SAND-data De Heen (I057b)

schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête

data schriftelijke enquête

zinsnr.testzinantwoorden
035 (x01a) Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03080) vertaling: Jan errinnert zich dat verhaal wel
opm.: reflexief: zich
036 (x01b) Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03080) vertaling: Marie en Piet zien mekaar voor de kerk
037 (x01c) Toon wast ... (inf. 03080) vertaling: Toon was z'n eige
opm.: reflexief: z'n eigen
038 (x01d) De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 03080) vertaling: De timmerman ee gin spiekers bij um
opm.: reflexief: hem
039 (x01e) Fons zag een slang naast ... (inf. 03080) vertaling: Fons zag een slang naast z'n eige
opm.: reflexief: z'n eigen
040 (x01f) Erik liet mij voor zich werken (inf. 03080) vertaling: Erik liet mij voor zich werken
opm.: reflexief: zich
041 (x01g) Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03080) vertaling: Johanna liet zich meedrijven op de golven
opm.: reflexief: zich
042 (x01h) Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 03080) vertaling: Toon bekeek z'n eige is goed in de spiegel
opm.: reflexief: z'n eigen
043 (x01i) Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 03080) vertaling: Jan ee in twee minuten een pilske gedronken
044 (x01j) Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03080) vertaling: Deze schoenen lopen makkelijk
045 (x01k) Eduard kent zichzelf goed (inf. 03080) vertaling: Eduard kent z'n eige goed
opm.: reflexief: z'n eigen
046 (x01l) Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03080) vertaling: Ward ee g'oord datter foto's van um in de etalage staan
opm.: reflexief: hem
047 (x01m) Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03080) vertaling: Die errepels schille nie makkelijk
884 (x01n) Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 03080) vertaling: Di glas brikt at op de grond valt
052 (x02a) Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 03080) vertaling: Dokter, leef ik wel gezond genog
054 (x02b) Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 03080) vertaling: Al jaren leeftie van de erfenis van zun vader
056 (x02c) Deze week leeft zij op water en brood (inf. 03080) vertaling: Deze week leeft zij op water en brood
058 (x02d) Leeft het nog? (inf. 03080) vertaling: leeftut nog?
060 (x02e) Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 03080) vertaling: Oelange leven jullie nou al van die erfenis?
062 (x02f) In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 03080) vertaling: In bretagne leven ze vooral van de visvangst
064 (x02g) Na het eten ga ik slapen (inf. 03080) vertaling: Na het eten ga nik slapen
065 (x02h) Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 03080) vertaling: Zou wik da wel kunnen doen
066 (x02i) Hij liet zijn huis afbreken (inf. 03080) vertaling: Hij liet zijn uis afbreken
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03080) vertaling: Ik wit da jan ard mot kunne warreke
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03080) vertaling: Ik wit da jan ard mot kunne warreke
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03080) vertaling: Ik wit da jan ard mot kunne warreke
komt voor: j
gebr.: 5
076 (x03b) Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03080) komt voor: n
078 (x03c) Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03080) komt voor: n
079 (x03d) Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03080) komt voor: n
081 (x03e) Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03080) komt voor: n
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
880 (x04(iii)b) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
880 (x04(iii)b) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
089 (x04(iii)d) Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03080) komt voor: n
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
093 (x04(iv)c) Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03080) komt voor: n
094 (x04(iv)d) Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03080) komt voor: n
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
096 (x04(ix)b) Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
096 (x04(ix)b) Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
097 (x04(ix)c) Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03080) komt voor: n
098 (x04(ix)d) Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03080) komt voor: n
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
102 (x04(v)c) Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03080) komt voor: n
103 (x04(v)d) Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03080) komt voor: n
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
107 (x04(vi)c) Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 03080) komt voor: n
110 (x04(vi)d) Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03080) komt voor: n
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
114 (x04(vii)c) Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03080) komt voor: n
115 (x04(vii)d) Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03080) komt voor: n
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
086 (x04(viii)c) Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03080) komt voor: n
121 (x04(viii)d) Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03080) komt voor: n
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
124 (x04(x)b) Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
124 (x04(x)b) Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
087 (x04(x)c) Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03080) komt voor: n
126 (x04(x)d) Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03080) komt voor: n
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
130 (x04(xi)c) Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03080) komt voor: n
131 (x04(xi)d) Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03080) komt voor: n
133 (x05a) Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03080) vertaling: Jan ee gineen boek mir
134 (x05b) Jan en heeft geen boek meer (inf. 03080) vertaling: Jan ee gin boek mir
135 (x05c) Boeken heeft Jan geen (inf. 03080) vertaling: Boeken ee Jan nie
136 (x05d) Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 03080) vertaling: Jan ee nie veul geld mir
144 (x05e) Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03080) vertaling:
opm.: twijfelgeval vertaling
138 (x05f) Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03080) vertaling:
opm.: twijfelgeval vertaling
139 (x05g) Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 03080) vertaling:
opm.: twijfelgeval vertaling
140 (x05h) Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03080) vertaling: Zitte ier nerges gin muize
141 (x05i) Ik geef niets aan een ander niet (inf. 03080) vertaling: Ik gif niks aan een ander
142 (x05j) Niemand wil niet werken niet (inf. 03080) vertaling: Niemand wil warreke
143 (x05k) Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 03080) vertaling: Wij wisten niet datie thuis war
144a (x05l) Ik wist het niet ook niet (inf. 03080) vertaling: Ik wies ut ok nie
145 (x05m) Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03080) vertaling: Hij mag mee niemand spreken over dit probleem
155 (x06) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 03080) vertaling: Jan wit datie voor drie uur de wage gemaakt mot emme
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
158 (x06c) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03080) komt voor: n
159 (x06d) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03080) komt voor: n
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
161 (x06f) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03080) komt voor: n
162 (x07a) Maries auto is kapot (inf. 03080) vertaling: d'r auto is kapot
163 (x07b) Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 03080) vertaling: d'r auto is kapot
165 (x07d) Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03080) vertaling: Piet z'n auto is kapot
167 (x07f) Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03080) vertaling: die man z'n auto is kapot
168 (x07g) Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03080) vertaling: Die auto is nie van mijn mar van um
169 (x07h) Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03080) vertaling: De krant van gistere laag onder de tv
170 (x07i) Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 03080) vertaling: jan is karolien en kristien zun broertje
171 (x07j) Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 03080) vertaling: Die jongens hun fietsen zijn gestolen
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03080) vertaling: Die zussen d'r moeder is op bezoek
173 (x07l) Die auto is Wims (inf. 03080) vertaling: van wim
174 (x07m) Die fiets is mijns (inf. 03080) vertaling: is van mijn
178 (x08a) Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03080) vertaling: Ij mag mee niemand spreken over dit probleem
179 (x08b) Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03080) vertaling: Ik wil niemand kwetsen
180 (x08c) Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03080) vertaling: ut is jammer dat wij nie meuge komme
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03080) vertaling: da ga'k nie doen
182 (x08e) (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03080) vertaling: Ik em nie gewarrekt
183 (x08f) Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03080) vertaling: nog maar pas had ie ut verteld of marie begon te schreeuwen
184 (x08g) Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03080) vertaling: ga die bestelling nu maar ophalen
185 (x08h) Hij en werkt (inf. 03080) vertaling: Ij warrek nie
186 (x08i) Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03080) vertaling: Ik verbie je om ier te komme
187 (x08j) Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 03080) vertaling: Jan verhinderde dat we marie belden
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03080) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03080) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03080) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03080) fragment: om (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03080) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03080) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03080) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03080) fragment: (2)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03080) fragment: te (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03080) fragment: a (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03080) fragment: a (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03080) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03080) fragment: (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03080) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03080) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03080) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03080) fragment: te (2)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03080) fragment: as (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03080) fragment: as (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03080) fragment: as (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03080) fragment: as (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03080) fragment: as (1)
199 (x09k) Hij staat te zeuren (inf. 03080) fragment: te (1)
198 (x09l) Hij kan staan zeuren (inf. 03080) fragment: te (1)
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03080) fragment: asseme (1)
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03080) fragment: ie (1)
202 (x09o) Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03080) fragment: of (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03080) fragment: of (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03080) fragment: of (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03080) fragment: of dat (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03080) fragment: of dat (1)
204 (x10a) Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 03080) vertaling:
opm.: twijfelgeval vertaling
205 (x10b) Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 03080) vertaling:
opm.: twijfelgeval vertaling
206 (x10c) Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 03080) vertaling: Els denkt dat 't nie makkelijk
207 (x10d) Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 03080) vertaling: Ik wit dat ik te laat ben en jij nie
208 (x10e) Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 03080) vertaling: Je wit dat jij mot warreke en ik nie
209 (x10f) Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 03080) vertaling: Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog meuge blijven
210 (x10g) Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 03080) vertaling: het is jammer dat ie komt en dat zij weggaat
211 (x10h) Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 03080) vertaling: Ik denk dat Lisa zie is
213 (x10i) Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 03080) vertaling: Ik denk dat Peer en Lieske gaan trouwen
225 (y01(i)) A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 03080) vertaling: Hij doet ut
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03080) komt voor: n
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03080) komt voor: n
228 (y01(i)c) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03080) komt voor: n
229 (y01(ii)) A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 03080) vertaling: dat doet hij
230 (y01(ii)a) A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03080) komt voor: n
231 (y01(ii)b) A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03080) komt voor: n
232 (y01(ii)c) A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03080) komt voor: n
234 (y01(iii)a) A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 03080) komt voor: n
235 (y01(iii)b) A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 03080) komt voor: j
236 (y01(iii)c) A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 03080) komt voor: n
237 (y01(iii)d) A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03080) komt voor: j
238 (y01(iii)e) A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 03080) komt voor: n
239 (y01(iii)f) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 03080) komt voor: n
240 (y01(iii)g) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03080) komt voor: n
241 (y01(iii)h) A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03080) komt voor: j
242 (y01(iii)i) A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 03080) komt voor: n
243 (y01(iii)j) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 03080) komt voor: n
244 (y01(iii)k) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 03080) komt voor: n
245 (y01(iv)a) De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03080) komt voor: j
246 (y01(iv)b) Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03080) komt voor: j
247 (y01(iv)c) Doe het brood even snijden! (inf. 03080) komt voor: j
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03080) fragment: waar de moeder gisteren van (1)
250 (y02b) De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03080) fragment: waar (1)
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03080) fragment: wat (1)
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03080) fragment: die a (1)
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03080) fragment: die a (1)
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03080) fragment: die (1)
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03080) fragment: die (1)
255 (y02g) In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03080) fragment: waar a (1)
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03080) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03080) fragment: wa (1)
257 (y02j) Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03080) fragment: da (1)
opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03080) fragment: wie a (1)
260 (y03a) Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03080) vertaling: Wa denk je wie ak in de stad
261 (y03b) Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03080) vertaling: Hoe denk je dat ze 't emme opgelost
263 (y03d) Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03080) vertaling: Magda weet niet as da wij willen bellen
opm.: twijfelgeval ingebedde WH (object) + voegwoord 'dat'
262 (y03f) Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03080) vertaling: Wie denk je wie ak in de stad ontmoet heb?
267 (y04a) Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 03080) vertaling: Ij ee z'n aande gewasse
268 (y04b) Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 03080) vertaling: Ij ee z'n em gewasse
269 (y04c) Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 03080) vertaling: Ij ee een oed op het hoofd
270 (y04d) Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 03080) vertaling: ij een een vlek op zijn em
271 (y04e) Hij heeft zijn been gebroken (inf. 03080) vertaling: ij ee z'n been gebroke
272 (y04f) Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 03080) vertaling: Zij ee d'r eige zeer gedaan
opm.: reflexief: haar eigen
273 (y04g) Marie trok de deken naar zich toe (inf. 03080) vertaling: Marie trok de deken naar zich toe
opm.: reflexief: zich
051 (y04h) Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 03080) vertaling: Luc weet dat er foto's van um te koop zijn
274 (y04i) Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 03080) vertaling: Je wit toch wel da we toen deur da
opm.: twijfelgeval PP'door'-DP-'heen' twijfelgeval vorm hulpwerkwoord
277 (y04j) Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 03080) vertaling: Ik wit nog da
280 (y04k) Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 03080) vertaling: Zij wit dat ie as
283 (y04l) Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 03080) vertaling: We weten nog as da Jan al zijn boeken gestolen waren, maar zij weten het niet meer
286 (y04m) Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 03080) vertaling: Weten jullie as da we jan
opm.: d.a.v.
289 (y04n) Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 03080) vertaling: Ij ee zich een ongeluk gewarkt
opm.: reflexief: zich
290 (y04o) Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 03080) vertaling: Ij voelde dat ie deur 't ijs zakte
295 (y05) Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03080) vertaling: Zou ij da gedaan kunne emme
877 (y05(i)) Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03080) fragment: gekunne (1)
878 (y05(ii)) Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03080) fragment: gedaan (1)
296 (y05(iii)a) Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03080) komt voor: n
297 (y05(iii)b) Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03080) komt voor: n
298 (y05(iii)c) Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03080) komt voor: n
299 (y05(iii)d) Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03080) komt voor: n
300 (y05(iii)e) Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03080) komt voor: n
301 (y05(iii)f) Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03080) komt voor: n
302 (y05(iii)g) Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03080) komt voor: n
303 (y05(iii)h) Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03080) komt voor: n
304 (y05(iii)i) Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03080) komt voor: n
305 (y05(iii)j) Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03080) komt voor: n
306 (y05(iii)k) Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03080) komt voor: n
307 (y05(iii)l) Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03080) komt voor: n
309 (y06a) Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03080) komt voor: n
310 (y06b) Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03080) komt voor: n
311 (y06c) Ik denk hij weg is (inf. 03080) vertaling: Ik denk dat ie weg is
komt voor: j
opm.: dav
311 (y06c) Ik denk hij weg is (inf. 03080) vertaling: Ik denk dat ie weg is
komt voor: j
opm.: dav
312 (y06d) Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03080) komt voor: n
314 (y06e) Ik weet dat hij is weg (inf. 03080) vertaling: Ik weet datie
komt voor: j
opm.: dav
314 (y06e) Ik weet dat hij is weg (inf. 03080) vertaling: Ik weet datie
komt voor: j
opm.: dav
315 (y06f) Ik weet hij is weg (inf. 03080) komt voor: n
316 (y06g) Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03080) komt voor: n
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03080) vertaling: Marie al d'r koeien
komt voor: j
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03080) vertaling: Marie al d'r koeien
komt voor: j
318 (y06i) Kaas maken weet ik niets van (inf. 03080) vertaling: Kaas make daar weet ik niets van
komt voor: j
318 (y06i) Kaas maken weet ik niets van (inf. 03080) vertaling: Kaas make daar weet ik niets van
komt voor: j
321 (y06j) Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03080) vertaling: Mee Jan em ik naar de markt geweest
komt voor: j
321 (y06j) Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03080) vertaling: Mee Jan em ik naar de markt geweest
komt voor: j
322 (y06k) Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03080) vertaling: ik em al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt
komt voor: j
322 (y06k) Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03080) vertaling: ik em al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt
komt voor: j
323 (y06l) De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03080) vertaling: De wavoore em jij al weggebrocht
komt voor: j
323 (y06l) De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03080) vertaling: De wavoore em jij al weggebrocht
komt voor: j
324 (y06m) De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03080) vertaling: Zukke zou ik nie op durve ete
326 (y06o) Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03080) komt voor: n
330 (y07a) Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03080) komt voor: n
331 (y07b) Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03080) komt voor: n
332 (y07c) Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 03080) komt voor: n
333 (y07d) Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03080) komt voor: n
334 (y07e) De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03080) vertaling: Hij dee as of tie
komt voor: j
opm.: dav?
334 (y07e) De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03080) vertaling: Hij dee as of tie
komt voor: j
opm.: dav?
335 (y07f) Ga je naar huis denk? (inf. 03080) komt voor: n
336 (y08a) In die tijd leefde ik erop los (inf. 03080) vertaling: In die tijd leefde ik 'r op los
337 (y08b) Vroeger leefde hij als een beest (inf. 03080) vertaling: Vroeger leefde nie as
338 (y08c) Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 03080) vertaling: Daar leefden wij als god in Frankrijk
339 (y08d) Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 03080) vertaling: Niemand mag ut zie, dus ik vin dajij ut ok nie mag zien
340 (y08e) Het gebeurde toen je wegging (inf. 03080) vertaling: Ut gebeurde toen a je wegging
341 (y08f) Ik weet waar je geboren bent (inf. 03080) vertaling: Ik wit waar a je gebore ben
opm.: waar als - ja
342 (y08g) Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 03080) vertaling: Nou aje klaar bent meug je
343 (y08h) Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03080) vertaling: Omda marie oveleden was, ee eur an Anna nie mir kunne elpe
346 (y09) Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03080) vertaling: Ik wit datie gaan zwemme is
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03080) gebr.: 4
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03080) komt voor: n
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03080) komt voor: n
355 (y10c) Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03080) komt voor: n
359 (y11a) Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03080) vertaling: mee zukke weer kuje nie veul doen
komt voor: j
359 (y11a) Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03080) vertaling: mee zukke weer kuje nie veul doen
komt voor: j
360 (y11b) Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03080) komt voor: n
361 (y11c) Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03080) komt voor: n
362 (y11d) Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03080) vertaling: ik wil hem nooit meer zien omdat hij mij bedrogen eet
komt voor: j
362 (y11d) Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03080) vertaling: ik wil hem nooit meer zien omdat hij mij bedrogen eet
komt voor: j
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03080) komt voor: n
365 (y11f) Hem is dood (inf. 03080) vertaling: Um is dood
komt voor: j
365 (y11f) Hem is dood (inf. 03080) vertaling: Um is dood
komt voor: j
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03080) vertaling: Is um dood
komt voor: j
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03080) vertaling: Is um dood
komt voor: j
366 (y11h) Haar is ziek (inf. 03080) vertaling: Eur is ziek
komt voor: j
366 (y11h) Haar is ziek (inf. 03080) vertaling: Eur is ziek
komt voor: j
367 (y11i) Is haar ziek? (inf. 03080) vertaling: Is eur ziek
komt voor: j
367 (y11i) Is haar ziek? (inf. 03080) vertaling: Is eur ziek
komt voor: j
368 (y11j) Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03080) komt voor: n
369 (y11k) Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03080) komt voor: n
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03080) fragment: die a (1)
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03080) fragment: die (1)
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03080) fragment: die (1)
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03080) fragment: die a (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03080) fragment: die (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03080) fragment: die a (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03080) fragment: die a (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03080) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03080) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03080) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03080) fragment: da (2)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03080) fragment: da (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03080) fragment: da (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03080) fragment: die a (1)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03080) fragment: die a (1)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03080) fragment: da (2)
374 (z01e) De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03080) fragment: waar a (1)
375 (z01f) De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03080) fragment: wie (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03080) komt voor:
opm.: twijfelgeval vertaling
377 (z01h) Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03080) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03080) fragment: die (1)
380 (z01j) Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03080) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03080) fragment: die (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03080) fragment: die (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03080) fragment: wie (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03080) fragment: wie (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03080) fragment: wie at d'r (1)
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03080) vertaling: Piet denkt da Jan en Marie op niemand
betekenis: negative concord
opm.: twijfelgeval dubbele negatie
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03080) vertaling: Piet denkt da Jan en Marie op niemand
betekenis: negative concord
opm.: twijfelgeval dubbele negatie
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03080) betekenis: negative concord
386 (z02c) Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03080) vertaling: Ut is waar da'ze nie mee M meuge praten
betekenis: negatie > modaal
386 (z02c) Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03080) vertaling: Ut is waar da'ze nie mee M meuge praten
betekenis: negatie > modaal
389 (z03a) A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03080) vertaling: nerreges
388 (z03b) A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03080) vertaling: gin mens
387 (z03c) Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03080) vertaling: nooit
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03080) vertaling: niks
391 (z03e) A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 03080) vertaling: gin
392 (z04a) Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 03080) vertaling: Zeg um da'k naar buiten gewiest em
393 (z04b) Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 03080) vertaling: Nie vertelle da'je un cad vorrm gekcoht et, or
394 (z04c) Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 03080) vertaling: Witte nie dattie gevallen is
399 (z05a) Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 03080) vertaling: Wendy probeerde om gin mens pijn te doen
397 (z05b) 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 03080) vertaling: t schijnt dat ze niks mag eten
398 (z05c) Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 03080) vertaling: Ze schijnt niks te mogen eten
399a (z05d) Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 03080) vertaling: Ze prebere al eel de dag mekaar op te bellen
400 (z05e) Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 03080) vertaling: Het belooft weer een mooie dag te worden
401 (z05f) 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 03080) vertaling: t Is misschien beter om nog even te wachten
402 (z05g) We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 03080) vertaling: W'adde ut geluk da wum direkt terug vonne
404 (z06a) Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03080) vertaling: Atte kippe een valk zien, zijn ze bang
405 (z06b) Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03080) vertaling: Awwe d'errepels nie kunne verkopen, emme probleme
406 (z06c) Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03080) vertaling: A jullie um nie meeneme wor ik
407 (z06d) Hij wist he(n)t (inf. 03080) vertaling: Ij wies ut
408 (z06e) Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 03080) vertaling: Op di fees worter veul gedanst
409 (z06f) Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 03080) vertaling: Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel
410 (z06g) Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03080) vertaling: Attie mee de fiets komt zal t'ie wel laat zijn
412a (z06h) Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03080) vertaling: Aje tijd et, kom dan is langs
413a (z06i) Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 03080) vertaling: Ak rijk ben, koop ik een dure auto
881 (z07(i)) Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03080) komt voor: n
417 (z07(ii)a) Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03080) komt voor: n
418 (z07(ii)b) Durfder gij op duwen? (inf. 03080) komt voor: n
419 (z07(ii)c) Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03080) komt voor: n
420 (z07(ii)d) Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03080) komt voor: n
421 (z07(ii)e) Is hij Pol hier geweest? (inf. 03080) komt voor: n
422 (z07(ii)f) Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03080) vertaling: Oe ee Pol da opgelost
komt voor: j
422 (z07(ii)f) Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03080) vertaling: Oe ee Pol da opgelost
komt voor: j
423 (z07(ii)g) Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03080) vertaling: eje me die brief opgestuurd
424 (z07(ii)h) Ik heb hem het gegeven (inf. 03080) komt voor: n
425 (z07(ii)i) Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03080) komt voor: n
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03080) vertaling: M ee gezee da jij een liedje geprobeerd em te zinge
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03080) vertaling: M ee gezee da jij een liedje geprobeerd em te zinge
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03080) vertaling: M ee gezeed da et proberen een liedje te zinge
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03080) vertaling: M ee gezeed da et proberen een liedje te zinge
549 (z08(v)) Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 03080) vertaling: M ee gezeed da jij eur ee geprebeerd een boek te geven
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
opm.: met 'te'
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
opm.: met 'te'
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
opm.: met 'te'
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
opm.: met 'te'
537 (z08c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03080) komt voor: n
604a (z08d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03080) komt voor: n
547 (z08e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03080) komt voor: n
543 (z08f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03080) komt voor: n
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 3
opm.: met 'te'
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 3
opm.: met 'te'
440 (z09a) Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 03080) vertaling: die van de stad, die emme ier veul uize gebouwd
441 (z09b) Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03080) vertaling: aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer
442 (z09c) Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03080) vertaling: Giesteren is jan ier gewiest
443 (z09d) De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 03080) vertaling: de dag dat jan belde war ik niet thuis
444 (z09e) Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 03080) vertaling: Sjef, die zou ik nooit uitnodigen
445 (z09f) Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 03080) vertaling: Marie, die zou zoiets nooit doen
446 (z09g) Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 03080) vertaling: Bert, die drienkt wel eens een glas te veul
447 (z09h) Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 03080) vertaling: Martha, die zou ik wel eens bij mijn thuis willen uitnodigen
448 (z09i) Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03080) vertaling: da duis da zou ik nooit willen kopen
449 (z09j) Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03080) vertaling: da duis da da stat er al vijfig jaar
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 3
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 3
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
453 (z10(i)c) Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03080) komt voor: n
454 (z10(i)d) Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03080) komt voor: n
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
457 (z10(ii)b) Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03080) komt voor: n
458 (z10(ii)c) Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03080) komt voor: n
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
462 (z10(iii)b) Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03080) komt voor: n
464 (z10(iii)c) Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03080) komt voor: n
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
467 (z10(iv)b) Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03080) komt voor: n
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 5
470 (z10(v)b) Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03080) komt voor: n
471 (z10(v)c) Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03080) komt voor: n
472 (z11a) En heeft Gunther gebeld? (inf. 03080) vertaling: Ee gunther gebeld?
473 (z11b) En pas op! (inf. 03080) vertaling: Pa op
474 (z11c) 't En was maar net goed genoeg (inf. 03080) vertaling: t war mar net goed genoeg
475 (z11d) Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 03080) vertaling: marjo eemee koeien az ze vroeger had
476 (z11e) Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 03080) vertaling: A susanne a kunne komme a ze da gedaan
477 (z11f) Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 03080) vertaling: Zij is de beste dokter die ak ken
478 (z11g) Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 03080) vertaling: Voor da'j iets weggooit, moje even bellen
479 (z11h) Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03080) vertaling: Hier is alles wa'k gekregen em
480 (z11i) Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 03080) vertaling: Jan is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven
481 (z11j) Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 03080) vertaling: kAsof jij iets van voetballen wit
482 (z11k) Dat boek leg neer! (inf. 03080) vertaling: Leg neer dat boek
483 (z11l) Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03080) vertaling: Aje echt nie wachte akn, dan kom de mar
488 (z12a) Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 03080) vertaling: wit da jan de dokter ar kunnen roepen
489 (z12b) Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 03080) vertaling: komt niet voor
490 (z12c) Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 03080) vertaling: ij zee da'k ut a motte doen
491 (z12d) Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03080) vertaling: Ij zee da'k ut gedan at motte emme
492 (z12e) Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 03080) vertaling: Ij is vorige week door dokter Mertens geopereerd
493 (z12f) Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03080) vertaling: Ij wor morgen door dokter Mertens geopereerd
495 (z13a) Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03080) positie: 1
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03080) positie: 1
497 (z13c) Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03080) positie: 2
498 (z13d) Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03080) positie: 1
499 (z13e) Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03080) positie: 1
500 (z13f) Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03080) positie: 1
512 (z15a) Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03080) komt voor: n
513 (z15b) Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03080) komt voor: n
514 (z15c) Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03080) komt voor: n
515 (z15d) Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03080) komt voor: n
516 (z16a) Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03080) vertaling: r ee een appel weggegeen en nu eet ie er nog twee rooie
412 (z16b) Er waren veel mensen op het feest (inf. 03080) vertaling: Er waren veul mense op het feest
413 (z16c) Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 03080) vertaling: waren er veul mensen op het feest
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03080) vertaling: Wa d'eje vor boeke gekocht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03080) vertaling: Wa vor boeken e je gekocht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03080) vertaling: Wa vor boeken e je gekocht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03080) vertaling: Wa d'eje vor boeke gekocht
521 (z16e) Hij woont bij Marietje (inf. 03080) vertaling: ij woontbij M
522 (z16f) Hij woont bij Wim (inf. 03080) vertaling: Ij woon bij W
523 (z16g) Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 03080) vertaling: Loop even naar de bakker Wim
524 (z16h) Wie heb je gezien? (inf. 03080) vertaling: Wie eje geizen
525 (z16i) Wie heeft jou gezien? (inf. 03080) vertaling: Wie ee jou gezien
527 (z16j) Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 03080) vertaling: Ak da gewete ar dan ak ut nie gedaan
528 (z16k) 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 03080) vertaling: t zou beter zijn om nog even te wachten
882 (z16l) Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 03080) vertaling:
opm.: twijfelgeval vertaling
883 (z16m) Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 03080) vertaling: Loop nou toch deur, vervelende jongens!
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03080) gebr.: 5
opm.: met 'te'
534 (z17b) Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03080) komt voor: n
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
opm.: met 'te'
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03080) komt voor: j
gebr.: 4
opm.: met 'te'
545 (z17d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03080) komt voor: n
536 (z17e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03080) komt voor: n
605a (z17f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03080) komt voor: n
548 (z17g) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03080) komt voor: n
542 (z17h) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 03080) komt voor: n

interview mondelinge enquête

sprekertekstcommentaar 
geen interview gehouden in De Heen

data telefonische enquête

zinsnr.testzininstructieantwoorden
geen data telefonische enquête in De Heen