SAND-data Ouddorp (I019p)
schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête
data schriftelijke enquête
zinsnr. | testzin | antwoorden |
---|---|---|
geen data schriftelijke enquête in Ouddorp |
interview mondelinge enquête
spreker | tekst | commentaar | ||
---|---|---|---|---|
commentaar | [meta][k]I019p[/k][h]180[/h][i]179[/i][vw]MJ[/vw][t]IH[/t][/meta] | |||
hulpinterviewer | [v=018] Vertaal. Ze weet niet dat Marie gisteren gestorven is. [/v] | |||
informant |
[a] Zie weetnie dazze gister storve is. [/a]
weet nie da ze |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Heur weetnie da Marie gister storve is. [/a]
weet nie |
tagging | ||
informant | [a] Ja hoor[/a]. | |||
hulpinterviewer | [v=025] Vertaal. Niemand heeft dat ooit gewild of gekund. [/v] | |||
informant |
[a] Geen mense haidat ooit ewild of ekund. [/a]
hai dat |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=026] Vertaal. Jan had het hele brood wel willen opeten. [/v] | |||
informant |
[a] Jan heitet hele brood wille opete. [/a]
heit et |
tagging | ||
informant |
[a] Jan heitet hele brood op wille ete. [/a]
heit et |
tagging | ||
informant | [a] Jan heit hele brood wel wille opete. [/a] | determiner et is hier niet meer te onderscheiden van ww flectie | tagging | |
hulpinterviewer | [v=027] Vertaal. Vertel maar niet wie zij had kunnen roepen. [/v] | |||
informant | [a] Vertel maar niet wie ze ha kunne rope. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=035] Vertaal. Jan schaamt zich voor dat verhaal. [/v] | |||
informant |
[a] jan schaamt zeneige voor dat verhaal [/a]
zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=038] Vertaal. De timmerman heeft geen spijkers bij zich. [/v] | |||
informant |
[a] De timmerman hei geen spijkers bizen. [/a]
bi zen |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=040] Vertaal. Erik liet mij voor zich werken. [/v] | |||
informant | [a] Erik liet mien voor zen werken. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Erik liet mien voor hie werke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=041] Vertaal. Johanna liet zich meedrijven op de golven. [/v] | |||
informant |
[a] Johanna liet dereige meedrijve op de golve. [/a]
der eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=042] Vertaal. Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel. [/v] | |||
informant |
[a] Toon bekeek zeneige goed in de spiegel. [/a]
zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=045] Vertaal. Eduard kent zichzelf goed. [/v] | |||
informant |
[a] Eduard kent zeneige goed. [/a]
zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=046] Vertaal. Ward heeft gehoord dat er fotos van zichzelf in de etalage staan. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Ward heddehoord datter fotoos_ [/a]
hedd ehoord |
tagging | ||
informant |
[a] _van zeneige in de etalage staan. [/a]
zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Ward heddehoord datter fotoos van zen in de etalage staan. [/v] | tagging | ||
informant | [a] Ja dat kan ook. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=053] Vertaal. Als ik zuinig leef leef ik zoals mijn ouders willen. [/v] | |||
informant |
[a] Azzik zuinig leve dan leef ik zoals dat men ouders wille. [/a]
azz ik |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=055] Vertaal. Als hij nog drie jaar leeft leeft hij langer als zijn vader. [/v] | |||
informant |
[a] Azzie nog drie leeft leeftie langer azzen vader. [/a]
azz ie leeft ie az ze |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=057] Vertaal. Als zij zo gevaarlijk leeft leeft ze niet lang meer. [/v] | |||
informant |
[a] Azzie zo gevaarlijk leeft leefze niet lange meer. [/a]
az zie leef ze |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Az her zo gevaarlijk leeft dan leeft ze niet lange meer. [/a] | |||
informant | [a] Ja dan leeft ze niet lange meer nee. [/a] | |||
commentaar | Hulpinterviewer suggereert dat de keuze voor her of zie met intonatie samenhangt. | |||
hulpinterviewer | [v=059] Vertaal. Als het nu nog leeft dan leeft het morgen ook nog. [/v] | |||
informant |
[a] Azt nu nog leeft dan leeftet morgen ook nog. [/a]
az et leeft et |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=061] Vertaal. Als jullie zo losbandig leven dan leven jullie nooit zo lang als ik. [/v] | |||
informant | [a] Als jullie zo losbandig leve leef je nooit zo lang als ik. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] _dan leve jolle nooit zo lang als ik. [/a] | pronomen jolle ook mogelijk | tagging | |
hulpinterviewer | [v=063] Vertaal. Als ze voor hun werk leven dan leven ze niet voor hun kinderen. [/v] | |||
informant |
[a] Azze voor der werk leve dan leve ze niet voor der kinders. [/a]
az ze |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=067] Vertaal. Als Rudy nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/v] | |||
informant | [a] Als Rudy nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=068] Vertaal. Als je gezond leeft dan leef je langer. [/v] | |||
informant |
[a] Ajje gezond leeft dan leef je langer hier. [/a]
a je |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=069] Vertaal. Als er zo weinig mensen van de landbouw leven dan leven er veel mensen in de fabriek. [/v] | |||
informant |
[a] Azzer zo weinig mensen van de landbouw leve dan levender weinig mensen van de fabriek. [/a]
az zer leven der |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=070] Vertaal. Als Pieter en Liesje int paradijs leven dan leven Rosa en Frans in de hel. [/v] | |||
informant | [a] Az Pieter en Liesje int paradijs leve_ [/a] | tagging | ||
informant | [a] _dan leve Rosa en Frans in de helle. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Kan ook zonder dan he. [/v] | |||
informant | [a=j] Tuurlijk. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=071] Vertaal. Als we sober leven leven we gelukkig. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Amme zuinig leve leveme geloog. [/a]
a me leve me |
Niet goed te horen of het amme of awwe is. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=072] Vertaal. Leef wat gezonder Jan | |||
informant | [a] Ja leef wa gezonder Jan. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=073] Vertaal. Leef wat minder bekrompen kinderen. [/v] | |||
informant | [a] Leef wat minder bekrompen kinders. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=132] Vertaal. Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] We denke da Marien zal motte rope of we denke da Marie hie zal motte rope. [/a] | Hulpinterviewer geeft 2 mogelijkheden voor object pronomen te weten n en hie. Laatste wordt gebruikt met klemtoon. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=188] Vertaal. Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen. [/v] | |||
informant |
[a] Hei genoeg mensen om hooi van tland te halen. [/a]
he i t land |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Hei genoeg mensen hooi van tland te halen. [/v] | |||
informant | [a=n] nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Et om mot erin. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=189] Vertaal. Het was aardig van Jan om te komen werken. [/v] | |||
informant | [a] Ja et was aardig van Jan om te kome werken. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Hoort er perse om in. [/v] | |||
informant | [a] Ja dat denk ik wel. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=190] Vertaal. Deze ton is zwaar om te dragen. [/v] | |||
informant | [a] Deze ton is te zwaar om te dragene. [/a] | De hulpinterviewer vestigt extra de aandacht op de schwa achter de infinitief te dragene. Is mogelijk een inflected infinitive. Hij merkt ook op dat de complementeerder om niet weggelaten kan worden. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=198] Vertaal. Hij kan staan zeuren. [/v] | |||
informant | [a] Hie kan staan zeure. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Hie kan sto te zeurene. [/v] | |||
informant | [a=j] Ja da kan eigenlijk wel ja. [/a] | Hulpinterviewer en informant zijn het erover eens dat te zeurene wel ouderwets dialect is. | ||
hulpinterviewer | [v=199] Vertaal. Hij staat te zeuren. [/v] | |||
informant | [a] Hie stond te ouwehoerene zeggen ze wel eens. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=200] Vertaal. Toen we aankwamen regende het. [/v] | |||
informant |
[a] Toemen aankwamen regendet. [/a]
toe men regende et |
Hulpinterviewer merkt op dat ipv we ook wiele voor kan komen. Hij legt uit dat dit van wij lieden komt. Informant stemt in. Vorm is alleen mogelijk als hij nadruk krijgt. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=215] Vertaal. _ [/v] | |||
hulpinterviewer | [v] _ geloof dat ik groter ben als hij. [/v] | |||
informant | [a] Ik gelave dat ik groter benne als hie. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=216] Vertaal. Ze gelooft dat jij eerder thuis bent als ik. [/v] | |||
informant |
[a] Ze gelooft her gelooft dak eerder thuis ben als hie. [/a]
da k |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=217] Vertaal. Je gelooft toch niet dat hij sterker is als jij. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Je gelooft toch niet dattem_ [/a]
dat em |
Moeilijk te horen of het em of en is. | tagging | |
informant |
[a] _dattem sterker is az hie. [/a]
dat em |
tagging | ||
informant | [a] _az joe. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=218] Vertaal. Ze geloven dat wij rijker zijn als zij. | |||
hulpinterviewer |
[a] Ze gelove dawwe rijker benne als heulie. [/a]
da we |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=219] Vertaal. We geloven dat jullie niet zo slim zijn als wij. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] We gelove da joele_ [/a] | |||
informant | [a] _nie zo slim benne_ [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] We gelove da joele nie zo slim benne az wiele. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] of az uus. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=220] Vertaal. Jullie geloven toch niet dat zij armer zijn als jullie. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Jullie gelove toch niet dazze armer benne az joe. [/a]
da ze |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=221] Vertaal. U gelooft dat Lisa even mooi is als Anna. [/v] | |||
informant | [a] Je geloof toch nie zeker dat die Lisa net zo mooi is als Anna. [/a] | Hulpinterviewer merkt op dat joe ook mogelijk is. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=222] Vertaal. Hij gelooft dat Louis en Jan sterker zijn als Geert en Pieter. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Hie gelooft dat Louis en Jan sterker binne az_ [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Ik geloof dat Louis en Jan sterker binne als Geert en Pieter. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=249] Vertaal. De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[v] De jongen wiezen moeder gisteren opnieuw etrouwd is stond achter mie. [/v]
wie zen |
tagging | ||
informant |
[a] De jongen wiezen moeder gisteren opnieuw etrouwd is stinge achter me. [/a]
wie zen |
|||
hulpinterviewer |
[v] De jongen diezen moeder gisteren opnieuw etrouwd is stond achter mie. [/v]
die zen |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Diezen moeder zeggen we ook wel he de jongen diezen moeder. [/a] | |||
informant | [a] Ja diezen moeder. [/a] | |||
informant |
[a] De jongen diezen moeder_ [/a]
die zen |
|||
commentaar | Hulpinterviewer en informant zijn het eens dat die zen de voorkeur heeft boven wie zen. | |||
hulpinterviewer |
[v] De jongen wie dazzen moeder gisteren opnieuw etrouwd is stong achter mie. [/v]
da zen |
tagging | ||
commentaar | Hulpinterviewer en informant zijn het eens dat wie dazzen ook kan maar het beste is toch die zen. | |||
hulpinterviewer |
[v] De jongen wirzen moeder gisteren opnieuw etrouwd is stong achter mie. [/v]
wir zen |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v] De jongen wir zen moeder gisteren opnieuw van getrouwd is. Dat kenne wel ook wel he. [/v] | |||
informant | [a] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=250] Vertaal. De bank waar ze op zaten was pas geverfd. [/v] | |||
informant | [a] De bank wer ze op zatte was pas everfd. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] De bank der ze op zatte was pas everfd. [/v] | |||
informant | [a=j] De bank der ze op zatte_ [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v] De bank wer dazze op zatte was pas everfd. [/v]
da ze |
|||
informant | [a=n] Nee den bank wer ze op zatte_ [/a] | |||
commentaar | Hulpinterviewer en informant zijn het eens dat der en wer voorkomen maar niet wer dat en der dat. | |||
hulpinterviewer |
[v] De bank der dazze op zatte was pas everfd. [/a]
da ze |
|||
commentaar | Volgens hulpinterviewer komt der dat ze toch wel voor maar het is niet gebruikelijk. | |||
hulpinterviewer | [v=259] Vertaal. Wie geld heeft moet mij maar wat geven. [/v] | |||
informant | [a] Wie geld het moet mie maar wat geve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Die geld heit moet mie maar wat geve. [/v] | |||
informant | [a=j] Die geld heit moe mie maar wat geve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=273] Vertaal. Marie trok de deken naar zich toe. [/v] | |||
informant | [a] Marie die trok den deken naar ze toe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Marie trok den deken naar der toe. [/a] | tagging | ||
informant |
[a] naar dereige toe [/a]
der eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=339] Vertaal. Niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet mag zien. [/v] | |||
informant | [a] Geen mense mag sie _ [/a] | Het ontbreekt in de vertaling. | tagging | |
informant |
[a] _ Ik vind dajoe et ook nie mag sie. [/a]
da joe |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet zien mag. [/v] | |||
informant | [a=j] _ Ook niet sie mag. [/a] | tagging | ||
commentaar | Hulpinterviewer en informant zijn het eens dat sie mag voor komt maar mag sie is gebruikelijker. | |||
hulpinterviewer | [v=370] Vertaal. Dat is de man die ze geroepen hebben. [/v] | |||
informant |
[a] Das de vent die ze roepen ha. [/a]
da s |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[a] Das de vent die ze rope hae. [/a]
da s |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=371] Vertaal. Dat is de man die het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
informant |
[a] Das de vent diet verhaal verteld heit. [/a]
da is die et |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=372] Vertaal. Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Dat is de man wervank denke dadiet verhaal verteld heit. [/a]
wer van ik da die et |
tagging | ||
informant |
[a] Das de man wervan ik denke dadiet verhaal verteld heit. [/a]
da die et |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=373] Vertaal. Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Das de man wervan ik denke dazzem erope hae. [/a]
da is da ze em |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=397] Vertaal. t Schijnt dat ze niks mag eten. [/v] | |||
informant |
[a] T schijnt dazze niks mag eten. [/a]
da ze |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Ze schijnt niks te mag eten. [/v] | |||
informant | [a=j] Ze schijnt niks te mag eten. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=403] Vertaal. t Lijkt wel of er iemand in de tuin staat. [/v] | |||
informant |
[a] T lijkt wel of datter iemand in de tuin staat. [/a]
dat er |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Ik hoor ook heel veel t liken wel. [/a] | |||
informant | [a] T liken wel ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=520] Vertaal. Wat voor boeken heb je gekocht. [/v] | |||
informant |
[a] Wat voor boeken heije kocht. [/a]
hei je |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Je kunt ook zeggen waffere. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Wa voor een boeken _ [/a] | |||
informant | [a] Wa voor een boeken _ [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=526] Vertaal. Wie heeft je op de kermis gezien. [/v] | |||
informant |
[a] Wie heje op de kermis ezie. [/a]
he je |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=036] Plaatje. Marie en Piet wijze naar _ [/v] | |||
informant | [a] _ naar mekare. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=037] Plaatje. Toon wast _ [/v] | |||
informant |
[a] Toon wast zeneige ja. [/a]
zen eige |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=039] Plaatje. Fons zag een slange naast _ [/v] | |||
informant | [a] _naast zen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=006] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Gisteren werktiede op het land. [/v] | |||
informant | [a=n] Gisteren werkende hie op et land. [/a] | tagging | ||
commentaar | Hulpinterviewer geeft aan dat werktiede niet voorkomt. | |||
hulpinterviewer | [v=022] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Er wil niemand niet dansen. [/v] | |||
informant | [a=n] Der wil geen mense niet danse. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Betekent dit niemand danst of iedereen danst. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Geen mens danst dan. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=023] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Els wil niet dansen en ze wil niet zingen ook niet. [/v] | |||
informant | [a=n] Els wil niet danse en ze wil niet zinge. [/a] | |||
commentaar | Hulpinterviewer en informant zijn het eens dat niet ook niet onmogelijk is. | |||
hulpinterviewer | [v= 087] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Eddy moet kunnen vroeg opstaan. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=137] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Hij wil geen soep niet meer eten niet. [/v] | |||
informant | [a=n] Hie wil geen soep ete. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=140] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Zitten hier nergens geen muizen. [/v] | |||
informant | [a=j] Zitten hier nergens geen muizen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Zitten hier nergens geen muizen. Dan binne der wel muizen in huis he. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=146] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Hij spreekt niet goed geen Frans. [/v] | |||
informant | [a=n] Hie spreekt geen Frans. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=148] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Iedereen is geen vakman. [/v] | |||
informant | [a=j] Iedereen is geen vakman. [/a] | tagging | ||
commentaar | Hulpinterviewer en informant geven een context die de negatie-universele kwantor lezing onderstreept. | |||
hulpinterviewer | [v=149] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Hij heeft overal geen vrienden. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Hij heet overal geen vrienden. [/a] | tagging | ||
informant | [a=j] Niet overal geen vrienden nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=260] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=j] Wat denk je wiek in de stad tegen ekommen benne. [/a]
wie k |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=261] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=j] Wat denke julle hoe zet opelost hebben. [/a]
ze et |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=262] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb. [/v] | |||
informant |
[a=j] Wie denk je wiek in de stad tegenekomme benne. [/a]
wie k |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=265] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=n] Hoe denk je dazzet opelost he. [/a]
da ze et |
|||
hulpinterviewer | [v=309] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Ik heb geen zin en voeren de koeien. [/v] | |||
informant | [a=n] Ik he geen zin om te koeien te voeren. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=317] Komt deze zin voor in uw dialect. vertaal. Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming. [/v] | |||
informant | [a=n] Marie der koeien of Maries der koeien _ [/a] | |||
commentaar | Het wordt niet echt duidelijk of Marie al haar koeien ongrammaticaal is. Ik denk van wel omdat ze met alternatieven komen. | |||
hulpinterviewer | [a=n] Al Marie der koeien _ [/a] | |||
informant | [a=n] Al Marie _ [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=329] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Ik heb nog nooit iemand boos zien worden op deze jongen. Ik zeg ik geloof deze jongen vinden ze allemaal wel aardig. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a=j] Ik zegge dak gelove deze jongen vinde ze allemale wel kittig. [/a]
da k |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=353] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Persoon A vraagt wil je nog koffie Jan. Jan antwoordt jak. [/v] | |||
informant | [a=j] Jaat. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Maar niet jaak. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Nee hoor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=355] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Persoon A vraagt hebben ze gegeten. Persoon B antwoordt jaanze. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Jaat. [/a] | tagging | ||
commentaar | [meta][k]I019p[/k][h]180[/h][i]179[/i][vw]MJ[/vw][t]IH[/t][/meta] | |||
hulpinterviewer | [v=359] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Met zulk weer je kunt niet veel doen. [/v] | |||
informant |
[a=n] Met zokken weer kan je niet veel doen. [/a]
zok en |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee die zin is fout. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=364] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Is hem dood? [/v] | |||
informant |
[a=j] Izzen dood ja. [/a]
iz en |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=365] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Hem is dood. [/v] | |||
informant | [a=n] Hie is dood. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=366] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Haar is ziek. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Heur is ziek. [/a] | |||
informant | [a] Ze is ziek. [/a] | |||
informant | [a=j] Ja heur is ziek ja. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=367] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Is haar ziek? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Is heur ziek? [/a] | tagging | ||
informant | [a] Is ze ziek ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Ook wel is heur ziek. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=417] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Misschien gaaket kik wel krijgen. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=418] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Durfder gij op duwen? [/v] | |||
informant | [a=n] Durf joe derop te douwen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=419] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Durfdeme gij uitnodigen? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Durf je men uit te nodigen? [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=420] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Durfdeze gij uitnodigen? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=502] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Marie zit stoofperen en schillen. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Marie zit stoofperen te schillen. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=028] Komt deze zin voor in uw dialect? Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect? Vertaal. Vertel me eens wie dat zij had kunnen roepen. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Vertel mien eens even wie dat ze ha kunnen roepe. [/a] | tagging | ||
informant | [a=j] Vertel mien nou eens wie dat ze ha kunnen roepe. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=029] Komt deze zin voor in uw dialect? Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect? Vertaal. Vertel mij eens wie of zij had kunnen roepen. [/v] | |||
informant | [a=n] Vertel mie nou eens wie ze ha kunnen roepe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=030] Komt deze zin voor in uw dialect? Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect? Vertaal. Vertel mij eens wie of dat zij had kunnen roepen. [/v] | |||
informant | [a=n] Vertel mien nu eens wie ze ha kunnen rope. [/a] | tagging | ||
commentaar | Hulpinterviewer merkt op dat het wel kan wie of dat maar deze constructie is niet zo gebruikelijk. | |||
hulpinterviewer | [v=296] Komt deze zin voor in uw dialect? Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect. Vertaal. Zou hij dat gedaan hebben gekund. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Zoue dat edei kunnen he. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=297] Komt deze zin voor in uw dialect? Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect? Vertaal. Zou hij dat gedaan gekund hebben. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee hoor. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=347] Komt deze zin voor in uw dialect? Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect? Ik weet datten is goan zwemmen. [/v]
dat en |
|||
informant |
[a=j] Ik weet datten is gaan zwemmen. [/a]
dat en |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=350] Komt deze zin voor in uw dialect? Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect? Ik weet datten goan zwemmen is. [/v]
dat en |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Die wordt het meeste gebruikt. [/a] | |||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=495] Komt deze zin voor in uw dialect? Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect? Ik denkke dajje veel weg zou motte gooien. Ik denke dajje veel zou weg motte gooien. Ik denke dajje veel zou motte weg gooien. [/v]
da je |
|||
informant |
[a=j] Ik denk dajje veel weg zou motte gooien. [/a]
da je |
tagging | ||
commentaar | Hulpinterviewer en informant zijn het eens dat zou weg moeten gooien en zou moeten weg gooien minder goed zijn. | |||
hulpinterviewer | [v] Ken je ook ik denke dajje veel zou motte weggooien. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=075] Komt deze zin voor in uw dialect? Ik vinde dat iedereen mot kunnen zwemmen. [/v] | |||
informant | [a=j] Ik vind dat iedereen mot kennen zwemmen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=077] Komt deze zin voor in uw dialect? Ik vinde dat iedereen mot zwemmen kunnen. [/v] | |||
informant | [a=n] Ik vind dat iedereen mot kunnen zwemmen. [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=080] Komt deze zin voor in uw dialect? Ik vinde dat iedereen kunnen zwemmen mot. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=082] Komt deze zin voor in uw dialect? Ik vinde dat iedereen zwemmen kunnen moet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat gaat niet goed. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=084] Komt deze zin voor in uw dialect? Ik vinde dat iedereen zwemmen mot kunnen. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee hoor. Ik vind dat iedereen moet kunnen zwemmen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=086] Komt deze zin voor in uw dialect? Ik wete dat Eddy morgen wil brood eten. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. _ brood wil eten. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=154] Komt deze zin voor in uw dialect? Boeken hei Jan drie. [/v]. | |||
informant | [a=n] Jan hei drie boeken. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=156] Komt deze zin voor in uw dialect? Jan weet datten voor drie ure de wagen mot ha emaakt. [/v]
dat en |
|||
informant | [a=n] _ emaakt mot ha. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=157] Komt deze zin voor in uw dialect? Jan weet datten voor drie ure de wagen moet emaakt ha. [/v]
dat en |
|||
informant | [a=n] _emaakt mot ha. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=160] Komt deze zin voor in uw dialect? Jan weet datten voor drie ure de wagen emaakt mot ha. [/v]
dat en |
tagging | ||
informant | [a=j] Datist. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=161] Komt deze zin voor in uw dialect? Jan weet datten voor drie ure de wagen emaakt ha mot. [/v]
dat en |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Nee dat is onzinnig he. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=227] Komt deze zin voor in uw dialect? Persoon A vraagt Hij slaapt. Persoon B antwoordt Hij doet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=228] Komt deze zin voor in uw dialect? Persoon A vraagt Hie slaapt. Persoon B antwoordt t Doet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
commentaar | De hulpinterviewer merkt op dat het Ouddorps vroeger doen in tag questions had. Ik geloof dat het gaat regenen doet nie. Maar dit verschijnsel is nu verdwenen. | |||
hulpinterviewer | [v=243] Komt deze zin voor in uw dialect. Persoon A vraagt Slaapt hij? Persoon B antwoordt Ie doet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee he. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=245] Komt deze zin voor in uw dialect. De lamp doe niet meer branden. [/v] | tagging | ||
commentaar | De hulpinterviewer en informant zijn het eens dat het nog wel voorkomt maar het is ouderwets dialect. | |||
informant | [a=n] De lampe brandt nie meer. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] De kinders doee hier nie voeballe. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] De kinders doe hier niet voetballe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Branden doet de lampe nie meer. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Branden doet de lampe nie meer. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=246] Komt deze zin voor in uw dialec. Doe Marie ielken avond danse? [/v] | |||
informant | [a=j] Ja. Doe Marie ielken avond danse. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=247] Komt deze zin voor in uw dialect? Doe het brood even snijden. [/v] | |||
informant | [a=j] Ik doe tbrood even snieen. [/] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=248] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik doe wel even de kommetjes afwassen. [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Ja. Dat kennen we ook. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=319] Komt deze zin voor in uw dialect. Dit denk ik nie an. [/v] | |||
informant | [a=n] Der denk ik nie aan. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=321] Komt deze zin voor in uw dialect. Die rare jongen heb ik mee naar de markt eweest. [/v] | |||
informant | [a=j] Ja. Die rare vent _ [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[a=j] _hek mee naar de mart eweest. [/a]
he k |
tagging | ||
commentaar | Het blijft onduidelijk of het nu kan of niet. In de herhaling gebruikt de hulpinterviewer Met de rare vent hek naar de mart geweest. | |||
hulpinterviewer | [v=322] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik he de eerste drie sommen emaakt. De welke he joe emaakt. [/v] | |||
informant | [a=n] Welke he joe _. [/a] | |||
informant |
[a=n] Waffere he joe emaakt. [/a]
wa fere |
|||
hulpinterviewer |
[v=323] Komt deze zin voor in uw dialect. De waffere hei joe al weggebracht. [/v]
wa fere |
|||
informant | [a=n] Nee. De waffere niet. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=387] Komt deze zin voor in uw dialect. A Wanneer zal de wereldvrede komme? B nooit nie. [/v] | |||
informant | [a=j] Nooit niet. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=423] Komt deze zin voor in uw dialect? Hei me joe die brief opestuurd? [/v]
he i |
|||
informant |
[a=n] Hei joe mien die brief al opestuurd. [/a]
hei |
Moeilijk te zeggen of Hei nu een cluster is van heb jij. In dit geval staat het subject pronomen joe er namelijk nog apart bij. In andere zinnen bijvoorbeeld 188 is dat niet het geval en staat Hei duidelijk voor heb jij zoals in Hei genoeg mensen om hooi van het land te halen. | tagging | |
hulpinterviewer | [v=459] Komt deze zin voor in uw dialect? Jij he de bal egooid in de ma. [/v] | |||
informant | [a=n] _ in de ma egooid. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=485] Komt deze zin voor in uw dialect. A Zak koken? B Da doe maar. [/v]
za k |
|||
informant | [a=n] Doe joe da maar. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=485] Komt deze zin voor in uw dialect? Da boek beloof me dajje nooit meer zal versteke. [/v]
da je |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Kennen we niet hoor. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=487] Komt deze zin voor in uw dialect? Wa zeg men dajje kocht het? [/v]
da je |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Kennen we niet he. Das een rare constructie. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=530] Komt deze zin voor in uw dialect. Marie zei da joe Piet een boek hei probeerd te verkope. [/v]
he i |
tagging | ||
hulpinterviewer | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=531] Komt deze zin voor in uw dialect? Wim docht dak Els ha probeerd een cadeau te geven. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=n] Wim dacht dak probeerd ha Els een kadootje te geven. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=532] Komt deze zin voor in uw dialect. Karel weet dat joe he probeerd Marie een boek te verkope. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a=j] Karel weet da joe probeerd het Marie een boek te verkope. [/a] | Extrapositie is mogelijk maar de informant en hulpinterviewer geven de voorkeur aan geprobeerd hebt ipv hebt geprobeerd. | tagging | |
veldwerker | [n][v=057] Als zij zo gevaarlijk leeft leeft ze niet lang meer. Kun je dan ook zeggen als zij zo gevaarlijk leeft leeft heur niet lang meer. [/v] | |||
veldwerker | [v] Heur is een beetje gek. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Ja. In de tweede instantie wel. Als heur zo gevaarlijk leeft dan zal ze niet lange meer leven. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Maar niet dan leeft heur niet lang meer. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Nee. Dat klinkt een beetje gekunsteld. [/a] | |||
veldwerker | [v=200] Toen we aankwamen regende het. Kun je dan ook zeggen Toennewe aankwamen regende het. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Toenneme aankwamen. Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=140] Zitten hier nergens geen muizen. Wat betekent dat nou precies. [/v] | |||
veldwerker | [v] Zitten hier wel muizen of zitten hier geen muizen. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Wel. Een vraag of der ook muizen zitten. [/a] | |||
veldwerker | [v] Dan verwacht je dus dat er wel muizen zijn. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Dat er muizen op zolder zitten. [/a] | |||
veldwerker | [v=265] Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost. Komt die voor in dialect. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Hoe denk je dazze het opelost he. [/a]
da ze |
|||
veldwerker | [v=317] Marie al haar koeien dat komt dus niet voor. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Nee. Al Marie der koeien ben verdronken. [/a] | |||
veldwerker | [v=420] Durfdeze gij uitnodigen. Die kan niet maar daar hebben jullie geen vertaling van gegeven. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Durfende joe ze uit te nodigen. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Durf joe ze _ [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=245] De lamp doet niet meer branden. Dat ging niet zo goed he. [/v] | tagging | ||
informant | [a] De lampe brandt nie meer. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Het zou nog wel kunnen maar het is een beetje gek. [/a] | |||
veldwerker | [v=000] En wat vind je dan van de bloemen doen hier goed bloeien. [/v] | |||
informant | [a] De blomen die bloeien hier goed. [/a] | |||
veldwerker | [v=245] Maar de kinderen doen hier niet voetballen die gaat wel goed. [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Dat heeft meer te maken met actie he. [/a] | |||
veldwerker | [v=000] Kan je dan wel zeggen de koeien doen hier lekker grazen. [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Oh die koeien doen we hier lekker grazen ja dat kan je wel zeggen ja. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=486] Dat boek beloof mij dat je nooit meer zult verstoppen. Die kan denk ik niet maar dat hebben jullie niet zo gezegd. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[a] Beloof men dajje dat boek nooit meer zal versteke. [/a][/n]
da je |
data telefonische enquête
zinsnr. | testzin | instructie | antwoorden |
---|---|---|---|
193 | Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is. | Nederland |
komt voor
: j |
245 | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen | 1 invullen bij ANTWOORD 1; 2 invullen bij ANTWOORD 2 |
komt voor
(1) : j komt voor (2): j |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: wie zien opmerking: *die dasse |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: wie dasse opmerking: *die dasse |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: die zen opmerking: *die dasse |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: waarvan opmerking: *die dasse |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
vorm: waarvan dasse opmerking: *die dasse |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
vorm: der opmerking: *derop dat |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
vorm: der dat opmerking: *derop dat |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
vorm: derop opmerking: *derop dat |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
vorm: waar opmerking: *derop dat |
373 | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben |
komt voor
: j |
|
388 | Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: j |
389 | Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: j |
390 | Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: j |
391 | Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: j |
395 | Geloof je niet dat hij gevallen heeft? | Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. |
komt voor
: n |
601 | Maar en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: n opmerking: Geobserveerde uitspraken door de informant:; ik gelove dat ik niet en ga.; Je kan er haast niet en staan |
602 | Waarom en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: n |
605 | Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. | In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. |
komt voor
: n |
610 | We konden nergens niet zitten in die volle zaal | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n |
611 | We zullen nooit niet winnen van de sterkste man. | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: j |
612 | Ik heb niks niet gezien want ik sliep | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n |
613 | Ik heb geen enkel boek niet gekocht want m'n geld was op | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n |
614 | Jan rookt niet meer (VERTAAL) | Vertaling bij VORM |
vorm: Jan raukt nie meer |
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: hie |
730 | Hoe laat is dat eigenlijk? |
komt voor
: n |
|
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: me |
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: wiele |
732 | Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) | Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2). |
komt voor
: n vorm: weet joe |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
komt voor
: n vorm: joe weet wel |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
komt voor
: n vorm: da |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
komt voor
: n vorm: joe |
734 | Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. |
komt voor
: j vorm: hullie opmerking: *hun |
|
735 | Ons zeg dat niet zo. | In kloekevak I (Nederland: Zeeland en omstreken) |
komt voor
: j vorm: ons zegge opmerking: *ons zeg |
736 | We/ wij gamen daar dikwijls naar toe. | In kloekevak I (Nederland: Zeeland en omstreken) |
komt voor
: n |
737 | Marie en Piet kussen elkaar. | vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. |
vorm: mekaar |
738 | Hij riep alle familieleden bij zich. | Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) |
vorm: bie zen |
739 | Er zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
740 | Het zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
741 | Daar zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
742 | Gisteren zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
743 | Gisteren zat er een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
744 | Gisteren zat het een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
745 | Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
746 | 't Is net of een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
747 | 't Is net of er een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
748 | 't Is net of het een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
749 | 't Is net of daar een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
750 | Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) | Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM |
komt voor
: n |
753 | Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) | In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) |
vorm: assiedere opmerking: *attiedere |
754 | Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) | In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) |
vorm: assen opmerking: *atten |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ak goa |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goak |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ajje goat |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goaj(je) |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: ajoe goat |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: goaj |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ashie goat |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: atten goat |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goaten |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: as heur goat |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goase |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goat heur |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: asset goat |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goatet |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ammen goa |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: assemen goa |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goamen |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: as joel goa |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: asse joele goa |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goaj |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: asse goa |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: assese goa |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: goase |
771 | Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) | Vorm van gaan invullen bij VORM |
vorm: goat |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: toe ik ging |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging joe |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: toe joe ging |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging ik |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: toejoe ging |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging hie |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: toe hie ging |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingjoe |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: toe heur ging |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingt |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: toet ging |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingze |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: toe wiele ginge opmerking: *toe ovve wiele ginge; *toe a; *toe dan; *toent; *toen als |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: toe of wiele ginge opmerking: *toe ovve wiele ginge; *toe a; *toe dan; *toent; *toen als |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: ginge joele opmerking: *toe ovve wiele ginge; *toe a; *toe dan; *toent; *toen als |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: toen of opmerking: *toe ovve wiele ginge; *toe a; *toe dan; *toent; *toen als |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: toe joele ging |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ginge wiele |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: toe ze ginge |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gingeze |
781 | Vertel mij eens wie er aan de deur was? | Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. |
komt voor
: j |
782 | Dat is de man wie ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
783 | Dat is de man dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
784 | Dat is de man die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
785 | Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
786 | Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
787 | Dat is de man die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
788 | Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. |
komt voor
: n |
|
789 | Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
790 | Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
791 | Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
792 | Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
793 | Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
794 | Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
798 | Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. |
komt voor
: n |
|
799 | Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. |
komt voor
: n |
|
804 | Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. |
komt voor
: n |
|
805 | Hij is alle kapotte spullen weg aan het smijten. |
komt voor
: j |
|
817 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
818 | Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
819 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. |
komt voor
: j |
|
820 | Hij zal wel weer staan te zeuren. |
komt voor
: j vorm: te zeurene |
|
821 | Hij zal wel weer staan zeuren. |
komt voor
: j vorm: staan zeuren opmerking: *staan zeurene |
|
822 | Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. |
komt voor
: n |
|
823 | Ben je met die fiets gevallen geweest? |
komt voor
: n |
|
824 | Het huis is verkocht geworden. |
komt voor
: n |
|
825 | Het huis is verkocht geweest. |
komt voor
: n |
|
826 | Ik heb hem gisteren tegengekomen. |
komt voor
: n |
|
827 | Jan liet zich meedrijven op de golven | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zen eige |
828 | Toon bekeek zich eens goed in de spiegel | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zen eige |
829 | Eduard kent zich goed | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zen eige |
831 | Jan trok de deken naar zich toe | Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zen eige opmerking: *em |
831 | Jan trok de deken naar zich toe | Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: zen opmerking: *em |
© 2000-2007 KNAW/Meertens Instituut