (z09g) | Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 03138) |
vertaling: Bert die dirf wel ne ker e peentsjen te vele drinken |
447 (z09h) | Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 03138) |
vertaling: Martha die zo k wal ne ker wolle vragen veur bij mij thuis te kommen |
448 (z09i) | Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03138) |
vertaling: da uis da zo kik noot nie wolle kuupn |
449 (z09j) | Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03138) |
vertaling: da uis da staat doar al 't fiftig joar |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 3 |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 3 |
452 (z10(i)b) | Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
452 (z10(i)b) | Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
453 (z10(i)c) | Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03138) |
komt voor: n |
454 (z10(i)d) | Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03138) |
komt voor: n |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
457 (z10(ii)b) | Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03138) |
komt voor: n |
458 (z10(ii)c) | Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03138) |
komt voor: n |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03138) |
gebr.: 5 |
462 (z10(iii)b) | Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03138) |
komt voor: n |
464 (z10(iii)c) | Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03138) |
komt voor: n |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
467 (z10(iv)b) | Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03138) |
komt voor: n |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
470 (z10(v)b) | Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03138) |
komt voor: n |
471 (z10(v)c) | Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03138) |
komt voor: n |
472 (z11a) | En heeft Gunther gebeld? (inf. 03138) |
vertaling: ee Gunther gebeld? |
473 (z11b) | En pas op! (inf. 03138) |
vertaling: pas oppe |
474 (z11c) | 't En was maar net goed genoeg (inf. 03138) |
vertaling: 't was justekes goe |
475 (z11d) | Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 03138) |
vertaling: Marjo ee nou mier koeien as da ze vruuge oad |
476 (z11e) | Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 03138) |
vertaling: as Susanne keune kommen oad, ten oo ze da gedoan |
477 (z11f) | Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 03138) |
vertaling: z' is den besten doktoor die da k kenne |
478 (z11g) | Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 03138) |
vertaling: veuren da de its wegsmijt, moe de eest ne ker bellen |
479 (z11h) | Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03138) |
vertaling: ier ed alles wa da k gekregen en |
480 (z11i) | Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 03138) |
vertaling: Jan is te gierig veur iets aan zijn kinders te geven |
482 (z11k) | Dat boek leg neer! (inf. 03138) |
vertaling: legt dien boek nere |
483 (z11l) | Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03138) |
vertaling: as ge echt nie keu wachten, kom te moar af |
488 (z12a) | Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 03138) |
vertaling: 'k weetent da Jan den doktoor oo keunen roepen |
489 (z12b) | Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 03138) |
vertaling: 'k weetent da Jan den doktoor kost geroepen ene |
490 (z12c) | Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 03138) |
vertaling: ij zee da k et moeten doen oan |
491 (z12d) | Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03138) |
vertaling: ij zee da k et moest gedaan ene |
492 (z12e) | Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 03138) |
vertaling: ij is passeerde weke geopereerd deur doktoor Mertens |
493 (z12f) | Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03138) |
vertaling: ij wor morgen geopereerd deur doktoor Mertens |
495 (z13a) | Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03138) |
vertaling: 'k peis da de vele zo moete wegsmijten positie: 3 |
495 (z13a) | Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03138) |
vertaling: 'k peis da de vele zo moete wegsmijten positie: 3 |
496 (z13b) | Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03138) |
vertaling: 't is dom om azuue diere deenges weg te smijten positie: 1 |
496 (z13b) | Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03138) |
vertaling: 't is dom om azuue diere deenges weg te smijten positie: 1 |
497 (z13c) | Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03138) |
vertaling: ij is ammel de kapotte prutsen aan 't wegsmijten positie: 2 |
497 (z13c) | Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03138) |
vertaling: ij is ammel de kapotte prutsen aan 't wegsmijten positie: 2 |
498 (z13d) | Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03138) |
vertaling: 'k vin da de mier gazetten zo moete lezen positie: 1 |
498 (z13d) | Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03138) |
vertaling: 'k vin da de mier gazetten zo moete lezen positie: 1 |
499 (z13e) | Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03138) |
vertaling: 't is dom om in den donkeren gazetten te lezen positie: 1 |
499 (z13e) | Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03138) |
vertaling: 't is dom om in den donkeren gazetten te lezen positie: 1 |
500 (z13f) | Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03138) |
vertaling: ij is geel den dag gazetten aan 't lezen positie: 1 |
500 (z13f) | Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03138) |
vertaling: ij is geel den dag gazetten aan 't lezen positie: 1 |
509 (z14a) | Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 03138) |
fragment: deur (1) |
512 (z15a) | Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03138) |
komt voor: n |
513 (z15b) | Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03138) |
komt voor: n |
514 (z15c) | Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03138) |
komt voor: n |
515 (z15d) | Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03138) |
komt voor: n |
516 (z16a) | Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03138) |
vertaling: R eed iene gruunen appele weggegeven en nau eet ij nog twie rooie |
412 (z16b) | Er waren veel mensen op het feest (inf. 03138) |
vertaling: d'r waren veel mensen op de feeste |
413 (z16c) | Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 03138) |
vertaling: waren der veel mensen op de feeste |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03138) |
vertaling: wafeur een boeken ed de au gekocht opm.: indirect object bij kopen |
521 (z16e) | Hij woont bij Marietje (inf. 03138) |
vertaling: ij weun bij Marieken |
522 (z16f) | Hij woont bij Wim (inf. 03138) |
vertaling: ij weun bij Wim |
523 (z16g) | Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 03138) |
vertaling: leup ne ker tot aan den bakker, Wim |
524 (z16h) | Wie heb je gezien? (inf. 03138) |
vertaling: wie e de geziene |
525 (z16i) | Wie heeft jou gezien? (inf. 03138) |
vertaling: wie ee t'r au geziene |
527 (z16j) | Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 03138) |
vertaling: oak da geweten ten oak 't nie gedoane |
528 (z16k) | 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 03138) |
vertaling: 't zo beter zijne va nog 'n beetsje te wachten |
882 (z16l) | Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 03138) |
vertaling: sjans da Jan den doktoor gebaald oad en die waart er vrie rap |
883 (z16m) | Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 03138) |
vertaling: maakt da de weg zijt, ambetante jonges |
538 (z17a) | Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03138) |
komt voor: n |
534 (z17b) | Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03138) |
komt voor: n |
544 (z17c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03138) |
komt voor: n |
545 (z17d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03138) |
komt voor: n |
536 (z17e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
536 (z17e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03138) |
komt voor: j gebr.: 5 |
605a (z17f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03138) |
komt voor: n |
548 (z17g) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03138) |
komt voor: n |
542 (z17h) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 03138) |
komt voor: n |
interview mondelinge enquête
spreker | tekst | commentaar | ||
---|---|---|---|---|
commentaar | Lokeren (I208) ; GUV; [meta][k]I208p[/k][i]943[/i][i]944[/i][vw]GUV[/vw][/meta] | |||
commentaar | personalia informant | |||
veldwerker | [v=035] vraag schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Jan rappeleert em die historie welle. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=036] zin b [/v] | |||
informant1 | [a] Maria en Pier zien makkaar voor de kerk. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] makaar of malkanderen [/a] | |||
veldwerker | [v=037] c [/v] | |||
informant1 |
[a] Toon die wastnem. [/a]
wastn em |
n moeilijk te verklaren: epenthetische nasaal? Accusatief dubbelend pronomen? | tagging | |
veldwerker | [v=038] en dan d [/v] | |||
informant1 | [a] Den temmerman of de schrijnwerker ee geen nagels bij em. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=039] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Fons die zoogt een slange nevest em. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=040] f [/v] | |||
informant1 | [a] Erik die liet mij voor em werken. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=041] g [/v] | |||
informant1 | [a] Wanne liet eur meedrijven op de baren. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=042] h [/v] | |||
informant1 |
[a] Toon bekeek zneigen ne keer goed in de spiegele. [/a]
zn eigen |
tagging | ||
veldwerker | [n] [v=043] i [/v] | |||
informant1 | [a] Jan eet in twee minuten een pintje uitgedronken. [/a] | tagging | ||
informant1 | [v=044] j [/v] | |||
informant1 | [a] Die schoenen die passen mij wreed goed. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] maar lopen? Dat wordt niet gezegd hier? [/v] | |||
informant1 | [a] nee nee lopen zeker nie [/a] [/n] | |||
veldwerker | [v=045] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] Eduard die ken zeneigen wreed goed. [/a]
zen eigen |
tagging | ||
veldwerker | [v=046] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] Ward ee gehoord dander van em foto's in d etalage of in de vitrine staan. [/a]
dan der |
tagging | ||
veldwerker | [n] [v=047] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Die patatten die schellen nie gemakkelijk. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=449] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Da glas da breekt as t op de grond valt. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=052] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] Dokter zoukik wel gezond genoeg leven? [/a]
zou k ik |
tagging | ||
informant1 |
[a] Mijnheer den dokter levekik wel gezond genoeg? [/a]
leef ek ik |
tagging | ||
informant1 |
[a] Levek wel gezond genoeg? [/a]
leef ek |
dubbeling is in deze zin bijna verplicht blijkbaar | tagging | |
informant1 |
[a] Mijnheer den dokter zoukik wel gezond genoeg leven? [/a]
zou k ik |
tagging | ||
veldwerker | [v] en zouk gezond genoeg leven? [v] | tagging | ||
informant1 |
[a=j] ja da kunde zeggen ja. zouk. [/a]
kun de zou k |
tagging | ||
veldwerker | [v] en kende gulder ook de vorm zounik? [/v] | tagging | ||
informant1 |
[a=n] zouk. Zounik nee. [/a]
zou k |
tagging | ||
informant1 | [v=054] Hij leeft al jaren van de delinge van zijn vader. [/v] | |||
informant1 |
[a] Jarenlang leeftij al van de deling van zijn vader. [/a]
leeft ij |
tagging | ||
veldwerker | [v=425] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] Van de week leefz op water en brood. [/a] [/n]
leef z |
tagging | ||
commentaar | zinnen uit schriftelijk één; leven-paradigma in inversie e.d. | |||
commentaar | vraag drieledig eindcluster; onvolledig | |||
commentaar | clusterdoorbreking; niet opgevraagd omdat het in schriftelijke lijsten niet voorkwam | |||
commentaar | negatiezinnen uit schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=136] [/v] | |||
informant1 | [a] Jan en heeft niet veel geld niet meer? Die zin wor nie gezegd he. [/a] | |||
veldwerker | [v] Hoe zoude da dan zeggen? [/v] | |||
informant1 | [a=j] Jan die ee bots geenene cent nie meer. [/a] | tagging | ||
commentaar | negatiezinnen uit schrifteijk één | |||
veldwerker | [v=140] Zitten hier nergens geen muizen? [/v] | |||
informant1 |
[a] Zittender ier ieverans muizen? [/a]
zitten der |
|||
informant1 | [a=j] Dr zitten ier zeker nieverans geen muizen. [/a] | tagging | ||
commentaar | blijkbaar alleen in nogal gemarkeerde context | |||
informant1 | [a] voor zo wat gerust te stellen [/a] | |||
commentaar | negatiezinnen uit mondeling één | |||
veldwerker | [v=156] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Jan weetent datij voor den drieën de wagen moet hebben gemaakt. Da kan nie. [/a] | |||
veldwerker | [v=157] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Jan weetent datij voor drie uren de wagen moe gemaakt ein. Da kan [/a]
dat ij |
tagging | ||
veldwerker | [n] [v=158] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Jan weet datij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt. nee [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=158] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Jan weet datij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt. nee [/a] | |||
veldwerker | [v=160] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Jan weetent datij voor drie uren uur de wagen gemaakt moet eine. [/a]
weet ent dat ij |
tagging | ||
veldwerker | [v=161] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a=n] Jan weet datij voor drie uren de wagen gemaakt hebben moet. nee da keun ook nie. [/a] | |||
veldwerker | [n] [v=157] zie vorige vraag [/v] | |||
informant1 |
[a] Jan weet datij voor den drieën de wagen moe gemaakt eine. [/a]
dat ij |
tagging | ||
informant1 | [a=g] Da s de meest _ da s nogal ne logischen da. [/a] [/n] | |||
commentaar | possessieven uit schriftelijk één | |||
commentaar | negaties uit schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=188] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] Edde genoeg mensen om de maïs van t land t halen. [/a]
e de |
tagging | ||
veldwerker | zoude daar ook voor kunne zetten? | |||
informant1 |
[a] Edde genoeg mensen voor de maïs van t land t halen. [/a]
e de |
tagging | ||
veldwerker | [v=189] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] t was neig schoon van Jan voor te komen helpen _ voor te komen helpen werken. [/a] | tagging | ||
informant1 | ook [a] _ om te komen helpen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=190] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Die ton is zwaar voor te dragen. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] of om te dragen. [/a] | tagging | ||
informant1 | xxx nie onmiddelijk ne voorkeur. | |||
informant1 |
[a] blijfter af want t is veel te zwaar voor te dragen. [/a]
blijft er |
|||
veldwerker | [v=192] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Wij hopen allemaal voor op tijd thuis te zijn. [/a] | |||
veldwerker | [v] zoude die nie met van kunne zeggen? [/v] | |||
informant1 | [a=j] Wij hopen allemaal van op tijd thuis te zijne. [/a] | tagging | ||
commentaar | invulvraag uit schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=193] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Da s zo zeker as da één en één twee is. [/a] | tagging | ||
commentaar | comparatieven uit schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=199] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Hij staat daar te zagen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=200] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] Asme aankwamen warent aan t regenen. [/a]
as me waar ent |
tagging | ||
informant1 |
[a] Amme daar aankwamen _ [/a]
a me |
|||
informant1 |
[a] Binst dame daar aankwomen was t aan t regenen. [/a]
da me |
|||
informant1 |
[a] _ of regenet. [/a]
regen et |
|||
informant1 |
[a] t regende bist dame daar aankwamen. [/a]
da me |
|||
veldwerker | [v=198] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Hij keun staan zagen. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] Hij keun staan greiven. [/a] | |||
commentaar | resterende invulzinnen uit schriftelijk één | |||
commentaar | negatiezinnen en subjectverdubbelingen na voegwoord uit schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=226] Hij slaapt [/v] | |||
informant1 | [a=j] t en doet [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] t en doet da wier wel gezegd vroeger maar da s totaal verdwenen. Maar k herken da nog hoor. [/a] | |||
informant1 | [a=j] ba t en doet. [/a] | tagging | ||
informant1 |
maar ge n horent bekan nie meer ooke
hoor ent |
gebruikt hier negatiepartikel | ||
veldwerker | [v=244] Hij slaap wel. Zoude dan kunnen zeggen toetoet? [/v] | |||
informant1 | [a=n] nee [/a] | |||
veldwerker | [v=232] Hij zal nie komen. [/v] | |||
informant1 | [a=j] t doet. Hij zal wel komen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=230] Is dat dan goed? t en doet. Hij zal _ [/v] | |||
informant1 | [a=n] t en doet is tuutuut geworden nu. [/a] | |||
informant1 | [a] Ge zij nie naar de markt geweesten B zegt tuutuut [/a] | |||
informant1 | dan zegt A opnieuw tuutuut t is heten brood. | |||
informant1 | Lokeren bijvoorbeeld en eed ellekes geen enkere u | negatiepartikel | ||
veldwerker | [v=243] Slaapt hij? [/v] | |||
informant1 |
[a=n] jan [/a]
ja n |
accusatief clitisch pronomen op ja | ||
informant1 |
[a=n] Jan hij slaapt [/a]
ja n |
accusatief clitisch pronomen op ja | ||
veldwerker | [v=245] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a=n] De lamp doe nie meer branden. Dat is nee [/a] | |||
veldwerker | [v=246] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a=n] Doe Marie elken avond dansen? nee [/a] | |||
veldwerker | [v=247] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a=n] Doe het brood even snijden! nee [/a] [/n] | |||
veldwerker | [v=245] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Branden doet die lamp al lang nie meer? [/a] | |||
informant1 | [a] De lampe brandt al lang nie meer. [/a] | |||
veldwerker | [v] Werken doenik al lang nie meer want ik zijn gepensioneerd. Zoude da zo kunne zeggen? [/v] | |||
informant1 | [a=j] ja [/a] | |||
informant1 | [a=j] Branden doet die lamp al lang nie meer. [/a] | tagging | ||
commentaar | relatiefzinnen uit schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=249] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=250] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] De bank waar danz op zaten _ [/a]
dan z |
tagging | ||
informant1 |
[a] De banke waarop danze zaten is juist geverfd. [/a]
dan ze |
tagging | ||
informant1 |
[a] De bank waar danz op zaten is juist geverfd. [/a]
dan ze |
|||
veldwerker | [v=253] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] s zondags gingen we met geheel de familie naar de zee wat da wreed plezierig waart. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en tgeen dat heel _ [/v] | |||
informant1 | [a] nee tgeen nee. wat da wreed plezierig waart. [/a] | |||
commentaar | relatiefzinnen uit schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=255] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] In t dorp waar dakik woon staat een oud kerksken. [/a]
da k ik |
tagging | ||
veldwerker | [v=256] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] Op den dag dam aankwamen regendent. [/a]
da m |
tagging | ||
veldwerker | [v=258] schriftelijk [/v] | |||
informant1 |
[a] Da s ietsken dak nie gaarne doen. [/a]
da k |
tagging | ||
veldwerker | [v=257] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Da s ietsken da wreed schoon is. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=259] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Wie da geld eet moe mij maar wa geven. [/a] | tagging | ||
commentaar | bijvragen i.v.m. relatiefzinnen schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=260] Wa peisde wie dak in t stad gezien en. [/v] | |||
informant1 |
[a=n] Wie peisdegij dak in t stad gezien ein? [/a]
peis de gij da k |
|||
veldwerker | [v] en wa peisde wie dak in t stad gezien ein? [/v] | |||
informant1 | [a=n] nee [/a] | |||
informant1 |
[a] Wa peisde wak in t stad gezien eine? [/a]
peis de wa k |
|||
veldwerker | [v=262] Wie peisde wie dak in t stad gezien en. [/v] | |||
informant1 | [a=j] ge zout da wel kunnen maar _ t is nie zo gebruikelijk. [/a] | |||
informant1 | [v=261] Wa peisde gudre hoe danzet ein opgelost. [/v] | |||
informant1 | [a=n] nee da gaa nie he [/a] | |||
informant1 |
[a=n] Hoe peisdegudder danzent gearrangeerd ein? [/a]
peis de gudder dan zen t |
tagging | ||
informant1 |
[a=n] Hoe peisdegulder danzent gearrangeerd ein? [/a]
peis de gulder dan zen t |
|||
informant1 |
[a=n] Hoe peisdegudder danzetzudder gearrangeerd ein? [/a]
peis de gudder dan ze t zudder |
tagging | ||
veldwerker | [v=265] zie vorige vraag [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Hoe peisdegudder hoe danzetzudder gearrangeerd ein? [/a]
peis de gudder dan ze t zudder |
tagging | ||
commentaar | relatiefzinnen uit schriftelijk één | |||
commentaar | n.v.t. (spontaan gesprek) | |||
commentaar | relatiefzinnen uit schriftelijk één | |||
informant1 | weet iemand miemewij geroepen ein. Mieme ja | bizarre vorm 'mie me' i.p.v. 'wie me' | ||
informant1 | [v=266] Wie denk je die ik in de stad gezien heb? [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Wie peisdegij die dak in t stad gezien ein? [/a]
peis de gij da k |
tagging | ||
informant1 |
[a=j] Wie peisdegij die dak in t stad gezien ein? [/a]
peis de gij da k |
|||
commentaar | possessiefzinnen uit schriftelijk één | |||
veldwerker | [v=273] schriftelijk [/v] | |||
informant1 | [a] Marie trokt eur sarze naar eur. [/a] | tagging | ||
commentaar | possessief- en reflexiefzinnen uit schriftelijk één | |||
commentaar | [n] spontaan gesprek [/n] | |||
commentaar | vanaf hier tweede deel | |||
informant2 | maar ja overal chauffage geleen | let op vorm voltooid deelwoord | ||
informant2 | keukene geplaatst | let op eind-sjwa | ||
commentaar | uitleg project | |||
commentaar | spontaan gesprek | |||
commentaar | uitleg project | |||
veldwerker | [v=018] Ze weet nie da Marie gisteren gestorven is. [/v] | |||
informant1 |
[a] Ze weetet nie da Marie gisteren gestorven is. [/a]
weet et |
tagging | ||
veldwerker | [v] en is gestorven? [/v] | |||
informant2 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v] en dasse gesstorven heeft. [/v] | |||
informant1 | [a] nee nee nee [/a] | |||
veldwerker | [v] en ze en weet nie? [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
informant2 | [a] K e weet da nie. [/a] | |||
veldwerker | [v] Past op dache nie en valt. [/v] | |||
informant1 |
[a] Pas op dade nie valt. [/a]
da de |
tagging | ||
informant1 |
[a] Pas op dade nie en valt of zo. [/a]
da de |
|||
informant1 |
[a] K denk nie dak da mag zegge nee. [/a]
da k |
|||
veldwerker | [v=022] Dr wil niemand nie dansen. [/v] | |||
informant2 | [a] Dr wil geenenen dansn. [/a] | |||
informant1 | [a] K en em nieveranst nie geziene. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=023] Els wil nie dansen en ze wil nie zingen ook nie. [/v] | |||
informant2 | [a] Ze wil nie dansen en nie zingn. [/a] | |||
informant2 | [a=j] _ nie dansn en nie zingen ook nie. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=025] Niemand eet da van ze leve gewild of gekunn. [/v] | |||
informant2 | [a] Niemand eet da gewiln of gekunn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=026] Jan had heel da brood wel wiln op eten. [/v] | |||
informant2 | [a] Jan oo geheel da brood wiln op eetn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en op eten gewild? [/v] | |||
informant2 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=027] Vertel maar niet wie zij had kunne roepen. [/v] | |||
informant2 |
[a] Vertel maar nie wies oo kunne roepn. [/a]
wie s |
tagging | ||
informant1 |
[a] Zegt da maar nie wien asse kunne roepen oot. [/a]
a se |
tagging | ||
informant1 |
[a] ja wie dasse kunne roepen oot. [/a]
da se |
tagging | ||
veldwerker | [v=028] Vertel mij ne keer wie das had kunne roepen. [/v] | |||
informant1 |
[a] Zeg mij ne keer wie asse kunne roepen oot. [/a]
a se |
tagging | ||
informant1 |
[a=j] _ wie dasse kunne roepen oot. [/a]
da se |
tagging | ||
veldwerker | [v=029] Wien ofze kunne roepen had? [/v] | tagging | ||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=048] De sneeuw smelt zich in de zon. [/v] | |||
informant2 | [a] Nee. De sneeuw smelt vur de zonne. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=003] K denk dat Marie heeft proberen van em nen brief te schrijven. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Oh nee. [/a] | |||
informant1 | [a] K peis da Marie em nen brief probere schrijven eet. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=004] Vroeger kweektekege tomaten. [/v] | |||
informant1 |
[a=n] Vroeger kweektenekik _ [/a]
kweekten ek ik |
tagging | ||
informant1 |
[a=n] _ kweektenek tomatn. [/a]
kweekten ek |
tagging | ||
veldwerker | [v=004] of kweektegewij? [/v] | |||
informant1 |
[a=n] Vroeger kweekteme _ kweekteme tomatn. [/a]
kweekte me kweekte me |
tagging | ||
veldwerker | [v=053] Als ik profijtig leef dan levik zoals mijn ouders da wiln. [/v] | |||
informant1 |
[a] Ak profijtig leef dan zouk leve gelijk da mijn ouders zou gewild enne. [/a]
a k zou k |
tagging | ||
veldwerker | [v] en anek profijtig leef? [/v] | |||
informant1 |
[a] Nee. Azek. [/a]
az ek |
|||
informant1 |
[a] Ookik da in den tijd geweten. [/a]
oo k ik |
verbale omgeving, geen voegwoord | ||
informant1 |
[a] levek wel gezond. [/a]
leef ek |
|||
veldwerker | [v=055] Als hij nog drie jaar leeft dan leeftij langer dan zijn vader. [/v] | |||
informant2 |
[a] Astij. [/a]
ast ij |
|||
informant1 |
[a] Atij nog drie jaar leeft leeftij _ leeftij langer as zij vader ja. [/a]
at ij leeft ij leeft ij |
tagging | ||
veldwerker | [v] en atn nog drie jaar leeft? [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v] en atjij nog drie jaar leeft? [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=057] Als zij zo gevaarlijk leeft dan leefse nie lang nie meer. [/v] | |||
informant1 |
[a] Asse zo gevaarlijk leeft zalse nie lang meer leevn. [/a]
a se zal se |
tagging | ||
informant1 |
[a] Assezij nu nie gaat op pasn. [/a]
a se zij |
tagging | ||
veldwerker | [v] en als zij nie gaat op passen? [/v] | |||
informant1 |
[a] Nee nee. Assezij. [/a]
a se zij |
|||
veldwerker | [v=059] Ast nu nog leeft dan levet morgen ook nog. [/v] | |||
informant1 |
[a] Ast nu nog leeft dan levet morgen ook nog. [/a]
as t leef et |
tagging | ||
informant1 |
[a] Ant nu nog leeft. Ge zount kunne zegn. [/a]
an t zoun t |
tagging | ||
veldwerker | [v=061] Als gulder zo gevaarlijk leeft dan leefdegulder nooit zo lang azzekik. [/v] | |||
informant1 |
[a] Asgegodder zo gevaarlijk _ [/a]
as ge godder |
tagging | ||
informant1 |
[a] Addegodder zo gevaarlijk leeft dan gade nooit zo lang nie leven azzekikke. [/a]
a de godder ga de az ek ikke |
tagging | ||
informant1 |
[a] Adde zo gevaarlijk leeft. [/a]
a de |
tagging | ||
veldwerker | [v] Agodder zo gevaarlijk leeft. [/v] | |||
informant1 | [a] Neem. [/a] | |||
informant1 |
[a] Leefdegodder nog. [/a]
leef de godder |
|||
veldwerker | [v] Leeft godder nog. [/v] | |||
informant1 |
[a] Leefdegodder nog? [/a]
leef de godder |
|||
veldwerker | [v=063] Asse voor ulder werk leven dan leveze voor ulder kinderen. [/v] | |||
informant2 |
[a] Anze vur under werk leven leveze nie vur _ vur under kindern. [/a]
an ze leve ze |
tagging | ||
informant1 |
[a] A ja assezodder ja. [/a]
a se zodder |
|||
veldwerker | [v=067] As Rudy nog leeft dan leef Leo ook nog. [/v] | |||
informant1 | [a] As Jan nog leeft dan leef Piet ook nog he. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en as Erik of at Erik? [/v] | |||
informant1 | [a] As Erik. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=068] Asge gezond leeft dan leefde langer. [/v] | |||
informant2 |
[a] Asge gezond leeft leefde langer. [/a]
as ge leef de |
tagging | ||
informant1 |
[a] Asgegij ja. [/a]
as ge gij |
tagging | ||
veldwerker | [v] Kund ook addegij zeggen? [/v] | |||
informant1 | [a] ja ja ja. [/a] | |||
veldwerker | [v=069] Asser zo weinig mensen van den boerenstiel leven dan levedr veel van de fabriek. [/v] | |||
informant2 |
[a] Asser weinig van den boerenstiel _ [/a]
as er |
|||
informant2 |
[a] atter weinig_ [/a]
at er |
|||
informant1 |
[a] ander zo veel mensn van den boerenstiele leevn dan leevnder weinig mensen_ [/a]
an der leevn der |
tagging | ||
veldwerker | [v=070] As Bart en Liesken in den hemel leven dan leve Marie en Frans in d hel. [/v] | |||
informant1 | [a] An die in den hemel zitn of as die in den hemel zitn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] An Bart e Liesken in den hemel zitn? [/v] | |||
informant1 | [a] Nee. As. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=071] Aswe sober leven levewe gelukkig. [/v] | |||
informant1 |
[a] Amme sober leve ja. [/a]
a me |
tagging | ||
informant1 |
[a] dan leveme gelukkig. [/a]
leve me |
tagging | ||
informant1 |
[a] ammewij [/a]
a me wij |
tagging | ||
informant2 |
[a] Am alleen leevn _ [/a]
a m |
tagging | ||
veldwerker | [v=072] Leef ne keer wa gezonder Jan. [/v] | |||
informant1 | [a] Leef ne keer wa gezonder ja. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=073] Kinders leef ne keer wa gezonder. [/v] | |||
informant1 | [a] Kinders leef ne keer wa gezondere. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=065] Zouk da nog wel kunnen doen? [/v] | |||
informant1 |
[a] Zouk da nog wel kunn doen ja. [/a]
zou k |
tagging | ||
veldwerker | [v] zounek? [/v] | |||
informant1 |
[a] Nee. Zouk. [/a]
zou k |
|||
veldwerker | [v=086] K weet dat Eddy morgen wilt brood eten. [/v] | |||
informant1 | [a] K weet dat Eddy morgen brood wilt ete ja. [/a] | |||
veldwerker | [v] [/v] | |||
informant1 | [a=n] [/a] | |||
veldwerker | [v=087] Eddy moet kunne vroeg op staan. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | |||
informant1 | [a] Eddy moet vroeg kunn op staan. [/a] | |||
veldwerker | [v=132] K denk da Marie zal moeten em roepen. [/v] | |||
informant1 | [a] K peis da Marie em zal moete roepn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=137] IJ wil geen soep nie meer eten nie. [/v] | |||
informant2 | [a=n] [/a] | |||
informant2 | [a] IJ wil geen soepe nie meer eetn. [/a] | |||
veldwerker | [v=146] IJ spreek nie goe geen Frans. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | |||
informant2 | [a] IJ spreek geen goed Frans. [/a] | |||
informant1 |
[a] Zo goed spreekekik geen Frans zenne. [/a]
spreek ek ik |
|||
veldwerker | [v] en ik spreek zo goed geen Frans. [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=148] Iedereen is gene stielman. [/v] | |||
informant1 | [a=j] Iedereen is gene stielman. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=149] IJ eet overal geen vrienden. [/v] | |||
informant2 | [a=j] E eet overal geen vriendn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=150] IJ weet van die zaak nie. [/v] | |||
informant1 | [a] IJ weet van die zaak nie. [/a] | |||
veldwerker | [v] ij weet alles van die zaak nie. [/v] | |||
informant1 | [a] IJ weet nie alles van die zaak. [/a] | |||
veldwerker | [v=154] Boeken ee Jan drie. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=215] K geloof dak groter ben dan hij. [/v] | |||
informant2 |
[a] K geloof dak groter zijn dan hij. [/a]
da k |
tagging | ||
informant1 |
[a] Ik geloof dak groter zijn as ij. [/a]
da k |
tagging | ||
veldwerker | [v] en as em. [/v] | |||
informant1 | [a] K zij groter as em. [/a] | |||
veldwerker | [v=216] Ze gelooft da gij vroeger thuis zijt azzekik. [/v] | |||
informant1 |
[a] Zij gelooft dadegij vroeger thuis zijt azzekikke. [/a]
da de gij az ek ikke |
tagging | ||
informant1 |
[a] Zij gelooft dadegij vroeger thuis waart azzekikke. [/a]
da de gij az ek ikke |
verleden tijdsvorm van 'zijn' i.p.v. ott. | tagging | |
veldwerker | [v] en as mij? [/v] | |||
informant1 | [a] Nee nee [/a] | |||
veldwerker | [v] en as ik? [/v] | |||
informant2 |
[a] Azzekik. [/a]
az ek ik |
|||
veldwerker | [v=217] Ge geloof zeker nie datij sterker is as gij. [/v] | |||
informant2 |
[a] Ge geloof nie datij sterker is. [/a]
dat ij |
tagging | ||
informant2 | [a] Als ou zou wij zegn. [/a] | |||
informant1 |
[a] IJ geloof zeker datij sterker is asgegij. [/a]
dat ij as ge gij |
tagging | ||
veldwerker | [v] en as gij? [/v] | |||
informant2 |
[a] asgegij he. [/a]
as ge gij |
|||
veldwerker | [v=218] Ze geloven da wij rijker zijn dan zij. [/v] | |||
informant1 |
[a] Ze peizen da _ da wij rijker zijn assezij. [/a]
as se zij |
tagging | ||
veldwerker | [v] en as ulder? [/v] | |||
informant1 |
[a] Assezudder. [/a]
as se zudder |
|||
informant1 | [a] geen udder. Zudder. [/a] | |||
veldwerker | [v=219] We geloven da gulder nie zo slim zijt as wij. [/v] | |||
informant2 |
[a] Me geloven dagunder nie zo slim zijt aswewij. [/a]
da gunder as we wij |
tagging | ||
informant1 |
[a] asmewij. [/a]
as me wij |
tagging | ||
veldwerker | [v] en as ons. [/v] | |||
informant1 |
[a] aswewij zoume zegge ja. [/a]
as we wij zou me |
|||
veldwerker | [v] en als wij? [/v] | |||
informant1 |
[a] aswewij. [/a]
as we wij |
tagging | ||
veldwerker | [v=220] Gudder geloof zeker nie daz armer zijn dan godder? [/v] | |||
informant1 |
[a] Ge geloof zeker nie danz armer zijn asgeguddere. [/a]
dan z as ge guddere |
tagging | ||
informant2 |
[a] Zoumen in t begin al nie _ Gunder geloof zeker nie? [/a]
zou men |
verbaal affix -men | ||
informant2 |
[a] Gonder geloof zeker nie danze rijker zijn dan _ dan gonder. [/a]
dan ze |
afwezigheid verdubbeling na comparatief wordt verderop als ongrammaticaal beschouwd. | tagging | |
veldwerker | [v] en as udder? [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=221] U gelooft da Lisa even schoon is as Anna. [/v] | |||
informant1 | [a] Gij gelooft da Lisa even schoon is as _ as dinge daar. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=222] IJ gelooft da Bart en Peter sterker zijn dan Geert en Jan. [/v] | |||
informant2 |
[a] IJ gelooft danze sterker zijn as _ [/a]
dan ze |
tagging | ||
veldwerker | [v=296] Zoutij da gedaan hebbe gekund. [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=297] Zoutij da gedaan gekund hebben. [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee [/a] | |||
informant1 |
[a] Zoutij da kunne gedaan enne? [/a]
zout ij |
|||
veldwerker | [v=308] Zoutij da hebbe kunnen doen. [/v] | |||
informant2 |
[a] Zoutij da kunn doen enne.? [/a]
zout ij |
|||
veldwerker | [v=502] Marie zit patatten en schillen. [/v] | |||
informant2 | [a=n] Marie zit patatten te schiln. [/a] | |||
veldwerker | [v=309] K heb geen goesting en voeren de koeien. [/v] | |||
informant2 | [a=n] K e geen goesting om de koeien te voedere. [/a] | |||
veldwerker | [v=317] Marie al haar koeien zijn verdronken bij d overstroming. [/v] | |||
informant1 | [a] Maria eur koeien zijn allemaal verdronkn. [/a] | |||
veldwerker | [v] [/v] | |||
informant2 | [a=n] [/a] | |||
veldwerker | [v=319] Dit denkik nie aan. [/v] | |||
informant2 |
[a=n] Dr peizek nie op. [/a]
peis ek |
|||
veldwerker | [v=321] Die rare jongen ek mee naar de markt geweest. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Met dien aardigen. [/a] | |||
veldwerker | [v=322] Ik heb al d eerste drie sommen gemaakt. De welke eddegij gemaakt. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Ik e al d eerste drie somme gemaakt. De welkste eddegij gemaakt. [/a]
e de gij |
tagging | ||
veldwerker | [v=323] De waveure eddegij al weg gedaan? [/v] | |||
informant1 |
[a=n] Waffeurene eddegij al weg gedaan. [/a]
wa feur ene e de gij |
|||
veldwerker | [v] en de waferene? [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=324] De zulke zouk nie durven op eten. [/v] | |||
informant1 |
[a=n] Zukken dinge zouk nie _ [/a]
zou k |
|||
veldwerker | [v=325] De die zouk nie durven op eetn. [/v] | |||
informant1 |
[a] De die zouk nie durven op eetne. [/a]
zou k |
tagging | ||
veldwerker | [v=327] Gaan helpt uw broer eens. [/v] | |||
informant1 | [a=j] Gaan helpt ui broer ne keer. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Komen helpt eens. [/v] | |||
informant1 | [a] Komen help ne keer. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Blijven eet maar vandenavond. [/v] | |||
informant1 | [a] Blijf maar ete vandenavond. [/a] | |||
veldwerker | [v=329] K geloof die jongen vinnez allemaal wel nen braven. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Neek. [/a] | |||
veldwerker | [v=350] K weet datij is gaan zwemmen. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] K weet datij gaan zwemmen is. [/a]
dat ij |
tagging | ||
veldwerker | [v=347] Maar k weet datij is gaan zwemmen? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=875] En k weet datij weeste zwemmen eet? [/v] | |||
informant1 |
[a] Ja k weet datij weeste zwemn eet. [/a]
dat ij |
tagging | ||
veldwerker | [v=353] Wilde nog een beetje koffie? [/v] | |||
informant2 | [a=j] Jak. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=354] Gase gaan dansen? [/v] | |||
informant2 | [a=j] Jaas. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=355] Enz al gegeten? [/v] | |||
informant2 | [a=j] Jaas. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a=j] Jaans. Z en al gegeten. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=356] Staat da huis te koop? [/v] | |||
informant2 | [a=j] Jaat. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en jaate? [/v] | |||
informant2 | [a] Neet. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=357] Dr kom morgen iemand langs. [/v] | |||
informant2 | [a=j] Ja wie da? [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=358] Ik dnek datr iemand die koekskes opgegeten eet maar k weet nie wie da. [/v] | |||
informant2 | [a=n] Maar k weet nie wie. [/a] | |||
veldwerker | [v=359] Me zo e weer ge kun nie veel doen. [/v] | |||
informant2 |
[a] Me zo e weer kunde niets doene. [/a]
kun de |
|||
veldwerker | [v=363] Ge ga naar de voetbal kijke met ik. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee. me mij he. [/a] | |||
veldwerker | [v=364] Isem dood? [/v] | |||
informant1 |
[a=n] Istij dood? [/a]
ist ij |
|||
veldwerker | [v=368] Me hij te gaan werken moestzezij heel den dag thuis blijven. [/v] | |||
informant2 |
[a=j] Me ij te gaa werke mostze geheel den dag thuis blijve. [/a]
most ze |
tagging | ||
veldwerker | [v=369] Me het te sneeuwen kostewe de stad nie uit. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Mette sneeuwen koster geenenen t stad uit. [/a]
me t te kost er |
tagging | ||
veldwerker | [v=370] Da s de man die ze geroepen hebben. [/v] | |||
informant1 | [a] Da is de man die ze geroepen en. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en da s de man dasse geroepen en? [/v] | |||
informant1 |
[a] _ danze geroepen en. [/a]
dan ze |
tagging | ||
veldwerker | [v] Da is de man die anze geroepen en. [/v] | |||
informant1 |
[a] Da s de man die danze geroepen en. [/a]
dan ze |
tagging | ||
veldwerker | [v=371] Da s de man die t verhaal verteld eet. [/v] | |||
informant1 | [a] Ja. Da s de man die _ die t verhaal verteld eet. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] Da s de man die da t verhaal verteld eet. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en da s de man da t vrehaal _ [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=372] Da s de man diek peis da t verhaal verteld eet. [/v] | |||
informant1 |
[a] Da s de man diek peis da t verhal verteld eet. [/a]
die k |
tagging | ||
informant1 |
[a] da s de man die dak peis die at verteld eet he [/a]
da k |
tagging | ||
veldwerker | [v] en de man dak peis? [/v] | |||
informant2 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=373] Da is de man diek peis dasse geroepen emmen. [/v] | |||
informant2 |
[a] Da s de man diek peis danze geroepen en. [/a]
die k dan ze |
tagging | ||
veldwerker | [v] en da s de man die dak peis danze geroepen emmen? [/v] | |||
informant1 |
[a] Da s de man dien ak peis danze _ T kom toch een beetje aardig die zin zo. [/a]
a k dan ze |
tagging | ||
veldwerker | [v=380] Da s t huis dak gekocht heb. [/v] | |||
informant1 |
[a] Da s t huis dak gekocht en. [/a]
da k |
tagging | ||
veldwerker | [v] en t huis diek gekocht heb. [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=387] Wanneer gaatr ooit vrede komen in geheel de wereld. [/v] | |||
informant1 | [a] Nooit. [/a] | |||
informant1 | [a=j] Nooit ofte nooit nie. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=388] Wie isser hier jenever aan t drinken. [/v] | |||
informant2 | [a] Geenenen. [/a] | |||
veldwerker | [v] en niemand? [/v] | |||
informant2 | [a] Da s al meer het beschaafden he. [/a] | |||
veldwerker | [v] en geenene nie. [/v] | |||
informant2 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=389] Waar groeitr geld aan de bomen. [/v] | |||
informant1 | [a] Nieverst. Of nieveranst. [/a] | |||
informant1 | [a=j] Nieveranst nie. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=390] Wa isser rond en vierkant tegelijk. [/v] | |||
informant1 | [a] Nietsken. [/a] | |||
veldwerker | [v] [/v] | |||
informant1 | [a=n] [/a] | |||
veldwerker | [v=391] Hoeveel kinderen zitten dr ier aan tafel. [/v] | |||
informant1 | [a] Gene. [/a] | |||
veldwerker | [v] [/v] | |||
informant2 | [a=n] [/a] | |||
veldwerker | [v=393] Nie vertellen dache ne cadeau voor em gekocht et zn. [/v] | |||
informant1 |
[a] Nie verteln dade vur em ne cadeau gekocht et. [/a]
da de |
tagging | ||
veldwerker | [v=395] Geloofde nie datij gevaln eet. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Geloofde da nie datij gevaln eet? [/a]
geloof de dat ij |
tagging | ||
veldwerker | [v=397] T schijnt dasse niets mag eten. [/v] | |||
informant1 |
[a] T schijnt dasse nikske meugt eetn. [/a]
da se |
tagging | ||
veldwerker | [v] en da schijnt? [/v] | |||
informant2 | [a] T schijnt. [/a] | |||
veldwerker | [v=398] Ze schijnt niets te mogen eetn. [/v] | |||
informant2 | [a] Ze schijnt niets te meugen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=399] Wendy probeerde om niemand zeer te doen. [/v] | |||
informant1 | [a=j] Wendy probeerdene geenene zeer te doen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en van niemand zeer te doen? [/v] | |||
informant1 | [a=j] Ze probeerde van niemand zeer te doene. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en om niemand zeer te doen. [/v] | |||
informant1 | [a=j] Ze probeerdn om niemand zeer te doene. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en ze probeerde voor niemand zeer te doen. [/v] | |||
informant1 | [a=j] Ze probeerdene vur geenenen tort te doene. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=400] T beloof weer en schonen dag te worren. [/v] | |||
informant1 |
[a] T zieter uit vur goed weer te worn. [/a]
ziet er |
tagging | ||
veldwerker | [v] maar zout da gaan met t belooft? [/v] | |||
informant1 |
[a=n] Da zeggeze toch nie in de volkstaal. T belooft. [/a]
zegge ze |
|||
veldwerker | [v=401] T is misschien beter om nog een beetje te wachten. [/v] | |||
informant1 | [a=j] T is misschien beter vur wa te wachtn. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a=j] om nog wa te wachten. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a=j] T is misschien beter nog een beetje te wachtn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=402] W hadden t geluk van em direct terug te vinn. [/v] | |||
informant1 | [a=j] M amme t geluk van em direct terug te vinn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] om em direct terug te vinn? [/v] | |||
informant1 | [a=j] vur em direct terug te vinne ja. [/a] | |||
informant1 | [a=j] om em direct terug te vinn. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Da ga meer naar t beschaafde. [/a] | |||
veldwerker | [v] en m amme t geluk em direct terug te vinn. [/v] | |||
informant2 | [a] Die van of die vur zit toch altijd automatisch dr tussen he. [/a] | |||
veldwerker | [v=403] T lijkt wel of er iemand in den hof staat. [/v] | |||
informant1 |
[a] T is precies of datter enen in den hof staat. [/a]
dat er |
tagging | ||
veldwerker | [v=417] Misschien gaktekik wel krijgen. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Misschien zantekik wel krijgen. [/a]
zan t ek ik |
tagging | ||
veldwerker | [v] en zaketekik? [/v] | tagging | ||
informant2 | [a] Nee [/a] | |||
informant2 |
[a] K zaket wel krijgen. [/a]
za k et |
tagging | ||
informant1 |
[a] K zantekik wel krijgen. [/a]
zan t ek ik |
tagging | ||
veldwerker | [v=418] Durfdergij op duwen? [/v] | |||
informant1 |
[a=j] durfdergij op duwen? [/a]
durf de er gij |
tagging | ||
veldwerker | [v=419] Durfdemgij uit nodigen? [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | |||
informant1 |
[a] Durfdegij em uit nodigen. [/a]
durf de gij |
tagging | ||
veldwerker | [v=420] Durfdezegij vragen. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Durfdezegij vragen. [/a]
durf de ze gij |
tagging | ||
veldwerker | [v=421] Eetij Pol ier geweest. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=422] Oe eetij Pol da op gelost? [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=423] Eddemegij dienen brief op gestuurd. [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=424] Ik ebemet gegeven. [/v] | |||
informant1 |
[a=n] Nee. Ik entem gegeven. [/a]
en t em |
tagging | ||
veldwerker | [v=425] Ze leefzij op water en brood van de week. [/v] | |||
informant2 |
[a=j] Z eezezij dr niets mee te maken. [/a]
ee ze zij |
tagging | ||
informant1 |
[a=j] Z eezezij dr niets mee te maken. [/a]
ee ze zij |
|||
informant1 |
[a] Da zout ook kunne. Z ee zij. Maar meest toch z eezezij. [/a]
ee ze zij |
tagging | ||
informant1 |
[a] Z eezezij dr niets mee te make ja. [/a]
ee ze zij |
|||
veldwerker | [v=426] En Marie eezezij dr niets mee te maken. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v] Of Marie eezij dr niets mee te maken. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=427] We zijn wij dr nog nooit geweest. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Me zijmer nog nooit nie geweest. [/a]
zij me er |
tagging | ||
informant1 |
[a=j] Me zijmewij nog nooit in Gent geweest. [/a]
zij me wij |
tagging | ||
informant1 |
[a=j] Wij zijme der nog nie geweest ja. [/a]
zij me |
tagging | ||
veldwerker | [v=429] IJ kanij der ook nie aan doen. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Ah ja. IJ keuterij ook nie aan doen he. [/a]
keut er ij |
tagging | ||
veldwerker | [v=428] Marie zei damewij zulle winnen. [/v] | |||
informant1 |
[a] Maria zeet damewij zou winn. [/a]
da me wij |
tagging | ||
veldwerker | [v=430] Ik denk datij morgen ook komt. [/v] | |||
informant1 |
[a=n] K peis datij morgen ook komt. [/a]
dat ij |
tagging | ||
veldwerker | [v=453] Z en geweest naar de markt. [/v] | |||
informant2 | [a=n] Z en nor de markt geweest. [/a] | |||
veldwerker | [v=459] IJ eet dn bal gesmeten in de mand. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Nee. Eet dn bal in de mande gesmeetn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=463] E eet dn bezem geveegd helemaal kapot. [/v] | |||
informant1 | [a=n] Eet dien borstel helemaal kapot gevaagd. [/a] | |||
veldwerker | [v=474] T en was maar juist goed genoeg. [/v] | |||
informant1 | [a=j] T en was maar juist goe genoeg. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a=j] T en was maar juist gepast. [/a] | |||
veldwerker | [v=494] K vin da Jan beter den dokter kost geroepen en. [/v] | |||
informant1 | [a=j] K von da Jan beter den dokter kost geroepen enne. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=495] Ik peis dache veel zult moete weg smijten. [/v] | |||
informant1 |
[a] K peis dade veel zou moete weg smijtn. [/a]
da de |
tagging | ||
veldwerker | [v] en dache veel weg gaat moete smijtn. [/v] | |||
informant1 |
[a] K peis dade veel _ [/a]
da de |
|||
informant2 | [a] _ weg ga moete smijtn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en dade veel gaat weg moete smijten. [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=497] IJ is al t kapot gerief weg aan t smijten. [/v] | |||
informant1 | [a] E s allemaal t kapot gerief aan t weg smijten. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en weg aan t smijten? [/v] | |||
informant1 | [a] Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=517] Robert eet drie groen appels en Marie eetr drie rooie. [/v] | |||
informant2 | [a] Robert eet drie groene appels _ [/a] | |||
informant1 | [a] _ en Marie eetr drie rooie. [/a] | informant bedenkt zich bijna onmidelijk nadat hij dit gezegd heeft | ||
informant1 | [a=n] _ eet drie rooie. Die er _ [/a] | |||
veldwerker | [v=412] Dr ware veel mensen op t feest. [/v] | |||
informant1 | [a] Dr waar veel volk _ waar veel mensen op t feest ja. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] en t waren veel mensen? [/v] | |||
informant1 | [a] dr waren. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=413] Waren dr veel mensen op t feest. [/v] | |||
informant2 | [a] Waren dr veel mensen op t feest. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=520] Waffer boeken edde gekocht. [/v] | |||
informant1 |
[a] Wafferen boekn. [/a]
waffer en |
tagging | ||
veldwerker | [v=524] Wien edde gezien. [/v] | |||
informant2 |
[a] Wie edde gezien. [/a]
e de |
tagging | ||
veldwerker | [v=526] Wie eet u op de kermis gezien. [/v] | |||
informant1 |
[a] Wien eeterou gezien op de kermis. [/a]
eet er ou |
tagging | ||
veldwerker | [v=530] Marie zei dade Piet nen boek et proberen te verkopen. [/v] | |||
informant2 | [a=j] Marie zei dade Piet nen boek et _ et probere verkoopn. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a=j] Marie zeit dade Piet nen boek probere verkopen et. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] Dien tweeden toch zeker. [/a] | |||
veldwerker | [v=531] Wim dacht dakik Els had geprobeerd ne cadeau te geven. [/v] | |||
informant2 | [a=n] T is andersom van achteren. [/a] | |||
veldwerker | [v=532] Karel weet da gij geprobeerd et Marie nen boek te verkopen. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Karel weet dadegij geprobeerd et vur Marie nen boek te verkopen. [/a]
da de gij |
tagging | ||
veldwerker | [v] en kunde die voor weg laten? [/v] | |||
informant2 |
[a] Wij game dr automatisch veur tussen zetten. [/a]
ga me |
|||
veldwerker | [v=336] In die tijd leefde ik er op los. [/v] | |||
informant1 |
[a] In dien tijd leefdeneker op los. [/a]
leefden ek |
tagging | ||
veldwerker | [v=337] Vroeger leefde hij as een beest. [/v] | |||
informant2 |
[a] Vroeger leefdenij as een beest. [/a]
leefden ij |
tagging | ||
veldwerker | [v=338] Daar leefdewij as god in Frankrijk. [/v] | |||
informant2 |
[a] Daar leefdenewe gelijk god in Frankrijk. [/a]
leefdene we |
tagging | ||
veldwerker | [v=339] Niemand mag et zien dus ik vin da gij t ook nie moogt zien. [/v] | |||
informant1 |
[a] Niemand meuget ziene _ [/a]
meug et |
tagging | ||
informant1 |
[a] Ik vinne dantgij _ dantgij ook nie moogt ziene. [/a]
dant t gij dant t gij |
tagging | ||
veldwerker | [v=345] Jaren geleden leefdegij as ne kluizenaar. [/v] | |||
informant1 |
[a] Jare geleden leefdenegij gelijk ne kluizenaare. [/a]
leefden e gij |
tagging | ||
veldwerker | [v=408] Op die feest wordtr veel gedanst. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Op die feeste wordter veel gedanst ja. [/a]
wordt er |
tagging | ||
veldwerker | [v] en op da feest wordt veel gedanst. [/v] | |||
informant2 |
[a] Wij gameder automatisch der bij zetten. [/a]
ga me er |
|||
veldwerker | [v=409] Nu wordtr alleen nog maar brood verkocht in die winkel. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Nu wordter alleen nog maar brood verkocht in die winkele. [/a]
wordt er |
tagging | ||
veldwerker | [v] en kunde die er weg laten? [/v] | |||
informant2 |
[a] Nu wordter he. [/a]
wordt er |
|||
informant1 |
[a] wordter jate. [/a]
wordt er |
let op sjwa op jaat | ||
veldwerker | [v=414] Gisteren stonder nen aardige man in den hof. [/v] | |||
informant1 |
[a=j] Gisteren stonder nen aardige kerel in den hof. [/a]
stond er |
tagging | ||
veldwerker | [v] en stond nen aardigen? [/v] | |||
informant1 |
[a] Nee nee. stonder. [/a]
stond er |
|||
veldwerker | [v=442] Gisteren die is Jan ier geweest. [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee [/a] | |||
veldwerker | [n] [v=264] Ze wisten dasse s zondags moeste werken. [/v] | |||
informant1 |
[a] Ze wistent danze t s zondags moste werkn. [/a]
wisten t dan ze |
|||
veldwerker | [v=865] Marie dacht dan Bart en Jan da nie van plan waren. [/v] | |||
informant1 | [a] mmm [/a] | geen duidelijk antwoord op deze vraag; er lijkt toch wat twijfel te zijn bij de mogelijkheid van vervoeging | ||
veldwerker | [v=866] Erik zei dan die manne liever op café gingen. [/v] | |||
informant1 | [a] Erik zeit dan die manne liever op café gingn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=867] Marie zei dan alle manne liever op café gaan. [/v] | |||
informant1 | [a] Maria zeit dan alle manne liever op café gingen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=868] Iedereen weet dan dieven geen eerlijke mensen zijn. [/v] | |||
informant1 | [a] Iedereen weet dan dieve geen eerlijke mensn zijn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=869] Piet zei dan der ook dieve wonen in zijn straat. [/v] | |||
informant2 |
[a] Piet zeit dander ook dieve waren in zijn straat. [/a]
dan er |
tagging | ||
veldwerker | [v=870] Ik denk dan die vent zijn ouders dood zijn. [/v] | |||
informant1 | [a] K peis dan die vent zijn ouders dood zijn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=871] K peis dan die kinders ulder moeder dood is. [/v] | |||
informant1 | [a] K peis dan die kinders ulder moeder dood is ja. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] K peis dan die kinders ulder moeder ja. [/a] | |||
veldwerker | [v=836] K en ga nie naar t school. [/v] | |||
informant1 | [a] K en ga nie naar t schole ja. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=837] Ge weet toch da t nie leutig en is. [/v] | |||
informant1 |
[a] _ dant nie plezierig is. [/a]
dat t |
|||
veldwerker | [v=838] Da s iets dak nie en ken. [/v] | |||
informant1 |
[a] Da s iets dak nie en ken. [/a]
da k |
tagging | ||
veldwerker | [v=839] IJ is veel slimmer dan datterij uit en ziet. [/v] | |||
informant2 |
[a] E s slimmer dan dattere uit ziet. [/a]
dat er e |
|||
veldwerker | [v=840] Ge moet nie komen voor dak geschreven en heb. [/v] | |||
informant1 | [a] en heb? Nee [/a] | |||
veldwerker | [v=841] K en e maar drie spekken. [/v] | |||
informant1 | [a] K e maar drie spekn. [/a] | |||
veldwerker | [v=842] As ge da nu nie en doet zulde veel problemen krijgen. [/v] | |||
informant1 |
[a] Asget nu nie doet ja. [/a]
as ge t |
|||
informant1 | [a] Ik herinner mij dr iet van van zo n dingen ja. Maar k zou t nie zegn da t nu nog ene mens zegt in Lokeren. [/a] | |||
veldwerker | [v=843] Om da Jan nie en komt moetek alles zelf doen. [/v] | |||
informant1 | [a] dat da totaal verouderd is hier he. [/a] | |||
veldwerker | [v=707] eeterij ier ne vent gewoond of een vrouw. [/v] | |||
informant2 |
[a] eeter ier ne vent gewoond of een vrouw. [/a]
eet er |
tagging | ||
veldwerker | [v=852] Morgen ganek mij ne nieuwe velo kopen. [/v] | |||
informant1 | [a] Morgen gak mij ne nieuwe velo _ [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=853] Ik zal u al een pintje besteln. [/v] | |||
informant1 | [a] K zal ou al e pintje besteln. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=854] Koop mij eens een gazet. [/v] | |||
informant1 | [a] Koop mij ne keer een gazette. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=855] IJ ee ze mij gekaft. [/v] | |||
informant1 | [a] E ee ze mij gecouvert. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=856] Magek mij ier ne stoel pakn. [/v] | |||
informant1 |
[a] Meuk mij ier ne stoel pakn. [/a]
meu k |
tagging | ||
veldwerker | [v=857] Zingt ons nog eens e liedjen. [/v] | |||
informant1 | [a] Zingt ons nog ne keer e liedjen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=858] Willek u nog nen druppel in gieten? [/v] | |||
informant2 |
[a] Willek ou nog nen druppel in gietn. [/a]
wil ek |
tagging | ||
veldwerker | [v=859] K eb em de verkeerde sigaretten gekocht. [/v] | |||
informant1 | [a] K e em de verkeerde sigarette gekocht. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=860] Schrijf mij ne keer een briefken voor _ [/v] | |||
informant1 | [a] Schrijf mij ne keer een briefken vur nor de winkel te gaane. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=861] Mijn pa ee mij twee asbakken gemaakt. [/v] | |||
informant2 | [a] Mij pa ee mij twee asbakke gemaakt. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=862] Loop mij ne keer naar de winkel. [/v] | |||
informant1 | [a] Loop mij ne keer nor de winkele. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=863] Jan haal mijnheer de pastoor eens ne stoel. [/v] | |||
informant1 | [a] Jan pak mijnheer de pastoor ne keer ne stoel. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=000] ott paradigma gaan [/v] | |||
informant1 | [a] Ik gaan. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Gij gaat. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Ee gaat. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Wij gaan. [/a] | tagging | ||
informant1 |
[a] Me game. [/a]
ga me |
tagging | ||
veldwerker | [v] of me gamen? [/v] | |||
informant2 |
[a] we game. [/a]
ga me |
tagging | ||
informant1 | [a] godder gaat. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] zodder gaan. [/a] | tagging | ||
informant1 |
[a] morgen gak. [/a]
ga k |
tagging | ||
informant1 |
[a] morgen ganek. [/a]
gaan ek |
tagging | ||
informant2 |
[a] Morgen gadegij. [/a]
ga de gij |
tagging | ||
informant2 |
[a] Morgen gaatij. [/a]
gaat ij |
tagging | ||
informant2 |
[a] Morgen gasse. [/a]
ga ze |
tagging | ||
informant1 |
[a] Morgen game. [/a]
ga me |
tagging | ||
informant1 |
[a] Morgen gadegoddere. [/a]
ga de goddere |
tagging | ||
informant1 | [a] gaan zoddere. [/a] | |||
informant1 |
[a] Morgen gaanzezodder. [/a]
gaan ze zodder |
tagging | ||
veldwerker | [v=885] ovt paradigma doen. [/v] | |||
informant1 | [a] Ik deen. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] Gij deed. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] IJ deed. [/a] | |||
informant1 | [a] Wij deen. [/a] | |||
informant1 |
[a] Me deeme. [/a]
dee me |
tagging | ||
informant1 | [a] Godder deed. [/a] | tagging | ||
informant1 | [a] Zodder deen. [/a] | tagging | ||
informant2 |
[a] Gisteren deek. [/a]
dee k |
tagging | ||
informant1 |
[a] Gisteren deenek. [/a]
deen ek |
tagging | ||
informant1 |
[a] Deenek dat is gelijk ak zegge van over zestig jaar. [/a]
deen ek a k |
|||
informant1 |
[a] T is ier alleszins nog gebruikt geweest absoluut. Maar da hoordegij al jaren _ tientallen jaren nie meer peizekik. [/a]
hoor de gij peis ek ik |
|||
informant2 |
[a] Gisteren deedegij. [/a]
dee de gij |
tagging | ||
informant2 |
[a] Gisteren deetij. [/a]
deed ij |
tagging | ||
informant1 |
[a] Deessezij. [/a]
dee ze zij |
tagging | ||
informant1 |
[a] Deemewij. [/a]
dee me wij |
tagging | ||
informant2 |
[a] Gisteren deedegulder. [/a]
dee de gulder |
tagging | ||
informant1 |
[a] Deenzezulder. [/a]
deen ze zulder |
tagging | ||
commentaar | spontaan gesprek | |||
commentaar | invullen personalia | |||
commentaar | spontaan gesprek | |||
informant2 | nee t is te gevaarlijk om ze te laten naar hier komn | clusterdoorbreking | ||
commentaar | spontaan gesprek | |||
informant1 |
azek mijn kleinkinderen ga gaan hale s middags soms
az ek |
gaan-dubbeling | ||
commentaar | spontaan gesprek | |||
commentaar | let op accomodatie richting standaard als er tegen de kinderen gesproken wordt | |||
commentaar | spontaan gesprek | |||
informant2 | k zeg maar allez wij zummen em laten helpn he. | verbaal affix -men | ||
commentaar | spontaan gesprek | |||
commentaar | telefoongesprek (let ook weer op AN-invloed) | |||
commentaar | slot [/n] |
data telefonische enquête
zinsnr. | testzin | instructie | antwoorden |
---|---|---|---|
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: waarvan dat |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: wiens moeder die da |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
vorm: waardat ze op |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
vorm: waarop dat ze |
373 | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben |
komt voor
: j vorm: dien ak peis danze |
|
388 | Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
389 | Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
390 | Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
391 | Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) | opmerking: zie veldwerk |
395 | Geloof je niet dat hij gevallen heeft? | Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. | opmerking: zie veldwerk |
401 | 't Is misschien beter om nog even te wachten | Aanbieden in drie varianten: met van/voor/om/geen voegw. |
vorm: t is misschien beter voor nog een beetje te wachten |
401 | 't Is misschien beter om nog even te wachten | Aanbieden in drie varianten: met van/voor/om/geen voegw. |
vorm: van te wachten |
600 | Pas op dat je niet en valt. | Ook vragen of 'en' weggelaten kan worden. |
komt voor
: j |
601 | Maar en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: j opmerking: verouderd |
602 | Waarom en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: j |
605 | Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. | In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. |
komt voor
: n |
606 | Dat kan daar nie in nie | Ook vragen of 'en' weggelaten kan worden. |
komt voor
: n |
610 | We konden nergens niet zitten in die volle zaal | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: j zin: met neg. part. |
611 | We zullen nooit niet winnen van de sterkste man. | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: j zin: met neg. part. |
612 | Ik heb niks niet gezien want ik sliep | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n zin: met neg. part. |
613 | Ik heb geen enkel boek niet gekocht want m'n geld was op | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n zin: met neg. part. |
614 | Jan rookt niet meer (VERTAAL) | Vertaling bij VORM |
vorm: Jan smoor nie mer. |
700 | K'zal (ek)ik het wel krijgen | Indien ja: Is de postverbale 'ik' een geheel of twee pronomina? ; Indien ja: kan ook: Jan en ekik hebben dat gedaan. Vorm postverbale pronomina en 'het' (invullen bij VORM): |
komt voor
: j vorm: zantekik |
701 | Ge weet gij d'r niks van. | Indien ja: Kan de preverbale 'ge' ook vol zijn? (invullen bij ANTWOORD2); Indien 700 en 702 nee: ga naar 727 |
komt voor
: j |
702 | Ge weet gullie d'r niks van. | Indien ja: Kan het preverbale pronomen ook vol zijn (zullie & var.)? ; (zo ja: vorm invullen bij VORM) |
komt voor
(1) : j komt voor (2): j vorm: godder |
703 | Ze weten zullie d'r niks van. | Indien ja: Kan het preverbale pronomen ook vol zijn (zullie & var.)? ; (zo ja: vorm invullen bij VORM) |
komt voor
(1) : j komt voor (2): j vorm: zodder |
706 | We weten wullie d'r niks van. | Indien ja: Kan het preverbale pronomen ook vol zijn (wullie & var)? ; (zo ja: vorm invullen bij VORM) |
komt voor
(1) : j komt voor (2): j vorm: wij |
707 | Eetr-ij(t) hier ne man gewoond of een vrouw. | Indien ja: vorm (invullen bij VORM) |
komt voor
: j vorm: eetrij ier |
708 | 't Is ij/ tet al lang geleden. | Indien ja: vorm (invullen bij VORM); Indien nee: ga verder met 712; indien ja: ga verder met 709. |
komt voor
: j vorm: t is ij |
726 | Durfdetzegij vragen? | Indien geen (dubb) doorbreking subjecten met objectclitic: doorvragen naar 'durfetgij'. (invullen bij ANTWOORD 2); Indien ja in Oostkerke, Oostende, Hoek, Hulst, Oosteeklo, Poelkapelle, Herne: doorvragen naar 'durfdergij op duwen'. (invullen bij ANTWOORD 2) |
komt voor
(1) : j komt voor (2): j vorm: durfdntzegij |
726 | Durfdetzegij vragen? | Indien geen (dubb) doorbreking subjecten met objectclitic: doorvragen naar 'durfetgij'. (invullen bij ANTWOORD 2); Indien ja in Oostkerke, Oostende, Hoek, Hulst, Oosteeklo, Poelkapelle, Herne: doorvragen naar 'durfdergij op duwen'. (invullen bij ANTWOORD 2) |
komt voor
(1) : j komt voor (2): j vorm: durfdntgij ulder |
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: ij |
730 | Hoe laat is dat eigenlijk? |
komt voor
: j |
|
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: me |
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: wij |
732 | Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) | Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2). |
komt voor
: n |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
komt voor
: n |
734 | Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. | ||
737 | Marie en Piet kussen elkaar. | vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. |
vorm: mekaar |
738 | Hij riep alle familieleden bij zich. | Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) |
vorm: em |
739 | Er zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
740 | Het zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
741 | Daar zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n vorm: der |
|
742 | Gisteren zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
743 | Gisteren zat er een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
744 | Gisteren zat het een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
745 | Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
746 | 't Is net of een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
747 | 't Is net of er een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
748 | 't Is net of het een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
749 | 't Is net of daar een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
750 | Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) | Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM | opmerking: geen beleefdheidsvorm |
753 | Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) | In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) |
vorm: ad iedereen |
754 | Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) | In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) |
vorm: ad een vrouw |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | opmerking: zie veldwerk |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | opmerking: zie veldwerk |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. | opmerking: zie veldwerk |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | opmerking: zie veldwerk |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | opmerking: zie veldwerk |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | opmerking: zie veldwerk |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | opmerking: zie veldwerk |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | opmerking: zie veldwerk |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | opmerking: zie veldwerk |
771 | Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) | Vorm van gaan invullen bij VORM |
vorm: maakt dade weg zijt. |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ik ging |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingdegij |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gij gingt |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingekik |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingtij |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ij gingt |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ginget |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingsezij |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: me gingen |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: gingdegodder |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: godder gingt |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingewij |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: zodder gingen |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingezezoldere |
781 | Vertel mij eens wie er aan de deur was? | Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. |
komt voor
: n |
782 | Dat is de man wie ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j vorm: wie danze |
783 | Dat is de man dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j vorm: die danze |
784 | Dat is de man die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
785 | Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
786 | Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
787 | Dat is de man die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j vorm: die at |
788 | Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. |
komt voor
: j |
|
789 | Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
790 | Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
791 | Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
792 | Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
793 | Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
794 | Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
798 | Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. |
komt voor
: n |
|
799 | Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. |
komt voor
: n |
|
804 | Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. |
komt voor
: n |
|
817 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
818 | Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
819 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. |
komt voor
: j |
|
820 | Hij zal wel weer staan te zeuren. |
komt voor
: n |
|
821 | Hij zal wel weer staan zeuren. |
komt voor
: j |
|
822 | Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. |
komt voor
: n |
|
823 | Ben je met die fiets gevallen geweest? |
komt voor
: n |
|
824 | Het huis is verkocht geworden. |
komt voor
: j |
|
825 | Het huis is verkocht geweest. |
komt voor
: j |
|
826 | Ik heb hem gisteren tegengekomen. |
komt voor
: j |
|
827 | Jan liet zich meedrijven op de golven | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: em |
828 | Toon bekeek zich eens goed in de spiegel | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: em |
829 | Eduard kent zich goed | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zeneigen |
831 | Jan trok de deken naar zich toe | Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: em |
© 2000-2007 KNAW/Meertens Instituut