SAND-data Beverwijk (E079p)

schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête

data schriftelijke enquête

zinsnr.testzinantwoorden
035 (x01a) Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03508) vertaling: Jan kan zich dat verhaal wel herinneren
opm.: reflexief: zich
036 (x01b) Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03508) vertaling: Marie en Piet zien elkaar bij de kerk
039 (x01e) Fons zag een slang naast ... (inf. 03508) vertaling: Fons zag een slang naast hem
opm.: reflexief: hem
040 (x01f) Erik liet mij voor zich werken (inf. 03508) vertaling: Erik liet mij voor hem werken
opm.: reflexief: hem
041 (x01g) Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03508) vertaling: Johanna liet zich
opm.: reflexief: zich
044 (x01j) Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03508) vertaling: Deze schoenen lopen soepel
045 (x01k) Eduard kent zichzelf goed (inf. 03508) vertaling: Eduard kent zich goed
opm.: reflexief: zich
046 (x01l) Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03508) vertaling: Ward heeft gehoord dat er foto's van hem in de etalage staan
opm.: reflexief: hem
047 (x01m) Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03508) vertaling: Die aardappelen schillen niet makkelijk
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
076 (x03b) Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03508) komt voor: n
078 (x03c) Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03508) komt voor: n
079 (x03d) Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03508) komt voor: n
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
880 (x04(iii)b) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
880 (x04(iii)b) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
088 (x04(iii)c) Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 03508) komt voor: n
089 (x04(iii)d) Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03508) komt voor: n
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
093 (x04(iv)c) Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03508) komt voor: n
094 (x04(iv)d) Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03508) komt voor: n
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
096 (x04(ix)b) Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
096 (x04(ix)b) Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
097 (x04(ix)c) Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03508) komt voor: n
098 (x04(ix)d) Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03508) komt voor: n
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
102 (x04(v)c) Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03508) komt voor: n
103 (x04(v)d) Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03508) komt voor: n
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
107 (x04(vi)c) Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 03508) komt voor: n
110 (x04(vi)d) Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03508) komt voor: n
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
114 (x04(vii)c) Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03508) komt voor: n
115 (x04(vii)d) Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03508) komt voor: n
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
086 (x04(viii)c) Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03508) komt voor: n
121 (x04(viii)d) Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03508) komt voor: n
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
124 (x04(x)b) Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
124 (x04(x)b) Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
087 (x04(x)c) Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03508) komt voor: n
126 (x04(x)d) Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03508) komt voor: n
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
130 (x04(xi)c) Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03508) komt voor: n
131 (x04(xi)d) Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03508) komt voor: n
133 (x05a) Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
134 (x05b) Jan en heeft geen boek meer (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
135 (x05c) Boeken heeft Jan geen (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
136 (x05d) Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
144 (x05e) Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
138 (x05f) Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
139 (x05g) Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
140 (x05h) Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
141 (x05i) Ik geef niets aan een ander niet (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
142 (x05j) Niemand wil niet werken niet (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
143 (x05k) Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
144a (x05l) Ik wist het niet ook niet (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
145 (x05m) Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03508) vertaling:
opm.: 'id'
000 (x05opm) (inf. 03508) opm. inf.:
opm.: Deze informant geeft door middel van 'id' waarschijnlijk aan dat de zinnen die hij/zij zou moeten invullen gelijk zijn aan de betekenis-zinnen
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 2
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 2
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 3
158 (x06c) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03508) komt voor: n
159 (x06d) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03508) komt voor: n
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
161 (x06f) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
161 (x06f) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
164 (x07c) Piets auto is kapot (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
165 (x07d) Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
166 (x07e) Die mans auto is kapot (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
167 (x07f) Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
168 (x07g) Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
169 (x07h) Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03508) vertaling: De krant van gisteren ...
170 (x07i) Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 03508) vertaling: Jan is Karolien en Kristiens broertje
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
173 (x07l) Die auto is Wims (inf. 03508) vertaling: Die auto is van Wim
174 (x07m) Die fiets is mijns (inf. 03508) vertaling: Die fiets is van mij
178 (x08a) Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
179 (x08b) Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
180 (x08c) Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
182 (x08e) (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
183 (x08f) Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
184 (x08g) Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
185 (x08h) Hij en werkt (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
186 (x08i) Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
187 (x08j) Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 03508) vertaling:
opm.: streep door vraag
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03508) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03508) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03508) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03508) fragment: om (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om te (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om te (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om te (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om te (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03508) fragment: om (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03508) fragment: om te (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03508) fragment: te (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03508) fragment: te (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03508) fragment: om te (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: dan (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: dan (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: dan (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: dan (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: als (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03508) fragment: (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03508) fragment: (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03508) fragment: 2: te (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03508) fragment: 2: te (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03508) fragment: (2)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03508) fragment: als (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03508) fragment: als (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03508) fragment: als (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03508) fragment: dan (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03508) fragment: dan (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03508) fragment: als (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03508) fragment: dan (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03508) fragment: dan (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03508) fragment: als (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03508) fragment: als (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03508) fragment: als (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03508) fragment: dan (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03508) fragment: dan (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03508) fragment: dan (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03508) fragment: als (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03508) fragment: als (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03508) fragment: dan (1)
199 (x09k) Hij staat te zeuren (inf. 03508) fragment: te (1)
198 (x09l) Hij kan staan zeuren (inf. 03508) fragment: te (1)
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03508) komt voor: n
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03508) fragment: dat (1)
202 (x09o) Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03508) komt voor: n
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03508) fragment: of (1)
205 (x10b) Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 03508) vertaling: Ik weet dat zij nergens trots op is
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03508) komt voor: n
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03508) komt voor: n
228 (y01(i)c) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03508) komt voor: n
230 (y01(ii)a) A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03508) komt voor: n
231 (y01(ii)b) A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03508) komt voor: n
232 (y01(ii)c) A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03508) komt voor: n
234 (y01(iii)a) A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 03508) komt voor: n
235 (y01(iii)b) A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 03508) komt voor: j
236 (y01(iii)c) A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 03508) komt voor: n
237 (y01(iii)d) A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03508) komt voor: j
238 (y01(iii)e) A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 03508) komt voor: n
239 (y01(iii)f) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 03508) komt voor: n
240 (y01(iii)g) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03508) komt voor: n
241 (y01(iii)h) A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03508) komt voor: n
242 (y01(iii)i) A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 03508) komt voor: n
243 (y01(iii)j) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 03508) komt voor: n
244 (y01(iii)k) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 03508) komt voor: n
245 (y01(iv)a) De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03508) komt voor: n
246 (y01(iv)b) Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03508) komt voor: n
247 (y01(iv)c) Doe het brood even snijden! (inf. 03508) komt voor: n
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03508) fragment: wiens (1)
250 (y02b) De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03508) fragment: waar (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03508) fragment: (2)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03508) fragment: waar (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03508) fragment: waar (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03508) fragment: (2)
252 (y02d) De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03508) fragment: welke (1)
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03508) fragment: wat (1)
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03508) fragment: wat (1)
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03508) fragment: dat (1)
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03508) fragment: dat (1)
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03508) fragment: die (1)
255 (y02g) In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03508) fragment: waar (1)
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03508) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord en voegwoord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03508) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord en voegwoord
257 (y02j) Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03508) fragment: wat (1)
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03508) fragment: wie (1)
877 (y05(i)) Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03508) fragment: kunnen doen (1)
878 (y05(ii)) Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03508) fragment: gedaan (1)
296 (y05(iii)a) Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03508) komt voor: n
297 (y05(iii)b) Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03508) komt voor: n
298 (y05(iii)c) Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03508) komt voor: n
299 (y05(iii)d) Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03508) komt voor: n
300 (y05(iii)e) Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03508) komt voor: n
301 (y05(iii)f) Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03508) komt voor: n
302 (y05(iii)g) Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03508) komt voor: n
303 (y05(iii)h) Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03508) komt voor: n
304 (y05(iii)i) Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03508) komt voor: n
305 (y05(iii)j) Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03508) komt voor: n
306 (y05(iii)k) Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03508) komt voor: n
307 (y05(iii)l) Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03508) komt voor: n
309 (y06a) Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03508) komt voor: n
310 (y06b) Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03508) komt voor: n
311 (y06c) Ik denk hij weg is (inf. 03508) komt voor: n
312 (y06d) Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03508) komt voor: n
314 (y06e) Ik weet dat hij is weg (inf. 03508) komt voor: n
315 (y06f) Ik weet hij is weg (inf. 03508) komt voor: n
316 (y06g) Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03508) komt voor: n
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03508) komt voor: j
opm.: geen vertaling
318 (y06i) Kaas maken weet ik niets van (inf. 03508) komt voor: n
321 (y06j) Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03508) komt voor: n
322 (y06k) Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03508) komt voor: n
323 (y06l) De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03508) komt voor: n
324 (y06m) De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03508) komt voor: n
325 (y06n) De die zou ik niet durven opeten (inf. 03508) komt voor: n
326 (y06o) Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03508) komt voor: n
330 (y07a) Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03508) komt voor: n
331 (y07b) Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03508) komt voor: n
332 (y07c) Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 03508) komt voor: n
333 (y07d) Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03508) komt voor: n
334 (y07e) De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03508) komt voor: n
335 (y07f) Ga je naar huis denk? (inf. 03508) komt voor: n
343 (y08h) Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03508) vertaling:
opm.: IPP: n.v.t.
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
348 (y09b) Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03508) komt voor: n
349 (y09c) Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03508) komt voor: n
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03508) komt voor: n
351 (y09e) Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03508) komt voor: n
352 (y09f) Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 03508) komt voor: n
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03508) komt voor: n
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03508) komt voor: n
355 (y10c) Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03508) komt voor: n
356 (y10d) Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03508) komt voor: n
357 (y10e) A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03508) komt voor: n
359 (y11a) Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03508) komt voor: j
opm.: geen vertaling
360 (y11b) Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03508) komt voor: n
361 (y11c) Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03508) komt voor: n
362 (y11d) Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03508) komt voor: j
opm.: geen vertaling
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03508) komt voor: n
365 (y11f) Hem is dood (inf. 03508) komt voor: n
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03508) komt voor: n
366 (y11h) Haar is ziek (inf. 03508) komt voor: n
367 (y11i) Is haar ziek? (inf. 03508) komt voor: n
368 (y11j) Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03508) komt voor: n
369 (y11k) Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03508) komt voor: n
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03508) fragment: die (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03508) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03508) fragment: waarvan (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03508) fragment: waarvan (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03508) fragment: dat hij (2)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03508) fragment: dat hij (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03508) fragment: dat [ze] die (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03508) fragment: waarvan (1)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03508) fragment: waarvan (1)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03508) fragment: dat [ze] die (2)
374 (z01e) De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03508) fragment: waarmee (1)
375 (z01f) De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03508) fragment: wie (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03508) fragment: (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03508) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03508) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03508) fragment: (2)
377 (z01h) Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03508) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord en voegwoord
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03508) fragment: die (1)
380 (z01j) Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03508) fragment: dat (1)
opm.: twijfelgeval D-woord en voegwoord
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03508) fragment: wie (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03508) fragment: wiens (1)
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03508) betekenis: negative concord
opm.: Met een pijl is aangeduid dat de betekenis tevens de vertaling is
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03508) betekenis: negative concord
opm.: Met een pijl is aangeduid dat de betekenis tevens de vertaling is
386 (z02c) Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03508) betekenis: negatie > modaal
opm.: Met een pijl is aangeduid dat de betekenis tevens de vertaling is
389 (z03a) A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03508) vertaling: Nergens
388 (z03b) A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03508) vertaling: Niemand niet
387 (z03c) Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03508) vertaling: nooit
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03508) vertaling: niks
391 (z03e) A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 03508) vertaling: geen
405 (z06b) Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03508) vertaling: ........ met een probleem
881 (z07(i)) Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03508) komt voor: n
417 (z07(ii)a) Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03508) komt voor: n
418 (z07(ii)b) Durfder gij op duwen? (inf. 03508) komt voor: n
419 (z07(ii)c) Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03508) komt voor: n
420 (z07(ii)d) Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03508) komt voor: n
421 (z07(ii)e) Is hij Pol hier geweest? (inf. 03508) komt voor: n
422 (z07(ii)f) Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03508) komt voor: n
423 (z07(ii)g) Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03508) komt voor: n
424 (z07(ii)h) Ik heb hem het gegeven (inf. 03508) komt voor: n
425 (z07(ii)i) Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03508) komt voor: j
opm.: geen vertaling
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 2
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 2
537 (z08c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03508) komt voor: n
604a (z08d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03508) komt voor: n
547 (z08e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03508) komt voor: n
543 (z08f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03508) komt voor: n
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
441 (z09b) Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03508) vertaling: Aandie nieuwe vaart zie je geen mens
442 (z09c) Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03508) vertaling: Gisteren is Jan hier geweest
448 (z09i) Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03508) vertaling: Dat huis zou ik nooit willen kopen
449 (z09j) Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03508) vertaling: Dat huis staat daar al 50 jaar
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03508) komt voor: j
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03508) komt voor: n
453 (z10(i)c) Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03508) komt voor: n
454 (z10(i)d) Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03508) komt voor: n
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03508) komt voor: j
457 (z10(ii)b) Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03508) komt voor: n
458 (z10(ii)c) Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03508) komt voor: n
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03508) komt voor: j
462 (z10(iii)b) Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03508) komt voor: n
464 (z10(iii)c) Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03508) komt voor: n
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03508) komt voor: j
467 (z10(iv)b) Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03508) komt voor: n
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03508) komt voor: j
470 (z10(v)b) Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03508) komt voor: n
471 (z10(v)c) Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03508) komt voor: n
474 (z11c) 't En was maar net goed genoeg (inf. 03508) vertaling: 't Was maar ....
479 (z11h) Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03508) vertaling: Dit is alles wat ik gekregen heb
481 (z11j) Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 03508) vertaling: Alsof jij iets van voetballen af weet
482 (z11k) Dat boek leg neer! (inf. 03508) vertaling: Leg dat boek neer
483 (z11l) Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03508) vertaling: Als je echt niet kunt wachten kom dan maar
491 (z12d) Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03508) vertaling: Hij zei dat ik het gedaan moest hebben
495 (z13a) Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03508) positie: 1
opm.: geen vertaling
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03508) positie: 1
opm.: geen vertaling
497 (z13c) Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03508) positie: 2
opm.: geen vertaling
498 (z13d) Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03508) positie: 1
opm.: geen vertaling
499 (z13e) Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03508) positie: 1
opm.: geen vertaling
500 (z13f) Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03508) positie: 1
opm.: geen vertaling
509 (z14a) Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 03508) fragment: door (1)
512 (z15a) Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03508) vertaling: Zo'n ding heb ik ...
komt voor: n
512 (z15a) Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03508) vertaling: Zo'n ding heb ik ...
komt voor: n
513 (z15b) Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03508) vertaling: Zo'n vrouw kun je beter
komt voor: n
513 (z15b) Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03508) vertaling: Zo'n vrouw kun je beter
komt voor: n
514 (z15c) Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03508) vertaling: Zo'n mens heeft
komt voor: n
514 (z15c) Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03508) vertaling: Zo'n mens heeft
komt voor: n
515 (z15d) Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03508) vertaling: Jij bent ook een rare
516 (z16a) Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03508) vertaling: .... , en nu heeft hij nog twee rode
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 5
534 (z17b) Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03508) komt voor: n
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03508) komt voor: j
gebr.: 4
545 (z17d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03508) komt voor: n
536 (z17e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03508) komt voor: n
605a (z17f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03508) komt voor: n
548 (z17g) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03508) komt voor: n
542 (z17h) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 03508) komt voor: n

interview mondelinge enquête

sprekertekstcommentaar 
commentaar[meta] [k] E079p [/k] [h] [/h] [i] [/i] [vw] HZ [/vw] [/meta]  sound
hulpinterviewer [v=018] Vertaal. Ze weet niet dat Marie gisteren gestorven is. [/v] sound
hulpinterviewer [a] Ja dat klinkt wel op zijn Beverwijks. [/a] sound
hulpinterviewer [a] Ik begin met het hulpwerkwoord. Ik zeg niet overleden is maar is overleden. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v] Vertaal. Ze weet niet dat Marie gisteren is overleden. [/v] sound
hulpinterviewer [v=025] Vertaal. Niemand heeft dat ooit gewild of gekund. [/v] sound
informant [a] Klinkt me niet zo bekend maar om nou te zeggen wat moet het anders zijn. [/a] sound
informant [a] Niemand heeft het zo gewild ja dat hoort ik wel. Maar gekund nee dat vind ik niet echt uit deze omgeving. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v] Vertaal. Dat heeft niemand ooit gewild of gekund. [/v] tagging sound
informant [a] Dat klinkt wel beter ja. [/a] sound
hulpinterviewer [v=026] Vertaal. Jan had het hele brood willen op eten. [/v] sound
informant [a] Jan had het hele brood wel op wille ete. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=026] Vertaal. Jan had het hele brood wel wille op eten. [/v] sound
informant [a] Jan had het hele brood wel op wille ete. [/a] sound
hulpinterviewer [v=027] Vertaal. Vertel maar niet wie zij had kunnen roepen. [/v] sound
informant [a] Vertel maar niet wie zij had kunne roepen. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=035] Vertaal. Jan herinnert zich dat verhaal wel. [/v] sound
informant [a] Jan herinnert zich dat verhaal wel. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=038] Vertaal. De timerman heeft geen spijkers bij zich. [/v] sound
informant [a] De timmerman heeft geen spijkers bie zich. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=040] Vertaal. Erik liet mij voor zich werken. [/v] sound
informant [a] Erik liet mij voor zich werken. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a] Die uitdrukking vind ik een beetje vreemd. [/a] sound
hulpinterviewer [v] Vertaal. [/a] sound
hulpinterviewer [v] Ik werkte voor Erik. [/v] sound
informant [a] Ik werkte voor Erik. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=041] Vertaal. Johanna liet zich mee drijven op de golven. [/v] sound
informant [a] Johanna liet zich mee drijve op de golve. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=042] Vertaal. Toon bekeek zich zelf eens goed in de spiegel. [/v] sound
informant [a] toon bekeek zichzelf nog eens goed in de spiegel [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=045] Vertaal. Eduard kent zich zelf goed. [/v] sound
informant [a] eduard kent zichzelf goed [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=046] Vertaal. Ward heeft gehoord dat er fotoos van zich zelf in de etalage staan. [/v] sound
informant [a] Ward heeft gehoord dat er een foto van zich zelf in de etalage staat. [/a] sound
hulpinterviewer [v] Vertaal. Ward heeft gehoord dat er fotoos van hem zelf in de etalage staan. [/v] tagging sound
informant [a] ward heeft gehoord dat er fotoos van zichzelf in de etalage staan [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a] Ik zeg geen zich zelf. Ik zeg hem zelf. [/a] sound
hulpinterviewer [v=053] Vertaal. Als ik zuinig leef leef ik zoals mijn ouders willen. [/v] sound
informant [a] Als ik zuinig leef leef ik zoals mijn ouders willen. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=055] Vertaal. Als hij nog drie jaar leeft leeft hij langer dan zijn vader. [/v] sound
informant [a] Als hij nog drie jaar leeft leeftie langer dan zijn vader. [/a]

leeft ie
tagging sound
hulpinterviewer [v=057] Vertaal. Als zij zo gevaarlijk leeft leeft ze niet lang meer. [/v] sound
informant [a] Zoals zij leeft leeft ze niet lang meer. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v] Vertaal. Die leeft niet lang meer als zij zo gevaarlijk leeft. [/v] sound
informant [a] Zo losbandig als zij leeft dan leef ze niet lang meer. [/a] sound
hulpinterviewer [v=059] Vertaal. Alset nu nog leeft dan leeftet morgen ook nog. [/v]

als et leeft et
tagging sound
veldwerker [v] Dat kan? [/v] sound
informant [a] Ja op die manier wel. [/a] sound
hulpinterviewer [v=061] Vertaal. Als jullie zo lobandig leven dan leven jullie nooit zo lang als ik. [/v] sound
informant [a] Ja als jullie zo losbandig leven. [/a] tagging sound
informant [a] Dan leven jullie nooit zo lang als ik. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=063] Vertaal. Als ze voor hun werk leven dan leve ze niet voor hun kindere. [/v] sound
informant [a] Als ze voor hun werk leve leve ze niet voor hun kindere. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=067] Vertaal. Als Rudy nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/v] sound
informant [a] Als Rudy nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=068] Vertaal. Als je gezond leeft dan leef je langer. [/v] sound
informant [a] Als je gezond leeft dan leef je langer. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=069] Vertaal. Als er zo weinig mensen van de landbouw leven dan leven er veel mensen van werk in de fabriek. [/v] sound
informant [a] Als er zo weinig mensen van de landbouw leve dan leve der veel van de fabriek. [/a] tagging sound
informant [a] Van werk in de fabriek. [/a] sound
hulpinterviewer [v=070] Vertaal. Als Pieter en Liesje in et paradijs leve dan leve Rosa en Frans in de hel. [/v] sound
informant [a] Als Pieter en Lucy in et paradijs leve dan leve huppeldepup. [/a] tagging sound
informant [a] Rosa en Frans in de hel. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=071] Vertaal. Als we sober leve dan leve we gelukkig. [/v] sound
informant [a] Als we zo leve. Sober leve. Dan leve we gelukkig. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=072] Vertaal. Leef wat gezonder Jan. [/v] sound
informant [a] Leef wat gezonder Jan. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=073] Vertaal. Leef wat minder bekrompen kindere. [/v] sound
informant [a] Leef wat minder bekrompen kindere. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=132] Vertaal. Ik denk dat Marie hem zal moete roepe. [/v] sound
informant [a] Ik denk dat Marie hem zal moeten roepe. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=188] Vertaal. Heb je genoeg mense om hooi van et land te halen. [/v] sound
informant [a] Heb je genoeg mense om hooi van et land te hale. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=189] Vertaal. Et was aardig van Jan om te kome werke. [/v] sound
informant [a] Ja et was aardig van Jan om te kome werke. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=190] Vertaal. Deze ton is zwaar om te dragen. [/v] sound
informant [a] Deze ton is zwaar om te dragen. [/v] tagging sound
hulpinterviewer [v=198] Vertaal. Hij kan staan zeuren. [/v] sound
informant [a] Hij kan staan zeuren. [/a] tagging sound
informant [a] Tegen het Zaans aan he. [/a] sound
veldwerker [v] Want u had er moeite mee he. [/v] sound
hulpinterviewer [a] Ja ik heb er ook wat anders van gemaakt he. [/a] sound
hulpinterviewer [a] Hij kan zo zeuren [/a] sound
veldwerker [v] Maar hij kan staan zeuren niet. [/a] sound
hulpinterviewer [a] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=199] Vertaal. Hij staat te zeuren. [/v] sound
informant [a] ja hij staat te zeure. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=200] Toen we aan kwame regende het. [/v] sound
informant [a] Toen we aan kwame regendenet. [/a]

regende n et
tagging sound
hulpinterviewer [v=215] Vertaal. Ik geloof dat ik groter ben als hij. [/v] sound
informant [a] Kgeloof dat ik groter ben als hij. [/a]

k geloof
tagging sound
hulpinterviewer [a] Ja ik heb op school groter dan geleerd maar ik denk dat de meerderheid in Beverwijk groter als zegt. [/a] sound
hulpinterviewer [v=216] Vertaal. Ze gelooft dat jij eerder thuis ben als ik. [/v] sound
informant [a] Ze gelooft dat jij eerder thuis bent dan ik. Of als ik. [/a] tagging sound
informant [a] Wordt het ook weer alle twee he. [/a] sound
hulpinterviewer [v=217] Je gelooft zeker niet dat hij sterker is als jij. [/v] sound
informant [a] Je gelooft zeker niet dat hij sterker is dan jij [/a] tagging sound
informant [a] Als jij. [/a] tagging sound
informant [a] Ook weer het zelfde he. Alle twee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=218] Vertaal. Ze gelove dat we rijker zijn als zij. [/v] sound
informant [a] Ze gelove dat we rijker zijn. [/a] tagging sound
informant [a] Als zij. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=219] Vertaal. We gelove dat jullie niet zo slim zijn als wij. [/a] sound
informant [a] We gelove dat jullie niet zo slim zijn als wij. [/a] tagging sound
informant [a] Ja dan hoor je toch meer als wij denk ik dan dan wij. [/a] sound
hulpinterviewer [v=220] Vertaal. Jullie gelove jammer genoeg dat zij armer zijn als jullie. [/v] sound
informant [a] Jullie gelove jammer genoeg niet dat zij armer zijn dan jullie. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=221] Vertaal. U gelooft dat Lisa even mooi is als Anna. [/v] sound
informant [a] U gelooft dat Lisa net zo mooi is als Anna. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=249] De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/v] sound
informant [a] De jongen wiens moeder gisteren getrouwd is stond achter mij. [/a] tagging sound
informant [a] Ja wiens moeder. Dat vind ik niet zo uit deze wat je hier hoort. [/a] sound
hulpinterviewer [v] vertaal. De jongen wie zijn moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/v] tagging sound
informant [a] Wie zijn moeder. Ja dat hoor je hier duidelijker als wiens. [/a] sound
hulpinterviewer [v=250] De bank waar ze op zaten was pas geverfd. [/v] sound
informant [a] De bank waar ze op zaten was pas geverfd. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=259] Vertaal. Wie geld heeft moet mij maar wat geven. [/v] sound
informant [a] Wie geld heeft moet mij maar wat geven [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=273] Vertaal. Marie trok de deken naar zich toe. [/v] sound
informant [a] Marie trok de deken naar zich toe. [/a] tagging sound
veldwerker [v] Naar der toe. Kan dat ook. [/v] tagging sound
informant [a] Ja. Kdenk dat je beide wel hoort. [/a]

k denk
sound
hulpinterviewer [v=339] Vertaal. Niemand mag et zien dus ik vind dat jij et ook niet mag zien. [/a] sound
informant [a] Niemand mag et zien dus ik vind dat jij et ook niet mag zien. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=370] Vertaal. Dat is de man die ze geroepe hebbe. [/v] sound
informant [a] Dat is de man die ze geroepe hebben. [/v] tagging sound
hulpinterviewer [v=371] Vertaal. Dat is de man die het verhaal heeft verteld. [/v] sound
informant [a] Dat is de man die et verhaal heeft verteld. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=372] Vertaal. Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld. [/v] sound
informant [a] Dat is de man denk ik die et verhaal heeft verteld. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=373] Vertaal. Dat is de man die ik denk dat ze geroepe hebbe. [/v] sound
informant [a] Dat is de man die ik denk die ze geroepe hebbe. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a] Dat is de man denk ik dasse geroepe hebbe. [/a]

das se
tagging sound
informant [a] Dat is de man denk ik die ze geroepe hebbe. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a] Vraag 372 en 372 zijn onmogelijk. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=397] Vertaal. Et schijnt dat ze niets mag eten. [/v] sound
informant [a] Et schijnt dat ze niets mag ete. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=403] Vertaal. Et lijkt wel of er iemand in de tuin staat. [/v] sound
informant [a] Tlijkt wel offer iemand in de tuin staat. [/a]

t lijkt of fer
tagging sound
hulpinterviewer [v=520] Vertaal. Wat voor boeke heb je gekocht. [/v] sound
informant [a] Wat voor boeke heb je gekocht. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=526] Vertaal. Wie heeft je op de kermis gezien. [/v] sound
informant [a] Wie heeft jou op de kermis gezien. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a] Wie hebbe jou allemaal op de kermis gezien. [/a] sound
hulpinterviewer [v=036] Marie en Piet wijze naar ... [/v] sound
informant [a] Wijze naar elkaar. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=037] Plaatje. Toon wast ... [/v] sound
informant [a] jan wast zichzelf [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=039] Plaatje. Fons zag een slang naast .. [/v] sound
informant [a] Fons zag een slang naas zich. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a] Plat Beverwijks naast hem. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=006] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Gisteren wandeldiede door het park. [/v]

wandel die de
sound
informant [a=n] Nee gisteren wandeldenie. [/a]

wandelde n ie
tagging sound
hulpinterviewer [v=022] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Er wil niemand niet dansen. [/v] sound
informant [a=n] Niemand wil dansen. [/a] sound
hulpinterviewer [a] Dat niet moet er gewoon uit. Er wil niemand dansen. [/a] sound
hulpinterviewer [v=087] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Eddy moet kunnen vroeg op staan. [/v] sound
informant [a=n] Nee. sound
hulpinterviewer [a] Moet vroeg op kunnen staan. [/a] sound
hulpinterviewer [v=137] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Hij wil geen soep niet meer eten niet. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Hij wil geen soep meer eten. [/a] sound
hulpinterviewer [v=140] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Zitte hier nergens geen muizen. [/v] tagging sound
informant [a=j] Zuk soort uitspraken hoorje wel eens ja. [/a] sound
hulpinterviewer [v=148] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Iedereen is geen vakman. [/v] sound
informant [a=n] Niet iedereen is vakman zou ik zeggen. [/a] sound
hulpinterviewer [v=149] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Hij heeft overal geen vrienden. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Hij heeft niet overal vrienden. [/a] sound
hulpinterviewer [v=260] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb. [/v] sound
informant [a=n] Wat denk je die ik in de stad ontmoet heb. [/a] tagging sound
informant [a] Het klinkt me toch niet zuiver in me oren. [/a] sound
hulpinterviewer [a=j] Mij klinkt het vertrouwd. [/a] sound
informant [a] Wie denk je die ik in de stad ontmoet heb zou ik zegge. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=261] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Wat denke jullie hoe ze het hebbe opgelost. [/v] tagging sound
informant [a=n] Hoe denke jullie dat ze het hebbe opgelost. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a=j] Nee ik vind dit vertrouwd klinken. [/a] sound
hulpinterviewer [v=262] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Wie denk je wie ik in de stad onmoet heb. [/a] sound
informant [a=n] Wie denk je dat ik in de stad ontmoet heb. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a=j] Ja ik vind dat kunne. [/a] sound
hulpinterviewer [v=265] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Hoe denk je hoe ze et hebbe op gelost [/a] sound
informant [a=n] Hoe denk je dat ze het hebbe op gelost. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=309] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Ik heb geen zin en voeren de koeien. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=311] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Ik denk hij weg is. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Ik denk dattie weg is. [/a]

dat tie
sound
hulpinterviewer [v=312] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Ik zei nog tegen haar ik denk hij is weg. [/v] sound
informant [a=j] Ik zei nog tegen haar ik denk hij is weg. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=316] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. [/v] sound
informant [a] Nee dat hoor ik niet hoor. [/a] sound
hulpinterviewer [v=317] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Marie al haar koeie zijn verdonken bij de overstroming. [/v] sound
informant [a] Marie met al haar koeie. [/a] sound
hulpinterviewer [a=j] Marie al der koeie. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [a] En wat vind je van Marie al der koeie zijn verdronke. [/a] tagging sound
informant [a=j]Dat hoor je hier wel. [/a] sound
hulpinterviewer [a] Marie der koeie zijn allemaal verdronke. [/a] sound
informant [a] Ja dat hoor je hier zeker. [/a] sound
hulpinterviewer [v=329] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Ik zei nog tegen haar. Ik geloof deze jongen vinden ze allemaal wel aardig. [/v] sound
informant [a] Ja. Hier zou je ook zeggen ik zei nog tege der. [/a] sound
hulpinterviewer [v] En de rest van de zin. Ik geloof deze jongen vinden ze allemaal wel aardig. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Die zinsbouw zou ik andersom zette dacht ik. [/a] sound
hulpinterviewer [v=353] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Persoon A vraagt wil je nog koffie Jan? [/v] sound
hulpinterviewer [v] Jan antwoordt jaak [/v] sound
informant [a=n] Nou nee. Dat kan ik me zo niet herinneren dat je dat hier algemeen hoort. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=355] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Persoon A vraagt hebbe ze gegete. Persoon B antwoordt jaanze. [/v] sound
informant [a=n] Nee dat klinkt niet bekend in de oren. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=359] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Met zulk weer je kunt niet veel doen. [/v] sound
informant [a=n] Met zulk weer kun je niet zo veel doen. [/a] sound
hulpinterviewer [v=364] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Is hem dood. [/a] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=501] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Marie zit te stoofperen schillen. [/v] sound
informant [a=n] Marie zit stoofpere te schillen. [/a] sound
hulpinterviewer [a] Deze volgorde kenne wij niet. Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=502] Komt deze zin voor in uw dialect. Vertaal. Marie zit stoofperen en schillen. [/v] sound
informant [a=n] En schille? Nee. Te schille. [/a] sound
hulpinterviewer [v=029] Komt deze zin voor in uw dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect. Vertaal. [/v] sound
hulpinterviewer [v] Vertel mij eens wie of zij had kunne roepe. [/v] sound
informant [a] Vertel me eens wie zij had kunne roepe. [/a] tagging sound
informant [a=j] Wie of zij had kunne roepe. Daar hoor ik niets vreemds aan. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=296] Komt deze zin voor in uw dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect. Vertaal. Zou hij dat gedaan hebben gekund. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=297] Komt deze zin voor in uw dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect. Vertaal. Zou hij dat gedaan gekund hebben. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Het wordt steeds doller he. [/a] sound
hulpinterviewer [v=347] Komt deze zin voor in uw dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect. Ik weet dat hij is gaan zwemmen. [/v] sound
informant [a=j] Ik weet dat hij is gaan zwemmen. Ja dat klinkt me wel goed in de oren. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=350] Komt deze zin voor in uw dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect. Ik weet dat hij gaan zwemmen is. [/v] sound
informant [a=n] Nee das abacadabra. [/a]

da s
sound
hulpinterviewer [v=352] Komt deze zin voor in uw dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect. Ik weet dat hij zwemmen gaan is. [/v] sound
informant [a=n] Nee onbekend. [/a] sound
hulpinterviewer [v=495] Komt deze zin voor in uw dialect. Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect. Ik denk dat je veel weg zou moete gooie. [/v] sound
informant [a=j] Ja dat klinkt me wel goed in de ore. [/a] sound
hulpinterviewer [v] Ik denk dat je veel zou weg moete gooie. [/v] sound
informant [a=n] Nee minder. [/a] sound
hulpinterviewer [v] Ik denk dat je veel zou moete weg gooie. [/v] sound
informant [a] De erste klinkt het beste. [/a] sound
informant [a] Ik denk dat je veel weg zou moete gooie. Dat is hier het meest gebruikelijk denk ik. Ja. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=075] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik vind dat iedereen moet kunne zwemme. [/v] tagging sound
informant [a=j] ja. [/a] sound
hulpinterviewer [v=077] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik vind dat iedereen moet zwemmen kunnen. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=080] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik vind dat iedereen kunnen zwemmen moet. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=082] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik vind dat iedereen zwemmen kunnen moet. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=084] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik vind dat iedereen zwemmen moet kunnen. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=086] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten. [/v] sound
informant [a] Ja ik dacht het wel. [/a] sound
hulpinterviewer [a] Ik vond ik weet dat Eddy morgen brood wil eten. [/a] tagging sound
informant [a] Dat klinkt me wel beter in me ore ja. [/a] sound
informant [a] Wil brood ete. brood wil ete. Ja dat is toch. [/a] sound
commentaar[meta] [k] E079p [/k] [/meta]  sound
veldwerker [v] Wilt u anders voor de zekerheid die zinnen vanaf 88 voorlezen. [/v] sound
hulpinterviewer [v=088] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=093] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Ik vin dat Marie naar Jef moet bellen. [/a] sound
hulpinterviewer [v=102] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
informant [a] Ik weet dat Jan jammer genoeg zal moeten vertrekken. [/v] sound
hulpinterviewer [v=107] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik weet dat Hans mag niet komen. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Hans mag nie komen. [/a] sound
hulpinterviewer [v=114] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik weet dat Jan wil varkens kopen. [/v] sound
informant [a=n] Nou het begint er iets meer op te lijken maar ik zou het ook zo niet zegge. Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=154] Komt deze zin voor in uw dialect. Boeken heeft Jan drie. [/v] sound
informant [a=n] Nee dat zeg je zo niet. [/a] sound
hulpinterviewer [v=156] Komt deze zin voor in uw dialect. Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt. [/v] tagging sound
informant [a=j] Ja dat klinkt me goed in de ore. [/a] sound
hulpinterviewer [v=157] Komt deze zin voor in uw dialect. Jan weet dat hij voor drie de uur de wagen moet gemaakt hebben. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Gemaakt moet hebben. [/a] sound
hulpinterviewer [v=160] Komt deze zin voor in uw dialect. Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben. [/v] sound
informant [a] Moet hebben. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=161] Komt deze zin voor in uw dialect. Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet. [/a] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=227] Komt deze zin voor in uw dialect. Persoon A vraagt hij slaapt. Persoon B antwoordt hij doet. [/v] sound
informant [a=n] Klinkt me niet bekend in de oren hoor. [/a] sound
hulpinterviewer [v=228] Komt deze zin voor in uw dialect. Persoon A vraagt hij slaapt. Persooon B antwoordt tdoet. [/v]

t doet
sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=243] Komt deze zin voor in uw dialect. Persooen A vraagt slaapt hij. Persoon B antwoordt ie doet. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=245] Komt deze zin voor in uw dialect. De lamp doet niet meer branden. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v] De kinderen doen hier niet voetballen. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v] Branden doet de lamp niet meer. [/v] tagging sound
informant [a=j] Ja dat zou ik me voor kunnen stellen maar ik zou het toch iets anders zegge denk ik. De lamp brandt niet meer. Hij doet et niet meer. [/a] sound
hulpinterviewer [a] Hij hangt daar mooi Kees. Ja maar branden doetie niet meer. [/a]

doet ie
sound
hulpinterviewer [v=246] Komt deze zin voor in uw dialect. Doet Marie elke avond danse. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=247] Komt deze zin voor in uw dialect. Doe et brood even snijden. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=248] Komt deze zin voor in uw dialect. Ik doe wel even de kopjes wassen. [v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=319] Komt deze zin voor in uw dialect. Dit denk ik niet aan. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Hier denk ik niet aan. [/a] sound
hulpinterviewer [v=321] Komt deze zin voor in uw dialect. Die rare jongen ben ik mee naar de markt geweest. [/v] sound
informant [a=n] Nee ik zou zegge met die rare jongen ben ik naar de markt geweest. [/a] sound
hulpinterviewer [v=328] Komt deze zin voor in uw dialect. Jan vindt dat je moet zulke dinge niet gelove. [/v] sound
informant [a=n] Jan vindt dat je moet. Nee. [/a] sound
informant [a] Jan vindt dat je dat niet moet geloven. [/a] sound
hulpinterviewer [v=387] Komt deze zin voor in uw dialect. Persoon A vraagt wanneer zal de wereldvrede kome. Persoon B antwoordt nooit niet. [/v] tagging sound
informant [a=j] Ja dat hoor je hier wel. [/a] sound
hulpinterviewer [v=459] Komt deze zin voor in uw dialect. Hij heeft de bal gegooid in de mand. [/v] sound
informant [a=n] Hij heef zijn bal in de mand gegooid. [/a] tagging sound
hulpinterviewer [v=474] Komt deze zin voor in uw dialect. Et en was maar net goed genoeg. [/v] sound
informant [a=n] Nee dat spreekt me niet aan. [/a] sound
hulpinterviewer [v=485] Komt deze zin voor in uw dialect. Persoon A vraagt zal ik koken. Persoon B antwoordt dat doe maar. [/v] sound
informant [a=n] Nee. Doe dat maar. [/a] sound
hulpinterviewer [v=486] Komt deze zin voor in uw dialect. Dat boek beloof mij dat je nooit meer zult verstoppen. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
hulpinterviewer [v=487] Komt deze zin voor in uw dialect. Wat zeg mij dat je gekocht hebt. [/v] sound
informant [a=n] Klinkt ook niet. [/a] sound
hulpinterviewer [v=513] Komt deze zin voor in uw dialect. Zo een vrouw ene kun je maar beter niet tegen spreken. [/v] sound
informant [a=n] Zoon vrouw. [/a] sound
hulpinterviewer [v=530] Komt deze zin voor in uw dialect. Marie zei dat jij Piet een boek hebt geprobeerd te verkopen. [/v] sound
informant [a=n] Nee. [/a] sound
informant [a] Nee. Geen goede zinsopbouw voor deze streek. [/a] sound
hulpinterviewer [v=531] Komt deze zin voor in uw dialect. Wim dacht dat ik Els had geprobeerd een cadeau te geve. [/v] sound
informant [a=n] Klinkt me ook niet als normaal in de oren. [/a] sound
hulpinterviewer [v=532] Komt deze zin voor in uw dialect. Karel weet dat jij hebt geprobeerd Marie een boek te verkopen. [/v] tagging sound
informant [a=j] Ja. [/a] sound
veldwerker [n] [v=762] Kun je in het Beverwijks zeggen als ik ga dan gaan ik. [/v] sound
informant [a=j] Ja dat is denk ik wel hier gebruikelijk. [/a] [/n] sound

data telefonische enquête

zinsnr.testzininstructieantwoorden
018 Ze weet niet dat Marie gisteren gestorven is Komt ook voor: 1. 'gestorven is/is gestorven', 2. 'heeft gestorven/gestorven heeft', 3. 'ze'n weet niet ...'.; Varianten opnemen als 'komt voor'-vragen.Als variant met 'en' voorkomt, vragen als 'komt voor':; 'Pas op dat je niet en valt.' komt voor : j
vorm: is gestorven
025 Niemand heeft dat ooit gewild of gekund Vragen of er nog ander vormen mogelijk zijn van het voltooid deelwoord. komt voor : j
029 Vertel mij eens wie of zij had kunnen roepen Komt deze zin met 'wie of' voor? komt voor : j
068 Als je gezond leeft, dan leef je langer Als voegwoordvervoeging voorkomt, ook afvragen zonder pronomen. Vraag dan ook een zin zonder voegwoordverv. af zonder pronomen.; In Noord-Holland: Asse je gezond leeft, leef je langer. vorm: zelfde
086 Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten komt voor : n
140 Zitten hier nergens geen muizen? komt voor : j
vorm: nooit geen
193 Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is. Nederland komt voor : j
245 De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen 1 invullen bij ANTWOORD 1; 2 invullen bij ANTWOORD 2 komt voor (1) : n
komt voor (2): n
249 De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. komt voor : n
vorm: die zijn
250 De bank waar ze op zaten was pas geverfd. Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. komt voor : j
296 Zou hij dat gedaan hebben gekund? Vorm voltooid deelwoord: zie W25 komt voor : n
297 Zou hij dat gedaan gekund hebben? Vorm voltooid deelwoord: zie W25 komt voor : n
309 Ik heb geen zin en voeren de koeien komt voor : n
353 Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k Tijdens interview werd deze zin goedgekeurd. Ter controle nogmaals vragen. ; Indien ja: 728 opvragen. komt voor : n
355 Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze Letten op congruentie-n komt voor : n
364 Is hem dood? Relevant accusatiefpronomen gebruiken komt voor : n
373 Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben komt voor : j
388 Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) komt voor : j
opmerking: wordt wel eens gezegd; utrecht komt het vaker voor volgens hem
389 Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) komt voor : n
390 Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) komt voor : n
391 Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) komt voor : n
395 Geloof je niet dat hij gevallen heeft? Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. komt voor : n
601 Maar en kom je niet? In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). komt voor : n
602 Waarom en kom je niet? In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). komt voor : n
605 Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. komt voor : n
610 We konden nergens niet zitten in die volle zaal Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. komt voor : n
611 We zullen nooit niet winnen van de sterkste man. Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. komt voor : n
612 Ik heb niks niet gezien want ik sliep Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. komt voor : n
613 Ik heb geen enkel boek niet gekocht want m'n geld was op Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. komt voor : n
614 Jan rookt niet meer (VERTAAL) Vertaling bij VORM komt voor : j
vorm: zelfde
729 Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2.
730 Hoe laat is dat eigenlijk? komt voor : n
731 Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) vorm: we
opmerking: onlogisch; dat moet of zijn
731 Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) vorm: we
opmerking: onlogisch; dat moet of zijn
732 Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2). komt voor : n
733 Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). opmerking: komt verder niet voor
734 Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. komt voor : j
vorm: alleen hun
737 Marie en Piet kussen elkaar. vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. komt voor : n
738 Hij riep alle familieleden bij zich. Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) komt voor : j
vorm: bij 'm
739 Er zat een inbreker in deze kast. komt voor : j
740 Het zat een inbreker in deze kast. komt voor : n
741 Daar zat een inbreker in deze kast. komt voor : n
742 Gisteren zat een inbreker in deze kast. komt voor : j
743 Gisteren zat er een inbreker in deze kast. komt voor : j
744 Gisteren zat het een inbreker in deze kast. komt voor : n
745 Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. komt voor : n
746 't Is net of een hond in deze kast zit. komt voor : j
747 't Is net of er een hond in deze kast zit. komt voor : j
748 't Is net of het een hond in deze kast zit. komt voor : n
749 't Is net of daar een hond in deze kast zit. komt voor : n
750 Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM vorm: als dattu leeft leeft u
751 Asse ze denken datte ze moeten gaan, dan gane ze maar (KOMT VOOR + VERTAAL). komt voor : j
vorm: gane datte
opmerking: is meer van vroeger; verdwenen
752 An ze denken dan ze moeten gaan, gaan ze maar komt voor : n
vorm: gane datte
753 Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) vorm: als iedere
754 Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) komt voor : j
755 Asse we horen datte we moeten gaan, gane we. (KOMT VOOR + VERTAAL) komt voor : j
vorm: asse we niet
756 An we horen dan we moeten gaan, gaan we. (KOMT VOOR + VERTAAL) komt voor : n
vorm: asse we niet
757 Ze gelooft datte jij eerder thuis bent dan ik. komt voor : n
760 Asse jullie horen datte jullie nodig zijn, gane jullie meteen. komt voor : n
vorm: datte jullie is niet gebruikelijk
761 An jullie horen dan jullie nodig zijn, gaan jullie meteen. komt voor : n
vorm: datte jullie is niet gebruikelijk
762 Als ik ga, ga ik (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: k ga
opmerking: de vormen van gaan zijn eigenlijk hetzelfde als in het standaard nederlands. wel geeft inf aan dat er dan tussen moet en dat dat niet goed weggelaten kan worden.
762 Als ik ga, ga ik (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: gaan ik
opmerking: de vormen van gaan zijn eigenlijk hetzelfde als in het standaard nederlands. wel geeft inf aan dat er dan tussen moet en dat dat niet goed weggelaten kan worden.
763 Als je gaat, ga je. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: je gaat
763 Als je gaat, ga je. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ga je
764 Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. vorm: u gaat
764 Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. vorm: gaat u
765 Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: hij gaat
opmerking: dan hoort er echt wel bij!!!
765 Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: gaat ie
opmerking: dan hoort er echt wel bij!!!
766 Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ze gaat
766 Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: gaat ze
767 Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: t gaat
767 Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: gaat t
768 Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: we gaan
768 Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: gaan we
769 Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: jullie gaan
769 Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: gaan jullie
770 Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ze gaan
770 Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: gaan ze
771 Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) Vorm van gaan invullen bij VORM vorm: ga
772 Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ik ging
772 Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ging jij
773 Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: jij ging
773 Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ging ik
774 Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: u ging
774 Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ging hij
775 Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: hij ging
775 Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ging u
776 Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: zij ging
776 Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ging t
777 Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: t ging
777 Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ging ze
778 Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) vorm: wij ginge
778 Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) vorm: ginge jullie
779 Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: jullie gingen
779 Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: gingen wij
780 Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ze gingen
780 Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) Vormen van gaan invullen bij VORM vorm: ginge ze
781 Vertel mij eens wie er aan de deur was? Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. komt voor : j
vorm: wie dat er
781 Vertel mij eens wie er aan de deur was? Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. komt voor : j
vorm: wie of er aan de
782 Dat is de man wie ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
783 Dat is de man dat ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
784 Dat is de man die ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
785 Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
786 Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
787 Dat is de man die het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
788 Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. komt voor : j
789 Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
790 Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
791 Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
792 Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
793 Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : n
794 Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. komt voor : j
798 Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. komt voor : n
799 Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. komt voor : n
804 Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. komt voor : n
vorm: moet kunnen zien
805 Hij is alle kapotte spullen weg aan het smijten. komt voor : j
807 Marie zit te stoofpeer schillen. komt voor : n
808 Marie zit te stoofperen schillen. komt voor : n
809 Marie zit te piano spelen. komt voor : n
810 Hij zit weer te voorzeggen. komt voor : n
817 Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. komt voor : n
818 Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. komt voor : n
819 Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. komt voor : j
820 Hij zal wel weer staan te zeuren. komt voor : n
vorm: zitten
821 Hij zal wel weer staan zeuren. komt voor : j
vorm: zitten zeuren
opmerking: met zitten zeuren
822 Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. komt voor : n
823 Ben je met die fiets gevallen geweest? komt voor : n
824 Het huis is verkocht geworden. komt voor : n
825 Het huis is verkocht geweest. komt voor : n
826 Ik heb hem gisteren tegengekomen. komt voor : n
827 Jan liet zich meedrijven op de golven Vorm zich invullen bij VORM komt voor : j
vorm: z'n eigen
828 Toon bekeek zich eens goed in de spiegel Vorm zich invullen bij VORM komt voor : j
vorm: z'n eigen
829 Eduard kent zich goed Vorm zich invullen bij VORM vorm: z'n eigen
831 Jan trok de deken naar zich toe Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM komt voor : j
vorm: z'n eige