SAND-data Oedelem (I153p)

schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête

data schriftelijke enquête

zinsnr.testzinantwoorden
035 (x01a) Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03129) vertaling: Jan weet nog die vertellinge
036 (x01b) Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03129) vertaling: Marie en Piet zien mekoar voo de kerke
037 (x01c) Toon wast ... (inf. 03129) vertaling: Twune wast hem
opm.: reflexief: hem
038 (x01d) De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 03129) vertaling: Den temmerman h? geen noagels b? hem
opm.: reflexief: hem
039 (x01e) Fons zag een slang naast ... (inf. 03129) vertaling: Fons zag een slange nevenst hem
opm.: reflexief: hem
040 (x01f) Erik liet mij voor zich werken (inf. 03129) vertaling: Erik liet meun vor hem werken
opm.: reflexief: hem
041 (x01g) Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03129) vertaling: Johanna liet heur meedrijven ip de golven
opm.: reflexief: haar
042 (x01h) Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 03129) vertaling: Tone bekeek ne keer goed zeunzelven in de spiegele
opm.: reflexief: zichzelf of reflexief: zijn zelf
043 (x01i) Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 03129) vertaling: Jan et in twee minuten tijd e bierke gedronken
044 (x01j) Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03129) vertaling: D? schoenen loopen gemakkelijk
045 (x01k) Eduard kent zichzelf goed (inf. 03129) vertaling: Eduard kent zeunzelven goed
opm.: reflexief: zichzelf reflexief: zijn zelf
046 (x01l) Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03129) vertaling: Ward ? gehoord dat er petreten van hemzelven in d' etalage liggen
opm.: reflexief: hemzelf
047 (x01m) Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03129) vertaling: Die eupels schellen niet gemakkelijk
884 (x01n) Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 03129) vertaling: Da glas breekt als 't up de grond valt
052 (x02a) Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 03129) vertaling: Docteur, leve kik wel gezond genoeg
054 (x02b) Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 03129) vertaling: Je leeft al jaren van d' erfenisse van zun voader
056 (x02c) Deze week leeft zij op water en brood (inf. 03129) vertaling: Van de weke leeft z' up water en broid
058 (x02d) Leeft het nog? (inf. 03129) vertaling: Leeft ie nog?
opm.: m.i. mannelijk i.p.v. onzijdig
060 (x02e) Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 03129) vertaling: Hoelange leve guldere neu al van die erfenisse
opm.: twijfelgeval subjectdubbeling inversie
062 (x02f) In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 03129) vertaling: In Bretagne leven ze praktisch allene van de visvangst
064 (x02g) Na het eten ga ik slapen (inf. 03129) vertaling: Achter 't eten goa 'k slapen
065 (x02h) Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 03129) vertaling: Zoe kik da wel keun doen?
066 (x02i) Hij liet zijn huis afbreken (inf. 03129) vertaling: Je liet zeun heus afbreken
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03129) vertaling: 'k wete da Jan hart moe keun werken
komt voor: j
gebr.: 4
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03129) vertaling: 'k wete da Jan hart moe keun werken
komt voor: j
gebr.: 4
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03129) vertaling: 'k wete da Jan hart moe keun werken
komt voor: j
gebr.: 4
076 (x03b) Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03129) komt voor: n
078 (x03c) Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03129) komt voor: n
079 (x03d) Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03129) komt voor: n
081 (x03e) Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03129) komt voor: n
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03129) komt voor: n
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
880 (x04(iii)b) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03129) komt voor: n
088 (x04(iii)c) Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 03129) komt voor: n
089 (x04(iii)d) Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03129) komt voor: n
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 1
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 1
093 (x04(iv)c) Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
093 (x04(iv)c) Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
094 (x04(iv)d) Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03129) komt voor: n
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
096 (x04(ix)b) Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03129) komt voor: n
097 (x04(ix)c) Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03129) komt voor: n
098 (x04(ix)d) Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03129) komt voor: n
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
102 (x04(v)c) Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03129) komt voor: n
103 (x04(v)d) Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03129) komt voor: n
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
107 (x04(vi)c) Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 03129) komt voor: n
110 (x04(vi)d) Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03129) komt voor: n
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
114 (x04(vii)c) Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03129) komt voor: n
115 (x04(vii)d) Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03129) komt voor: n
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03129) komt voor: n
086 (x04(viii)c) Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
086 (x04(viii)c) Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
121 (x04(viii)d) Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03129) komt voor: n
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
124 (x04(x)b) Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03129) komt voor: n
087 (x04(x)c) Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03129) komt voor: n
126 (x04(x)d) Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03129) komt voor: n
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 2
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 2
130 (x04(xi)c) Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 2
130 (x04(xi)c) Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 2
131 (x04(xi)d) Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03129) komt voor: n
133 (x05a) Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03129) vertaling: Jan et gene boek nie meer
134 (x05b) Jan en heeft geen boek meer (inf. 03129) vertaling: Jan et gene boek nie meer
135 (x05c) Boeken heeft Jan geen (inf. 03129) vertaling: Boeken e Jan niet
136 (x05d) Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 03129) vertaling: Jan en heeft niet veel geld nie meer
144 (x05e) Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03129) vertaling: d'r mag niemand over da probleem klappen
138 (x05f) Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03129) vertaling: d'r mag niemand over da probleem klappen
139 (x05g) Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 03129) vertaling: Der es niemand die zegt dat ie komt
140 (x05h) Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03129) vertaling: Zitten der hier entwoarsen meuzen
141 (x05i) Ik geef niets aan een ander niet (inf. 03129) vertaling: 'k geve kik niets aan een ander
142 (x05j) Niemand wil niet werken niet (inf. 03129) vertaling: der is niemand die wil werken
143 (x05k) Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 03129) vertaling: we wisten wunder niet dat ie theus was
144a (x05l) Ik wist het niet ook niet (inf. 03129) vertaling: 'k wiste 't ekik ook niet
145 (x05m) Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03129) vertaling: je mag 't ie met niemand over da probleem klappen
155 (x06) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 03129) vertaling: Jan weet dat ie de wagen moe gemaakt voor den dreien
opm.: lijkt mij nogal onwaarschijnlijk antwoord
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03129) komt voor: n
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
158 (x06c) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03129) komt voor: n
159 (x06d) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03129) komt voor: n
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
161 (x06f) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03129) komt voor: n
162 (x07a) Maries auto is kapot (inf. 03129) vertaling: Maries nen otto is kapot
163 (x07b) Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 03129) vertaling: Marie heuren otto is kapot
164 (x07c) Piets auto is kapot (inf. 03129) vertaling: Pietsen otto is kapot
opm.: Pietsen = Piet z'n. Zo heb ik het geinterpreteerd.
165 (x07d) Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03129) vertaling: Piet zeunen otto is kapot
166 (x07e) Die mans auto is kapot (inf. 03129) vertaling: Die mans otto is kapot
167 (x07f) Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03129) vertaling: Diene man zeunen otto is kapot
168 (x07g) Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03129) vertaling: dienen otto is nie van meun moar van hem
169 (x07h) Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03129) vertaling: De gazette van gisteren ligt onder den TV
170 (x07i) Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 03129) vertaling: Jan is Karolien en Kristien hunder broertje
171 (x07j) Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 03129) vertaling: Die jongens hunder velo's zeun gepakt
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03129) vertaling: hulder
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03129) vertaling: die zusters hunder moedre is ip bezoek
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03129) vertaling: die zusters hunder moedre is ip bezoek
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03129) vertaling: hulder
173 (x07l) Die auto is Wims (inf. 03129) vertaling: Dien otto is Wims
174 (x07m) Die fiets is mijns (inf. 03129) vertaling: Diene velo is van meun
178 (x08a) Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03129) vertaling: je meug me niemand over da probleem klappen
179 (x08b) Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03129) vertaling: 'k en wille kik niemand nie kwetsen
opm.: subjectdubbeling
180 (x08c) Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03129) vertaling: 't jamre da wundere nie meugen kommen
opm.: ww. (is) weggelaten
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03129) vertaling: Da goa kik niet doen
182 (x08e) (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03129) vertaling: 'k en he kik nie gewerkt
opm.: subjectdubbeling
183 (x08f) Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03129) vertaling: j' oa 't nog moar juste verteld of Marie begon te bl?ten
184 (x08g) Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03129) vertaling: goa tie bestellinge neu moar iphoalen
185 (x08h) Hij en werkt (inf. 03129) vertaling: je werkt hem niet
opm.: subjectdubbeling
186 (x08i) Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03129) vertaling: ik verbie jou om hier te kommen
187 (x08j) Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 03129) vertaling: Jan verhinderd ons om Marie te bellen
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: voor (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: voor (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: voor (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: voor (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03129) fragment: te (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03129) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03129) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03129) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03129) fragment: om te (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03129) fragment: om te (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: dan (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: dan (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: dan (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03129) fragment: dan (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03129) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03129) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03129) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03129) fragment: te (2)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03129) fragment: gelijk dat (1)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03129) fragment: als (1)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03129) fragment: als (1)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03129) fragment: gelijk dat (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03129) fragment: dan (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03129) fragment: dan (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03129) fragment: dan (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03129) fragment: als (1)
199 (x09k) Hij staat te zeuren (inf. 03129) fragment: te (1)
198 (x09l) Hij kan staan zeuren (inf. 03129) fragment: te (1)
opm.: onwaarschijnlijk antwoord
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03129) fragment: (1)
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03129) fragment: dat (1)
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03129) fragment: dat (1)
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03129) fragment: (1)
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03129) fragment: dat (1)
202 (x09o) Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03129) fragment: dat (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03129) fragment: of dat (1)
204 (x10a) Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 03129) vertaling: 'k wete kik da gulder ip niemand kwaad zeut
205 (x10b) Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 03129) vertaling: 'k wete kik dat ze ip niets hovaardig is
206 (x10c) Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 03129) vertaling: Els peist da 't nie gemakkelijk is
207 (x10d) Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 03129) vertaling: 'k wete kik da 'k te loate zijn en gij niet
208 (x10e) Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 03129) vertaling: ge weet da je moe werken en ikke niet
209 (x10f) Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 03129) vertaling: iedereen peist da we noar heus gaan en da zulder meugen bleuven
210 (x10g) Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 03129) vertaling: 't is jammer dat ie komt en da zie weggoat
211 (x10h) Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 03129) vertaling: 'k peise dat Lisa ziek is
213 (x10i) Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 03129) vertaling: 'k peise da Pieter en Lies gaan trouwen
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03129) vertaling: ja hij doet
komt voor: j
betekenis: ontkennend
opm.: dav
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03129) vertaling: ja hij doet
komt voor: j
betekenis: ontkennend
opm.: dav
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03129) vertaling: ja hij doet
komt voor: j
betekenis: ontkennend
opm.: dav
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03129) vertaling: ja jen doet
komt voor: j
betekenis: ontkennend
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03129) vertaling: ja jen doet
komt voor: j
betekenis: ontkennend
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03129) vertaling: ja jen doet
komt voor: j
betekenis: ontkennend
228 (y01(i)c) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03129) komt voor: n
229 (y01(ii)) A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03129) vertaling: jendoet
229 (y01(ii)) A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03129) vertaling: jendoet
229 (y01(ii)) A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03129) vertaling: jajendoet
229 (y01(ii)) A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03129) vertaling: jajendoet
232 (y01(ii)c) A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03129) komt voor: j
betekenis: bevestigend
opm.: dav???
232 (y01(ii)c) A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03129) komt voor: j
betekenis: bevestigend
opm.: dav???
237 (y01(iii)d) A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03129) komt voor: j
240 (y01(iii)g) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03129) komt voor: j
241 (y01(iii)h) A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03129) komt voor: j
245 (y01(iv)a) De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03129) komt voor: n
246 (y01(iv)b) Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03129) komt voor: n
247 (y01(iv)c) Doe het brood even snijden! (inf. 03129) komt voor: n
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03129) fragment: wiens (1)
250 (y02b) De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03129) fragment: waar dat (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03129) fragment: waar (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03129) fragment: waar (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03129) fragment: dat (2)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03129) fragment: dat (2)
252 (y02d) De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03129) komt voor: n
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03129) fragment: waar dat het (1)
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03129) fragment: die (1)
255 (y02g) In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03129) fragment: waar dat (1)
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03129) fragment: dat (1)
opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03129) fragment: wanneer dat (1)
opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03129) fragment: wanneer dat (1)
opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03129) fragment: dat (1)
opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03129) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03129) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03129) fragment: wat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03129) fragment: wat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
257 (y02j) Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03129) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03129) fragment: dat (1)
opm.: onwaarschijnlijk
261 (y03b) Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03129) vertaling: Wa peis je hoe da ze 't opgelost hen
265 (y03c) Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03129) vertaling: hoe denk je dat ze 't opgelost hebben
263 (y03d) Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03129) vertaling: Magda weet nie wie da wulder willen bellen
264 (y03e) Weet iemand wie of dat wij geroepen hebben? (inf. 03129) vertaling: weet er iemand wie da we geroepen hen
262 (y03f) Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03129) vertaling: wie peis je da 'k in stad tegengekomen en
266 (y03g) Wie denk je die ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03129) vertaling: wie peis je da 'k in stad tegengekomen hen
267 (y04a) Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 03129) vertaling: j' e z'n handen gewassen
268 (y04b) Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 03129) vertaling: j' e z'n hemde gewassen
269 (y04c) Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 03129) vertaling: j' e nen noet ip zeune kop
270 (y04d) Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 03129) vertaling: j' et een plekke ip zeun hende
271 (y04e) Hij heeft zijn been gebroken (inf. 03129) vertaling: j' e zeun been gebroken
272 (y04f) Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 03129) vertaling: j' ed em zeer gedaan
opm.: mannelijk i.p.v. vrouwelijk reflexief: hem
273 (y04g) Marie trok de deken naar zich toe (inf. 03129) vertaling: Marie trok de sorge naar heur toe
opm.: reflexief: haar
051 (y04h) Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 03129) vertaling: Luc weet dat er foto's van hem te kope zeun
274 (y04i) Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 03129) vertaling: ge weet toch nog wel da we ton deur 't bos gelopen zeun
277 (y04j) Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 03129) vertaling: 'k wete nog dat ten otto van Marie kapot was
280 (y04k) Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 03129) vertaling: ze weet nog dat ie leek e zweun zat t' eten
283 (y04l) Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 03129) vertaling: wunder weten nog dat de boeken van Jan gestolen waren maar ie wetet nie meer
286 (y04m) Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 03129) vertaling: wete nog da we Jan ip de mart gezien en
289 (y04n) Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 03129) vertaling: j' et hem een ongeluk gewrocht
opm.: reflexief: hem
290 (y04o) Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 03129) vertaling: je voelde hem deur 't eus zakken
opm.: reflexief: hem
295 (y05) Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03129) vertaling: zoet ie da gedoan kun nen
877 (y05(i)) Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03129) fragment: gekeun (1)
878 (y05(ii)) Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03129) fragment: gedoan (1)
296 (y05(iii)a) Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03129) komt voor: n
297 (y05(iii)b) Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03129) komt voor: n
298 (y05(iii)c) Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03129) komt voor: n
299 (y05(iii)d) Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03129) komt voor: n
300 (y05(iii)e) Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03129) komt voor: n
301 (y05(iii)f) Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03129) komt voor: n
302 (y05(iii)g) Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03129) komt voor: n
303 (y05(iii)h) Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03129) komt voor: n
304 (y05(iii)i) Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03129) komt voor: n
305 (y05(iii)j) Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03129) komt voor: n
306 (y05(iii)k) Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03129) komt voor: n
307 (y05(iii)l) Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03129) komt voor: n
309 (y06a) Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03129) komt voor: n
310 (y06b) Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03129) komt voor: n
311 (y06c) Ik denk hij weg is (inf. 03129) komt voor: n
312 (y06d) Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03129) komt voor: n
314 (y06e) Ik weet dat hij is weg (inf. 03129) komt voor: n
315 (y06f) Ik weet hij is weg (inf. 03129) komt voor: n
316 (y06g) Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03129) komt voor: n
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03129) komt voor: n
318 (y06i) Kaas maken weet ik niets van (inf. 03129) komt voor: n
321 (y06j) Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03129) komt voor: n
322 (y06k) Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03129) vertaling: 'k hen al deerse drei sommen gemoakt. Wukke he gij gemaakt?
323 (y06l) De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03129) komt voor: n
324 (y06m) De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03129) vertaling: zukjen zoek nie durven opeten
komt voor: j
opm.: dav
324 (y06m) De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03129) vertaling: zukjen zoek nie durven opeten
komt voor: j
opm.: dav
326 (y06o) Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03129) vertaling: 'k wete da Jan noar de mart geweest is
komt voor: j
opm.: DAV
326 (y06o) Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03129) vertaling: 'k wete da Jan noar de mart geweest is
komt voor: j
opm.: DAV
330 (y07a) Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03129) komt voor: n
331 (y07b) Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03129) komt voor: n
332 (y07c) Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 03129) komt voor: n
333 (y07d) Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03129) vertaling: je deet zust of dat ie eut z'n bedde kwam
komt voor: j
opm.: dav
333 (y07d) Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03129) vertaling: je deet zust of dat ie eut z'n bedde kwam
komt voor: j
opm.: dav
334 (y07e) De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03129) komt voor: n
335 (y07f) Ga je naar huis denk? (inf. 03129) komt voor: n
336 (y08a) In die tijd leefde ik erop los (inf. 03129) vertaling: in dien teut leefdige 'k c'rip los
337 (y08b) Vroeger leefde hij als een beest (inf. 03129) vertaling: vroeger leefdg ie leek 'n beeste
338 (y08c) Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 03129) vertaling: he leefdigen gunter leek god in frankrijk
339 (y08d) Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 03129) vertaling: at niemand meug zien dan veunnen kik da 't gij ook nie meug zien
340 (y08e) Het gebeurde toen je wegging (inf. 03129) vertaling: 't is gebeurd a je wegging
341 (y08f) Ik weet waar je geboren bent (inf. 03129) vertaling: 'k wete woar da je geboren zeut
opm.: waar dat - ja
342 (y08g) Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 03129) vertaling: neu da je gereed zeut meug je goan
343 (y08h) Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03129) vertaling: deurda Marie doad was het heure vint Anna nie meer keun helpen
346 (y09) Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03129) vertaling: 'k wete dat ie goan zwemmen is
opm.: ik ben niet helemaal zeker van het hulpwerkwoord
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03129) komt voor: n
348 (y09b) Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03129) komt voor: n
349 (y09c) Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03129) komt voor: n
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
351 (y09e) Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03129) komt voor: n
352 (y09f) Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 03129) komt voor: n
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03129) vertaling: joak
komt voor: j
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03129) vertaling: joak
komt voor: j
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03129) vertaling: joas
komt voor: j
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03129) vertaling: joas
komt voor: j
355 (y10c) Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03129) vertaling: joas
komt voor: j
355 (y10c) Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03129) vertaling: joas
komt voor: j
356 (y10d) Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03129) vertaling: joat
komt voor: j
356 (y10d) Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03129) vertaling: joat
komt voor: j
357 (y10e) A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03129) vertaling: wie dade
komt voor: j
357 (y10e) A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03129) vertaling: wie dade
komt voor: j
359 (y11a) Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03129) komt voor: n
360 (y11b) Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03129) komt voor: n
361 (y11c) Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03129) komt voor: n
362 (y11d) Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03129) komt voor: n
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03129) vertaling: je goat noar 't voetbal kekn me ikke
komt voor: j
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03129) vertaling: me meun
komt voor: j
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03129) vertaling: me meun
komt voor: j
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03129) vertaling: je goat noar 't voetbal kekn me ikke
komt voor: j
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03129) vertaling: je goat noar 't voetbal kekn me ikke
komt voor: j
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03129) vertaling: me meun
komt voor: j
365 (y11f) Hem is dood (inf. 03129) komt voor: n
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03129) komt voor: n
366 (y11h) Haar is ziek (inf. 03129) komt voor: n
367 (y11i) Is haar ziek? (inf. 03129) komt voor: n
368 (y11j) Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03129) vertaling: mee hem te werken moe zie de hele dag teus bleuvn
komt voor: j
368 (y11j) Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03129) vertaling: mee hem te werken moe zie de hele dag teus bleuvn
komt voor: j
369 (y11k) Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03129) vertaling: mee dat 't sneewdige kosten we 't stad nie eut
komt voor: n
369 (y11k) Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03129) vertaling: mee dat 't sneewdige kosten we 't stad nie eut
komt voor: n
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03129) fragment: die (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03129) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03129) fragment: dat hij (2)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03129) fragment: waarvan (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03129) fragment: waarvan (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03129) fragment: dat hij (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03129) komt voor: n
374 (z01e) De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03129) fragment: waar dat (1)
375 (z01f) De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: wie (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: da (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: da (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: da (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03129) fragment: da (2)
377 (z01h) Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03129) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval voegwoord of D-woord
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03129) fragment: die (1)
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03129) fragment: welke (1)
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03129) fragment: welke (1)
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03129) fragment: die (1)
380 (z01j) Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03129) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03129) fragment: wie dat er (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03129) fragment: wie (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03129) fragment: wie (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03129) fragment: wie dat er (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03129) fragment: wiens (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03129) fragment: van wie de (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03129) fragment: van wie de (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03129) fragment: wiens (1)
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03129) vertaling: Piet peist da Jan en Marie ip niemand nie kwoad zin
betekenis: negative concord
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03129) vertaling: Piet peist da Jan en Marie ip niemand nie kwoad zin
betekenis: negative concord
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03129) vertaling: Wim peist da we nooit niemand ne preus geven
betekenis: negative concord
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03129) vertaling: Wim peist da we nooit niemand ne preus geven
betekenis: negative concord
389 (z03a) A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03129) vertaling: nieverst
388 (z03b) A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03129) vertaling: niemand
387 (z03c) Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03129) vertaling: nooit
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03129) vertaling: niets
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03129) vertaling: niets
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03129) vertaling: niemendalle
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03129) vertaling: niemendalle
391 (z03e) A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 03129) vertaling: gene
392 (z04a) Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 03129) vertaling: zegd hem da 'k nie noar beuten geweest zijn
opm.: bereik negatie is fout ge?nterpreteerd
393 (z04b) Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 03129) vertaling: nie zeggen da je ne kado voor hem gekocht net
opm.: twijfelgeval negatiepartikel (voor 'hebben')
394 (z04c) Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 03129) vertaling: wete gij niet dat ie gevallen is
399 (z05a) Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 03129) vertaling: Wendy probeerdege om nieman zeer te doen
397 (z05b) 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 03129) vertaling: 't schijnt da se niks meugt eten
398 (z05c) Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 03129) vertaling: 't schijnt da se niks meugt eten
399a (z05d) Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 03129) vertaling: ze probeerdigen oal den helen dag om mekoar ip te bellen
400 (z05e) Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 03129) vertaling: 't beloof om were ne schoonen dag te zeun
401 (z05f) 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 03129) vertaling: 't es misschien beter om nog een beetje te wachten
402 (z05g) We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 03129) vertaling: m' oan de chance om nem subiet were te veund'n
opm.: twijfelgeval voegwoord (mogelijke andere interpretatie: ommen em)
404 (z06a) Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03129) vertaling: oan d' hene e valke zien, zeun ze scheuw
405 (z06b) Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03129) vertaling: a we d' erpels nie keun verkopen zitten w' in de problem'
406 (z06c) Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03129) vertaling: a gulder hem nie meepakt goak dul word'n
407 (z06d) Hij wist he(n)t (inf. 03129) vertaling: je wist et
408 (z06e) Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 03129) vertaling: ip die feeste word er vele gedanst
409 (z06f) Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 03129) vertaling: nu word er alleene nog brood verkocht in die winkel
410 (z06g) Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03129) vertaling: a tie mee de velo komt zal tie wel te late zeun
412a (z06h) Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03129) vertaling: a je teud et kom ton ne keer langs
413a (z06i) Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 03129) vertaling: a 'k reeke zeun keup ek nen dieren otto
881 (z07(i)) Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03129) komt voor: j
417 (z07(ii)a) Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03129) komt voor: n
418 (z07(ii)b) Durfder gij op duwen? (inf. 03129) komt voor: n
419 (z07(ii)c) Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03129) komt voor: n
420 (z07(ii)d) Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03129) komt voor: n
421 (z07(ii)e) Is hij Pol hier geweest? (inf. 03129) komt voor: n
422 (z07(ii)f) Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03129) komt voor: n
423 (z07(ii)g) Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03129) komt voor: n
424 (z07(ii)h) Ik heb hem het gegeven (inf. 03129) komt voor: n
425 (z07(ii)i) Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03129) komt voor: n
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03129) vertaling: Marie ? gezeid da gij geprobeerd het om een liedje te zengen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03129) vertaling: Marie ? gezeid da gij geprobeerd het om een liedje te zengen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03129) vertaling: Marie ? gezeid da je geprobeerd et om 'n liedje te zingen
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03129) vertaling: Marie ? gezeid da je geprobeerd et om 'n liedje te zingen
549 (z08(v)) Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 03129) vertaling: Marie e gezeid da gij geprobeerd het om ne boek te geven
opm.: twijfelgeval derde constructie (IO afwezig)
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 2
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 2
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
537 (z08c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03129) komt voor: n
604a (z08d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03129) komt voor: n
547 (z08e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03129) komt voor: n
543 (z08f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03129) komt voor: n
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03129) komt voor: n
440 (z09a) Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 03129) vertaling: de steelingen hen hier veel heuzen gebouwd
441 (z09b) Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03129) vertaling: aan de niewen voart zie je gene mens nie meer
442 (z09c) Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03129) vertaling: gisteren is Jan ier geweest
443 (z09d) De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 03129) vertaling: den dag da Jan beldege was ek nie theus
444 (z09e) Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 03129) vertaling: Ik zoe noit de Jef vroagen
445 (z09f) Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 03129) vertaling: Marie zoe noit zukken dwadde doen
opm.: logischer splitsing: zuk entwadde
446 (z09g) Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 03129) vertaling: Bert dreenkt wel ne keer e peunte te vele
447 (z09h) Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 03129) vertaling: 'k zoe wel ne keer Martha theus willen vroagen
448 (z09i) Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03129) vertaling: 'k zoe noit dat heus willen kopen
449 (z09j) Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03129) vertaling: dad heus staat er al fuftig jaar
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
453 (z10(i)c) Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03129) komt voor: n
454 (z10(i)d) Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03129) komt voor: n
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
457 (z10(ii)b) Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03129) komt voor: n
458 (z10(ii)c) Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03129) komt voor: n
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
462 (z10(iii)b) Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03129) komt voor: n
464 (z10(iii)c) Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03129) komt voor: n
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
467 (z10(iv)b) Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03129) komt voor: n
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 5
470 (z10(v)b) Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03129) komt voor: n
471 (z10(v)c) Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03129) komt voor: n
472 (z11a) En heeft Gunther gebeld? (inf. 03129) vertaling: ee Gunther gebeld
473 (z11b) En pas op! (inf. 03129) vertaling: pas(t) ip
474 (z11c) 't En was maar net goed genoeg (inf. 03129) vertaling: 't was juste goe genoeg
475 (z11d) Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 03129) vertaling: Marjo ee neu mier koeien dan vroeger
476 (z11e) Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 03129) vertaling: a Susanne a keun kommen, dan ha se da gedaan
477 (z11f) Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 03129) vertaling: z' es den besten dokteur die 'k kenne
478 (z11g) Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 03129) vertaling: voir da je en twadde wegsmeut moe je ne keer bellen
opm.: twijfelgeval negatiepartikel ('en twadde' is hoogst waarschijnlijk gewoon 'entwadde', cf. 'entwien' voor iemand)
479 (z11h) Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03129) vertaling: da 's hier oal da 'k gekregen hen
480 (z11i) Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 03129) vertaling: Jan is te gierig om entwadde an zeu jongers te geven
481 (z11j) Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 03129) vertaling: lek veur te zeggen da gij entwadde van voetbal kent
482 (z11k) Dat boek leg neer! (inf. 03129) vertaling: leg da boek nere
483 (z11l) Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03129) vertaling: a j' echt nie keun wachten komet dan moar af
488 (z12a) Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 03129) vertaling: 'k wete kik da Jan den dokteur a keun roepen
489 (z12b) Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 03129) vertaling: 'k wete kik da Jan den dokteur a keun roepen
490 (z12c) Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 03129) vertaling: je zei da 'k 't oan moeten doen
491 (z12d) Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03129) vertaling: je zei da 'k 't moesten gedaan hen
492 (z12e) Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 03129) vertaling: j' es passeerde weke gopereerd deur dokteur Mertens
493 (z12f) Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03129) vertaling: je wor morgen gopereerd deur dokteur Mertens
495 (z13a) Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03129) vertaling: 'k peize da je vele zou moeten wegsmijten
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03129) vertaling: 't es dom om zukke diere dingen weg te smijten
497 (z13c) Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03129) vertaling: j' es al die kapotte dingen aan 't wegsmijten
498 (z13d) Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03129) vertaling: 'k vinde da je meer de gazette zou moeten lezen
499 (z13e) Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03129) vertaling: 't es dom om in den donkren de gazette te lezen
500 (z13f) Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03129) vertaling: j' es de helen dag de gazette aan 't lezen
509 (z14a) Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 03129) fragment: door (1)
512 (z15a) Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03129) komt voor: n
513 (z15b) Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03129) komt voor: n
514 (z15c) Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03129) komt voor: n
515 (z15d) Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03129) komt voor: n
516 (z16a) Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03129) vertaling: Robert eet eene groenen appel weggeven en zelve et ie der nu nog twee
412 (z16b) Er waren veel mensen op het feest (inf. 03129) vertaling: der waren veel mensen ip de feeste
413 (z16c) Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 03129) vertaling: waren der veel mensen ip de feeste
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03129) vertaling: wukke boeken he je gekocht
opm.: split blijkbaar verplicht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03129) vertaling: wad e je voor boeken gekocht
opm.: split blijkbaar verplicht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03129) vertaling: wad e je voor boeken gekocht
opm.: split blijkbaar verplicht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03129) vertaling: wukke boeken he je gekocht
opm.: split blijkbaar verplicht
521 (z16e) Hij woont bij Marietje (inf. 03129) vertaling: je weunt bij Marietje
522 (z16f) Hij woont bij Wim (inf. 03129) vertaling: Je weunt bij Wim
523 (z16g) Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 03129) vertaling: ga je just e ke na den bakker, Wim
524 (z16h) Wie heb je gezien? (inf. 03129) vertaling: wien e je gezien
525 (z16i) Wie heeft jou gezien? (inf. 03129) vertaling: wien et er joon gezien
527 (z16j) Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 03129) vertaling: moes ek da geweten en ton zoe kek da nie gedoan en
528 (z16k) 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 03129) vertaling: 't zou beter zijn om nog 'n beetje te wachten
882 (z16l) Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 03129) vertaling: chance da Jan den dokteur gebeld ad en den dien was t'r wree rap
883 (z16m) Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 03129) vertaling: loip deure ambetante jongens
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03129) komt voor: n
gebr.: 5
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03129) komt voor: n
gebr.: 5
534 (z17b) Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03129) komt voor: n
gebr.: 5
534 (z17b) Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03129) komt voor: n
gebr.: 5
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 4
545 (z17d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
545 (z17d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
536 (z17e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
536 (z17e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03129) komt voor: j
gebr.: 3
605a (z17f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03129) komt voor: n
548 (z17g) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03129) komt voor: n
542 (z17h) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 03129) komt voor: n

interview mondelinge enquête

sprekertekstcommentaar 
geen interview gehouden in Oedelem

data telefonische enquête

zinsnr.testzininstructieantwoorden
geen data telefonische enquête in Oedelem