SAND-data Oostwoud (E031a)
schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête
data schriftelijke enquête
zinsnr. | testzin | antwoorden |
---|---|---|
035 (x01a) | Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 02976) |
vertaling: jan herinnert z'n aigen dat verhaal wel opm.: reflexief: z'n eigen |
036 (x01b) | Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 02976) |
vertaling: Merie en Piet ziene mekaar voar de kerk |
037 (x01c) | Toon wast ... (inf. 02976) |
vertaling: Toon wast z'n aigen opm.: reflexief: z'n eigen |
038 (x01d) | De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 02976) |
vertaling: de timmerman het spaikers bai em opm.: dav reflexief: hem |
039 (x01e) | Fons zag een slang naast ... (inf. 02976) |
vertaling: Fons zag een slang naast em opm.: reflexief: hem |
040 (x01f) | Erik liet mij voor zich werken (inf. 02976) |
vertaling: Erik liet moin voor em werreke opm.: reflexief: hem |
041 (x01g) | Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 02976) |
vertaling: joanna liet er oigen meedroive op de golve opm.: reflexief: haar eigen |
042 (x01h) | Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 02976) |
vertaling: Toon bekeek z'n oigen deres goed in de spiegel opm.: reflexief: haar eigen |
043 (x01i) | Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 02976) |
vertaling: Jan het in twei minute een biertje dronken |
044 (x01j) | Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 02976) |
vertaling: deuze skoene loupe makkelijk |
045 (x01k) | Eduard kent zichzelf goed (inf. 02976) |
vertaling: Eduard kent z'n oigen goed opm.: reflexief: z'n eigen |
046 (x01l) | Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 02976) |
vertaling: Ward heb hoord datte der foto's van em oin de etalage stane opm.: reflexief: hem |
047 (x01m) | Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 02976) |
vertaling: Die eerepels skille niet makkelijk |
884 (x01n) | Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 02976) |
vertaling: Dut glas breekt as ut op de grond valt |
052 (x02a) | Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 02976) |
vertaling: Dokter, leef ik wel gezond genog? |
054 (x02b) | Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 02976) |
vertaling: Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader |
056 (x02c) | Deze week leeft zij op water en brood (inf. 02976) |
vertaling: Deuze week leeft zij op water en brood |
058 (x02d) | Leeft het nog? (inf. 02976) |
vertaling: Leeft et nog |
060 (x02e) | Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 02976) |
vertaling: Hoelang leve jullie nou al van die erfenis |
062 (x02f) | In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 02976) |
vertaling: In Bretagne leve ze vooral van de visvangst |
064 (x02g) | Na het eten ga ik slapen (inf. 02976) |
vertaling: Nei et ete gaan ik slape |
065 (x02h) | Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 02976) |
vertaling: Zou ik dat wel doen kenne |
066 (x02i) | Hij liet zijn huis afbreken (inf. 02976) |
vertaling: Hai liet z'n huis afbreke |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 02976) |
vertaling: Ik weet dat Jan hard moet kenne werreke komt voor: j gebr.: 5 |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 02976) |
vertaling: Ik weet dat Jan hard moet kenne werreke komt voor: j gebr.: 5 |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 02976) |
vertaling: Ik weet dat Jan hard moet kenne werreke komt voor: j gebr.: 5 |
076 (x03b) | Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 02976) |
komt voor: n |
078 (x03c) | Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 02976) |
komt voor: n |
079 (x03d) | Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 02976) |
komt voor: n |
081 (x03e) | Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 02976) |
komt voor: n |
083 (x03f) | Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 02976) |
komt voor: n |
879 (x04(iii)a) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
879 (x04(iii)a) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
880 (x04(iii)b) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
880 (x04(iii)b) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
088 (x04(iii)c) | Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 02976) |
komt voor: n |
089 (x04(iii)d) | Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 02976) |
komt voor: n |
091 (x04(iv)a) | Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
091 (x04(iv)a) | Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
092 (x04(iv)b) | Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
092 (x04(iv)b) | Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
093 (x04(iv)c) | Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 02976) |
komt voor: n |
094 (x04(iv)d) | Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 02976) |
komt voor: n |
095 (x04(ix)a) | Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3,5 |
095 (x04(ix)a) | Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3,5 |
096 (x04(ix)b) | Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
096 (x04(ix)b) | Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
097 (x04(ix)c) | Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 02976) |
komt voor: n |
098 (x04(ix)d) | Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 02976) |
komt voor: n |
100 (x04(v)a) | Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
100 (x04(v)a) | Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
101 (x04(v)b) | Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
101 (x04(v)b) | Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
102 (x04(v)c) | Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 02976) |
komt voor: n |
103 (x04(v)d) | Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 02976) |
komt voor: n |
105 (x04(vi)a) | Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
105 (x04(vi)a) | Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
106 (x04(vi)b) | Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
106 (x04(vi)b) | Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
107 (x04(vi)c) | Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 02976) |
komt voor: n |
110 (x04(vi)d) | Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 02976) |
komt voor: n |
112 (x04(vii)a) | Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
112 (x04(vii)a) | Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
113 (x04(vii)b) | Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
113 (x04(vii)b) | Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
114 (x04(vii)c) | Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 02976) |
komt voor: n |
115 (x04(vii)d) | Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 02976) |
komt voor: n |
117 (x04(viii)a) | Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
117 (x04(viii)a) | Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
118 (x04(viii)b) | Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
118 (x04(viii)b) | Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
086 (x04(viii)c) | Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 02976) |
komt voor: n |
121 (x04(viii)d) | Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 02976) |
komt voor: n |
123 (x04(x)a) | Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
123 (x04(x)a) | Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
124 (x04(x)b) | Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
124 (x04(x)b) | Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
087 (x04(x)c) | Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 02976) |
komt voor: n |
126 (x04(x)d) | Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 02976) |
komt voor: n |
128 (x04(xi)a) | Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
128 (x04(xi)a) | Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
129 (x04(xi)b) | Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
129 (x04(xi)b) | Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
130 (x04(xi)c) | Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 02976) |
komt voor: n |
131 (x04(xi)d) | Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 02976) |
komt voor: n |
133 (x05a) | Jan heeft geeneen boek meer (inf. 02976) |
vertaling: Jan het gienien boek meer |
134 (x05b) | Jan en heeft geen boek meer (inf. 02976) |
vertaling: Jan het gien boek meer |
135 (x05c) | Boeken heeft Jan geen (inf. 02976) |
vertaling: Boeken heb Jan niet |
136 (x05d) | Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 02976) |
vertaling: Jan heb niet veul geld meer |
144 (x05e) | Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 02976) |
vertaling: Er mag gien mens spreke over dut probleem |
138 (x05f) | Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 02976) |
vertaling: Er mag niemand over dut probleem spreke |
139 (x05g) | Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 02976) |
vertaling: Niemand zegt dat ie komt |
140 (x05h) | Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 02976) |
vertaling: Zitte hier erreges muize? |
141 (x05i) | Ik geef niets aan een ander niet (inf. 02976) |
vertaling: Niemand wul werreke |
142 (x05j) | Niemand wil niet werken niet (inf. 02976) |
vertaling: Wai wiste niet dat ie thuis was |
143 (x05k) | Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 02976) |
vertaling: ik wist niet dat ie thuis was |
144a (x05l) | Ik wist het niet ook niet (inf. 02976) |
vertaling: Ik wist et ok niet |
145 (x05m) | Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 02976) |
vertaling: Hai mag met gien mens spreke over dut probleem |
155 (x06) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 02976) |
vertaling: Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt moet hewwe |
156 (x06a) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 1 |
156 (x06a) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 1 |
157 (x06b) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 02976) |
komt voor: n |
158 (x06c) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 02976) |
komt voor: n |
159 (x06d) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 02976) |
komt voor: n |
160 (x06e) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
160 (x06e) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
161 (x06f) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
161 (x06f) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
162 (x07a) | Maries auto is kapot (inf. 02976) |
vertaling: Marie der auto is stik |
163 (x07b) | Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 02976) |
vertaling: Merie heur auto is stik |
164 (x07c) | Piets auto is kapot (inf. 02976) |
vertaling: De auto van Piet is stik opm.: prenominale possessieve genitief '-s': n.v.t. |
165 (x07d) | Piet z'n/se auto is kapot (inf. 02976) |
vertaling: Piet z'n auto is stik |
166 (x07e) | Die mans auto is kapot (inf. 02976) |
vertaling: De auto van die man is stik |
167 (x07f) | Die man zijn/se auto is kapot (inf. 02976) |
vertaling: Die man z'n auto is stik |
168 (x07g) | Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 02976) |
vertaling: Die auto is niet van moin maar van hem |
169 (x07h) | Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 02976) |
vertaling: De krant van guster leit onder de TV |
170 (x07i) | Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 02976) |
vertaling: Jan is Karolien en Kristien hullie broertje |
171 (x07j) | Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 02976) |
vertaling: Die joos hullie fietse benne stolen |
172 (x07k) | Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 02976) |
vertaling: Die zussies hullie moeder is op visite |
173 (x07l) | Die auto is Wims (inf. 02976) |
vertaling: Die auto is van Wum |
174 (x07m) | Die fiets is mijns (inf. 02976) |
vertaling: Die fiets is van moin |
178 (x08a) | Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 02976) |
vertaling: Hij mag met gien ien prate over dut probleem |
179 (x08b) | Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 02976) |
vertaling: Ik wil gien mens bezere |
180 (x08c) | Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 02976) |
vertaling: Ut is jammer dat wij niet komme magge |
181 (x08d) | Dat niet en ga ik doen (inf. 02976) |
vertaling: dat gaan ik niet doen |
182 (x08e) | (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 02976) |
vertaling: Ik hew niet werkt |
183 (x08f) | Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 02976) |
vertaling: Nog maaar net had ie 't verteld of Merie begon te huilem |
184 (x08g) | Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 02976) |
vertaling: Gaan die bestelling nou maar ophalen |
185 (x08h) | Hij en werkt (inf. 02976) |
vertaling: Hai werkt niet |
186 (x08i) | Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 02976) |
vertaling: Ik verbied je om hier te komme |
187 (x08j) | Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 02976) |
vertaling: Jan hield teugen datte wai Merie belde |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: die (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: te (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: om (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: die (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: om (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: die (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: te (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: om (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: te (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: om (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: die (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02976) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02976) |
fragment: (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02976) |
fragment: (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02976) |
fragment: om te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02976) |
fragment: om te (1) |
190 (x09c) | Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 02976) |
fragment: om te (1) |
190 (x09c) | Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 02976) |
fragment: om te (1) |
190 (x09c) | Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 02976) |
fragment: te (1) |
190 (x09c) | Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 02976) |
fragment: te (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: dan (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: dan (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: dan (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: (2) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02976) |
fragment: dan (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: dat we (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: 2: te (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: dat we (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: 2: te (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: 2: te (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: dat we (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: dat we (1) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: (2) |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02976) |
fragment: 2: te (1) |
193 (x09f) | Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
194 (x09g) | Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 02976) |
fragment: dan (1) |
195 (x09h) | Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 02976) |
fragment: dan (1) |
196 (x09i) | Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 02976) |
fragment: dan (1) |
197 (x09j) | Is Jan even oud als jij? (inf. 02976) |
fragment: als (1) |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 02976) |
fragment: te (1) |
198 (x09l) | Hij kan staan zeuren (inf. 02976) |
fragment: te (1) |
198 (x09l) | Hij kan staan zeuren (inf. 02976) |
fragment: (1) |
198 (x09l) | Hij kan staan zeuren (inf. 02976) |
fragment: (1) |
198 (x09l) | Hij kan staan zeuren (inf. 02976) |
fragment: te (1) |
200 (x09m) | Toen we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: dat (1) |
201 (x09n) | Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 02976) |
fragment: dat (1) |
203 (x09p) | Ik weet niet of hij komt (inf. 02976) |
fragment: of dat (1) |
203 (x09p) | Ik weet niet of hij komt (inf. 02976) |
fragment: of (1) |
203 (x09p) | Ik weet niet of hij komt (inf. 02976) |
fragment: of (1) |
203 (x09p) | Ik weet niet of hij komt (inf. 02976) |
fragment: of dat (1) |
204 (x10a) | Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 02976) |
vertaling: ik weet dat jullie op niemand boos benne |
205 (x10b) | Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 02976) |
vertaling: Ik weet dat zai op niks trots is |
206 (x10c) | Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 02976) |
vertaling: Els denk dat et niet makkelijk is |
207 (x10d) | Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 02976) |
vertaling: ik weet dat ik te laat ben en jai niet |
208 (x10e) | Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 02976) |
vertaling: je wete toch dat jai werreke moet en ik niet |
209 (x10f) | Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 02976) |
vertaling: Iedereen denkt dat wai naar huis gane en dat zai nog bloive magge |
210 (x10g) | Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 02976) |
vertaling: Ut is jammer dat hai komt en dat zai weggaat |
211 (x10h) | Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 02976) |
vertaling: Ik denk dat lisa ziek is |
213 (x10i) | Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 02976) |
vertaling: Ik denk dat Pieter en Liesje trouwen gaan |
225 (y01(i)) | A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 02976) |
vertaling: Dat doet-ie betekenis: bevestigend |
225 (y01(i)) | A: Hij slaapt B:Hij/'t (en) doet (inf. 02976) |
vertaling: Dat doet-ie betekenis: bevestigend |
226 (y01(i)a) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
227 (y01(i)b) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
228 (y01(i)c) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
229 (y01(ii)) | A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 02976) |
vertaling: Nei dat doet ie niet betekenis: ontkennend |
229 (y01(ii)) | A: Hij zal niet komen B: Hij/'t (en) doet (inf. 02976) |
vertaling: Nei dat doet ie niet betekenis: ontkennend |
230 (y01(ii)a) | A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
231 (y01(ii)b) | A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
232 (y01(ii)c) | A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
233 (y01(iii)) | A: Slaapt hij? B: Ja/nee, hij/'t (en) doet/slaapt (niet) (inf. 02976) |
vertaling: Hai doet oeffies slape |
235 (y01(iii)b) | A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 02976) |
komt voor: j |
236 (y01(iii)c) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
237 (y01(iii)d) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 02976) |
komt voor: j |
238 (y01(iii)e) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 02976) |
komt voor: n |
239 (y01(iii)f) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
240 (y01(iii)g) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 02976) |
komt voor: n |
241 (y01(iii)h) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 02976) |
komt voor: j |
242 (y01(iii)i) | A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 02976) |
komt voor: n |
243 (y01(iii)j) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 02976) |
komt voor: j |
244 (y01(iii)k) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 02976) |
komt voor: n |
245 (y01(iv)a) | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 02976) |
vertaling: De lamp doet neit meer branden komt voor: j |
245 (y01(iv)a) | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 02976) |
vertaling: De lamp doet neit meer branden komt voor: j |
246 (y01(iv)b) | Doet Marie elke avond dansen? (inf. 02976) |
vertaling: Doet Merie elke avond danse? komt voor: j |
246 (y01(iv)b) | Doet Marie elke avond dansen? (inf. 02976) |
vertaling: Doet Merie elke avond danse? komt voor: j |
247 (y01(iv)c) | Doe het brood even snijden! (inf. 02976) |
vertaling: Doen jai het brood effies snaien komt voor: j |
247 (y01(iv)c) | Doe het brood even snijden! (inf. 02976) |
vertaling: Doen jai het brood effies snaien komt voor: j |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 02976) |
fragment: waarvan de (1) |
250 (y02b) | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 02976) |
fragment: weer (1) |
251 (y02c) | De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 02976) |
fragment: (2) |
251 (y02c) | De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 02976) |
fragment: weer (1) |
251 (y02c) | De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 02976) |
fragment: weer (1) |
251 (y02c) | De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 02976) |
fragment: (2) |
252 (y02d) | De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 02976) |
komt voor: n |
253 (y02e) | Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 02976) |
fragment: wat (1) |
254 (y02f) | Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 02976) |
fragment: die (1) |
255 (y02g) | In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 02976) |
fragment: weer (1) |
255 (y02g) | In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 02976) |
fragment: weer (1) |
255 (y02g) | In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 02976) |
fragment: weerin (1) |
255 (y02g) | In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 02976) |
fragment: weerin (1) |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: datte (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: datte (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: datte (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: weerop (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: weerop (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: weerop (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02976) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 02976) |
fragment: wat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 02976) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 02976) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 02976) |
fragment: wat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 02976) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 02976) |
fragment: wat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 02976) |
fragment: wat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 02976) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 02976) |
fragment: Wie (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 02976) |
fragment: Wie (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 02976) |
fragment: Die (1) |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 02976) |
fragment: Die (1) |
260 (y03a) | Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 02976) |
vertaling: Wie denk je dat ik tegenkommen ben in de stad |
261 (y03b) | Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 02976) |
vertaling: Hoe denken jullie dat ze et oplost hewwe? |
265 (y03c) | Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 02976) |
vertaling: Hoe denk jai dat ze et oplost hewwe? |
263 (y03d) | Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 02976) |
vertaling: Magda weet niet wie wai belle wulle |
264 (y03e) | Weet iemand wie of dat wij geroepen hebben? (inf. 02976) |
vertaling: Weet iemand wie of wai roepen hewwe |
262 (y03f) | Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 02976) |
vertaling: wie denk je dat ik in de stad tegenkommen ben |
266 (y03g) | Wie denk je die ik in de stad ontmoet heb? (inf. 02976) |
vertaling: Wie denk je dat zien hew in de stad |
267 (y04a) | Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 02976) |
vertaling: hai het z'n handen wassen |
268 (y04b) | Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 02976) |
vertaling: Hai het z'n hemd wassen |
269 (y04c) | Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 02976) |
vertaling: Hai het z'n hoed op z'n hoofd |
270 (y04d) | Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 02976) |
vertaling: Hai het 'n vlek op z'n hemd |
271 (y04e) | Hij heeft zijn been gebroken (inf. 02976) |
vertaling: Hai het z'n bien broken |
272 (y04f) | Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 02976) |
vertaling: Hai het z'n oigen bezeerd opm.: reflexief: z'n eigen |
273 (y04g) | Marie trok de deken naar zich toe (inf. 02976) |
vertaling: Marie trok de deken naar d'r toe opm.: reflexief: haar |
051 (y04h) | Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 02976) |
vertaling: Luc weet datte d'r foto's van um te koop benne |
274 (y04i) | Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 02976) |
vertaling: jai herinnere je toch wel datte we toen deur dat bos loupen benne opm.: reflexief: je |
277 (y04j) | Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 02976) |
vertaling: Ik herinner me dat de auto van merie keduuk was opm.: reflexief: me |
280 (y04k) | Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 02976) |
vertaling: Zai herinnert d'r oigen dat hai as een varken zat te eten opm.: reflexief: haar eigen |
283 (y04l) | Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 02976) |
vertaling: Wai herinnere oos wel dat al Jan z'n boeke stolen waren, maar zai herinnere het hullie niet opm.: reflexief: ons reflexief: hun |
286 (y04m) | Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 02976) |
vertaling: Herinnere jullie je nag dat we Jan op markt zien hewwe? opm.: reflexief: je |
289 (y04n) | Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 02976) |
vertaling: hai het z'n oigen een ongeluk werkt opm.: reflexief: z'n eigen |
290 (y04o) | Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 02976) |
vertaling: Hai voelde dat ie deur het ois zakte |
295 (y05) | Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 02976) |
vertaling: Zou hai dat hebbe kenne doen |
877 (y05(i)) | Hij heeft dat nooit gekund (inf. 02976) |
fragment: kent (1) |
878 (y05(ii)) | Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 02976) |
fragment: dein (1) |
296 (y05(iii)a) | Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 4 |
296 (y05(iii)a) | Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 4 |
297 (y05(iii)b) | Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 02976) |
komt voor: n |
298 (y05(iii)c) | Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 02976) |
komt voor: n |
299 (y05(iii)d) | Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 02976) |
komt voor: n |
300 (y05(iii)e) | Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 02976) |
komt voor: n |
301 (y05(iii)f) | Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 02976) |
komt voor: n |
302 (y05(iii)g) | Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 02976) |
komt voor: n |
303 (y05(iii)h) | Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 02976) |
komt voor: n |
304 (y05(iii)i) | Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 02976) |
komt voor: n |
305 (y05(iii)j) | Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 02976) |
komt voor: n |
306 (y05(iii)k) | Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 02976) |
komt voor: n |
307 (y05(iii)l) | Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 02976) |
komt voor: n |
317 (y06h) | Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 02976) |
vertaling: Marie al d'r koeie benne verdronke bij de overstroming komt voor: j |
317 (y06h) | Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 02976) |
vertaling: Marie al d'r koeie benne verdronke bij de overstroming komt voor: j |
326 (y06o) | Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 02976) |
vertaling: Ik weet dat jan naar de markt weest heb komt voor: j |
326 (y06o) | Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 02976) |
vertaling: Ik weet dat jan naar de markt weest heb komt voor: j |
330 (y07a) | Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 02976) |
vertaling: Lopendevort kwam ik hem teugen komt voor: j |
330 (y07a) | Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 02976) |
vertaling: Lopendevort kwam ik hem teugen komt voor: j |
332 (y07c) | Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 02976) |
vertaling: ik wor nou moe, dat ik hou er maar mee op |
333 (y07d) | Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 02976) |
vertaling: hai deed net as of ie net uit z'n bed kwam |
334 (y07e) | De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 02976) |
vertaling: de schilder het hier te schildere weest |
335 (y07f) | Ga je naar huis denk? (inf. 02976) |
vertaling: Je gane op huis an denk? |
336 (y08a) | In die tijd leefde ik erop los (inf. 02976) |
vertaling: In die toid leefde ik erop los |
337 (y08b) | Vroeger leefde hij als een beest (inf. 02976) |
vertaling: Vroeger leefdenie as een beist |
338 (y08c) | Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 02976) |
vertaling: Daar leefden woi as god in Frankroik |
339 (y08d) | Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 02976) |
vertaling: niemand mag et zien dat ik vind dat jai et ok niet zien magge |
340 (y08e) | Het gebeurde toen je wegging (inf. 02976) |
vertaling: Ut beurde toen jai wegginge |
341 (y08f) | Ik weet waar je geboren bent (inf. 02976) |
vertaling: Ik weet waar jai gebore benne |
342 (y08g) | Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 02976) |
vertaling: Nou dat je klaar benne, mag je gaan |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 02976) |
vertaling: Deurdat Merie overleden is, hep heur man Anna niet meer helpe kenne |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 02976) |
vertaling: Deurdat Merie overleden is, hep heur man Anna niet meer helpe kenne |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 02976) |
vertaling: Deurdat Merie overleden is, hep heur man Anna niet meer kenne helpe |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 02976) |
vertaling: Deurdat Merie overleden is, hep heur man Anna niet meer kenne helpe |
346 (y09) | Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 02976) |
vertaling: ik weet dat ie is gaan zwemme |
347 (y09a) | Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
347 (y09a) | Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
352 (y09f) | Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
352 (y09f) | Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
353 (y10a) | Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 02976) |
komt voor: n |
354 (y10b) | Gaat ze dansen? Jase (inf. 02976) |
komt voor: n |
355 (y10c) | Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 02976) |
komt voor: n |
356 (y10d) | Is het huis te koop? Jaa't (inf. 02976) |
komt voor: n |
357 (y10e) | A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 02976) |
komt voor: n |
359 (y11a) | Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 02976) |
komt voor: n |
360 (y11b) | Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 02976) |
komt voor: n |
361 (y11c) | Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 02976) |
komt voor: n |
362 (y11d) | Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 02976) |
komt voor: n |
363 (y11e) | Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 02976) |
komt voor: n |
365 (y11f) | Hem is dood (inf. 02976) |
komt voor: n |
364 (y11g) | Is hem dood? (inf. 02976) |
komt voor: n |
366 (y11h) | Haar is ziek (inf. 02976) |
komt voor: n |
367 (y11i) | Is haar ziek? (inf. 02976) |
komt voor: n |
368 (y11j) | Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 02976) |
komt voor: n |
369 (y11k) | Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 02976) |
komt voor: n |
370 (z01a) | Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 02976) |
fragment: die (1) |
371 (z01b) | Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 02976) |
fragment: die (1) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 02976) |
fragment: weervan (1) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 02976) |
fragment: dattie (2) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 02976) |
fragment: dattie (2) |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 02976) |
fragment: weervan (1) |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 02976) |
fragment: (2) |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 02976) |
fragment: weervan ik denk datte ze em geroepen hewwe (1) |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 02976) |
fragment: weervan ik denk datte ze em geroepen hewwe (1) |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 02976) |
fragment: (2) |
374 (z01e) | De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 02976) |
fragment: weer (1) |
375 (z01f) | De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 02976) |
fragment: wie (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 02976) |
fragment: (2) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 02976) |
fragment: waar (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 02976) |
fragment: waar (1) |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 02976) |
fragment: (2) |
377 (z01h) | Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 02976) |
fragment: wat (1) |
379 (z01i) | Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 02976) |
fragment: die (1) |
380 (z01j) | Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 02976) |
fragment: dat (1) opm.: Twijfelgeval tussen D-woord en voegwoord |
381 (z01k) | Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 02976) |
fragment: Wie (1) |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 02976) |
fragment: waarvan de (1) |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 02976) |
vertaling: Ik denk dat Jan en marie op niemand boos benne betekenis: negative concord |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 02976) |
vertaling: Ik denk dat Jan en marie op niemand boos benne betekenis: negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 02976) |
vertaling: Wim denkt dat we nooit iemand een prois geve betekenis: negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 02976) |
vertaling: Wim denkt dat we nooit iemand een prois geve betekenis: negative concord |
386 (z02c) | Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 02976) |
vertaling: Het is waar dat zie niet met Merie prate magge |
389 (z03a) | A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 02976) |
vertaling: Nerreges |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 02976) |
vertaling: Gienien |
387 (z03c) | Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 02976) |
vertaling: Nooit |
390 (z03d) | A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 02976) |
vertaling: Niks |
391 (z03e) | A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 02976) |
vertaling: Gienien |
392 (z04a) | Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 02976) |
vertaling: Zeg em nie dat ik nei buiten weest ben! |
393 (z04b) | Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 02976) |
vertaling: Niet vertelle dat je een kedo kocht hewwe oor! |
394 (z04c) | Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 02976) |
vertaling: Weet je niet dat ie vallen is |
399 (z05a) | Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 02976) |
vertaling: Wendy probeerde om niemand poin te doen |
397 (z05b) | 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 02976) |
vertaling: Ut skoint dat ze niks ete mag |
398 (z05c) | Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 02976) |
vertaling: Ze skoint niks te magge ete |
398 (z05c) | Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 02976) |
vertaling: Ze skoint niks te magge ete |
398 (z05c) | Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 02976) |
vertaling: Ze skoint niks ete te magge |
398 (z05c) | Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 02976) |
vertaling: Ze skoint niks ete te magge |
399a (z05d) | Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 02976) |
vertaling: Ze perbere al de hele dag om mekaar op te belle |
400 (z05e) | Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 02976) |
vertaling: Ut belooft weer un mooie dag te worre |
401 (z05f) | 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 02976) |
vertaling: Ut is miskien beter om nog effies te wachte |
402 (z05g) | We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 02976) |
vertaling: We hadde 't geluk om um derekt terug te vinde |
404 (z06a) | Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 02976) |
vertaling: As de kippe een valk zien benne ze bang |
405 (z06b) | Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 02976) |
vertaling: as we de eerepels niet verkoupe kenne, zitte we in de probleme |
406 (z06c) | Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 02976) |
vertaling: As jullie em niet meeneme wor ik kwaad |
407 (z06d) | Hij wist he(n)t (inf. 02976) |
vertaling: hai wist et |
408 (z06e) | Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 02976) |
vertaling: Op dit feuist wordt er veul danst |
409 (z06f) | Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 02976) |
vertaling: Nou wordt er allien nog maar brood verkocht in die winkel |
410 (z06g) | Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 02976) |
vertaling: as ie met de fiets komt zel ie wel laat weze |
412a (z06h) | Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 02976) |
vertaling: As je toid hewwe, kom den nag es een keertje an |
413a (z06i) | Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 02976) |
vertaling: As ik roik ben, koop ik een dure auto |
881 (z07(i)) | Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 02976) |
komt voor: n |
417 (z07(ii)a) | Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 02976) |
komt voor: n |
418 (z07(ii)b) | Durfder gij op duwen? (inf. 02976) |
komt voor: n |
419 (z07(ii)c) | Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 02976) |
komt voor: n |
420 (z07(ii)d) | Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 02976) |
komt voor: n |
421 (z07(ii)e) | Is hij Pol hier geweest? (inf. 02976) |
komt voor: n |
422 (z07(ii)f) | Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 02976) |
komt voor: n |
423 (z07(ii)g) | Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 02976) |
komt voor: n |
424 (z07(ii)h) | Ik heb hem het gegeven (inf. 02976) |
komt voor: n |
425 (z07(ii)i) | Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 02976) |
komt voor: n |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 02976) |
vertaling: Marie het zaid dat jai prebeerd hewwe om een liedje te zinge |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 02976) |
vertaling: Marie het zaid dat jai prebeerd hewwe om een liedje te zinge |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 02976) |
vertaling: Marie het zaid dat jai prebeerd hewwe een liedje te zinge |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 02976) |
vertaling: Marie het zaid dat jai prebeerd hewwe een liedje te zinge |
549 (z08(v)) | Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 02976) |
vertaling: Marie het zaid dat jai prebeerd hewwe heur een beok te geve |
543a (z08a) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 02976) |
komt voor: n |
546 (z08b) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 02976) |
komt voor: n |
537 (z08c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 02976) |
komt voor: n |
604a (z08d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 02976) |
komt voor: n |
547 (z08e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 02976) |
komt voor: n |
543 (z08f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 02976) |
komt voor: n |
535 (z08g) | Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
535 (z08g) | Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
440 (z09a) | Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 02976) |
vertaling: die van de stad, die hewwe hier veul huize bouwd |
441 (z09b) | Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 02976) |
vertaling: An die nuwe vaart, deer zien je gien mens meer |
442 (z09c) | Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 02976) |
vertaling: Guster heb jan hier weest |
443 (z09d) | De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 02976) |
vertaling: De dag dat Jan belde was ik niet theuis |
444 (z09e) | Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 02976) |
vertaling: jef, die zou ik nooit vrage |
445 (z09f) | Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 02976) |
vertaling: Merie, die zou zuks nooit doen |
446 (z09g) | Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 02976) |
vertaling: Ber, die drinkt er wel es ientje teveel |
447 (z09h) | Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 02976) |
vertaling: Martha, die zou ik welderes bai moin thuis vrge wulle |
448 (z09i) | Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 02976) |
vertaling: Dat huis dat zou ik nooit koupe wulle |
449 (z09j) | Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 02976) |
vertaling: Dat huis, dat steet deer al voiftig jaar |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
452 (z10(i)b) | Ze hebben naar de markt geweest (inf. 02976) |
komt voor: n |
453 (z10(i)c) | Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 02976) |
komt voor: n |
454 (z10(i)d) | Ze hebben geweest naar de markt (inf. 02976) |
komt voor: n |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
457 (z10(ii)b) | Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 02976) |
komt voor: n |
458 (z10(ii)c) | Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 02976) |
komt voor: n |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
462 (z10(iii)b) | Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 02976) |
komt voor: n |
464 (z10(iii)c) | Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 02976) |
komt voor: n |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
467 (z10(iv)b) | Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 02976) |
komt voor: n |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
470 (z10(v)b) | Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 02976) |
komt voor: n |
471 (z10(v)c) | Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 02976) |
komt voor: n |
472 (z11a) | En heeft Gunther gebeld? (inf. 02976) |
vertaling: Heb Gunther beld? |
473 (z11b) | En pas op! (inf. 02976) |
vertaling: Koik uit |
474 (z11c) | 't En was maar net goed genoeg (inf. 02976) |
vertaling: 't was maar net an goed genog |
475 (z11d) | Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 02976) |
vertaling: Marjo heb nou meer koeie dan ze vroeger had |
476 (z11e) | Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 02976) |
vertaling: As Sysanne had kenne komme, dan had ze dat dein |
477 (z11f) | Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 02976) |
vertaling: Zai is de beste dokter die ik ken |
478 (z11g) | Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 02976) |
vertaling: Voordat je wat weggooie moet je effies belle |
479 (z11h) | Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 02976) |
vertaling: Hier is alles wat ik kregen hew |
480 (z11i) | Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 02976) |
vertaling: Jan is te kneerkerig om wat an z'n kindere te geve |
481 (z11j) | Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 02976) |
vertaling: Asof jai wat van voetballe wete |
482 (z11k) | Dat boek leg neer! (inf. 02976) |
vertaling: leg neer dat boek |
483 (z11l) | Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 02976) |
vertaling: As je echt niet wachte kenne, den kom je maar |
488 (z12a) | Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 02976) |
vertaling: ik weet dat Jan de dokter had kenne roepe |
489 (z12b) | Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 02976) |
vertaling: ik weet dat Jan de dokter had kenne roepe |
490 (z12c) | Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 02976) |
vertaling: Hai zai dat ik het had moete doen |
491 (z12d) | Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 02976) |
vertaling: Hai zai dat ik het dein most hewwe |
492 (z12e) | Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 02976) |
vertaling: hai is verleden week deur dokter M opereerd |
493 (z12f) | Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 02976) |
vertaling: hai wordt murgen deur dokter M opereerd |
495 (z13a) | Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 02976) |
vertaling: Ik denk dat je veul we zou moete gooie |
496 (z13b) | Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 02976) |
vertaling: Ut is dom om zukke dure ding weg te gooie |
497 (z13c) | Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 02976) |
vertaling: Hai is alle kapotte spulle an et weggooie |
498 (z13d) | Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 02976) |
vertaling: Ik vind dat je vaker de krant moete |
499 (z13e) | Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 02976) |
vertaling: Ut is dom om in het donker te kranten |
500 (z13f) | Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 02976) |
vertaling: Hai zit de hele dag te kranten |
509 (z14a) | Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 02976) |
fragment: door (1) |
512 (z15a) | Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 02976) |
komt voor: n |
513 (z15b) | Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 02976) |
komt voor: n |
514 (z15c) | Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 02976) |
komt voor: n |
515 (z15d) | Jij bent ook een rare een(e) (inf. 02976) |
komt voor: n |
516 (z16a) | Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 02976) |
vertaling: Robert heb ien groene appel weggeven en nou heb ie nag twei rooie |
412 (z16b) | Er waren veel mensen op het feest (inf. 02976) |
vertaling: Der ware een zood mense op 't feist |
413 (z16c) | Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 02976) |
vertaling: Ware er een zood mense op het feist? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 02976) |
vertaling: Wat hew je vur boeke kocht? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 02976) |
vertaling: Wat vur boeke hew je kocht? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 02976) |
vertaling: Wat vur boeke hew je kocht? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 02976) |
vertaling: Wat hew je vur boeke kocht? |
521 (z16e) | Hij woont bij Marietje (inf. 02976) |
vertaling: Hai woont bai Merietje |
522 (z16f) | Hij woont bij Wim (inf. 02976) |
vertaling: Hai woont bai Wim |
523 (z16g) | Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 02976) |
vertaling: Loope effies nei de bakker, Wum! |
524 (z16h) | Wie heb je gezien? (inf. 02976) |
vertaling: Wat hew je zien? |
525 (z16i) | Wie heeft jou gezien? (inf. 02976) |
vertaling: Wie het jouw zien? |
527 (z16j) | Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 02976) |
vertaling: Had ik dat weten dan had ik ut iet dein |
528 (z16k) | 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 02976) |
vertaling: Ut zou beter weze om nog effies te wachte |
882 (z16l) | Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 02976) |
vertaling: Gelukkig had jan de dokter beld en die was er al heel gauw |
883 (z16m) | Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 02976) |
vertaling: Lopen nou toch deur vervelende joos |
538 (z17a) | Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
538 (z17a) | Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 5 |
534 (z17b) | Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 02976) |
komt voor: n |
544 (z17c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
544 (z17c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 02976) |
komt voor: j gebr.: 3 |
545 (z17d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 02976) |
komt voor: n |
536 (z17e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 02976) |
komt voor: n |
605a (z17f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 02976) |
komt voor: n |
548 (z17g) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 02976) |
komt voor: n |
542 (z17h) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 02976) |
komt voor: n |
interview mondelinge enquête
spreker | tekst | commentaar | ||
---|---|---|---|---|
algemene gegevens | [meta][k]E031a[/k][h]165[/h][i]166[/i][vw]MJ[/vw][/meta] | |||
hulpinterviewer | [v=006] Komt deze zin voor in uw dialect? Vertaal. Gisteren wandeldie door het park. [/v] | |||
informant | [a] Gister liep ie deur 't park. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=018] Vertaal. Ze weet niet Marie gisteren gestorven is. [/v] | |||
informant | Ze weet niet dat Marie gister gesturven is. | tagging | ||
veldwerker | Laten jullie dat ge niet weg? | |||
informant | Gister. | |||
hulpinterviewer | Gister. Ik had gister doodgaan is. | |||
hulpinterviewer | Gestorven. | |||
informant | Ja je moet wij moete zoas wij 't zegge. | |||
informant | Ze is gister doodgaan. | |||
hulpinterviewer | Ja ja. Marie is gister doodgaan. | |||
informant | Marie is gister doodgaan. | tagging | ||
hulpinterviewer | Nee je moet zegge natuurlijk je hoeft 't niet letterlijk te vertalen hè. | |||
veldwerker | Nee maar omdat u gesturve zei 't is toch sturve. | |||
informant | Guster is ze doodgaan. | antwoord bij hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [a] Ze weet niet dat Marie gister doodgaan is. [/a] | antwoord bij hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [v=022] Komt deuze zin voor in uw dialect? Vertaal. Er wil niemand niet dansen. [/v] | |||
informant | [a] Er wil gienien danse. [/a] | |||
hulpinterviewer | Ja. | |||
hulpinterviewer | [v=023] Komt deuze zin voor in uw dialect? Vertaal. Els wil niet dansen en ze wil niet zingen ook niet. [/v] | |||
informant | [a] Els wil niet danse en zinge wil ze ook niet. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=025] Vertaal. Niemand heeft dat ooit gewild of gekund. [/v] | |||
informant | [a] Uh ja niemand wul niemand heb 't ooit wuld en of ze 't kenne weet ik ook niet. [/a] | alternatief antwoord hulpinterviewer | tagging | |
hulpinterviewer | [a] Niemand het dat ooit wuld of kund.[/a] | |||
informant | Nee dan zegge wij kenne. Of ze 't kenne weet ook niet. | alternatief antwoord hulpinterviewer | ||
informant | Wij zegge een andere opbouw. | |||
hulpinterviewer | [v=026] Vertaal. Jan had het hele brood wel willen opeten. [/v] | |||
informant | [a] Jan het 't hele brood wel wille opvrete. [/a] | tagging | ||
veldwerker | Uh dus dat kan wel zoals die hier gezegd wordt. Jan had het hele brood wel willen opeten. | |||
hulpinterviewer | Jan had het hele brood ja opete wild. | |||
informant | Wij zegge hij had het helemaal wel wille opvrete. | |||
hulpinterviewer | Jan had hele brood wel opete wild ofzo. | |||
informant | Jamaar opete zegge wij niet. Nee. Wij zegge hij had alles wel opvrete wille. | |||
hulpinterviewer | Opeten ja. | |||
informant | Dat is as een scheld of grof bedoeld maar 't is gewoon zuiver dus uh eigenlijk uh nou duidelijk te melden wat ie wul. | |||
informant | Opete dat is een beetje stads dat komt hier eigenlijk weinig voor. | |||
informant | Dan moet je helemaal netjes spreke voor de radio dat je zegt nou ik wil niet m'n taal uh maar meestal zeg je nou hij wil alles opvrete. | |||
hulpinterviewer | [v] Ken ook Jan had 't hele brood wel opete wild. [/v] | |||
hulpinterviewer | Ja dat had ik ervan maakt. | |||
informant | [a] Nee maar dat zegge we eigenlijk niet. Hij had 't hele brood wel opvrete willen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | Maar 't gaat erom of het mogelijk is hè. | |||
informant | 't Is niet zo dat ie 't doet. In die zin komt 't niet voor. 't Is gewoon wat ie had wel wullen. | |||
informant | Zeg maar. 't Is niet zo dus dat ie grof is of dat ie schrokt of wat aars. Nee 't is gewoon een uitdrukking wat ie wulle. | |||
informant | Hij had vreselijke honger dus hij had alles wel opvrete wullen. | |||
veldwerker | Maar deze laatste zin was die goed? | |||
informant | Die laatste zin was goed ja. | |||
hulpinterviewer | [v=027] Hoe gebruikelijk is deze zin in uw dialect? Vertaal. Vertel maar niet wie zij had kunnen roepen. [/v] | |||
informant | Je moet mij niet vertelle wie zij had kunne roepe. In die vorm zette wij 't neer. | |||
informant | Vertel beginne wij niet wij zegge je moet me niet vertelle wie ze had kunne roepe. | |||
informant | Dat is meer xx as dat je dus met vertel begint. | |||
hulpinterviewer | Vertel maar niet wie ze had kunnen roepen. | |||
informant | Daar beginne wij niet mee. | |||
hulpinterviewer | [v=035] Vertaal. Jan herinnert zich dat verhaal wel. [/v] | |||
informant | Jan ken dat Jan ken zich dat verhaal nog wel herinnere. | |||
informant | Zo zegge wij dat meer we beginne niet met herinnere. | |||
informant | Hij ken zich dat verhaal nog wel herinnere zegge wij dan. | |||
informant | Of ben jij een are mening toegedaan. | |||
hulpinterviewer | Nou ik zit effe te denken dat herinnere dat is wel erg Nederlands wat je deer nou wat gebruike we deer nou voor. | |||
informant | Jamaar dat herinnere wordt bij ons op een andere plek gezet hè. | |||
informant | 't Wordt in de regel an 't end van de zin. | |||
hulpinterviewer | Wat zeg je nou Jan_ | |||
informant | Jan kon zich 't verhaal wel herinnere. | |||
veldwerker | Maar het gaat niet altijd om de volgorde. | |||
informant | Nee 't gaat bij ons worde d'r veel andersom zet zeg maar. | |||
veldwerker | Het gaat ons hier om het woordje zich bijvoorbeeld zeggen jullie gewoon zich? | |||
informant | Ja. | |||
veldwerker | Ja? | |||
hulpinterviewer | Z'n eigen. | antwoord bij hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer |
[a] jan herinnert zneigen dat verhaal wel [/a]
zn eigen |
tagging | ||
veldwerker | En zich zeggen jullie ook wel? | |||
informant | Nou nee nee. | |||
hulpinterviewer | Nee eigenlijk niet hoor. Nee 't is meer zich z'n eigen. | |||
informant | Jan ken 't nog al herinnere. Ja. | |||
hulpinterviewer | Ja. | |||
veldwerker | Dus dan wordt de zin? | |||
hulpinterviewer | Jan herinnert z'n eigen dat verhaal wel. Zo ken je 't ook zegge. | |||
veldwerker | Dan krijgen we nu zo'n plaatje. | |||
hulpinterviewer | Oh een plaatje wacht welke was 't ook alweer oja Marie en Piet. | |||
hulpinterviewer | ggg | |||
hulpinterviewer | [v=036] Plaatje. Marie en Piet wijzen naar_ [/v] | |||
informant | Jan en Piet en wijzen naar elkaar mekaar. Naar mekaar. | tagging | ||
informant | [a] Ze wijze naar mekaar. Niet naar elkaar naar mekaar. | |||
hulpinterviewer | Marie en Piet wijze naar mekaar. Ja ja. | |||
hulpinterviewer | [v=037] Plaatje.Toon wast_ [/v] | |||
informant | Ja wast ja Toon wast of Toon schrobt. | antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer |
[a] ik had teun wast zneigen in de teil [/a]
zn eigen |
antwoord hulpinterviewer | tagging | |
informant | Ja dat zegge we ook wel hoor. | |||
hulpinterviewer | Wast z'n eigen in de teil. | |||
informant | Dat is 't meest uit kom hij schrobt zich in de teil zegge we ook wel. | |||
informant | [a] Toon wast schrobt of wast zich in de teil.[/a] | tagging | ||
veldwerker | Ja maar u zei net dat u geen zich gebruikt. | |||
hulpinterviewer |
Wast zneigen jaja.
z'n eigen |
tagging | ||
informant | Nee dat soms dat is maar net weer 't in voorkomme. | |||
informant | Dat komt 'n heel enkele keer wel voor. | |||
informant | Ja of je Teun schrobt z'n eigen in de teil. Hier is 't heb je een ander uitdrukking. 't Werkwoord ligt meer op 't schrobben. | |||
hulpinterviewer | [v=038] Vertaal. De timmerman heeft geen spijkers bij zich. [/v] | |||
informant | [a] De timmerman heb gien spijkers bij um. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=039] Plaatje. Fons zag een slang naast_ [/v] | |||
informant | Jullie wille juist z'n naam erbij hebbe. Ja dat is persoonsuitdrukking. Ja. | |||
informant | [a] Fons zag een slang naast um. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Ja weer naast um of naast z'n eigen. | |||
informant | Nee naast um dat zegt alles. | |||
informant | Fons zag een slang naast um niet naast zich nee naast um. | |||
hulpinterviewer | Niet naast zich. Naast um. | |||
hulpinterviewer | [v=040] Vertaal. Erik liet mij voor zich werken. [/v] | |||
informant | Erik uh liet_ | |||
informant | Ja. | |||
informant | Erik werkte voor mij. | |||
informant | Nee hij liet zich voor me werke hè. | |||
hulpinterviewer | Erik liet zich liet mij voor zich werke. | |||
informant | [a] Ik werkte voor Erik.[/a] | |||
informant | Wij zegge dat nooit ik werkte voor Erik. | |||
hulpinterviewer | Erik liet mij voor zich werke nee. | |||
informant | Dat zeg je eigenlijk niet. Ik werkte voor Erik zeg je dan. | |||
informant | Zeg dat komt hier niet voor in die vorm. | |||
hulpinterviewer | Erik liet mij voor mijn werke. | |||
hulpinterviewer | Dat voor zich werke ja. | |||
informant | Ik werkte voor Erik zegge wij den. | |||
hulpinterviewer | Maar zij wille hier dus een vertaling van hebben. | |||
informant | Jamaar 't komt wel op 'tzelfde neer maar ik bedoel ik werkte voor Erik. | |||
informant | Maar ik zeg deze zinsopbouw komt hier eigenlijk niet voor. | |||
informant | Zo ken je 't eigenlijk stelle. Niet in deze vorm zeg maar. | |||
informant | Zo zegge wij dat nooit. | |||
hulpinterviewer | Maar je zou hier ook kenne zegge. Erik liet mij voor mijn werke. Want dat zich dat zeg je helemaal niet. | |||
informant | Nee nee. | |||
informant | Hij liet niet voor mijn dat ken nooit want hij liet mij voor hem werke. | |||
informant | Dus dan zou je mijn mijn krijge. Dus dat ken niet. | |||
informant | Ik zeg ik werkte voor Erik zeg je den. | |||
informant | Maar zich komt er eigenlijk niet in voor. | |||
informant | Zo zegge wij die zinsopbouw zegge wij zo niet. Wij zegge gewoon ik werkte voor Erik of_ | |||
informant | Niet zozeer dat ik voor hem werkte. | |||
informant | Of jij moet een are mening toegedaan zijn. | |||
hulpinterviewer | Erik liet mij_ | |||
hulpinterviewer | Voor zich werke. Erik liet mij voor um werke. | |||
informant | Wij draaien ut in de regel om. | |||
commentaar | antwoord hulpinterviewer | |||
hulpinterviewer | [a] Erik liet mij voor um werke. Zou 't zoiets moete worde denk ik. Voor hem werke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Erik liet mij voor um werke. Ik denk dat 't zo worre moet hoor. | tagging | ||
informant | Maar zich komt eigenlijk niet voor. | |||
hulpinterviewer | [v=041] Vertaal. Johanna liet zich meedrijven op de golven. [/v] | |||
commentaar | antwoord hulpinterviewer | |||
hulpinterviewer | [a] Ik denk dat je deer ook weer zegt Johanna liet ur eigen meedrijven op de golven. [/a] | |||
hulpinterviewer | Liet heur | |||
hulpinterviewer | Liet ur. | |||
hulpinterviewer | [a] Johanna liet ur meedrijve op de golve.[/a] | |||
hulpinterviewer | Nee maar dat moet je zo 't gaat om 't woordje zich hè. | |||
informant | Zich ja. | |||
informant | Johanna. | |||
hulpinterviewer | Ik zou zegge Johanna liet ur meedrijve op de golve. | |||
informant | Ja zich het je hier niet in voor. | |||
informant | Ze liet zich meedrijve op de golve. | |||
informant | Dat zich wordt hier niet gebruikt. | |||
hulpinterviewer | Liet ur. | |||
informant | [a] Johanna liet ur meedrijve op de golve. Zo zegge wij dat. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=042] Vertaal. Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel. [/v] | |||
informant | Dat komt er weer wel in voor. | |||
commentaar | antwoord hulpinterviewer | |||
hulpinterviewer |
[a] ken je zeggen toon bekeek zneigen es goed in de spiegel [/a]
zn eigen |
tagging | ||
informant | Ja dat is z'n eigen zegge we den. | |||
hulpinterviewer | Zichzelf z'n eigen. | |||
informant | Maar niet zichzelf maar dan zegge we z'n eigen z'n eigen. Niet zich maar z'n. | |||
informant | Z'n eigen en eigenlijk met een s. | |||
informant | Niet met een z met een s s'n. | |||
informant | Z'n eigen wil dus zeggen dat ie dus z'n eigen helemaal voor de spiegel_ | |||
hulpinterviewer | [v=045] Vertaal. Eduard kent zichzelf goed. [/v] | |||
informant |
[a] eduard kent zneigen [/a]
zn eigen |
tagging | ||
hulpinterviewer | Ja ook weer z'n eigen. | |||
hulpinterviewer | [v=046] Vertaal. Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan. [/v] | |||
informant | [a] Ward heeft hoord dat er foto's van um in de etalage staan. [/a] | tagging | ||
informant | Heeft hoord. | |||
hulpinterviewer | [v=053] Vertaal. Als ik zuinig leef leef ik zoals mijn ouders willen. [/v] | |||
informant | Ja komt zowat op hetzelfde neer. Deer is niet zoveel verandering. | |||
informant | [a] As ik zuinig leef ja dan leef ik net as m'n vader. [/a] | tagging | ||
informant | Zo zo zie je zo zegge ze 't eigenlijk hier. | |||
informant | En niet nee dan zegge ze niet as me ouders wille dan zegge ze [a] as ik zuinig leef leef ik net as me ouwers.[/a] | |||
informant | xxx | |||
informant | Dat komt al op gelijkschakeling neer. Deer hebbe we niet wat ze wille of dat komt er niet in voor. | |||
hulpinterviewer | [v=055] Vertaal. Als hij nog drie jaar leeft leeft hij langer dan zijn vader. [/v] | |||
informant | [a] Nou as ie nog drie jaar leeft heb ie z'n vader inhaald. [/a] | tagging | ||
informant | Zegge we den. | |||
hulpinterviewer | [v=055] Als hij nog drie jaar leeft leeft hij langer dan zijn vader. [/v] | |||
informant | [a] Als ie nog drie jaar leeft leeft ie langer as z'n vader. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=057] Vertaal. Als zij zo gevaarlijk leeft leeft ze niet lang meer. [/v] | |||
informant | [a] As ze zo gevaarlijk leeft leeft ze niet lang meer. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=059] Als het nu nog leeft dan leeft het morgen ook nog. [/v] | |||
informant | [a] As het nu nog leeft leeft 't morgen ook nog. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=061] Als jullie zo losbandig leven dan leven jullie nooit zolang als ik. [/v] | |||
informant |
[a] As jullie zo losbandig leve leve jullie nooit zolang as ik. [/a]
zo lang |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=063] Als ze voor hun werk leven dan leven ze niet voor hun kinderen. [/v] | |||
informant | [a] As ze voor hun werk leve levere ze niet voor hun kindere. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=067] Als Rudy nog leeft dan leeft Leo ook nog. [/v] | |||
informant | [a] As Rudy nog leeft leeft Leo ook nog. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=068] Als je gezond leeft dan leef je langer. [/v] | |||
informant |
[a] Ajje gezond leeft dan leef je langer. [/a]
a je |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=069] Als er zo weinig mensen van de landbouw leven dan leven er veel mensen van werk in de fabriek. [/v] | |||
informant | [a] As er zo veel zo veul nee zo weinig mense van de landbouw leve dan leve d'r wel een hele zoot van de fabriek. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=070] Als Pieter en Liesje in het paradijs leven dan leven Rosa en Frans in de hel. [/v] | |||
informant | ggg | |||
informant | Hoe noemde je die? | |||
hulpinterviewer | As Pieter en Liesje in het paradijs leven dan leven Rosa en Frans in de hel. | |||
informant | [a] As Pieter en Lisa in de paradijs leve nou dan leve_ | tagging | ||
informant | Den leve hoe Rosa en Frans in de hel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Den leve. | |||
hulpinterviewer | Rosa in de hel. | |||
informant | Ja mooie uitdrukking. | |||
hulpinterviewer | [v=071] Als we sober leven leven we gelukkig. [/v] | |||
informant | [a] As we sober leve leve we gelukkig. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=071] Als we eerlijk leven leven we gelukkig. [/v] | |||
informant | [a] As we eerlijk leve leve we gelukkig. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=072] Leef wat gezonder Jan. [/v] | |||
informant | [a] Leef wat gezonder Jan. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=073] Leef wat minder bekrompen kinderen. [/v] | |||
informant | [a] Leef wat minder bekrompen kindere. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Nou dan krijge we nou zinne die uh. | |||
hulpinterviewer | Die in 't dialect moet Teun dan zegge of ze in 't dialect voorkome wat komt deze zin in uw dialect ik vind dat iederien_ | |||
hulpinterviewer | Moet kunne zwemme. | |||
hulpinterviewer | Maar dat moet ie dan zegge in 't Westfries. | |||
hulpinterviewer | [v=075] Ik vind dat iederien moet kenne zwemme. [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja dat vind ik een goeie zin. [/a] | |||
hulpinterviewer | Dat is gewoon met al die zinnen ja. | |||
hulpinterviewer | [v=077] Ik vind dat iederien moet zwemme kunne. [/v] | |||
informant | [a] Ik vind dat iederien moet kunne zwemme. [/a] | tagging | ||
informant | Dat zegge wij niet die andere vorm. | |||
informant | 't Is wel een goeie zinsopbouw maar ik bedoel 't komt hier niet voor. | |||
hulpinterviewer | [v=080] Ik vin dat iederien kunnen zwemmen moet. [/v] | |||
informant | [a=n] Ook niet. Dat komt hier ook niet voor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=082] Ik vin dat iederien zwumme kunne moet. [/v] | |||
informant | [a] Nee dat zegge we ook niet. Nee dat zegge we niet hier. Ik vind dat iederien moet kunne zwemme. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=084] Ik vind dat iederien zwumme moet kunne. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee wij zegge moet ergens aars. Ik vin dat iederien moet kunne zwemme. [/a] | tagging | ||
informant | Dus wij legge 't woordje moet eerder as in die andere zinsopbouw. | |||
veldwerker | Want dit is wel echt de Nederlandse zinsopbouw. | |||
informant | Ja maar dat is toch ergens hier gewoon toch eigenlijk uh_ | |||
informant | Gien uitstel dat je 't niet kenne. | |||
hulpinterviewer | [v=086] Komt deuze zin voor in je dialect? Ik weet dat Eddy morgen wil broodeten. [/v] | |||
informant | Wat wou ie ete? | |||
hulpinterviewer | Brood. | |||
informant | Ik weet_ | |||
hulpinterviewer | Ik weet dat Eddy morgen brood nee ik weet dat Eddy morgen wil brood eten. | |||
informant | [a=n] Nee dat zo komt 't hier niet voor nee dat uh_ [/a] | |||
hulpinterviewer | Brood wil ete. Ik weet dat Eddy morgen brood wil ete. | |||
informant | Nee dat komt hier niet voor. | |||
hulpinterviewer | [v=087] Komt deuze zin voor in 't dialect? Eddy moet kunnen vroeg opstaan. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a] Nou dan zegge we Eddy staat morgen vroeg op. [/a] | |||
veldwerker | En als ie 't moet kunnen? | |||
informant | Hij moet kunne komt hier niet. Dat uh dat weet ik niet. Het is gewoon hij doet 't klaar. | |||
informant | Hij staat morgen vroeg op klaar. | |||
informant | Zo legt dat gewoon. | |||
hulpinterviewer | [v=132] Vertaal. Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen. [/v] | |||
informant | Dat ken wel hier voorkomme ja. | |||
informant | Allien uh ik denk dan zegge ze_ | |||
informant | Marie um maar gaan roepe moet. | |||
informant | De zinsopbouw is wel dat Marie moet maar xx ik denk Marie um morgen wel roepe moet zegge we den. | |||
veldwerker | Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen. Hoe wordt dat? | |||
informant | [a] Nee ik denk dat Marie um morgen zal roepe. [/a] | |||
informant | [a] Nou ik denk dat Marie um morgen wel roepe moet. [/a] Zo zegge wij ut den zeg maar in ut Westfries. Snap je? | |||
informant | Ja nouja dat zeg ik dat uh meer wordt er hier niet gebruikt. Dat zo zegge wij dat. xx dan zeg je nou ze zal morgen wel roepe moete. | |||
veldwerker | En wat vinden jullie dan van de zin ik denk dat Marie hem morgen roepen moeten zal. | |||
hulpinterviewer | Nee dat ken helemaal niet nee nee dat komt helemaal niet voor nee. | |||
informant | Nee dat uh nee dat uh_ | |||
informant | Dat komt niet uh nee dat komt hier niet voor. | |||
hulpinterviewer | [v=137] Komt deuze zin voor in 't dialect? Vertaal. Hij wil geen soep niet meer eten niet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat komt hier niet voor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [a] Hij wil gien soep meer ete. [/a] | |||
informant | Die soep moet ie niet meer hebbe zegge we den. | vertaling hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | Of hij wil gien soep meer ete. | |||
hulpinterviewer | Maar dit nee dit komt absoluut niet voor. | |||
hulpinterviewer | [v=140] Komt deuze zin voor in uw dialect? Vertaal. Zitten hier nergens geen muizen? [/v] | |||
informant | Zitten hier nergens gien muize? | |||
informant | [a=n] Nee zo zeg je dat niet. [/a] | |||
informant | Nergens gien dan is er gienien. | |||
hulpinterviewer | Dat zei ik vanmorgen ook ik zei dat gaat dubbelop. | |||
hulpinterviewer | D'r zitten hier nergens geen muize. | |||
hulpinterviewer | Wij zegge binne d'r_ | |||
informant | [a] D'r zitte hier gien muize zegge we den. D'r zitte hier of d'r benne hier gien muize. [/a] | |||
informant | D'r benne of d'r zitte hier gien muize. Ja de ien die woord ken nog verschille. Tussen zitte en benne. | |||
informant | Maar dat is dat zegt alles. | |||
hulpinterviewer | [v=148] Komt deuze zin voor in uw dialect? Vertaal. Iedereen is geen vakman. [/v] | |||
informant | [a=j] Dat komt hier wel es voor. Iederien is gien vakman. [/a] | tagging | ||
informant | Dat komt hier voor. | |||
hulpinterviewer | [v=149] Komt deuze zin voor in 't dialect? Vertaal. Hij heeft overal geen vrienden. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee zo zeg je ut niet. [/a] | |||
hulpinterviewer | Nergens vriende. | |||
informant | Nergens gien vriende. | |||
informant | [a] Of hij heb gien vriende. | |||
informant | Of hij heb nergens gien vriende. Maar ien van die twee. [/a] | 'nergens gien' : terwijl 140 niet goedgekeurd werd | ||
hulpinterviewer | [v=154] Komt deuze zin voor in ut dialect? Boeken heb Jan drie. [/v] | |||
hulpinterviewer | Ja dat staat er. Boeken heb hier staat boeken heeft Jan drie. | |||
hulpinterviewer | Boeken heeft Jan drie. | |||
hulpinterviewer | Jan heeft drie boeke. | |||
informant | [a] Jan heb drie boeke zegge we den. Aars zegge we dat niet. Jan heb drie boeke zegge we den. [/a] | |||
informant | Dat is de uitdrukking. | |||
informant | [a=n] Maar uh dat nee dat komt helemaal niet voor. Dat ken je helemaal vergete. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=156] Komt deuze zin voor in je dialect? Jan weet dat ie voor drie uur de wagen moet hebben maakt. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a] Neehoor dan zegge we Jan moet voor drie uur de wagen maakt hewwe.[/a] | |||
informant | Zo zegge we ut dan. | |||
hulpinterviewer | [v=157] Komt deuze zin voor in ut dialect? Jan weet dat ie voor drie uur de wagen moet maakt hebbe. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | Kunt u dan zeggen Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt moet hebbe. | |||
informant | Nee Jan moet voor Jan moet voor drie uur die wagen maakt hebbe. | |||
veldwerker | Nee maar dat weet ie. | |||
veldwerker | Dat ie dat gedaan moet hebbe. | |||
hulpinterviewer | Dan staat er Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt moet hebbe. | |||
informant | Nee. | |||
hulpinterviewer | Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt hebbe moet. | i.t.t. wat later gezegd wordt | ||
informant | Dat ken nog wel es voorkomme die laatste. | i.t.t. wat later gezegd wordt | ||
hulpinterviewer | Dat moet je dat wou je ook weten welke ut meest gebruikelijk was van die twee? | |||
informant | Dat is de laatste. | |||
hulpinterviewer | [v=160] Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt moet hebbe. [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Dat komt hier nog wel voor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=161] Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt hebbe moet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee in die vorm zeg je ut niet. [/a] | |||
hulpinterviewer | Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt moet hebbe. | |||
informant | Dat komt hier voor. | |||
hulpinterviewer | [v=188] Heb je genoeg mensen om hooi van et land te halen? [/v] | |||
informant | Dat komt hier wel voor. | |||
informant | He je genoeg hooiers? | |||
hulpinterviewer | Hier moet je ook weer zegge heb je genoeg he je genoeg mense om hooi van et land te hale. | |||
informant | Nee dat zegge wij niet wij zegge he je genoeg hooiers? | |||
informant | [a] He je genoeg mensen om hooi van et land te halen? [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=189] Het was aardig van Jan om te komen werken. [/v] | |||
informant | [a] Het was aardig van Jan om te komme werke. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=190] Deze ton is zwaar om te dragen. [/v] | |||
informant | Dat komt hier ook wel voor ja. | |||
hulpinterviewer | Die moet je ook weer vertale hè die staat hier geen. Deuze ton is zwaar om te dregen. | |||
informant | [a] Ja. Deuze ton is zwaar om te dregen. [/a] | tagging | ||
informant | Wij zegge niet zwaar wij zegge zweer. | |||
informant | En dregen wij zegge niet drage drege. | |||
hulpinterviewer | [v=198] Hij kan staan zeuren. [/v] | |||
informant | [a] Hij ken staan zeure. [/a] | tagging | ||
informant | Kan zegge we niet wij zegge ken. | |||
hulpinterviewer | [v] Hij ken staan te dranzen. [/v] | |||
veldwerker | We hebben net opgenomen hij ken staan te dranzen. Is dat een goeie zin? | |||
informant | Nouja. | |||
informant | Ajje dus in deuze context plaast wel. | |||
informant | Ajje vanzelf want dan komt te ook hij staat wat te dranzen. | |||
veldwerker | Je kan te er wel tussen en niet dat maakt niet zoveel uit? | |||
informant | Et ken et wordt uh_ | |||
informant | Maar deur ajje hier geboren en getogen ben dan wordt dat veel weglaten dat te. | |||
informant | Hij staat te dranzen zegge we den. | |||
informant | Of hij dranst maar wat. | |||
hulpinterviewer | [a] Et is niet helemaal uh zeker om te zeggen van uh wel of niet. Et kan eigenlijk alletwee. [/a] | zowel met als zonder 'te' | ||
hulpinterviewer | [v=199] Hij staat te zeuren. [/v] | |||
informant | Dat komt wel voor hier. | |||
hulpinterviewer | Ja dat moet je ook weer vertale hij staat te zeuren dat staat weer geel. | |||
informant | Oja. | |||
informant | Hij sting te zeuren zegge wij den. | sting = verl. tijd | tagging | |
informant | Hij sting te zeuren zegge we den. | |||
hulpinterviewer | Nee maar et gaat hier om hij staat te zeuren dus dat moet je dan toch wel aanhouen. | |||
informant | [a] Nouja hij staat te zeuren zeggen we den. [/a] | tagging | ||
informant | In de verleden tijd zegge we hij sting. | |||
hulpinterviewer | [v=200] Toen we aankwamen regende het. [/v] | |||
informant |
[a] Toen we aankwame regendenet. [/a]
regenden et |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=215] Ik geloof dat ik groter ben dan hij. [/v] | |||
informant |
[a] Ik geloof dak groter ben as hij. [/a]
da k |
|||
informant | Hij? Dat zegge we niet. | |||
informant |
[a] Ik denk dak groter ben as hem zegge we den. [/a]
da k |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=216] Ze gelooft dat jij eerder thuis bent dan ik. [/v] | |||
informant |
Ze gelooft dak eerder thuis ben as ik. As ik nee as ik prate we hier niet.
da k |
|||
hulpinterviewer | [a] Ze gelooft dat jij eerder thuis benne as ik. [/a] | tagging | ||
informant | Nee zo zegge we et niet. | antwoord hulpinterviewer | ||
informant | Ik geloof dak eerder thuis ben as jee. | |||
veldwerker | Dus de vertaling is? | |||
informant |
[a] Zij gelooft dak eerder thuis ben as jee. [/a]
da k |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=217] Je gelooft toch niet dat hij sterker is dan jij. [/v] | |||
informant | Je gelooft toch niet dat hij sterker is as ik. | |||
informant | Of jij hoe was et nou? | |||
hulpinterviewer | Jij gelooft toch niet dat hij sterker is dan jij. | |||
commentaar | antwoord hulpinterviewer | |||
hulpinterviewer | [a] Je gelooft toch niet dat hij sterker is as jee. As jou. [/a] | tagging | ||
informant | Dan zeg je nou je denke toch niet dat ie sterker benne dat ie sterker is as ik? | |||
informant | Zo zegge wij et in et Fries Westfries zeg maar. | |||
hulpinterviewer | [v=218] Ze geloven dat wij rijker zijn dan zij. [/v] | |||
informant | We gelove zij gelove dak rijker dat ja dat wij ja_ | |||
informant | [a] Ze gelove dat wij rijker benne as hun.[/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=219] We geloven dat jullie niet zo slim zijn als wij. [/v] | |||
hulpinterviewer | We geloven dat jullie niet zo slim zijn als wij. | |||
informant | [a] Wij gelove dat jullie niet zo slim benne as wij.[/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Ja wij zegge niet zijn maar benne hè. | |||
hulpinterviewer | [a] Wij gelove dat jullie niet zo slim benne as wij. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=220] Jullie geloven toch niet dat zij armer zijn dan jullie. [/v] | |||
informant | [a] Jullie gelove toch niet dat se armer benne as jullie.[/a] | tagging | ||
informant | Et ken voorkomme dat ken nog wel voorkomme ja. | |||
hulpinterviewer | [v=221] U gelooft dat Lisa even mooi is als Anna. [/v] | |||
informant | En dan zegge we ja u u ja. | |||
informant | [a] Jee geloof dat Lisa even mooi is as Anna? [/a] | tagging | ||
informant | Ja dan zeg je jij gelove dat is dus_ | jij gelove | ||
informant | Jij. En u dat wordt hier weinig gebruikt. | |||
informant | Hè et is een vragende toon vanzelf. | |||
informant | Dan is et jij gelooft toch niet dat Lisa mooier is as die? | |||
hulpinterviewer | [v=222] Hij gelooft dat Louis en Jan sterker zijn dan Geert en Peter. [/v] | |||
informant | [a] Hij gelooft dat Louis en Jan sterker zijn as Geert en Peter. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Wij zegge dan ook weer sterker benne as Geert en Peter hè? | |||
informant | [a] Hij gelooft dat Louis en Jan sterker benne as. Benne as. [/a] | tagging | ||
informant | Is het dus. Zijn dat wordt uh niet gebruikt. Benne as dinges en die. | |||
hulpinterviewer | [v=227] Komt deuze zin voor in uw dialect? Hij sleipt hij doet. [/v] | |||
hulpinterviewer | Dus het houdt in ien vraag zegt hij sleipt en dan zou jij moete zegge hij doet. | |||
hulpinterviewer | Nou dat dat zegge wij niet. | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | Hij sleipt of hij werkt. | |||
informant | Hij doet dat zegt niks. | |||
informant | Hij doet wat moet ie dan doen? Nou hij werkt of hij sleipt. | |||
informant | Je werke of je sleipe ien van die twee of je doet niks. | |||
hulpinterviewer | Het is de bedoeling dat je den zegt bij A zegt nouja in dit geval hij sleipt. En dan moet B zegge bevestige. | |||
veldwerker | B moet het bevestigen. | |||
hulpinterviewer | Et klopt of uh of inderdaad of wat ook maar dat hij doet dat zegge wij vanzelf niet. | |||
hulpinterviewer | [v=228] Komt deuze zin voor in uw dialect? Hij sleipt et doet. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee hij sleept of hij doet niks. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=243] Komt deuze zin voor in uw dialect? Sleipt ie. Ie doet. [/v] | |||
informant | Nee. Je ken hooguit de vraag sleipt ie? | |||
informant | [a=n] Maar hij doet nee dat uh nee hoor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=245] Komt deuze zin voor in uw dialect? De lamp doet niet meer branden. [/v] | |||
hulpinterviewer | De lamp doet niet meer branden. Nee hoor dat uh_ | |||
informant | [a=n] Dat komt hier niet voor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Komt deuze zin voor in et dialect? De kindere doen hier 's avonds anijsmelk drinken. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee wij zegge de kindere drinke 's avonds anijsmelk. [/a] | |||
informant | Zo zegge wij et. | |||
informant | De rest wordt allemaal vergete das net as die lamp. | |||
informant | Hè nou de lamp doet et niet. | |||
hulpinterviewer | [v=246] Komt deuze zin voor in uw dialect? Doet Marie elke avond danse? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee xx. [/a] | |||
informant | Wij beginne met Marie. | |||
informant | Marie danst alle avonde. | |||
hulpinterviewer | Of danst Marie elke avond? | |||
hulpinterviewer | [v=247] Komt deuze zin voor in uw dialect? Doe et brood effies snije. [/v] | |||
informant | [a=j] Dat ken nog wel es voorkomme. Ajje dus wat sneller dan zeg je doe jij et brood effe snije. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=248] Komt deuze zin voor in dialect? Ik doe wel effies de koppies ofwasse. [/v] | |||
informant | Ja nou ik was de koppies wel effen of is het den. | |||
informant | Ajje dus zuiver vertaalt in het Westfries dan zeg je nou ik was de koppies wel effen of. | |||
veldwerker | Maar kan het ook zo? | |||
informant | [a=j] Et ken wel maar of et veel gebruikt wordt_ Et ken wel. [/a] | |||
hulpinterviewer | Et ken wel zo. Ja oh ik doen wel effies de koppies ofwasse. | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=249] De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij. [/v] | |||
informant | De jongen wier moeder? | |||
hulpinterviewer | Ja de jongen wiens moeder gister hertrouwd is stond achter mij. | |||
informant | De jongen wiens moeder uh ja. | |||
informant | [a] De jongen wiens moeder trouwd is die stond gister achter me. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Die gister hertrouwd is ja. | |||
informant | Die stond achter me. | |||
veldwerker | En dat wiens moeder laten jullie gewoon zo staan? | |||
informant | Ja. | |||
informant | Je ken d'r de zinsbouw_ [a] Die jongen z'n moeder is gister trouwd en die stond achter me zegge wij dan in et Westfries.[/a] | |||
informant | Wij zegge niet in deuze vorm eigenlijk. | |||
hulpinterviewer | Nee maar wiens laat je vaak ook weg. | |||
informant | Ja dan zeg je nou oh ja die jongen die z'n moeder is gisteren trouwd en die stond achter me. | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=250] De bank waar ze op zaten was pas geverfd. [/v] | |||
informant | [a] De balk waar ze op zatte was pas vurfd. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Komt deuze zin voor in dialect? De bank weerop ze zate was net verfd. [/v] | |||
informant | Nee dan zegge we hij is pas vurfd. | |||
informant | [a] Ja de bank waarop ze zatte was pas vurfd zegge we den. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=259] Die geld heeft moet mij maar wat geven. [/v] | die ipv wie in de vraag | ||
informant | [a] Die geld heb moet mij maar wat geve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Komt deuze zin voor in uw dialect? Die geld heb moet mijn er maar wat van geve. [/v] | |||
informant | Eerder nog deuze. Dat is effe meer dwingend vanzelf. | |||
informant | [a] Ja die geld heb moet mijn maar effe wat geve zegge we den. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=260] Komt deze zin voor in et dialect? Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? [/v] | |||
informant | Wat denk je dak in de stad ontmoet heb zegge wij den. | |||
veldwerker | En heeft u et nu over een persoon? | |||
informant | Nee dat is nog de vraagteken wie dat komt veel later. | |||
informant | Hier vrage ze_ | |||
hulpinterviewer | Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? | |||
hulpinterviewer | [a] Of dan zeg je wie denk je dat ik in de stad ontmoet heb.[/a] | antwoord hulpinterviewer | ||
informant | Ja wij beginne anders hè. | |||
informant | [a] Wie denk je dat ik in de stad ontmoet zeg je den.[/a] | antwoord hulpinterviewer | ||
informant | Dat wie staat hier heel ergens anders. | |||
veldwerker | Ja er staat hier wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb. Dus dat komt hier niet voor? | |||
hulpinterviewer | Neehoor nee. | |||
informant | [a=n] Nee.[/a] | |||
informant | Wij beginne met die wie denk je. | |||
veldwerker | Wie denk je_ | |||
hulpinterviewer | Dat ik in de stad ontmoet heb. | |||
informant | Dat ik in de stad ontmoet heb. | |||
hulpinterviewer | [v=261] Komt deuze zin voor in dialect? Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dan zegge we hoe denken jullie dat ze et hebbe opgelst? [/a] | |||
hulpinterviewer | Hoe ze et oplost hewwe. | |||
hulpinterviewer | [v=262] Komt deuze zin voor in dialect? Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? [/v] | |||
informant | Dat komt nog wel es voor deuze zin. | |||
informant | Wij zegge um wel veel aars maar dat komt ook nog wel es voor. | |||
informant | [a] Wie denk je dak in de stad ontmoet heb. [/a] | |||
hulpinterviewer | Ja dan laat je ook wie weer weg hè. Wie denk je dat ik in de stad ontmoet heb. | |||
hulpinterviewer | Want hier wordt dan zegd wie denk je wie ik. | |||
informant | [a=n] Dat wie dat ken je gewoon dat wordt niet gebruikt. [/a] | |||
informant | Dat is gewoon nee zou ik niet weten. | |||
hulpinterviewer | [v=265] Komt deuze zin voor in et dialect? Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? [/v] | |||
informant |
Hoe denk je_ [a] Hoe denk je dasse et oplost hewwe. Zo zegge wij et. [/a]
da se |
|||
hulpinterviewer | [a=n] Ja niet twee keer hoe. [/a] | aanvullend antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [v=273] Marie trok de deken naar zich toe. [/v] | |||
informant | [a] Marie trok de deken naar zich toe. Dat ken. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Ja dat moet je ook weer vertalen staat hier hè. Marie trok de deken nei_ | |||
hulpinterviewer | [a] Marie trok de deken nei d'r toe. [/a] | antwoord hulpinterviewer | tagging | |
hulpinterviewer | En niet naar zich toe maar d'r. Naar d'r toe. Nei d'r toe. | |||
algemene gegevens | [meta][k]E031a[/k][h]165[/h][i]166[/i][vw]MJ[/vw][/meta] | |||
informant | Een hele enkele keer zulle ze wel zich gebruike maar niet zozeer hier. | |||
hulpinterviewer | [v=296] Komt deuze zin voor in uw dialect? Zou hij dat gedaan hebben gekund. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee zo zegge we dat niet. [/a] | |||
hulpinterviewer | Nee zou hij 't gedaan hebbe gekund nou dat zeg je niet. | |||
hulpinterviewer | Dan is 't volgende van ja wat zou dan 't meest gebruikelijk weze. Zou hij dat gedaan gekund hebbe. | |||
hulpinterviewer | Dat zou eerder weze maar 't liekt ook nog niet erg goed hoor. | |||
informant | Dat zou eerder weze. | |||
veldwerker | Dus wat wordt de vertaling dan. | |||
informant | Nou wij zegge wij zoue dus zegge_ | |||
informant | Hij zou 't deen kenne hebbe. Dat zegge wij. | |||
informant | Hè dat is 't Westfrieze taal. Wij_ | |||
informant | Hij zou 't dein kenne hebbe. Dat zegge wij in 't Westfries. | |||
hulpinterviewer | Ja zou hij dat gedaan_ | |||
informant | De rest van alletwee woorde zegge we eigenlijk niet. | |||
informant | We zegge nou hij zou 't deen kenne hebbe zegge we den. | |||
veldwerker | En als u d'r nu een vraag van maakt? | |||
informant | Nou dan zegge wij zou ie zou hij 't kenne doen. | |||
informant | Of hij zou 't kenne dein hebbe. | |||
hulpinterviewer | Ja zou hij zou hij 't dein hebbe kenne. | |||
informant | [a] Zou hij 't dein hebbe kenne. [/a] | |||
informant | Zou hij 't dein hebbe kenne. Dat is de vragende. | |||
informant | En de are kant die nou hij ken 't wel es doen. | |||
veldwerker | En kan je dan ook zeggen zou hij 't deen hebbe kend? | |||
hulpinterviewer | Nee nee nee. | |||
informant | Nee nee nee. | |||
informant | Nee dat ken niet. | |||
hulpinterviewer | [v=297] Komt deze zin voor in uw dialect? Zou hij dat gedaan gekund hebben. [/v] | |||
hulpinterviewer | Nou die hebbe we al gehad hè. | |||
informant | [a=n] Nee dat neehoor. [/a] | |||
informant | [a] Hij zou 't dein kenne hebbe zegge we den. [/a] | |||
veldwerker | Ja nu maakt u d'r weer wat anders van. | |||
informant | Ja dat zei je dus dat is ook_ | |||
informant | Dus zo zijn er verschillende vormen in de dialect. | |||
veldwerker | Dus die laatste kan wel zo'n beetje. | |||
informant | Ja hij zou 't deen kenne hebbe dat zegge we den nog wel es. | |||
veldwerker | En welke is dan 't meest gebruikelijk? | |||
informant | Die eerste die ik zei. | |||
veldwerker | Zou hij dat deen hebbe kenne. | |||
informant | Ja. | |||
hulpinterviewer | [v=309] Komt deze zin voor in uw dialect? Ik heb geen zin en voeren de koeien. [/v] | |||
hulpinterviewer | Ik heb geen zin en voeren de koeien. Nou die komt vanzelf helemaal niet voor. Nee volstrekte onzin. | |||
informant | Ik heb gien zin? | |||
informant | [a=n] Nee nee nee dat is helemaal_ [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=311] Ik denk dat hij weg is. [/v] | |||
hulpinterviewer | [v=311] Ik denk hij weg is. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee zo niet. Ik denk dat ie weg is. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=312] Ik zeg ik denk hij is weg. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee komt hier ook niet voor. Nee dat komt hier niet voor. [/a] | |||
veldwerker | Wat maakt u ervan? | |||
informant | Wat vroege ze ook? | |||
hulpinterviewer | Ik zeg ik denk hij is weg. | |||
informant | [a] Ik denk dat ie weg is. [/a] | |||
informant | Meer niet. | |||
hulpinterviewer | [v] Ik docht nog hij is weg. [/v] | |||
informant | [a=j] Dat komt wel voor ik docht. Ik docht ie is weg. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Dat had ik ervan maakt dacht ik hè van ik docht. | |||
informant | Dat is de verleden tijd enne ja ik docht dat ie weg was. | |||
informant | Dat zegge we ook hè ik docht dat ie weg was. | |||
veldwerker | Ik docht nog hie is weg. | |||
informant | Jamaar eerder nog weer ik docht dat ie weg was. | |||
hulpinterviewer | We zee hé ik docht dat ie weg was. | |||
hulpinterviewer | [v=316] De politie zou bij hem komen en nemen hem mee. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
informant | De politie komt bij um en neme ze mee. | |||
hulpinterviewer | [v=317] Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming. [/v] | |||
informant | [a] Alle koeie van Marie zijn verzope zegge we den. [/a] | |||
informant | gggg ja. | |||
hulpinterviewer | Of alle koeie van Marie benne bij de overstroming overdronke. | |||
hulpinterviewer | Verzope verdronke ja. Ja. | |||
informant | Alle koeie benne bij de overstroming van Marie verzope. Nee. | |||
hulpinterviewer | Ja maar zoas 't hier staat zegge wij 't dus niet. | |||
informant | Je ken 't op verschillende uitdrukking_ | |||
informant | Dan zeg je nou bij die overstroming zijn Marie d'r koeie allemaal verzope zegge we den. | |||
veldwerker | En dat Marie al haar koeie kan dat nog op een andere manier. | |||
informant | [a] Ja 't ken wel op een are manier. Dan zeg je Marie ur koeie zijn allemaal verzope.[/a] | |||
informant | Maar den komt er gien overstroming in voor dat past niet in die zinsopbouw. | |||
informant | Dat zeg ik dan zeg je dus eerder nou bij die overstroming zijn Marie ur koeie verzope. | |||
informant | Zo ken je 't ook stelle. | |||
hulpinterviewer | Alle koeie van Marie benne verdronke bij de overstroming. | |||
informant | Jamaar je ken dus stelle dus uh nou bij de overstroming zijn al de koeie van Marie verzope. | |||
hulpinterviewer | [v=319] Komt deuze zin voor in 't dialect? Dut denk ik niet an. [/v] | |||
hulpinterviewer | Staat hier dit denk ik niet an. | |||
informant | Deer denk ik niet aan. | |||
hulpinterviewer | Nee dit denk ik niet aan dat is niet_ | |||
informant | [a=n] Nee dan zegge we deer deer denk ik niet aan. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=321] Komt deuze zin voor in 't dialect? Die rare jongen ben ik mee nei de markt weest. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee met die rare jongen ben ik naar de markt weest. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=328] Komt deuze zin voor in 't dialect? Jan vindt dat je moet zukke dingen niet gelove. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [a] Jan vindt dat je zukke dinge niet gelove moete. [/a] | |||
informant | Ja komt in die vorm ja_ | |||
informant | Ja want dan begin je met Jan zelf. | |||
hulpinterviewer | [v=329] Ik zeg ik geloof deze jongen vinden ze allemaal wel aardig. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee ik denk dat ze deuze jongen allemaal wel aardig vinde. [/a] | |||
hulpinterviewer | Ja ik zeg dat zegge wij d'r niet voor. | |||
informant | Nee ik denk ik zeg ik denk dat ze deze jongen allemaal wel aardig vinde. | |||
hulpinterviewer | Wel pittig vinde. | |||
informant | Of wel pittig ien van die twee. | |||
hulpinterviewer | [v=339] Niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet mag zien. [/v] | |||
informant | Niemand mag het zien_ | |||
hulpinterviewer | Dus ik niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet mag zien. | |||
informant | [a] Nou gien mens heb 't zien dus jij mag 't ook niet zien zegge we den. [/a] | |||
hulpinterviewer | Niemand heb niemand mag 't zien. | |||
informant | Gien mens mag 't zien dus jij mag 't ook niet zien. | |||
hulpinterviewer | Ja niemand mag 't zien dat jij ook niet. | |||
informant | Nee ggg. | |||
informant | Nee as gien mens 't zien mag dan zeg je nou gien mens heb 't zien dan mag jij 't ook niet zien. Zegge we den. | |||
veldwerker | Jamaar dat vind ik. | |||
informant | Nee want hier zeg je niemand niemand. | |||
informant | Niemand heb 't zien. | |||
hulpinterviewer | As je zegt niemand as je teuge mekaar zit dan zeg je nou niemand mag 't zien dat jij ook niet. | |||
informant | Nee dat zeg je niet. | |||
informant | Nee dan zeg je nou niemand heb 't zien dus jij mag 't ook niet zien. | |||
hulpinterviewer | Wat? | |||
hulpinterviewer | Jamaar d'r staat dus hier kijk hier zegge ze niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet mag zien. | |||
informant | Jamaar as jij dus zegge_ [a] Niemand mag 't zien dus ik vind dat jij 't ook niet zien mag.[/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Zo ken 't ook ja. | |||
informant | Dat wordt veul in die vorm dus ik vind dan dat jij 't ook niet zien mag. | |||
informant | Maar ik bedoel zien mag wij zegge dan eerst zeg je dan geen mens heb 't zien. | |||
informant | Maar ik vind dat jij 't ook niet zien mag. | |||
hulpinterviewer | [v=339] Komt deuze zin voor in je dialect? Niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet zien mag. [/v] | |||
informant | [a] Ken voorkome maar ik zeg 't zelf altijd aars.[/a] | |||
informant | Ik zeg dus gewoon uh nou niemand heb 't zien jij mag 't ook niet zien of ik vind dat jij 't ook niet zien mag. | |||
hulpinterviewer | [v=347] Komt deuze zin voor in uw dialect? Ik weet dat hij is gaan zwummen. [/v] | |||
informant | Hij is gaan zwumme zegge wij den. | |||
hulpinterviewer | Ik weet dat hij is gaan zwumme. | tagging | ||
informant | [a=j] 't Ken voorkomme hoor maar_ [/a] | |||
hulpinterviewer | Jahoor zeg je ja ik weet 't hij is gaan zwumme. | |||
informant | [a] Hij is gaan zwumme ja. [/a] | |||
informant | Ja ik weet dat hij gaat zwumme. | |||
hulpinterviewer | [v=350] Komt deuze zin voor in 't dialect? Ik weet dat hij gaan zwummen is. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee komt hier niet voor. [/a] | |||
informant | Hij is gaan zwummen zegge wij den. | |||
veldwerker | Maar de vorige was wel mogelijk en deze dan absoluut niet. | |||
informant | Nee deuze vorm is anders zo zeg je dat niet. | |||
informant | Nou hij is gaan zwummen zegge wij den. | |||
veldwerker | Jamaar met dat ik weet ervoor. | |||
informant | Nee welnee want die vaststelling was er al vanzelf. | |||
veldwerker | Jamaar als je dat er wel voor zet. | |||
informant | Nee maar ik bedoel dat zegt al genoeg. As ze vrage waar is Piet nou ik zeg hij is gaan zwumme. | |||
informant | Dus hoef ik niet te zeggen ik zeg dat hij gaat zwemmen nee hij weet dat. | |||
informant | Ik bedoel ik zeg daarin al dat ik het weet. | |||
informant | [a] Want ik weet hij is gaan zwumme.[/a] | |||
hulpinterviewer | [a]Dat ken ook ik weet dat ie is gaan zwemmen. Maar meestal zegge we 't heel kort ja hij is te zwummen. [/a] | duidelijk antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [a] 't Ken wel maar 't is niet gebruikelijk. [/a] | |||
veldwerker | Bij die volgende zin ik weet dat hij gaan zwemmen is. Kan je dan ook zeggen 't kan wel maar 't is niet gebruikelijk? | |||
hulpinterviewer | Nee dat hij zwemmen gaan is dat komt helemaal niet voor nee. | |||
informant | Nee nee helemaal niet neehoor. | |||
hulpinterviewer | [v=352] Komt deuze zin voor in uw dialect? Ik weet dat hij zwummen gaan is. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee komt niet voor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=353] Komt deuze zin voor in uw dialect? Wil je nog koffie Jan? Ja'k. [/v] | |||
informant | Dat ken wel es voorkomme. | |||
hulpinterviewer | Jamaar dat laatste ja'k dat wete wij niet nee nee dat komt niet voor. | |||
informant | Nee nee dat niet. | |||
hulpinterviewer | Wil je nog koffie Jan jak jaak. | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | Nee hoor dat is uh_ | |||
informant | Wij prate Jan moet je nog koffie. | |||
veldwerker | 't Gaat erom wat de ander zegt. | |||
hulpinterviewer | Dan ken de ander zegge ja graag of o is best maar jaak neehoor. | |||
informant | Gewoon wij hebbe de zinsopbouw anders hè Jan moet je nog koffie. | duidelijk antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [a] Jamaar 't gaat erom wat de ander dan zegt. En die zegt niet jaak die zegt o best joh of graag of wat ook maar die zegt niet jaak. Neehoor komt hier absoluut niet voor.[/a] | duidelijk antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [v=355] Komt deuze zin voor in 't dialect? Hebben ze gegeten? Jaanze. [/v] | |||
informant | [a=n] Neehoor ze hebben eetn zegge wij den. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=370] Vertaal. Dit is de man die ze geroepen hebben. [/v] | |||
informant | Dit is de man die roept wordt die roept werd. | tagging | ||
informant | Zegge we meer. | |||
informant | [a] Dut is de man die roept werd. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Die ze roepen hewwen. | |||
informant | [a] Of die ze roepen hewwe.[/a] | tagging | ||
informant | Ien van die twee. | |||
informant | Een vaststelling as ie d'r is nou dut is de man die roepen werd. | tagging | ||
informant | Of deuze hebbe we roepe deuze man hebbe we roepe. | tagging | ||
informant | Dat is eigenlijk de gebruikelijke opbouw hiero. | |||
hulpinterviewer | [v=371] Dat is de man die het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
informant | Ja die man heb 't verhaal verteld zegge wij den. | tagging | ||
hulpinterviewer | Maar dut is de man die 't verhaal verteld heb. | |||
informant | Ja ook wel. | |||
hulpinterviewer | In dit geval zeg je dus niet eigenlijk niet meer dat maar zegge wij meer dut. | |||
informant | [a] Dut is de man die 't verteld heb zegge we den. [/a] | tagging | ||
informant | Dut is die man. | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=372] Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld. [/v] | |||
informant | [a] Nee dat is de man die 't verhaal verteld heb.[/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Of dat je zegt dut is de man weervan ik denk dat ie 't verhaal verteld heb. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | Weervan ik denk niet die maar weervan ik denk. | alternatief antwoord hulpinterviewer | ||
informant | Ja zo ken je 't ook zegge. | alternatief antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [v=373] Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben. [/v] | |||
hulpinterviewer | Dut is de man. | |||
informant | Dut is die ik denk dut is de man die ze denke dat ie roepen is. | |||
hulpinterviewer | Dut is de man die ik denk dat ze geroepen hebben. | |||
informant | Ja wij zegge 't in de regel toch aars wij zegge nou dut is de man die ze roept hewwe. | |||
hulpinterviewer | [a] Nee dut is dus de man weervan ik denk dat ze dat ze die dat ze um roepen hewwe. [/a] | volledig antwoord hulpinterviewer | tagging | |
hulpinterviewer | Ook dat woordje die dat dat uh_ | volledig antwoord hulpinterviewer | ||
informant | Deuze man hebbe ze roepen zegge wij eigenlijk. | |||
informant | Dat is de meeste uitdrukking die uh deuze man hebbe ze roepen. | |||
informant | Dus dat is meteen al een vaststelling. | |||
informant | 't Is niet een vraag 't is gewoon al een vaststelling deuze man hebbe ze roepe. | |||
informant | En meer zegge ze eigenlijk niet. | |||
hulpinterviewer | Dat wordt hier eigenlijk dat soort zinnen niet of nauwelijks gebruikt. | |||
informant | Op 't Westfries zegge wij nou deuze man hebbe ze roepe. | |||
informant | Zo is 't dat is eigenlijk uh de officiele vaststelling voor zo'n man. | |||
hulpinterviewer | [v=387] Komt deuze zin voor in 't dialect? Wanneer zel de wereldvrede kome? Nooit niet. [/v] | |||
informant | Nee dat geloof ik zeker. | nooit gien | ||
informant | Ik denk dat er nooit gien vrede komt. | nooit gien | ||
hulpinterviewer | Maarja zegge wij dat kijk as je zegt wanneer zel de wereldvrede komme as ik dat an jou vrage. | nooit gien | ||
hulpinterviewer | Dan ken je ook zegge nou nooit niet. | antwoord hulpinterviewer | ||
informant | Nouja dan zeg je_ | |||
informant | Nee. | antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [a=j] Dat komt voor natuurlijk hierzo ja. [/a] | |||
hulpinterviewer | Nooit van z'n leven maargoed dat ben dinge die overal uh nooit niet ja nooit niet. | antwoord hulpinterviewer | ||
informant | Nee nooit niet komt nooit nee. | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=397] 't Schijnt dat ze niets mag eten. [/v] | |||
hulpinterviewer | Dat moet je den weer vertale 't skijnt. | |||
informant | Dan ken wel voorkomme. | |||
informant | In deuze vorm. | |||
hulpinterviewer | Jamaar dat moet je weer vertale 't staat hier geel 't skijnt dat ze niks ete mag. | |||
informant | [a] Nee 't skijnt dat ze niks mag ete zegge we den.[/a] | tagging | ||
informant | Dat komt nog wel voor 't skijnt dat ze niks mag ete. | |||
informant | Dat komt voor. | |||
hulpinterviewer | [v=403] 't Lijkt wel of er iemand in de tuin staat. [/v] | |||
informant | [a] 't Lijkt wel of er ientje in de tuin staat. Zegge we den. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=459] Komt deuze zin voor in uw dialect? Hij het de bal gooid in de mand. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | Hij het de bal gooid in de mand? | |||
hulpinterviewer | Hij heb de bal gegooid in de mand. | |||
informant | [a] Heb heb um in de mand gooid hij heb de bal in de mand gooid. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=474] Komt deuze zin voor in 't dialect? En 't was maar net goed genoeg. [/v] | |||
informant | Dat komt voor. | |||
hulpinterviewer | 't Was maar net goed genoeg. | |||
informant | 't Was maar net goed genoeg. | |||
veldwerker | Ja maar niet zoals ie hier staat. | |||
hulpinterviewer | Nouja 't staat hier 't en nee. | |||
hulpinterviewer | [a] Wij zegge dan 't en late we weg we zegge nou 't was maar net goed genoeg. Dat en moet weg. [/a] | duidelijk antwoord hulpinterviewer | ||
informant | 't Was net goed genoeg zegge we dan dat is dus nou 't ken net an. | |||
hulpinterviewer | [v=485] Komt deuze zin voor in 't dialect? Zel ik koken dat doe maar. [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat komt hier niet voor. Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=486] Dat boek beloof mij dat je nooit meer zel verstoppe. [/v] | |||
informant | Dat boek? | |||
hulpinterviewer | Dat boek beloof mij dat je nooit meer zel verstoppe nou dat klopt natuurlijk nooit. | |||
informant | Nee. | |||
informant | In dat boek staat da'k nooit meer verstopt raak. | |||
hulpinterviewer | Dat boek beloof mij dat je nooit meer zult verstoppen. | |||
informant | Nee maar dan zegge we dat aars hè. Nou in dat boek staat of in dat boek sting dat ik nooit meer verstopt raak. | |||
veldwerker | Nee beloof me dat je 't boek nooit meer zal verstoppen. | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee daar klopt helemaal niks van. [/a] | antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | [v=487] Wat zeg mij dat je kocht heb. [/v] | |||
hulpinterviewer | Ook niet. | |||
informant | [a=n] Nee dat zegge we ook niet ken je wel vergete. [/a] | |||
hulpinterviewer | Wat hei je kocht wat zeg mij dat je gekocht heb. | |||
informant | [a] Wat hei je kocht zegge wij den. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=495] Hoe gebruikelijk is deuze zin in uw dialect? Ik denk dat je veul weg zou moete gooie. [/v] | |||
informant | [a] Nee je moet veul weggooie zegge we den. | |||
informant | Hier en ik vind ja ik vind dat je veul weg moet gooie. [/a] | |||
informant | As je dat vind dan zeg je nou ik vind dat je veul weg moet gooie. | |||
hulpinterviewer | Ja directer. Hier staat ik denk dat je veul weg zou moete gooie. Nee je moete veul weggooie. | |||
informant | Wij zeggen ut met minder woorde hè. | |||
hulpinterviewer | Wat dwingender. Nou ik vind dat je veul wegggooie moet. Niet zou moete. | tagging | ||
informant | [a] Ik vind dat je veul weggooie moet. [/a] | tagging | ||
veldwerker | Dat zou kan er eigenlijk niet tussen. | |||
hulpinterviewer | Dat zou hoeft er nee. | |||
informant | Ik vind dat je gewoon ik vind dat je veul weg moet gooie klaar. | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=501] Komt deuze zin voor in 't dialect? Marie zit te stoofperen schillen. [/v] | |||
informant | Marie skilde stoofpere zegge we den. | |||
hulpinterviewer | Dat woordje zit hier dat dat uh_ | |||
hulpinterviewer | Marie skilt te stoofpere. | |||
hulpinterviewer | En ze zit niet te stoofpere skille. | |||
veldwerker | Ja maar nu zit ze te schillen. | |||
informant | Ja nee maar uh dat_ | |||
hulpinterviewer | Dan zeg je ja Marie skilt de stoofpere. | |||
hulpinterviewer | Zitte of nee Marie zit de stoofpere te skille ja. | |||
informant | Nee dan zeg je Marie zit te ski_ | |||
informant | Nee dat komt_ | |||
hulpinterviewer | Dat ken natuurlijk ook. Ja je ken ook zegge as je zegt nou goed weer is Marie nou Marie zit te stoofpere te skillen. Ja dat zou_ | |||
informant | Jamaar as een ander as je 't dus vraagt dan zeg je nou weer is Marie.[a] Ja Marie zit Marie zit te stoofpere skillen zegge we dan. [/a] | |||
informant | Dat is in opbouw dan dat hoort allemaal an mekaar. 't Is niet_ | |||
veldwerker | Ja net zei u dat 't niet kon. | |||
informant | Ja maar dat is maar net ajje de vragende_ | |||
informant | Wij zegge dus gewoon Marie nou Marie zit te stoofpere_ | lange uitweiding | ||
hulpinterviewer | [v=502] Komt deuze zin voor in 't dialect? Marie zit stoofperen en schillen. [/v] | lange uitweiding | ||
informant | [a=n] Nee dat komt niet voor. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=520] Wat voor boeken heb je gekocht. [/v] | |||
informant | [a] Wat voor boeke hei je kocht? [/a] | tagging | ||
informant | Nou dat komt hier wel voor. | |||
hulpinterviewer | Wat voor boeke hei je kocht ja ja. | |||
hulpinterviewer | [v=526] Wie heeft je op de kermis gezien? [/v] | |||
informant | [a=n] Neehoor wie hei je op de kermis sien. [/a] | |||
veldwerker | Maar 't gaat erom wie jou heeft gezien. | |||
hulpinterviewer | Wie heeft jou wie heeft jou op de kermis gezien. | |||
hulpinterviewer | Staat ook wie heeft je op de kermis gezien. | |||
hulpinterviewer | Wie het jou op de kermis sien. | |||
informant | Wie heb jou op de wie heb je op de nee. | |||
informant | Uh. | |||
hulpinterviewer | Wie staat er wie heeft je op de kermis gezien. | |||
hulpinterviewer | Dus wie heb jou deer zien. | |||
hulpinterviewer | Maar dat ken natuurlijk wie heb jou op de kermis deer zien of sien. | |||
informant | Ik vind 't toch een beetje wonderlijke bouw hoor. | |||
hulpinterviewer | Wie heb je op de kermis sien. | |||
informant | [a] Wie het je op de kermis sien wie heb je op de kermis sien zegge we den. [/a] | |||
informant | Maar jou vrage we eigenlijk nooit ajje dus zeg dan zeg je wie heb je op de kermis sien. | |||
informant | Wie heb je op de kermis sien. | |||
hulpinterviewer | [v=530] Komt deuze zin voor in 't dialect? Marie zei dat jij Piet een boek heb probeerd te verkope. [/v] | |||
informant | Marie zei? | |||
hulpinterviewer | Marie zei dat jij Piet een boek heb probeerd of geprobeerd staat hier dan Marie zei dat jij Piet een boek heb probeerd te verkopen. | |||
informant | [a] Marie zei dat jij Piet een boek probeerde te verkope. Zo zeg je dat den. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=531] Wim docht dat ik Els had probeerd een kado te geven. [/v] | |||
informant | Wim docht_ | |||
hulpinterviewer | Mankeerd niet zoveel aan denk. | |||
hulpinterviewer | Wim docht dat ik Els had probeerd een kado te geven. | |||
informant | Wim docht dat ik_ | |||
hulpinterviewer | Els had ja as je d'r over nadenkt. | |||
informant | Dan zeg je dat niet toch zo zeg je dat toch nooit. | |||
informant | Wim docht dat ik Els had probeerd uh_ | |||
informant | Wim docht dat ik Els een kado had geve. | |||
hulpinterviewer | Wim docht dat ik Els probeerd had om een kado te geve. | |||
informant | Jamaar wij zegge niet probeerd. Wij zegge dus uh Wim docht dat ik Els een kado had geve. | |||
informant | Niet geprobeerd hij docht ut. | |||
informant | Ja ja. | |||
informant | Zo zeg je dat nooit. | |||
hulpinterviewer | 't Is net of je examen zit met multiple choice vragen dat je tot slot denkt wat staat er allemaal. | |||
veldwerker | Wim docht dat ik Els probeerd had een kado te geven? | |||
informant | Ja nee ja. | |||
informant | [a] Wim docht dat ik Els een kado had geve zegge we den. [/a] | |||
informant | En niet geprobeerd nee Wim docht dat ik Els een kado had geve. | |||
informant | Deer komt niet proberen in voor. | |||
hulpinterviewer | [v=532] Karel weet dat jij heb probeerd Marie een boek te verkopen. [/v] | |||
informant | Karel weet_ | |||
hulpinterviewer | Karel weet dat jij probeerd heb om Marie een boek te verkopen. | |||
informant | [a] Karel docht dat jij Marie een boek verkocht. [/a] | |||
hulpinterviewer | Karel weet dat jij hebt geprobeerd. | |||
informant | Karel docht. | |||
hulpinterviewer | [a] Nee Karel weet dat jij probeerd heb om Marie een boek te verkopen denk ik. [/a] | alternatief antwoord hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | Ik denk dat 't zo moet. | |||
hulpinterviewer | Dus om. Karel weet dat jij probeerd heb om Marie een boek te verkopen. | |||
informant | Dat zal 't weze. | |||
veldwerker | En is die andere dan ook Wim dacht dat ik Els probeerd had een kado te geven. | |||
hulpinterviewer | Ja ik denk het wel. | |||
veldwerker | Uh ja ik heb eigenlijk nog wat vraagjes maar_ | |||
veldwerker | [n] [v=023] Els wil niet dansen en ze wil niet zingen ook niet. [/v] | nagesprek met hulpinterviewer | ||
hulpinterviewer | Els wil niet dansen en ze wil niet zingen ook niet. | |||
veldwerker | [v] Hoe zou u die vertalen? [/v] | |||
hulpinterviewer | Els uh die ja in 't Westfries dan. | |||
hulpinterviewer | [a] Els wul niet danse. | |||
hulpinterviewer | En ze wil. | |||
hulpinterviewer | En ze wil ze wul ook niet zinge. | |||
hulpinterviewer | Dus niet twee keer niet maar ze wul ook niet zinge. [/a] | |||
hulpinterviewer | Je ken 't ook nog anders doen en zegge Els wil noch danse noch zinge. | |||
hulpinterviewer | Dat is ook West_ noch danse noch zinge dus twee keer noch. | |||
informant | [v=026] Jan had het hele brood wel wille opeten. Hoe wordt die? [/v] | |||
hulpinterviewer | [a] Jan had het hele brood wel opeten wullen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | Ja want zoals ie hier staat is ie dus niet gebruikelijk. | |||
veldwerker | [v] En Jan had het hele brood wel opete wild kon dat ook? [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | Uh ja dat komt ook hier dus niet maar 't komt wel voor. | |||
hulpinterviewer | 't Komt wel voor in Westfriesland dat ze dat zegge Jan had het hele brood wel opete wild ja. | |||
veldwerker | Maar eigenlijk niet hier in Oostwoud. | |||
hulpinterviewer | [a=n] Nee hier uh maar ik hoor 't in andere dorpen wel. [/a] | |||
veldwerker | [v=028] Vertel mij eens wie dat zij had kunnen roepen. Hoe wordt die zin? [/v] | |||
hulpinterviewer | Vertel mijn es wie ze_ | |||
hulpinterviewer | Even kijken hoor vertel mij eens wie ze had kunnen roepen. | |||
hulpinterviewer | Ik denk dat je ja dat je dat_ | |||
hulpinterviewer | Vertel mij nou 'ns wie ze den had kenne roepe. Ik denk dat dat gewoon hetzelfde blijft met het werkwoord en_ | |||
hulpinterviewer | Hulpwerkwoord. [a] Vertel mijn es wie ze had kenne roepe. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | 'k Denk dat dat hetzelfde blijft. | |||
veldwerker | Maar dat dat gaat dus wel d'r uit. | |||
hulpinterviewer | Ja. | |||
veldwerker | [v=046] Dat werd Ward het heurd hoord dat er foto's van uh_ | |||
hulpinterviewer | Van z'n eige. | |||
hulpinterviewer |
[a] ward heb hoord dat er fotos van zneigen of van um in de etalage staan [/a]
zn eigen |
tagging | ||
veldwerker | [v=132] Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen. [/v] | |||
veldwerker | Hoe wordt die zin? | |||
hulpinterviewer | Uh even kijken honderdtweeëndertig. | |||
hulpinterviewer | O hier. | |||
hulpinterviewer | Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen. | |||
hulpinterviewer | [a] Ik denk dat dat hetzelfde blijft joh. Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen. [/a] | |||
hulpinterviewer | Ik denk dat Marie um. | |||
hulpinterviewer | Moet roepe. | |||
hulpinterviewer | [a] Ik denk dat zal d'r uit moet. Ik denk dat Marie hem moet roepe. Ja. [/a] | |||
veldwerker | [v=149] Daar werd net gezegd hij heeft nergens geen vriende. [/v] | |||
hulpinterviewer | Je kan ook zegge hij heeft overal geen vriende. | |||
hulpinterviewer | Dan ken je ook zegge hij heb nergens vriende. | |||
veldwerker | Ja en uh d'r werd net ook gezegd hij heb nergens gien vriende. | |||
hulpinterviewer | [a] Ja dat gaat ook weer nee ja dat ken wel. Maar ik denk dat 't beter is as je zegge hij heb nergens vriende. [/a] | |||
hulpinterviewer | Dat dat meer gebruikelijk is. | |||
veldwerker | [v=160] Even kijken hoor. | |||
veldwerker | Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt moet hebbe. [/v] | tagging | ||
veldwerker | Of nee ja dat was de vorige zeker maakt moet hebbe. | |||
veldwerker | Die kon wel? | |||
hulpinterviewer | [a=j] Ja. [/a] | |||
veldwerker | [v=161] En dan Jan weet dat ie voor drie uur de wagen maakt hebbe moet.[/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [a] Nee dat is niet ja dat ken ook. Maar ik vind dat eerste beter dat klopt wat beter. | |||
hulpinterviewer | Ken alletwee hoor maar die eerste dat is effe beter. [/a] | |||
veldwerker | [v=249] De jongen wiens moeder. [/v] | |||
hulpinterviewer | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter me ja. | |||
veldwerker | Uh want volgens mij had u d'r van gemaakt de jongen van wie van wie de moeder. | |||
hulpinterviewer | Ja gister uh her opnieuw trouwd is stond achter mijn. | |||
hulpinterviewer | Ja want wiens moeder dat gebruik je eigenlijk niet hè. | |||
veldwerker | Nee dus dan wordt 't uh de jongen de jongen van wie de moeder. | |||
hulpinterviewer | De jongen_ | |||
hulpinterviewer | De jongen wiens de moeder van de jongen. | |||
hulpinterviewer | De jongen dan zeg je de moeder van die jongen dan zegge wij jongen. [a] De moeder van die jongen die gister hertrouwd is stond achter mijn.[/a] | |||
hulpinterviewer | Zo zou je dat denk ik zeggen. | |||
veldwerker | [v] Maar kan dan ook de jongen van wie de moeder. [/v] | |||
hulpinterviewer | Nee dat zeg je niet van wie de moeder. Ja in 't Nederlands wel maar in het dialect niet hoor. | |||
hulpinterviewer | Dat hele wiens van wie zeg je ook niet. | |||
hulpinterviewer | De jongen_ | |||
hulpinterviewer | De moeder wij zoue zeggen de moeder van die jongen die gister hertrouwd is stond achter mijn. | |||
veldwerker | Nou verder had ik geen vragen. [/n] | |||
hulpinterviewer | Prima. |
data telefonische enquête
zinsnr. | testzin | instructie | antwoorden |
---|---|---|---|
245 | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen | 1 invullen bij ANTWOORD 1; 2 invullen bij ANTWOORD 2 |
komt voor
(1) : n komt voor (2): n |
246 | Doet Marie elke avond dansen? |
komt voor
: n |
|
248 | Ik doe wel even de kopjes afwassen |
komt voor
: j |
|
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
komt voor
: j vorm: diens |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
komt voor
: j vorm: waarvan |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
komt voor
: j zin: Nee (geen andere vormen) |
373 | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben |
komt voor
: j |
|
388 | Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: gienien |
389 | Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: nerreges |
390 | Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: niks |
391 | Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: niet ien |
395 | Geloof je niet dat hij gevallen heeft? | Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. |
komt voor
: n vorm: is |
601 | Maar en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: n |
602 | Waarom en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: n |
605 | Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. | In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. |
komt voor
: n |
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: hai |
730 | Hoe laat is dat eigenlijk? |
komt voor
: n |
|
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: we |
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: wai |
732 | Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) | Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2). |
vorm: weet je |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
komt voor
: j vorm: binne opmerking: nee |
734 | Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. |
komt voor
: j vorm: hunnie |
|
734 | Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. |
komt voor
: j vorm: hullie |
|
737 | Marie en Piet kussen elkaar. | vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. |
vorm: mekaar |
738 | Hij riep alle familieleden bij zich. | Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) |
vorm: um |
739 | Er zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
740 | Het zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
741 | Daar zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
742 | Gisteren zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
743 | Gisteren zat er een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
744 | Gisteren zat het een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
745 | Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j |
|
746 | 't Is net of een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
747 | 't Is net of er een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
748 | 't Is net of het een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
749 | 't Is net of daar een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j |
|
750 | Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) | Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM |
vorm: as je leef leef |
750 | Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) | Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM |
vorm: as u leeft leef |
751 | Asse ze denken datte ze moeten gaan, dan gane ze maar (KOMT VOOR + VERTAAL). |
komt voor
: j vorm: asse se |
|
752 | An ze denken dan ze moeten gaan, gaan ze maar |
komt voor
: n vorm: asse se |
|
753 | Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) | In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) |
vorm: as elke |
754 | Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) | In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) |
vorm: as |
755 | Asse we horen datte we moeten gaan, gane we. (KOMT VOOR + VERTAAL) |
komt voor
: j |
|
756 | An we horen dan we moeten gaan, gaan we. (KOMT VOOR + VERTAAL) |
komt voor
: n |
|
757 | Ze gelooft datte jij eerder thuis bent dan ik. |
komt voor
: n vorm: (verouderd) |
|
760 | Asse jullie horen datte jullie nodig zijn, gane jullie meteen. |
komt voor
: j opmerking: asse en datte komt af en toe voor: afhankelijk van hoe de zin loopt |
|
761 | An jullie horen dan jullie nodig zijn, gaan jullie meteen. |
komt voor
: n |
|
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ik gaan |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gaan ik |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: je gane |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ga je |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: u gaat |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: gaat u |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hij gaat |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gaat ie |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: asse gaat |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gaat se |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: as het gaat |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gaat et |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: we gane |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gane we |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: jullie gane |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gaan jullie |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gane |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gaan ze |
771 | Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) | Vorm van gaan invullen bij VORM |
vorm: gaan |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: dat ik ging |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging jij |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: jij ging |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging ik |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: u ging |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging hij |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hij ging |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging u |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: sij ging |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging et |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: et ging |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ging ze |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: wij ginge |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: ginge jullie |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: jullie ginge |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ginge wij |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ze ginge |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ginge ze (gong) |
781 | Vertel mij eens wie er aan de deur was? | Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. |
komt voor
: j |
782 | Dat is de man wie ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
783 | Dat is de man dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
784 | Dat is de man die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
785 | Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
786 | Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
787 | Dat is de man die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
788 | Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. |
komt voor
: j |
|
789 | Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
790 | Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
791 | Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
792 | Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j |
793 | Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
794 | Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
798 | Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. |
komt voor
: n |
|
799 | Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. |
komt voor
: n |
|
804 | Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. |
komt voor
: n |
|
805 | Hij is alle kapotte spullen weg aan het smijten. |
komt voor
: j |
|
807 | Marie zit te stoofpeer schillen. |
komt voor
: n vorm: te skille |
|
808 | Marie zit te stoofperen schillen. |
komt voor
: n |
|
809 | Marie zit te piano spelen. |
komt voor
: n |
|
810 | Hij zit weer te voorzeggen. |
komt voor
: n |
|
817 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
818 | Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. |
komt voor
: j |
|
819 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. |
komt voor
: j |
|
820 | Hij zal wel weer staan te zeuren. |
komt voor
: j |
|
821 | Hij zal wel weer staan zeuren. |
komt voor
: n |
|
822 | Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. |
komt voor
: n |
|
823 | Ben je met die fiets gevallen geweest? |
komt voor
: n |
|
824 | Het huis is verkocht geworden. |
komt voor
: n |
|
825 | Het huis is verkocht geweest. |
komt voor
: j |
|
826 | Ik heb hem gisteren tegengekomen. |
komt voor
: n vorm: ben |
|
827 | Jan liet zich meedrijven op de golven | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: s'n eigen |
828 | Toon bekeek zich eens goed in de spiegel | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: s'n eigen |
829 | Eduard kent zich goed | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: s'n eigen |
831 | Jan trok de deken naar zich toe | Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: um |
© 2000-2007 KNAW/Meertens Instituut