SAND-data Ferwerd / Ferwert (B007p)
schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête
data schriftelijke enquête
zinsnr. | testzin | antwoorden |
---|---|---|
035 (x01a) | Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 02978) |
vertaling: Jan herinneret him dat ferhaal wol opm.: reflexief: hem |
036 (x01b) | Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 02978) |
vertaling: Mari in Pyt sjugge inoar foar 'e tsjerke |
037 (x01c) | Toon wast ... (inf. 02978) |
vertaling: Toon wosket him opm.: reflexief: hem |
038 (x01d) | De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 02978) |
vertaling: De timmerman hat gjin spikers bij him opm.: reflexief: hem |
039 (x01e) | Fons zag een slang naast ... (inf. 02978) |
vertaling: Fons s?ch in slang naist him opm.: reflexief: hem |
040 (x01f) | Erik liet mij voor zich werken (inf. 02978) |
vertaling: Erik liet mij foar him wurkje opm.: reflexief: hem |
041 (x01g) | Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 02978) |
vertaling: Jehonne liet har maidriowe op 'e golven opm.: reflexief: haar |
042 (x01h) | Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 02978) |
vertaling: Toon bes?ch him ris goed yn 'e spegel opm.: reflexief: hem |
043 (x01i) | Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 02978) |
vertaling: Jon hat yn twa menuten in bierke dronken |
044 (x01j) | Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 02978) |
vertaling: Deuze skuon rinne gemakkelik |
045 (x01k) | Eduard kent zichzelf goed (inf. 02978) |
vertaling: Eduard kin himsels goed opm.: reflexief: hemzelf |
046 (x01l) | Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 02978) |
vertaling: Ward hat heard, dat 'r foto's fan himsels yn 'e etalage stonne opm.: reflexief: hemzelf |
047 (x01m) | Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 02978) |
vertaling: Dy jerappels skile net gemakkelik |
884 (x01n) | Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 02978) |
vertaling: Dut gl?s brekt, at it op 'e gr?n f?lt. |
052 (x02a) | Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 02978) |
vertaling: Dokter, libje ik wol s?n gen?ch? |
054 (x02b) | Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 02978) |
vertaling: Ol jirren libbet er fan 'e erfenis fan syn hait |
056 (x02c) | Deze week leeft zij op water en brood (inf. 02978) |
vertaling: Deuze wike libbet sij op wetter in b?le |
058 (x02d) | Leeft het nog? (inf. 02978) |
vertaling: Libbet it na. |
060 (x02e) | Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 02978) |
vertaling: H? lang libje jim no ol fan dy erfenis? |
062 (x02f) | In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 02978) |
vertaling: Yn Bretanje libje se foarol fan 'e fiskfangst |
064 (x02g) | Na het eten ga ik slapen (inf. 02978) |
vertaling: Nai it iten gon ik te sliepen |
065 (x02h) | Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 02978) |
vertaling: S? ik dat wol dwan kinne? |
066 (x02i) | Hij liet zijn huis afbreken (inf. 02978) |
vertaling: Hy liet syn h?s ?fbrekke |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit, dat Jan hud wurkje kinne mat komt voor: n |
074 (x03a) | Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit, dat Jan hud wurkje kinne mat komt voor: n |
076 (x03b) | Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 02978) |
komt voor: n |
078 (x03c) | Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 02978) |
komt voor: n |
079 (x03d) | Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 02978) |
komt voor: n |
081 (x03e) | Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 02978) |
komt voor: j |
083 (x03f) | Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 02978) |
komt voor: n |
879 (x04(iii)a) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 02978) |
komt voor: n |
880 (x04(iii)b) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
880 (x04(iii)b) | Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
088 (x04(iii)c) | Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 02978) |
komt voor: n |
089 (x04(iii)d) | Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 02978) |
komt voor: n |
091 (x04(iv)a) | Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 02978) |
komt voor: n |
092 (x04(iv)b) | Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 02978) |
komt voor: j |
093 (x04(iv)c) | Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 02978) |
komt voor: n |
094 (x04(iv)d) | Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 02978) |
komt voor: n |
095 (x04(ix)a) | Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 02978) |
komt voor: n |
096 (x04(ix)b) | Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
096 (x04(ix)b) | Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
097 (x04(ix)c) | Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 02978) |
komt voor: n |
098 (x04(ix)d) | Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 02978) |
komt voor: n |
100 (x04(v)a) | Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 02978) |
komt voor: n |
101 (x04(v)b) | Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
101 (x04(v)b) | Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
102 (x04(v)c) | Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 02978) |
komt voor: n |
103 (x04(v)d) | Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 02978) |
komt voor: n |
105 (x04(vi)a) | Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 02978) |
komt voor: n |
106 (x04(vi)b) | Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
106 (x04(vi)b) | Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
107 (x04(vi)c) | Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 02978) |
komt voor: n |
110 (x04(vi)d) | Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 02978) |
komt voor: n |
112 (x04(vii)a) | Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 02978) |
komt voor: n |
113 (x04(vii)b) | Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
113 (x04(vii)b) | Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
114 (x04(vii)c) | Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 02978) |
komt voor: n |
115 (x04(vii)d) | Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 02978) |
komt voor: n |
117 (x04(viii)a) | Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 02978) |
komt voor: n |
118 (x04(viii)b) | Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
118 (x04(viii)b) | Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
086 (x04(viii)c) | Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 02978) |
komt voor: n |
121 (x04(viii)d) | Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 02978) |
komt voor: n |
123 (x04(x)a) | Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 02978) |
komt voor: n |
124 (x04(x)b) | Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
124 (x04(x)b) | Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
087 (x04(x)c) | Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 02978) |
komt voor: n |
126 (x04(x)d) | Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 02978) |
komt voor: n |
128 (x04(xi)a) | Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 02978) |
komt voor: n |
129 (x04(xi)b) | Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
129 (x04(xi)b) | Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
130 (x04(xi)c) | Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 02978) |
komt voor: n |
131 (x04(xi)d) | Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 02978) |
komt voor: n |
133 (x05a) | Jan heeft geeneen boek meer (inf. 02978) |
vertaling: Jon hat gin(ien) b?k meer |
134 (x05b) | Jan en heeft geen boek meer (inf. 02978) |
vertaling: Jon hat gin b?k meer |
135 (x05c) | Boeken heeft Jan geen (inf. 02978) |
vertaling: B?ken hat Jon net |
136 (x05d) | Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 02978) |
vertaling: Jon hat net folle jild meer |
144 (x05e) | Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 02978) |
vertaling: Der maai nimme/net ien sprekke oer dut probleem |
138 (x05f) | Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 02978) |
vertaling: Der maai nimmen/net ien sprekke oer dut probleem |
139 (x05g) | Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 02978) |
vertaling: Nimmen saait dat er komt |
140 (x05h) | Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 02978) |
vertaling: Sitte hjir earne muozzen? |
141 (x05i) | Ik geef niets aan een ander niet (inf. 02978) |
vertaling: Ik jou neat oan in oar |
142 (x05j) | Niemand wil niet werken niet (inf. 02978) |
vertaling: Nimmen wol wurkje |
143 (x05k) | Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 02978) |
vertaling: Wij wisten net, dat er t?s wji |
144a (x05l) | Ik wist het niet ook niet (inf. 02978) |
vertaling: Ik wist it ekkent |
145 (x05m) | Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 02978) |
vertaling: Hij maai mei nimmen/net ien sprekke oer dut probleem |
155 (x06) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 02978) |
vertaling: Jon wit, dat er foar trije ?re de wein makke ha(wwe) mat |
156 (x06a) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 02978) |
komt voor: n |
157 (x06b) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 02978) |
komt voor: n |
158 (x06c) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 02978) |
komt voor: n |
159 (x06d) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 02978) |
komt voor: n |
160 (x06e) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 02978) |
komt voor: n |
161 (x06f) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
161 (x06f) | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
162 (x07a) | Maries auto is kapot (inf. 02978) |
vertaling: Marys auto is stikken |
163 (x07b) | Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 02978) |
vertaling: Mari har auto is stikken |
164 (x07c) | Piets auto is kapot (inf. 02978) |
vertaling: Pyts auto is stikken |
165 (x07d) | Piet z'n/se auto is kapot (inf. 02978) |
vertaling: Pyt syn auto is stikken |
166 (x07e) | Die mans auto is kapot (inf. 02978) |
vertaling: Dy mon syn auto is stikken |
167 (x07f) | Die man zijn/se auto is kapot (inf. 02978) |
vertaling: Dy mon syn auto is stikken |
168 (x07g) | Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 02978) |
vertaling: Dy auto is net fan mij mar fan him |
169 (x07h) | Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 02978) |
vertaling: De kronte fan juster laait ?nder 'e tv |
170 (x07i) | Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 02978) |
vertaling: Jon is Karolyn in Kristyn har bruorke |
171 (x07j) | Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 02978) |
vertaling: Dy jonges har fytsen bin(ne) stellen |
172 (x07k) | Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 02978) |
vertaling: Dy suskes har mem is op bizite |
173 (x07l) | Die auto is Wims (inf. 02978) |
vertaling: Dy auto is Wimmes opm.: possessieve genitief is -es. |
174 (x07m) | Die fiets is mijns (inf. 02978) |
vertaling: Dy fyts is minent opm.: possessieve genitief is -ent. |
178 (x08a) | Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 02978) |
vertaling: Hy maai maai nimmen sprekke oer dut probleem |
179 (x08b) | Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 02978) |
vertaling: Ik wol nimmen kwetse |
180 (x08c) | Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 02978) |
vertaling: It is jammer, dat wi net komme maaje |
181 (x08d) | Dat niet en ga ik doen (inf. 02978) |
vertaling: Dat gon ik net te dwan |
182 (x08e) | (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 02978) |
vertaling: Ik ha net wurke |
183 (x08f) | Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 02978) |
vertaling: Net hji der it forteld, of Mari begon te g?len |
184 (x08g) | Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 02978) |
vertaling: Gon no dy bestelling mar opheljen |
185 (x08h) | Hij en werkt (inf. 02978) |
vertaling: Hij wurket net |
186 (x08i) | Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 02978) |
vertaling: Ik ferbied dy om hjir te kommen |
187 (x08j) | Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 02978) |
vertaling: Jon ferhindere, dat wi Mari bellen |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02978) |
fragment: om (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02978) |
fragment: om (1) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
188 (x09a) | Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: om te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: om te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: om (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: om (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: om te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: om (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: om te (1) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: te (2) |
189 (x09b) | Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 02978) |
fragment: om (1) |
190 (x09c) | Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 02978) |
fragment: te (1) |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02978) |
fragment: (2) opm.: Informant heeft 'je' doorgestreept. |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02978) |
fragment: Ast (1) opm.: Informant heeft 'je' doorgestreept. |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02978) |
fragment: Ast (1) opm.: Informant heeft 'je' doorgestreept. |
191 (x09d) | ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 02978) |
fragment: (2) opm.: Informant heeft 'je' doorgestreept. |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02978) |
fragment: (1) opm.: Informant heeft 'zijn' vertaald als 'w?zen'. |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02978) |
fragment: te (2) opm.: Informant heeft 'zijn' vertaald als 'w?zen'. |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02978) |
fragment: te (2) opm.: Informant heeft 'zijn' vertaald als 'w?zen'. |
192 (x09e) | We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 02978) |
fragment: (1) opm.: Informant heeft 'zijn' vertaald als 'w?zen'. |
193 (x09f) | Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 02978) |
fragment: at (1) |
194 (x09g) | Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 02978) |
fragment: os (1) |
195 (x09h) | Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 02978) |
fragment: os (1) |
196 (x09i) | Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 02978) |
fragment: os (1) opm.: Informant vertaalt 'jij' als 'do'. |
197 (x09j) | Is Jan even oud als jij? (inf. 02978) |
fragment: os (1) opm.: Informant vertaalt 'jij' als 'do'. |
199 (x09k) | Hij staat te zeuren (inf. 02978) |
fragment: te (1) |
198 (x09l) | Hij kan staan zeuren (inf. 02978) |
fragment: te (1) |
200 (x09m) | Toen we aankwamen regende het (inf. 02978) |
fragment: Dû't (1) opm.: Enclitisch voegwoord 't |
201 (x09n) | Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 02978) |
komt voor: n |
202 (x09o) | Hij deed of hij haar niet zag (inf. 02978) |
fragment: (0) opm.: Informant vertaalt zin: hij die, at er har net s?ch |
203 (x09p) | Ik weet niet of hij komt (inf. 02978) |
fragment: at (1) |
204 (x10a) | Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit, dat jim op nimmen lilk binne |
205 (x10b) | Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit, dat se op neat grutsk is |
206 (x10c) | Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 02978) |
vertaling: Els tinkt, dat it net gemakkelik is |
207 (x10d) | Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit, dat ik te let bin in do net |
208 (x10e) | Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 02978) |
vertaling: Do wist doch, dat do wurkje mat in ik net opm.: Ontbreken van 2.p.sg.-vervoeging op voegwoord en werkwoord vertrouw ik niet. HW |
209 (x10f) | Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 02978) |
vertaling: Iderien tinkt, dat wij nai h?s gonne in dat sij na bljouwe maaje |
210 (x10g) | Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 02978) |
vertaling: It is spitich, dat hij komt en dat sij fuot gjit |
211 (x10h) | Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 02978) |
vertaling: Ik tink, at Liza siik is |
213 (x10i) | Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 02978) |
vertaling: Ik tink, at Piter in Lyske trouwen gonne |
226 (y01(i)a) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
227 (y01(i)b) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
228 (y01(i)c) | Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
230 (y01(ii)a) | A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
231 (y01(ii)b) | A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
232 (y01(ii)c) | A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
234 (y01(iii)a) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
235 (y01(iii)b) | A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 02978) |
komt voor: n |
236 (y01(iii)c) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
237 (y01(iii)d) | A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 02978) |
komt voor: n |
238 (y01(iii)e) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 02978) |
komt voor: n |
240 (y01(iii)g) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 02978) |
komt voor: n |
241 (y01(iii)h) | A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 02978) |
komt voor: n |
242 (y01(iii)i) | A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
243 (y01(iii)j) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 02978) |
komt voor: n |
244 (y01(iii)k) | Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 02978) |
komt voor: n |
245 (y01(iv)a) | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 02978) |
komt voor: n |
246 (y01(iv)b) | Doet Marie elke avond dansen? (inf. 02978) |
komt voor: n |
247 (y01(iv)c) | Doe het brood even snijden! (inf. 02978) |
komt voor: n |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 02978) |
fragment: jiester (1) |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 02978) |
fragment: dêr't de mem (1) |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 02978) |
fragment: dêr't de mem (1) |
249 (y02a) | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 02978) |
fragment: jiester (1) |
250 (y02b) | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 02978) |
fragment: dêr't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
251 (y02c) | De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 02978) |
komt voor: n |
252 (y02d) | De bank op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 02978) |
komt voor: n |
253 (y02e) | Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 02978) |
fragment: wat (1) opm.: Informant geeft vertaling: Op snein gienen wy mei hiel de femylje nei s?, wat hiel aerdich wji. |
254 (y02f) | Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 02978) |
fragment: dyst (1) opm.: Waarschijnlijk gereduceerd enclitisch voegwoord. Niet langer zichtbaar, maar wel door de 2.p.ev.-vervoeging. |
255 (y02g) | In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 02978) |
fragment: wêr't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
256 (y02h) | Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 02978) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
258 (y02i) | Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 02978) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
257 (y02j) | Dat is iets wat heel mooi is (inf. 02978) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
259 (y02k) | Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 02978) |
fragment: Dy't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
260 (y03a) | Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 02978) |
vertaling: Wa tinkst dat ik yn 'e st?d ?ntmoete ha? |
261 (y03b) | Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 02978) |
vertaling: Hoe tinke jim dat se it oplost ha? |
265 (y03c) | Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 02978) |
vertaling: Hoe tinkst dat se it opgelost ha opm.: opgelost moet oplost zijn. Fout is ontstaan doordat informant de vertaling over de originele zin heeft heengeschreven. |
263 (y03d) | Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 02978) |
vertaling: Magda wit net wa't wij opbelje wolle opm.: enclitisch voegwoord 't aanwezig |
264 (y03e) | Weet iemand wie of dat wij geroepen hebben? (inf. 02978) |
vertaling: Wit immen wa't wij roppen ha |
262 (y03f) | Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 02978) |
vertaling: Wa tinkst dat ik yn 'e st?d ontmoete ha? |
266 (y03g) | Wie denk je die ik in de stad ontmoet heb? (inf. 02978) |
vertaling: Wa tinkst dat ik yn 'e st?d ontmoete ha? |
267 (y04a) | Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 02978) |
vertaling: Hy hat syn h?nnen wosken |
268 (y04b) | Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 02978) |
vertaling: Hy hat syn himd wosken |
269 (y04c) | Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 02978) |
vertaling: Hy hat in hoed op 'e holle |
270 (y04d) | Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 02978) |
vertaling: Hy hat in flek op syn himd |
271 (y04e) | Hij heeft zijn been gebroken (inf. 02978) |
vertaling: Hy hat syn skonk brutsen |
272 (y04f) | Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 02978) |
vertaling: Sy hat har pine dien opm.: reflexief: haar |
273 (y04g) | Marie trok de deken naar zich toe (inf. 02978) |
vertaling: Mari loek de tekken nai har ta opm.: reflexief: haar |
051 (y04h) | Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 02978) |
vertaling: L?k wit, dat d'r foto's fan himsels te keap binne |
274 (y04i) | Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 02978) |
vertaling: Dou herinnerst dy doch al, dat wy doe tro dat bosk hinne ron binne? opm.: dy = dich? of je reflexief: dich of reflexief: je |
277 (y04j) | Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 02978) |
vertaling: Ik herinnery my, dat de auto fan Mari stikken wji opm.: reflexief: me |
280 (y04k) | Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 02978) |
vertaling: Sy herinnert har, dat er os in barch siet te iten opm.: reflexief: haar |
283 (y04l) | Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 02978) |
vertaling: Wi herinnerje ?s, dat ol Jon syn boeken stellen wjinnen, mar se herinnerje it har net. opm.: reflexief: ons reflexief: haar 3e.p.ev. i.p.v. 3e.p.mv |
286 (y04m) | Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 02978) |
vertaling: Herinnerje jim jim na, dat wy Jon op 'e merk sjoen ha? opm.: reflexief: je |
289 (y04n) | Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 02978) |
vertaling: Hy hat him in ?ngelok wurke/skript opm.: reflexief: hem |
290 (y04o) | Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 02978) |
vertaling: Hy fielde him troch it iis sakjen opm.: reflexief: hem |
295 (y05) | Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 02978) |
vertaling: Soe hij dat dwaen kinnen hawwe? |
877 (y05(i)) | Hij heeft dat nooit gekund (inf. 02978) |
fragment: kinnen (1) |
878 (y05(ii)) | Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 02978) |
fragment: dien (1) |
296 (y05(iii)a) | Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 02978) |
komt voor: n |
297 (y05(iii)b) | Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 02978) |
komt voor: n |
298 (y05(iii)c) | Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 02978) |
komt voor: n |
299 (y05(iii)d) | Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 02978) |
komt voor: n |
300 (y05(iii)e) | Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 02978) |
komt voor: n |
301 (y05(iii)f) | Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 02978) |
komt voor: n |
302 (y05(iii)g) | Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 02978) |
komt voor: n |
303 (y05(iii)h) | Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 02978) |
komt voor: n |
304 (y05(iii)i) | Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 02978) |
komt voor: n |
305 (y05(iii)j) | Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 02978) |
komt voor: n |
306 (y05(iii)k) | Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 02978) |
komt voor: n |
307 (y05(iii)l) | Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 02978) |
komt voor: n |
330 (y07a) | Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 02978) |
komt voor: n |
331 (y07b) | Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 02978) |
komt voor: n |
332 (y07c) | Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 02978) |
vertaling: Ik wur no wurch, dat ik h?d der mar mai op komt voor: j |
332 (y07c) | Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 02978) |
vertaling: Ik wur no wurch, dat ik h?d der mar mai op komt voor: j |
333 (y07d) | Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 02978) |
vertaling: hij die him foar, dat (os at) er krekt ?t b?d kaam komt voor: j |
333 (y07d) | Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 02978) |
vertaling: hij die him foar, dat (os at) er krekt ?t b?d kaam komt voor: j |
334 (y07e) | De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 02978) |
vertaling: de ferwer is hjir west te ferwjen komt voor: j |
334 (y07e) | De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 02978) |
vertaling: de ferwer is hjir west te ferwjen komt voor: j |
335 (y07f) | Ga je naar huis denk? (inf. 02978) |
vertaling: Gjist nai h?s, tinkst? komt voor: j opm.: dav |
335 (y07f) | Ga je naar huis denk? (inf. 02978) |
vertaling: Gjist nai h?s, tinkst? komt voor: j opm.: dav |
336 (y08a) | In die tijd leefde ik erop los (inf. 02978) |
vertaling: Yn dy tiid libbe ik derop los |
337 (y08b) | Vroeger leefde hij als een beest (inf. 02978) |
vertaling: Fr?ger libbe der os in bist |
338 (y08c) | Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 02978) |
vertaling: Der libben wy os God yn Frankryk |
339 (y08d) | Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 02978) |
vertaling: Nimmen mai it sjin, dus ik fyn, dasto it ek net sjin maist |
340 (y08e) | Het gebeurde toen je wegging (inf. 02978) |
vertaling: It barde, d?sto fuotgiest |
341 (y08f) | Ik weet waar je geboren bent (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit, westo binne bist opm.: twijfelgeval status westo, waarschijnlijk enclitisch voegwoord 't |
342 (y08g) | Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 02978) |
vertaling: Noost klear bist, maist gean opm.: waarschijnlijk enclitisch voegwoord 't |
343 (y08h) | Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 02978) |
vertaling: Troddat Mari stoan wji, hat har mon Oantsje net mear helpe kinnen |
346 (y09) | Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit dat hij te swimmen gien is |
347 (y09a) | Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 02978) |
komt voor: n |
348 (y09b) | Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 02978) |
komt voor: n |
349 (y09c) | Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 02978) |
komt voor: n |
350 (y09d) | Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 02978) |
komt voor: n |
351 (y09e) | Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 02978) |
komt voor: n |
352 (y09f) | Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 02978) |
komt voor: n opm.: Informant geeft aan dat 'te' tussen 'hij' en 'zwemmen' moet staan. |
353 (y10a) | Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 02978) |
vertaling: Ja ik opm.: Informant heeft ja 'k doorgestreept |
354 (y10b) | Gaat ze dansen? Jase (inf. 02978) |
komt voor: n |
355 (y10c) | Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 02978) |
komt voor: n |
356 (y10d) | Is het huis te koop? Jaa't (inf. 02978) |
komt voor: n |
357 (y10e) | A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 02978) |
vertaling: Wa dat? komt voor: j |
357 (y10e) | A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 02978) |
vertaling: Wa dat? komt voor: j |
359 (y11a) | Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 02978) |
komt voor: n |
360 (y11b) | Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 02978) |
komt voor: n |
361 (y11c) | Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 02978) |
komt voor: n |
362 (y11d) | Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 02978) |
komt voor: n |
363 (y11e) | Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 02978) |
komt voor: n |
365 (y11f) | Hem is dood (inf. 02978) |
komt voor: n |
364 (y11g) | Is hem dood? (inf. 02978) |
komt voor: n |
366 (y11h) | Haar is ziek (inf. 02978) |
komt voor: n |
367 (y11i) | Is haar ziek? (inf. 02978) |
komt voor: n |
368 (y11j) | Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 02978) |
komt voor: n |
369 (y11k) | Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 02978) |
komt voor: n |
370 (z01a) | Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 02978) |
fragment: dy't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
371 (z01b) | Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 02978) |
fragment: dy't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 02978) |
fragment: dy't (1) opm.: enclitisch voegwoord |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 02978) |
fragment: (2) opm.: enclitisch voegwoord |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 02978) |
fragment: (2) opm.: enclitisch voegwoord |
372 (z01c) | Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 02978) |
fragment: dy't (1) opm.: enclitisch voegwoord |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 02978) |
fragment: dy't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 02978) |
fragment: dy't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 02978) |
fragment: (2) opm.: enclitisch voegwoord 't |
373 (z01d) | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 02978) |
fragment: (2) opm.: enclitisch voegwoord 't |
374 (z01e) | De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 02978) |
fragment: dêr't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
375 (z01f) | De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 02978) |
fragment: (0) opm.: 'met' doorgestreept en vervangen door: der't |
376 (z01g) | De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 02978) |
komt voor: n |
377 (z01h) | Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 02978) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
379 (z01i) | Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 02978) |
fragment: dy't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
380 (z01j) | Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 02978) |
fragment: dat (1) opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord |
381 (z01k) | Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 02978) |
fragment: Wa't (1) opm.: enclitisch voegwoord 't |
382 (z01l) | De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 02978) |
fragment: dy har (1) |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 02978) |
vertaling: Pyt tinkt dat Jon en Mari op nimmen lilk binne betekenis: negative concord |
384 (z02a) | Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 02978) |
vertaling: Pyt tinkt dat Jon en Mari op nimmen lilk binne betekenis: negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 02978) |
vertaling: Wim tinkt dat wy nea immen in prys jowe betekenis: negative concord |
385 (z02b) | Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 02978) |
vertaling: Wim tinkt dat wy nea immen in prys jowe betekenis: negative concord |
386 (z02c) | Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 02978) |
vertaling: It is wier, dat se nei mai Mary prate maaje |
389 (z03a) | A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 02978) |
vertaling: nearne |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 02978) |
vertaling: net ien |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 02978) |
vertaling: nimmen |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 02978) |
vertaling: nimmen |
388 (z03b) | A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 02978) |
vertaling: net ien |
387 (z03c) | Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 02978) |
vertaling: nea |
387 (z03c) | Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 02978) |
vertaling: noait |
387 (z03c) | Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 02978) |
vertaling: noait |
387 (z03c) | Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 02978) |
vertaling: nea |
390 (z03d) | A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 02978) |
vertaling: in breedtegraad of in lingtegraad plus syn forlinge oer de poalen |
391 (z03e) | A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 02978) |
vertaling: gjinnent |
000 (z03opm) | (inf. 02978) |
opm. inf.: bv de nullijn van Greenwich + de 180ste lengtegraad zijn samen een cirkel |
392 (z04a) | Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 02978) |
vertaling: Sees him net, dat ik naai buotten west bin |
393 (z04b) | Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 02978) |
vertaling: Net fortelle, dast in kado foar him kocht hast, jer! |
394 (z04c) | Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 02978) |
vertaling: Wist net, dat er f?len is? |
399 (z05a) | Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 02978) |
vertaling: W. besocht om nimmen sear/pine te dwan |
397 (z05b) | 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 02978) |
vertaling: It skynt, dat se neat ite maai |
398 (z05c) | Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 02978) |
vertaling: Se skynt neat ite te maaien |
399a (z05d) | Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 02978) |
vertaling: Se besykje ol de hele daai om inoar op te beljen |
400 (z05e) | Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 02978) |
vertaling: It belooft wer in mooje daai te wurren |
401 (z05f) | 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 02978) |
vertaling: It is miskjin better om na efkes te wachtsjen |
402 (z05g) | We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 02978) |
vertaling: Wy hjinnen it gelok him derekt werom te finen |
404 (z06a) | Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 02978) |
vertaling: At de hinnen in folk sjugge, binne se bang |
405 (z06b) | Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 02978) |
vertaling: At wy de jerappels net ferkeapje kinne, sitte wy yn de problemen |
406 (z06c) | Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 02978) |
vertaling: At jim him net maainimme, wur ik lilk |
407 (z06d) | Hij wist he(n)t (inf. 02978) |
vertaling: Hij wist it |
408 (z06e) | Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 02978) |
vertaling: Op dut feest wut der in bulte d?nse |
409 (z06f) | Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 02978) |
vertaling: No wut der ollinne na mar b?le ferkocht yn dy winkel |
410 (z06g) | Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 02978) |
vertaling: At er maai de fyts komt, sil der wol let w?ze |
412a (z06h) | Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 02978) |
vertaling: Ast tiid hast, kom dan es in kearke l?ns |
413a (z06i) | Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 02978) |
vertaling: At ik ryk bin, keapje ik in dj?re auto |
000 (z06opm) | (inf. 02978) |
opm. inf.: dj?re = djoere |
881 (z07(i)) | Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 02978) |
komt voor: n |
417 (z07(ii)a) | Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 02978) |
komt voor: n |
418 (z07(ii)b) | Durfder gij op duwen? (inf. 02978) |
komt voor: n |
419 (z07(ii)c) | Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 02978) |
komt voor: n |
420 (z07(ii)d) | Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 02978) |
komt voor: n |
421 (z07(ii)e) | Is hij Pol hier geweest? (inf. 02978) |
komt voor: n |
422 (z07(ii)f) | Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 02978) |
komt voor: n |
423 (z07(ii)g) | Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 02978) |
komt voor: n |
424 (z07(ii)h) | Ik heb hem het gegeven (inf. 02978) |
vertaling: Ik ha 'm it jown komt voor: j |
424 (z07(ii)h) | Ik heb hem het gegeven (inf. 02978) |
vertaling: Ik ha 'm it jown komt voor: j |
425 (z07(ii)i) | Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 02978) |
komt voor: n |
431 (z08) | Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 02978) |
vertaling: Mari hat sain, dastou besocht hast in liedtsje te sjongen opm.: Mari hat sain, dasto besocht hast in liedtsje te sjongen |
549 (z08(v)) | Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 02978) |
vertaling: Mari hat sain, dasto besocht hast, har in b?k te jaan |
543a (z08a) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 02978) |
komt voor: n |
546 (z08b) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
546 (z08b) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
537 (z08c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 02978) |
komt voor: n |
604a (z08d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 02978) |
komt voor: n |
547 (z08e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 02978) |
komt voor: n |
543 (z08f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 02978) |
komt voor: n |
440 (z09a) | Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 02978) |
vertaling: Di fan 'e st?d, di ha hjir in bulte huzen boud |
441 (z09b) | Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 02978) |
vertaling: Oan di nije feat, der sjugge Jo gin minsk mear |
442 (z09c) | Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 02978) |
vertaling: Juster is Jon hjir west |
443 (z09d) | De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 02978) |
vertaling: De daai, dat Jon belle, wji ik net th?s |
444 (z09e) | Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 02978) |
vertaling: Jef, di soe ik neat ?tn?gje |
445 (z09f) | Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 02978) |
vertaling: Mari, di soe soks nea dwan |
446 (z09g) | Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 02978) |
vertaling: Bert, di drinkt wol es in gl?s tefolle |
447 (z09h) | Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 02978) |
vertaling: Matte, di soe ik wol es bij mi th?s ?tn?gje wolle |
448 (z09i) | Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 02978) |
vertaling: Dat h?s, dat soe ik nea keapje wolle |
449 (z09j) | Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 02978) |
vertaling: Dat h?s, dat stjit der ol fyftich (j)ier |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
451 (z10(i)a) | Ze zijn naar de markt geweest (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
452 (z10(i)b) | Ze hebben naar de markt geweest (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 2 |
452 (z10(i)b) | Ze hebben naar de markt geweest (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 2 |
453 (z10(i)c) | Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 02978) |
komt voor: n |
454 (z10(i)d) | Ze hebben geweest naar de markt (inf. 02978) |
komt voor: n |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
456 (z10(ii)a) | Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
457 (z10(ii)b) | Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 02978) |
komt voor: n |
458 (z10(ii)c) | Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 02978) |
komt voor: n |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
461 (z10(iii)a) | Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
462 (z10(iii)b) | Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 02978) |
komt voor: n |
464 (z10(iii)c) | Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 02978) |
komt voor: n |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
466 (z10(iv)a) | Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
467 (z10(iv)b) | Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 02978) |
komt voor: n |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
469 (z10(v)a) | Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
470 (z10(v)b) | Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 02978) |
komt voor: n |
471 (z10(v)c) | Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 02978) |
komt voor: n |
472 (z11a) | En heeft Gunther gebeld? (inf. 02978) |
vertaling: Hat Gunther belle? |
473 (z11b) | En pas op! (inf. 02978) |
vertaling: Pas op! |
474 (z11c) | 't En was maar net goed genoeg (inf. 02978) |
vertaling: It wji mar krekt goed gen?ch |
475 (z11d) | Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 02978) |
vertaling: Marjo hat no mear kij osat se froeger hji |
476 (z11e) | Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 02978) |
vertaling: At S. komme kinnen hji, da hji se dat dien |
477 (z11f) | Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 02978) |
vertaling: Sy is de b?ste dokter, dy't ik kin |
478 (z11g) | Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 02978) |
vertaling: Foar ast wat fuotsmyst, mast efkes belje |
479 (z11h) | Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 02978) |
vertaling: Hjir is olles, wat ik krigen ha |
480 (z11i) | Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 02978) |
vertaling: Jon is te gierich om wat oan syn bin te jan |
481 (z11j) | Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 02978) |
vertaling: Osat do eat fan fuotboljen wist! |
482 (z11k) | Dat boek leg neer! (inf. 02978) |
vertaling: Lees dat b?k del! |
483 (z11l) | Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 02978) |
vertaling: Ast echt net wachtsje kinst, kom dan mar |
488 (z12a) | Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit, da Jon de dokter roppe kinnen hji |
489 (z12b) | Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 02978) |
vertaling: Ik wit, da Jon de dokter roppe kinnen hji |
490 (z12c) | Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 02978) |
vertaling: Hy saai, dat ik it dwan matte hji |
491 (z12d) | Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 02978) |
vertaling: Hy saai, dat ik it dwan matte hji |
492 (z12e) | Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 02978) |
vertaling: Hij is foarige wike troch dokter M opereare |
493 (z12f) | Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 02978) |
vertaling: Wij wut moarn troch dokter M opereare |
495 (z13a) | Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 02978) |
vertaling: Ik tinkt, ast in bult fuotsmite matte suost positie: 1 |
495 (z13a) | Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 02978) |
vertaling: Ik tinkt, ast in bult fuotsmite matte suost positie: 1 |
496 (z13b) | Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 02978) |
vertaling: It is dom om sokke dj?re dinge fuot te smiten positie: 1 |
496 (z13b) | Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 02978) |
vertaling: It is dom om sokke dj?re dinge fuot te smiten positie: 1 |
497 (z13c) | Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 02978) |
vertaling: Hij is olle stikkene spullen oan it weismiten positie: 2 |
497 (z13c) | Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 02978) |
vertaling: Hij is olle stikkene spullen oan it weismiten positie: 2 |
498 (z13d) | Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 02978) |
vertaling: Ik fyn, dast faker krontl?ze matte suost positie: 3 |
498 (z13d) | Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 02978) |
vertaling: Ik fyn, dast faker krontl?ze matte suost positie: 3 |
499 (z13e) | Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 02978) |
vertaling: It is dom om yn it donker te krontl?zen positie: 2 |
499 (z13e) | Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 02978) |
vertaling: It is dom om yn it donker te krontl?zen positie: 2 |
500 (z13f) | Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 02978) |
vertaling: Hij is de hele daai oan it kronl?zen positie: 2 |
500 (z13f) | Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 02978) |
vertaling: Hij is de hele daai oan it kronl?zen positie: 2 |
509 (z14a) | Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 02978) |
fragment: door (1) opm.: Informant maak zin in het Nederlands af. |
512 (z15a) | Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 02978) |
komt voor: n |
513 (z15b) | Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 02978) |
komt voor: n |
514 (z15c) | Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 02978) |
komt voor: n |
515 (z15d) | Jij bent ook een rare een(e) (inf. 02978) |
vertaling: Do bist ek in nuverenien komt voor: j |
515 (z15d) | Jij bent ook een rare een(e) (inf. 02978) |
vertaling: Do bist ek in nuverenien komt voor: j |
516 (z16a) | Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 02978) |
vertaling: Robbet hat ien griene apel waaij?n en no hat er na twa reade |
412 (z16b) | Er waren veel mensen op het feest (inf. 02978) |
vertaling: Der wjinnenin bulte minsken op it feest |
413 (z16c) | Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 02978) |
vertaling: Wjinnen der in protte minsken op it feest? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 02978) |
vertaling: Wat hast foar b?ken kocht? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 02978) |
vertaling: Wat hast foar b?ken kocht? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 02978) |
vertaling: Wat foar b?ken hast kocht? |
520 (z16d) | Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 02978) |
vertaling: Wat foar b?ken hast kocht? |
521 (z16e) | Hij woont bij Marietje (inf. 02978) |
vertaling: Hij winnet bij M |
522 (z16f) | Hij woont bij Wim (inf. 02978) |
vertaling: Hij winnet bij Wim |
523 (z16g) | Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 02978) |
vertaling: Rin even nei de bakker, Wim! |
524 (z16h) | Wie heb je gezien? (inf. 02978) |
vertaling: Wa hast sjoen? |
525 (z16i) | Wie heeft jou gezien? (inf. 02978) |
vertaling: Wa hat dij sjoen? |
527 (z16j) | Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 02978) |
vertaling: Hji ik dat witten, dan hji ik it net dien |
528 (z16k) | 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 02978) |
vertaling: It soe better w?ze om na efkes te wachtsjen |
882 (z16l) | Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 02978) |
vertaling: Lokkich hji Jon de dokter belle en dy wji der ol heel gau |
883 (z16m) | Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 02978) |
vertaling: Rin no doch troch, ferfelende jonges! |
538 (z17a) | Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
538 (z17a) | Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 02978) |
komt voor: j gebr.: 5 |
534 (z17b) | Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 02978) |
komt voor: n |
544 (z17c) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 02978) |
komt voor: n |
545 (z17d) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 02978) |
komt voor: n |
536 (z17e) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 02978) |
komt voor: n |
605a (z17f) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 02978) |
komt voor: n |
548 (z17g) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 02978) |
komt voor: n |
542 (z17h) | Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 02978) |
komt voor: n |
interview mondelinge enquête
spreker | tekst | commentaar | ||
---|---|---|---|---|
commentaar | [meta][k]B007p[/k][h]331[/h][i]332[/i][vw]HW[/vw][t]AH[/t][/meta] | |||
hulpinterviewer | [v=018] Ze weet niet dat marie gisteren gestorven is? [/v] | |||
informant | [a] Se weet net dat marie juster stoarn is. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Se wit net dat marie juster is stoarn? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] En se weet net dat marie juster stoarn hat? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee nee nee nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=022] Der wil net ien net dansje. [/v] | tagging | ||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=023] Pytsje wil net dansje en se wil net zinge ook niet? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=025] Niemand heeft dat ooit gewild of gekund? [/v] | |||
hulpinterviewer | . | |||
informant |
[a] Net een diet dat wollen en kind hat. [/a]
die t |
tagging | ||
informant | [a] Ik soe eerder kinnen en wollen zegge. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=026] Jan had het hele brood wel willen opeten? [/v] | |||
informant |
[a] Jan hie de hele bole wel opete wollen. [/a]
op ete |
tagging | ||
veldwerker | [v] Jan hie de hele bole wel wolle op ete? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dus. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=027] Vertel maar niet wie zij had kunnen roepen? [/v] | |||
informant |
[a] Zeg maar net waatse roepe kinnen hie. [/a]
wa t se |
tagging | ||
hulpinterviewer |
[v=028] Vertel mijris waat sij hie kinne roepe? [/v]
mij ris wa t |
|||
informant | [a=n] Roepe kinnen hie. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=029] Vertel mij ris wa at sij roepe kind hie? [/v] | |||
informant |
[a=n] Waat se roepe kinnen hie. [/a]
wa t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=028] Vertel mij ris wa dat sij roepe kinnen hie? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a=j] Vertel mie ris wa at se dan al roppen hie. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Wa dat se al roepe kinne hie. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Kan it dan ook van | |||
veldwerker | [v] Wa at se al roepe kinnen hie? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee voor mien gevoel net [/a] | |||
veldwerker | [v=030] Wa at dat se al roepe kinnen hie? [/v] | |||
hulpinterviewer | [v=035] Jan herinnert sich dat verhaal wel? [/v] | |||
hulpinterviewer | [v] Jan vergist sich vaak? [/v] | in plaats van 035 | ||
informant |
[a] Jan verzintem vaak. [/a]
verzint em |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=036] Marie en piet wijze nei? [/v] | |||
informant | [a] Hja wijze nei inoar. [/a] | |||
informant | [a] Se wijze nei elkoar. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=037] Jan wasket? [/v] | |||
informant | [a] himsels. [/a] | tagging | ||
veldwerker |
[v] Jan waskettem of Jan waskettemsels kan beide wel? [/v]
wasket em wasket emsels |
|||
informant | [a=j] Zie as mem der nou bij staat dan soek zegge jan waskettemsels maar jan staat alleene dus jan waskettem. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=039] Frits zag een slang neist? [/v] | |||
informant |
[a] Neistem. [/a]
neist em |
tagging | ||
veldwerker |
[v] Jan zag in slang neistemsels? [/v]
neist emsels |
|||
informant | [a=n] Nee dat riemt net nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=038] De timmerman heeft geen spijkers bij zich? [/v] | |||
informant |
[a] De timmerman heeft gjin spijkers bijem. [/a]
bij em |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=040] Erik liet mij voor zich werken? [/v] | |||
informant |
[a] Erik liet mij foarrem werkje. [/a]
foar em |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=041] Jantsje liet zich mee drijven op de golven? [/v] | |||
informant | [a] Jantsje liet har op de golven mee drijve. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=042] Toon bekeek zich zelf eens goed in de spiegel? [/v] | |||
informant |
[a] Toon hattemself ris goed in de spiegel besjoen. [/a]
hat emself |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=043] Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken?[/v] | |||
informant | [a] Jan hat in twa minuten in pilske achterover slein. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Hat him in twa minuten in pilske achter over slein? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=044] Deze schoenen lopen gemakkelijk? [/v] | |||
informant | [a] Dizze schoenen renne noflik. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Dizze schoenen renne har noflik? [/a] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=045] Eeltsje kent zich zelf goed? [/v] | |||
informant | [a] Eeltsje ken himself goed. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=046] Wierd heeft gehoord dat er fotos van zich zelf in de etalage staan? [/v] | |||
informant |
[a] Wierd hat hoord datter fotos van himself in de etalage staan. [/a]
dat er |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=047] Die aardappelen schillen niet gemakkelijk? [/047] | |||
informant | [a] Die aardappels schille min. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Die aardappels schille har net? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee nee nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=048] De sneeuw smelt in de zon? [/v] | |||
informant | [a] Sneeuw teit in de zonne. [/a] | tagging | ||
veldwerker |
[v] De sneeuw teitem in de zon? [/v]
teit em |
|||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=053] Als ik zuinig leef leef ik zoals mijn ouders willen? [/v] | |||
informant |
[a] At ik zuinig libje dan libje ik sat mien ouders it graag zien woenen. [/a]
sa t |
bs: | tagging | |
hulpinterviewer | [v=055] Als hij nog drie jaar leeft leeft hij langer dan zijn vader? [/v] | |||
informant |
[a] Atter nog trije jaar libbet dan libbeter langer as sien heit. [/a]
at er libbet er |
tagging | ||
informant |
[a] Do zegst net makkelijk achter elkoar asser nog drie jaar libbetlibbetter. [/a]
as er libbet libbet er |
bs: er moet staan: "... libbet libbeter" | tagging | |
hulpinterviewer | [v=057] Als zij zo gevaarlijk leeft leeft ze niet lang meer? [/v] | |||
informant | [a] At se zo nuodlik libbet dan libbet se net lang meer. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=059] Als het nu nog leeft dan leeft het morgen ook nog? [/v] | |||
informant | [a] At it nu nog leeft libbet it morgen ook nog. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=061] Als jullie zo losbandig leven dan leven jullie nooit zo lang als ik? [/v] | |||
informant |
Dan leve jim nooit net zolang as ik.
zo lang |
tagging | ||
informant | [a] At jim sa ruig libje. [/a] | tagging | ||
informant |
[a] Dan leve jim zolang net as mij. [/a]
zo lang |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=063] Als ze voor hun werk leven dan leven ze niet voor hun kinderen? [/v] | |||
informant | [a] At se voor hun werk leve dan leve se net voor de bern. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=067] Als Ruerd nog leeft dan leeft Liuwe ook nog? [/v] | |||
informant | [a] At Ruerd nog leeft dan leeft Leo ook. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=068] Als je gezond leeft dan leef je langer? [/v] | |||
informant | [a] Ast soen libbest libbest langer. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=069] Als er zo weinig mensen van de landbouw leven dan leven er veel mensen van werk in de fabriek? [/v] | |||
informant | [a] At der san bietsje mensen van de lanbouw libje. [/a] | tagging | ||
informant |
[a] Dan libje der in protte mensen vant fabriek. [/a]
van t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=070] Als Pieter en Liesje in het paradijs leven dan leven Rosa en Frans in de hel? [/v] | |||
informant | [a] As Pieter en Lies in it paradijs libje dan libje Rosa en Frans in de hel. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=071] Als we sober leven leven we gelukkig? [/v] | |||
informant | [a] At we sober libje dan libje wij gelukkig. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v] Als we eenvoudig leven dan leven we gelukkig? [/v] | |||
informant | [a] At wij eenvoudig leve dan leevje we gelukkig. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=072] Leef wat gezonder jan? [/v] | |||
informant | [a] Wij zegge net leef soener. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=073] Leef wat minder bekrompen kinderen? [/v] | |||
informant | [a] Leef wat minder bekrompen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=075] Ik vind dat iederien moat kinne zwemme? [/v] | tagging | ||
informant | [a=n] Dat kloppet in elk gevallen net. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=077] Ik vind dat iederien moat zwemme kinne? [/v] | |||
informant | [a=n] Ook fout. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Ik vind dat iederien moat zwemme kinne? [v] | iederien sterk benadrukt | ||
informant | [a] Iederien moat zwemme kinne. [/a] | tagging | ||
informant | [a] En Wieger zegt ik vind dat iederien zwemme kinne moat. [/a] | Onenigheid tussen beide informanten | tagging | |
informant | [a=j] Ik vind dat kan al. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=080] Ik vind dat iederien kinne zwemme moat? [/v] | |||
informant | [a=n] Dat kan net. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=082] Ik vind dat iederien zwemme kinne moat? [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Dat zei ik. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=084] Ik vind dat iederien zwemme moat kinne? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=086] Ik weet dat Eddy morgen wol bole ete? [/a] | |||
informant | [a=n] Nee fout. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=087] Eddy moat kunne betiid van bed kome? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee ook fout. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=132] Ik denk dat Marie him sil moatte roepe? [/v] | |||
informant | [a=n] Fout nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=132] Ik denk dat Marie him roepe moatte sil? [/v] | |||
informant |
[a=n] Nee eknt
ek nt |
|||
hulpinterviewer | [v] De zin van int Hollands dan van ik denk dat Marie hem zal moeten roepen? [/v] | |||
hulpinterviewer | Okee litte we die ook even zitte | |||
hulpinterviewer | [v=137] Hij wol gjin soep net meer ete net? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=140] Hoe is dat Jantsje zitte hjir nergens gjin muizen? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee zo zegge wij dat net. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=148] Elk is net in vakman? [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja moat kunne neffens mij. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=149] Hij heeft overal gjin vrienden? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat kan net. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=154] Boeken heeft Jan drie? [/v] | |||
informant | [a=n] Jan hat drie boeken. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=156] Jan weet datter voor drie uure de wein moat hawwe make? [/v]
dat er |
tagging | ||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=157] Jan weet datter voor drie uure de wein moat make hawwe? [/v] | |||
informant | [a=n] Ook net. [/v] | |||
hulpinterviewer |
[v=161] Jan weet datter voor drie uure de wein make ha moat? [/v]
dat er |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
hulpinterviewer |
[v=161] Jan weet datter voor drie uure de wein make hawwe moat? [/v]
dat er |
tagging | ||
informant | [a=j] Kan ook. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=188] Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? [/v] | |||
informant |
[a] Hast genoeg mensen omt hooi in te haaljen? [/a]
om t |
tagging | ||
veldwerker | [v] Hast genoeg mensen hooi vant land te haaljen? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] Hast genoeg mensen om hooi van it land haaljen? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] Of om hooi in haaljen? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=189] Het was aardig van Jan om te komen werken? [/v] | |||
informant |
[a] Twas aardig van Jan datter hjir even werkje woe. [/a]
t was dat er |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=190] Deze ton is zwaar om te dragen? [/v] | |||
informant | [a] Dizze ton is swier te rissen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Dizze ton is swier om te rissen? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] Dizze ton is zwaar om te togjen? [/v] | |||
informant | [a=n] Ik denk dat bern is zwaar te dragen. [/a] | Voorbeeldzin inmiddels aangepast. Constructie met om verworpen. | ||
hulpinterviewer | [v=198] Hij kan staan zeuren? [/v] | |||
informant | [a] Hij kin stean te zeuren. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Hij kin stean om te zeuren? [/v] | |||
informant | [a=n]Nee.[/a] | |||
hulpinterviewer | [v=199] Hij staat te zeuren? [/v] | |||
informant | [a] Hij stiet te zeuren. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Hij stiet om te zeuren? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=200] Toen we aankwamen regendet? [/v] | |||
informant |
[a] Toen we aankwamen reindet. [/a]
aan kwamen reinde t |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=215] Kgeloof dat ik groter ben dan hij? [/?] | |||
informant | Ik kom der net krekt uut. | |||
hulpinterviewer | Dan litte wem gewoon nog heel even gewurde. | |||
hulpinterviewer | [v=216] Ze gelooft dat jij eerder thuis bent dan ik? [/v] | |||
informant |
[a] Se leaut dasto eerder thuis bist as ik. [/a]
datst o |
bs: "datsto" = "dat jij"; ("datst" = dat je"); | tagging | |
hulpinterviewer | [v=217] Je gelooft toch niet dat hij sterker is dan jij? [/v] | |||
informant |
[a] Do leaust toch net datter sterker is as dij. [/a]
dat er |
tagging | ||
hulpinterviewer | [v=218] Ze geloven dat wij rijker zijn dan zij? [/v] | |||
informant | [a] Se leauwe dat wij rijker benne as har. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Dat eerste sij kan dat dan ook se worde? [/v] | |||
informant | [a=j] Ja dat kan wel. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=219] We geloven dat jullie niet zo slim zijn als wij? [/v] | |||
informant | [a] Wij leauwe dat jim net zo toek benne as wij. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Met wie of met we?[/v] | |||
informant | [a=n] Nee wie net. [/a] | |||
informant | [a=j] We leauwe dat kan wel. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=220] Jullie geloven toch niet dat zij armer zijn dan jullie? [/v] | |||
informant | [a] Jim denke toch nog niet dat sij armoediger benne as jim. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=221] U gelooft dat Lisa even mooi is als Anne? [/v] | |||
informant | [a] Jo leauwe dat Lisa like kreas is as Anne? [/v] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=222] Hij gelooft dat Louis en Jan sterker zijn dan Geert en Pieter? [/v] | |||
informant | [a] Hij leaut dat die earste beide like sterk benne as die oare twee. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=227] Hij slaapt en dan zegt die persoon b van hij doet? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=228] Hij sliept en die tweede die zegt dan tdoet? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=243] Slaapter of hij slaapt en dan zegt die tweede van hm ie doet? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=245] De lampe doet net meer brande? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] De bern doen hjir net voetbalje? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v] Brande doet de lamp net meer? [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Dat kan je zeggen. [/a] | |||
hulpinterviewer | [v=246] Doet marie alle joenen doonsje? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a] Danset Marie alle joenen. [/a] | tagging | ||
hulpinterviewer | [v=247] Nu joh doe de bole even snijde? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
commentaar | [meta][k]B007p[/k][h]331[/h][i]332[/i][vw]HW[/vw][t]AH[/t][/meta] | |||
veldwerker | [v=248] Ik doch wel even skutel waskje? [/v] | |||
informant |
[a=n] Nees fout.[/a]
nee s |
|||
informant | [a] Ik sil wol even afwaskje. [/a] | |||
veldwerker | [v=249] De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is stond achter mij? [/v] | |||
informant | [a] De jongen waans mem gister opnieuw trouwd is stiet achter mie. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] De jonge wa sien mem? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee waas. [/a] | |||
veldwerker |
[v] De jongen die sien mem gister oppe nieuw trouwd is? [/v]
op e |
|||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] De jongen wervan de mem gister weer trouwd is? [/v] | tagging | ||
informant2 | [a=j] Ja het soe wel kinne. [/a] | |||
informant | [a=j] Ja dat soe kinne. [/a] | |||
veldwerker |
[v] De jongen dert de mem gister van weer trouwd is? [/v]
der t |
|||
informant |
[a=n] Der wer wert de mem de jongen wer de mem juster van weer trouwd is. [/a]
wer t |
|||
veldwerker |
[v] Kan dat van de jonge wert de mem juster van stoarn is? [/v]
wer t |
tagging | ||
informant | [a=j] Ja dat kan wel. [/a] | |||
veldwerker |
[v] En de jonge dert de mem juster van stoarn is? [/v]
der t |
tagging | ||
informant | [a=j] Soe ook wel kunne. [/a] | |||
veldwerker | [v] En as je die t der nou achter weg late die jonge wer de mem gister van stoarn is? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee dan ha ik de t der achter en do? [/v] | |||
informant | [a=n] Ja. [/a] | |||
veldwerker |
[v] En dat is ook van de jongen dert en net de jongen der de mem gister van stoarn is? [/v]
der t |
|||
informant2 | [a] Nee nee nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] De jonge dat de mem der gister van stoarn is? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=250] De bank waar ze op zaten was pas geverfd? [/v] | |||
informant2 |
[a] De bank wert se op zaten wie krekt verve. [/a]
wer t |
tagging | ||
veldwerker |
[v] Kan dan ook van. De bank dert se op zaten wie krekt verve? [/v]
der t |
tagging | ||
informant | [a=j] Jawel jawel ja. [/a] | |||
veldwerker | [v=259] Wie geld heeft moet mij maar wat geven? [/v] | |||
informant2 |
[a] Waat geld hat jout mij maar wat. [/a]
wa t |
tagging | ||
informant | Ja. | |||
veldwerker | Een beetsje letterlijker? | |||
informant2 | _ moat mij maar wat jaan. | tagging | ||
veldwerker |
[v] Diet geld hat moat mij maar wat jaan? [/v]
die t |
tagging | ||
informant | [a=j] Kan ook kan ook. [/a] | |||
informant2 | [a=j] Jan kan ook ja. [/a] | |||
veldwerker | [v] Wa geld hat? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] En die geld heeft? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee mat wel degelijk een t achter. [/a] | |||
veldwerker |
[v=260] Wat denkst waat ik inne stad troffen ha? [/v]
wa t in e |
tagging | ||
informant2 | [a=j] Ja kan. [/a] | |||
veldwerker |
[v] En wat denkst wa ik inne stad troffen ha? [/v]
in e |
|||
informant2 | [a=n] Wij houde de t Bouke he. [/a] | |||
veldwerker |
[v=261] Wat denke jim hoetset oplost ha? [/v]
hoe t se t |
|||
informant2 |
[a=j] Wat tinke jim hoeset oplost ha ja kan wel. [/a]
hoe se t |
tagging | ||
veldwerker | [v] Wat denke jim hoe se it oplost ha? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee ik vind die t moet der achter. [/a] | |||
veldwerker |
[v=260] Wa denkst waat ik in de stad troffen ha? [/v]
wa t |
tagging | ||
informant | [a=j] Kan. [/a] | |||
veldwerker |
[v] En wa denkst wa ik inne stad troffen ha? [/v]
in e |
|||
informant2 | [a=n] Dat do wij net. [/a] | |||
informant | [a=n] Dat wurdt weer minder. [/a] | |||
veldwerker |
[v=265] Hoe denkst hoetset oplost ha? [/v]
hoe t se t |
|||
informant | [a=n] Dat hoe hoe dat leit mij net. [/a] | |||
veldwerker | Hoe soenen jim die dan zegge? | |||
informant2 |
[a] Hoe denkst datset oplost ha. [/a]
dat se t |
tagging | ||
veldwerker | [v=267] Hij heeft zijn handen gewassen? [/v] | |||
informant | [a] Hij hat han wasn. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Hij hat him de hannen wosken? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant |
Hij hattem de hannen wosken dan dan soe ik dij de hannen waskje.
hat em |
tagging | ||
veldwerker | [v] Hij hat him it haar wosken? [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
informant2 | [a=j] Ja dat kan al. [/a] | |||
veldwerker | [v=268] Hij heeft zijn hemd gewassen? [/v] | |||
informant2 | [a] Hij hat sien hemd wosken. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Hij heeft him sien hemd wosken? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] Hij hat him it hemd wosken? [/v] | tagging | ||
veldwerker | Dan sien eigen hemd he. | |||
informant |
[a=n] Ja nee dan kint net. [/a]
kin t |
|||
veldwerker | [v=271] Hij heeft zijn been gebroken? [/v] | |||
informant2 | [a] Hij hat sien voet brutsen. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] En net van hij hat him de voet brutsen? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=273] Marie trok de deken naar zich toe? [/v] | |||
informant2 | [a] Marie luts de tekken na her toe. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Marie luts de tekken naar sich toe? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. Nei har. [/a] | |||
veldwerker | [v=296] Soed er dat dien ha kind? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] Hoe soenen jim dat dan zegge? [/v] | |||
informant2 |
[a] soeder dat doen kenn ha. [/a]
soe d er |
tagging | ||
informant | [a] Soe hij dat doen kenn ha. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=297] Soe hij dat dien kinnen ha? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a=n] Nee nee neffens mij net. [/a] | |||
veldwerker | [v=305] Soe jij dat doen kenn ha? [/v] | |||
informant2 | [a=j] Soe hij dat doen kenn ha. Jawel. [/a] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja ja ja kan kan. [/a] | |||
veldwerker | [v=309] Ik ha gjin nocht en voerje de kij? [/v] | |||
informant2 | [a] Ik ha der gjin nocht aan en voerje de kij. [/a] | tagging | ||
informant | [a=j] It kin wel. [/a] | |||
veldwerker |
[v] De oud boer hiet nocht der af en voerje alle dagen de kij? [/v]
hie t |
tagging | ||
informant2 | hie het | |||
informant | [a=j] Ja dat kin wel. [/a] | |||
informant2 | [a=j] Ja kin wel. [/a] | |||
veldwerker | [v=311] Ik denk hij fort is? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant |
[a] _ datter fort is. [/a]
dat er |
tagging | ||
veldwerker | [v=312] Ik ha him gister nog net sjoen dus ik zeg ik denk hij is fort? [/v] | |||
informant |
[a=n] Datter fort is. [/a]
dat er |
|||
informant |
[a] Ik ha em gister net sjoen dat ik denk datter fort is. [/a]
dat er |
tagging | ||
veldwerker | [v=316] Ken jim dit seize. Hij woe nog gauw even bij de bakker aan en koopje in broodje? [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Dat kan al neffens mij. [/a] | |||
informant2 | [a=j] Jawel. [/a] | |||
veldwerker | [v=317] Ken jim dit zeise. Marie al har kij bin verzuipt bij de overstroming? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Nee zo zegge wij it net. [/a] | |||
informant2 | [a] Alle _ [/a] | |||
informant | [a] _ kij van Marie bin verzuipt. [/a] | |||
veldwerker | [v=319] Ken jim zeise. Dit denk ik net aan? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee der. [/a] | |||
informant2 | [a] Der denk ik net aan. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=321] Die rare jonge bin ik mei naar de merk toe weest of die rare jonge haw ik mei naar de merk toe weest? | |||
veldwerker |
Bin se beide goed of idder ien van beide goed of bin se beide verkeerd? [/v']
i der |
|||
informant | [a=j] Nou nee verkeerd bin se net maar welke jouwe we nou de voorkeur aan? It kin beide. [/a] | |||
informant | [a=g] Ik zeg haw. [/a] | |||
informant |
[a] Die rare jongen hak mee noa de markt west. [/a]
ha k |
tagging | ||
veldwerker | [v=328] Jan vindt dat do mast sokke dingen net leauwe? [/v] | |||
informant2 | [a=n] Net zo nee.[/a] | |||
veldwerker | [v=329] Ik ha nog nooit sjoen dat ien lulk waar op dizze jonge ik zeg ik leau dizze jongen vin se allegear wel aardig? [/v] | |||
informant2 |
[a=n] Nee hoor zo zegge wijem net. [/a]
wij em |
|||
informant2 | [a=j] Ik soe zegge dizze jongen vinne se allegear wel aardig. [/a] | tagging | ||
informant | [a=j] Ik leau se vinde die jonge allegear wel aardig. [/a] | |||
veldwerker | [v=331] Ik ha heel wat rinnen dien? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a] Ik ha wat of ron. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Of ron ja ik ha wat of ron. [/a] | |||
veldwerker | [v=339] Niemand mag het zien dus ik vind dat jij het ook niet mag zien? [/v] | |||
informant2 | [a] Net ien mei it zien dus do ek net. [/a] | |||
informant2 |
[a]_ dus ik vin dasto it ook net zien meist. [/a]
datst o |
tagging | ||
veldwerker |
[v] Net ien mei it zien dus ik vin dasto it ook net meist zien? [/v]
datst o |
|||
informant | [a=n] Nee kan net. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Dat zegge we net. [/a] | |||
veldwerker | [v=340] Het gebeurde toen je weg ging? [/v] | |||
informant2 |
[a] _doesto fort giest. [/a]
doe st o |
tagging | ||
veldwerker | [v=341] Ik weet waar je geboren bent? [/v] | |||
informant |
[a] Ik weet werst geboren bist. [/a]
wer st |
tagging | ||
veldwerker | [v=342] Nu je klaar bent mag je gaan? [/v] | |||
informant2 |
[a] Noost klaar bist meist gaan. [/a]
no st |
tagging | ||
veldwerker |
[v=347] Ik weet datter is gaan zwemmen? [/v]
dat er |
|||
informant | [a=n] Nee kin we net. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee nee.[/a] | |||
veldwerker |
[v] Ik weet datter is gaan te zwemmen? [/v]
dat er |
|||
informant | [a=n] Nee ook net. [/a] | |||
veldwerker |
[v=350] Ik weet datter gaan zwemmen is? [/v]
dat er |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker |
[v=351] Ik weet datter zwemmen is gaan? [/v]
dat er |
|||
informant | [a=n] Nee ook net. [/a] | |||
veldwerker |
[v=352] Ik weet datter zwemmen gaan nou zwemmen gaan is? [/v]
dat er |
|||
informant | [a=n] Kan ook net. [/a] | |||
veldwerker | Zwemmen gien is? | |||
informant | [a=n] Nee kan net. [/a] | |||
veldwerker |
[v] datter te zwemmen gien is? [/v]
dat er |
tagging | ||
informant | [a] Ja dat kan wel. [/a] | |||
veldwerker | [v=353] Wost ook nog koffie Jan en dan seit Jan jaak? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker |
[v=355] De eerste die vraget van ha ze eten en de tweede die antwoordet dan van jaanze? [/v]
jaan ze |
|||
informant2 | [a=n] Nee it is niks. [/a] | |||
informant | [a=n] Slacht nergens op. [/a] | tagging | ||
veldwerker | Wat soe dan het gewone het gewone antwoord weze? | |||
informant | [a] Ja. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Ja een keer ja. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=370] Dat is de man die ze geroepen hebben? [/v] | |||
informant |
[a] Dat is de man diet se roepen ha. [/a]
die t |
tagging | ||
veldwerker | [v] En dat is de man die se roepen ha? [/v] | |||
informant |
[a=n] Nee dat is de man diet se roepen ha. [/a]
die t |
tagging | ||
informant2 |
[a] Waat se roepen ha dat kan wel. [/a]
wa t |
tagging | ||
veldwerker | [v=371] Dat is de man die het verhaal heeft verteld? [/v] | |||
informant2 |
[a] Dat is de man diet it verhaal verteld hat ja. [/a]
die t |
tagging | ||
veldwerker | [v] Dat is de man die it verhaal verteld hat? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Bouke en ik gooie die t fuort der achter aan. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=372] Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld? [/v] | |||
informant |
[a] Dat is de man wert ik van denk dat er it verhaal verteld hat. [/a]
wer t |
tagging | ||
veldwerker | [v=373] Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben? [/v] | |||
informant | [a] Dat is de man diet ik tink _ | tagging | ||
informant2 |
_ [a] diek tink dat sem roepen ha. [/a]
die k se m |
tagging | ||
informant |
_ dat sem roepen ha. [/a]
se m |
tagging | ||
veldwerker | [v] Dat him moat der tussen? [/v] | |||
informant | [v] Dat him moat der tussen? [/v] | |||
informant2 |
[a=j] Dat sem. [/a]
se m |
tagging | ||
veldwerker |
[v] Kin dat him der ook bij weg van dat is de man diet ik denk dat se roepen ha? [/v]
die t |
|||
informant | [a=n] Nee dat kan net. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=387] De eerste die vraget van wanneer sil de wereldvrede kome en dan antwoordet de tweede van nooit net? [/v] | |||
informant2 |
[a=j] Taalkundig kint net maar wij kint wel zegge nooit net. [/a]
kint t |
tagging | ||
veldwerker | [v=397] Het schijnt dat ze niets mag eten? [/v] | |||
informant | [a] It schijnt dat se niets ete mei. [/a] | tagging | ||
veldwerker |
[v] Tschijnt dat se niks ete mei? [/v]
t schijnt |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] Dat schijnt dat se niks ete mei? [/v] | |||
informant | [a=n] Ook net nee. [/a] | |||
veldwerker | [v] En se schijnt dat se niks ete mei? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=403] Het lijkt wel of er iemand in de tuin staat? [/v] | |||
informant |
[a] It lijket wel dat der ien inne tuin staat. [/a]
in e |
tagging | ||
veldwerker |
[v] It lijket wel at der ien inne tuin staat? [/v]
in e |
tagging | ||
informant | [a] Kan al. [/a] | |||
informant2 | [a] Dan kan at en ook dat. [/a] | tagging | ||
veldwerker |
[v] Kijim dat woordsje der dan ook weg late? [/v]
kinne jim |
|||
informant | [a=n] Nee vin ik net. [/a] | |||
veldwerker | [v=459] Hij hat de bal smeten in de koer? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 |
Hij hat de bal inne koer smeten.
in e |
tagging | ||
veldwerker | [v=485] Dat de eerste die vraget van uh zal ik eten siede en de tweede die zegt van dat doe maar? [/v] | |||
informant2 | [a] Nee kan net. [/a] | |||
veldwerker | [v=486] Dat boek beloof mie datst nooit weer verstopje silst? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker |
[v=487] Wat zeg mie watst kocht hast? [/v]
wat st |
|||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 |
Zeg mie es wast kocht hast.
wa st |
|||
veldwerker |
[v=495] Ik denk datst in protte fuort smijte matte soest? [/v]
dat st |
|||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 |
Ik denk datst in protte fuort smijte mast.
dat st |
tagging | ||
veldwerker | [v=501] Marie sit te beantsjetriedzjen? [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Ja. [/a] | |||
informant | [a] Marie sit te beantsjepuntsjen. [/a] | tagging | ||
veldwerker |
[v] En kin het dan ook dan idder een heel liets beetsje anders van Marie sit te beantsjes puntsjen? [/v]
i der |
|||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=502] Marie sit beantsjes en puntsjen? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker |
[v=515] Do bist ook een rarenien? [/v]
raren ien |
tagging | ||
informant | [a=j] Jawel. [/a] | |||
informant2 | [a=j] Jawel. [/a] | |||
veldwerker | [v] En do benst ook in raren? [/v] | |||
informant2 |
[a=j] Do bist ook een raren ja leauk al. [/a]
leau ik |
tagging | ||
informant | [a=j] Kin ook. [/a] | |||
veldwerker | [v] En do bist ek in rare? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee nee. [/a] | |||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=520] Wat voor boeken hast kocht? [/v] | tagging | ||
informant | [a=j] Dat kin. [/a] | |||
informant2 | [a=j] Jawel. [/a] | |||
veldwerker | [v=526] Wa hat die op e kermis zien? [/v] | |||
informant2 | Wa hat dij op e kermis sjoen. | |||
veldwerker | [v] Wa hat dij op e kermis sjoen? [/v] | tagging | ||
informant2 | [a=j] Dat kin. [/a] | |||
veldwerker |
[v=530] Marie sei datsto Piet een boek besocht hast te verkoopjen? [/v]
datst o |
tagging | ||
informant |
Marie seit datsto besocht hast om Piet in boek te verkoopjen.
datst o |
tagging | ||
informant | [a=j] It kin al. [/a] | |||
veldwerker | [v=531] Wim dacht dat ik Jantsje besocht hie in cadeautsje te jaan? [/v] | |||
informant | [a=n] Ik wou eigenlijk eerst besocht ha. [/a] | |||
veldwerker | [v] Jantsje der achter aan? [/v] | |||
informant | [a] Ja neffens mij al. [/a] | |||
commentaar | Kan uit discussie niet duidelijk opmaken waar de zin wordt afgekeurd. | |||
veldwerker |
[v=532] Karel wit datsto besocht hast Marie een boek te verkoopjen? [/v]
datst o |
tagging | ||
informant2 | [a=j] Dat kan wel jawel. [/a] | |||
veldwerker | [v=885] Gaan nou at jim der even van ehm van zegge wille van eerst maar even in e notiid _ | |||
veldwerker | _ in de tegenwoordige tijd van eh ik do hij wij jim sij? [/v] | |||
informant2 | [a] Ik gon. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Do giest. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Wij geane. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Sij gean. [/a] | tagging | ||
veldwerker | Jim en hij nog. | |||
informant2 | [a] Jim gonne. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Hij giet. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Nou nog even andersom om van ga ik en dan ga jij gaat hij? | |||
veldwerker | Nou en dan even het riechje bij langs. [/v] | |||
informant2 | [a] Gean ik [/a] | tagging | ||
informant2 |
[a] Giesto. [/a]
giest o |
tagging | ||
informant2 | [a] Giet hij. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Gon wij. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Gean jim. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Gon sij of geane sij. [/a] | tagging | ||
informant | Ik bruik het beide ik bruik het beide wol geane en gon ik bruik het beide wel. | |||
veldwerker | [v] Ook anders om om wel van wij gean of wij gon? [/v] | tagging | ||
informant |
[a] Ja ik dot beide wel. [/a]
do t |
|||
veldwerker |
[v=885] No dan ha we nou zeg maar int no han en kijim dan nog even doen mei van int verleden van hoet hoet jet dan zegge? [/v]
kinne jim in het hoe t je het |
|||
informant | [a] Ik gie. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Do giest. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Hij gie. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Wij giene. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Jim giene. [/a] | tagging | ||
informant | [a] Jim giene. [/a] | |||
informant | [a] Sij giene. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] En nou nog weer even andersom om van dan de vraag zeg maar? [/v] | |||
informant2 | [a] Gie ik. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Giest do. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Gie hij. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Giengen wij. [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Giengen jim? [/a] | tagging | ||
informant2 | [a] Giengen sij. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Dit zintsje dan in het Hollansk wat soenen je der dan in it Frysk van meitsje? [/v] | Zinnetje ik ben er heen gegaan. | ||
informant2 | [a] Ik bin der hene gien. [/a] | tagging | ||
informant | Ik ben der heen gegaan staat der? | |||
informant2 | Ja. | |||
informant | [a] Ik bin der hene gien ja. [/a] | |||
veldwerker | [n][v=027] Vertel mij ris wa at dat sij roepe kind hie? [/v] | tagging | ||
informant2 | [a=n] Nee. [/a] | |||
informant | [a=n] Nee. [/a] | |||
veldwerker | [v=061] Als jullie zo losbandig leven dan leven jullie nooit zo lang als ik? [/v] | |||
informant2 | [a] At jim sa ruig leve dan leve jim _ | tagging | ||
informant2 | _ zo lang net as mij. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=132] Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen? [/v] | |||
informant | [a] Ik denk dat Marie him roepe moat. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v] Zal dat kan der net bij? [/v] | |||
informant | [a=n] Nee dat mat der net bij. [/a] | |||
veldwerker | [v=000] Ik denk dat ze het alleen nooit zou kunnen redden? [/v] | |||
informant | [a] Ik denk dat ze het allinne net op redt. [/a] | tagging | ||
veldwerker | [v=161] Jan weet dat er voor drie uure de wagen makke mat ha en Jan weet dat er voor drie uure de wagen makke ha mat? [/v] | |||
commentaar | makke ha mat | |||
veldwerker |
[v=215] Kgeloof dat ik groter ben dan hij? [/v]
k geloof |
|||
informant2 |
[a] Ik leau dak groter ben as him. [/a] [/n]
da k |
tagging |
data telefonische enquête
zinsnr. | testzin | instructie | antwoorden |
---|---|---|---|
072 | Leef wat gezonder, Jan (VERTAAL) | Invullen bij ANTWOORD 2 |
vorm: jonge, leef wat suner |
073 | Leef wat minder bekrompen, kinderen! (VERTAAL) | Invullen bij ANTWOORD 2 |
vorm: leef wat minder benaud bern |
073 | Leef wat minder bekrompen, kinderen! (VERTAAL) | Invullen bij ANTWOORD 2 |
vorm: net fan dat benaude |
077 | Ik vind dat iedereen moet zwemmen kunnen |
komt voor
: n vorm: ik fyn dat iederien swimme kinne moat opmerking: heart wat nuver mar sa is it wol; "klinkt wat raar, maar zo is het wel" |
|
132 | Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen | In doorbrekingsdialecten: doorbreking door pronomen testen:; Opnemen als 'komt voor'-vraag in de volgorde: 'zal moeten hem roepen'. |
vorm: ik dat marie sil him wol roppe moatte sil |
132 | Ik denk dat Marie hem zal moeten roepen | In doorbrekingsdialecten: doorbreking door pronomen testen:; Opnemen als 'komt voor'-vraag in de volgorde: 'zal moeten hem roepen'. |
vorm: ik tink dat marie him roppe moat |
160 | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben | clustervolgorde handhaven in vertaling door hulpinterviewer |
vorm: jan wit dat er de wein foar trijen klear ha moat |
160 | Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben | clustervolgorde handhaven in vertaling door hulpinterviewer |
vorm: dat er foar trijen de wein makke ha moat. |
193 | Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is. | Nederland |
vorm: dat is sa krekt sa wis at dat ien en ien twa is |
216 | Ze gelooft dat jij eerder thuis bent als ik | Subject hoofdzin: zwak pronomen eliciteren.; In H, I, N, O, P: nagaan of dubbeling kan voorkomen na het voegwoord van vergelijking (ovvekik, ofmewij, ...); Als voegwoordvervoeging voorkomt, ook afvragen zonder pronomen. |
vorm: sy leaut datsto earder thus bist as ik |
217 | Je gelooft zeker niet dat hij sterker is als jij | Subject hoofdzin: zwak pronomen eliciteren.; In H, I, N, O, P: nagaan of dubbeling kan voorkomen na het voegwoord van vergelijking (ovvekik, ofmewij, ...); Als voegwoordvervoeging voorkomt, ook afvragen zonder pronomen. |
vorm: do leaust seker net dat-er sterker is as dij. |
245 | De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen | 1 invullen bij ANTWOORD 1; 2 invullen bij ANTWOORD 2 |
komt voor
(1) : n komt voor (2): n |
249 | De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'wie (dat) zijn moeder', 'die (dat) zijn ...', 'diens (dat) ...', 'waarvan (dat)'. Als slechts een variant aan de orde is gekomen tijdens interview, moet deze vraag nogmaals gesteld worden. |
komt voor
: j vorm: de jonge waans mem juster wertroud |
250 | De bank waar ze op zaten was pas geverfd. | Bij hulpinterviewer nagaan of er nog meer mogelijkheden zijn: 'waar dat ze op', 'waarop dat ze', 'daar (dat) ze op', 'daarop (dat)', 'dat ze op'. Mogelijke varianten vertaald laten inspreken als 'komt voor'-vraag. |
vorm: de bank der-t se op sieten wie krekt ferve opmerking: woord = dert, cluster = der t |
373 | Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben |
komt voor
: n vorm: dit is de man wer-t ik fan tink dat se dy roppen ha opmerking: Andere variannten verworpen |
|
388 | Wie heeft de auto meegenomen? ; - Niemand niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: net ien opmerking: nimmen net- net. expliciet verworpen |
389 | Waar groeit het geld aan de bomen? ; - Nergens niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n vorm: nergens net |
390 | Wat is rond en vierkant tegelijk? ; - Niets niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n opmerking: hele frjemde utdrukking |
391 | Welke koeien heeft hij gemolken?; - Geen enkele niet. | Overal waar vraag tijdens interview niet is gesteld. (Nederland en aantal meetpunten Vlaanderen) |
komt voor
: n |
395 | Geloof je niet dat hij gevallen heeft? | Opvragen waar de vraag tijdens veldwerk niet is gesteld. |
komt voor
: n |
601 | Maar en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: n |
602 | Waarom en kom je niet? | In het gebied waar 'en' minstens een keer is gevonden (600 eerst testen). |
komt voor
: n |
605 | Voor je iets weg en gooit, moet je me even bellen. | In alle plaatsen waar negatiepartikel minstens een keer voorkomt. |
komt voor
: n |
610 | We konden nergens niet zitten in die volle zaal | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n |
611 | We zullen nooit niet winnen van de sterkste man. | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n vorm: we sille fan-e sterkste man nea winne |
612 | Ik heb niks niet gezien want ik sliep | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n vorm: ik ha niks sjoen ... |
613 | Ik heb geen enkel boek niet gekocht want m'n geld was op | Als voorkomt, vragen of 'en' (negatiepartikel) in deze constructie kan voorkomen. |
komt voor
: n |
614 | Jan rookt niet meer (VERTAAL) | Vertaling bij VORM |
vorm: jan rookt net mear |
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: hij |
729 | Zelfs hij kan dat niet oplossen. (VERTAAL) | Vorm pronomen invullen bij VORM.; Extra in Oost- en West-Vlaanderen: kunnen ook dubbelvormen als 'jij', 'jem', 'nem? Indien ja: vorm invullen bij ANTWOORD 2. |
vorm: hy koe it sels net oplosse |
730 | Hoe laat is dat eigenlijk? |
vorm: hoe let is dat eigentlik opmerking: onduidelijk of geaccentueerd "dat" ook kan. |
|
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: we zin: meie we witte bin wy ek utnoege |
731 | Mogen we (dof) wel weten dat wij (vol) ook gevraagd zijn? (VERTAAL) | Vorm dof pronomen invullen bij VORM; Vorm vol pronomen invullen bij ANTWOORD 2. (kan een 'lieden'-compositum, zoals 'wullie'...?) |
vorm: wy zin: meie we witte bin wy ek utnoege |
732 | Weet je iets over het weer morgen? (VERTAAL) | Flectie of -s(t)(e) mogelijk? Invullen JA/ NEE (zo nee naar vraag xxx); Indien ja: welke vormen: weets, weetst, weetste, weetstu, andere (invullen bij ANTWOORD 2). |
komt voor
: j vorm: witst zin: witst ek yts oer it waar fan moarn |
733 | Je weet wel dat je slim genoeg bent. (VERTAAL) | Indien ja: kan i.p.v. 'bent': bist, biste, andere (invullen bij ANTWOORD 2) ; kan i.p.v. 'dat je': das, dast, daste, dastu, andere (invullen bij ANTWOORD 2); kan i.p.v. 'je weet' (rechte volg): weets (PRO-drop), weetst (PRO-drop), weetste (PRO-drop), de weetst(e) (met dof pronomen), andere (invullen bij OPMERKINGEN). |
komt voor
: j vorm: do witst zin: do witst sels wol datst liep genoch bist |
734 | Hun/ Hullie hebben daar niks mee te maken. |
vorm: sij zin: wat ha sy dermei te meitsjen |
|
737 | Marie en Piet kussen elkaar. | vorm elkaar invullen bij VORM. ; In Vlaams Brabant, Oost-Vlaanderen en vak Q: als geen '??n' in antwoord, vragen of '??n' ook mogelijk is. |
vorm: mekoarren zin: marie en piet tutsje mekoarren |
738 | Hij riep alle familieleden bij zich. | Vorm zich invullen bij VORM. ; In pronomenloze gebied vragen of 'zich' ook weggelaten kan worden (D003p, I118p, I142p, I148p, I158p, I175p, I178p, I257p, I260p, I264p, K189b, K190p, K192p, K209p, K211, K221p,K229p, K258p, K274a, K276p, K291p, K309, K320p, K330, K339p, K353, L199p, L255p, L414, L416, O152p, O177, O228p, P018, P033, P102, P133, P145, P176) |
vorm: him zin: hij rop de hele family bij him |
739 | Er zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j vorm: der siet in dief yn-e kast |
|
740 | Het zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
741 | Daar zat een inbreker in deze kast. |
vorm: d?r siet in ynbrekker yn-e kast opmerking: onduidelijk hoe informant de zin interpreteert; waarschijnlijk wordt "daar" letterlijk genomen. |
|
742 | Gisteren zat een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j zin: juster siet in ynbrekker yn-e kast |
|
743 | Gisteren zat er een inbreker in deze kast. |
komt voor
: j vorm: juster siet der in ynbrekker yn-e kast |
|
744 | Gisteren zat het een inbreker in deze kast. |
komt voor
: n |
|
745 | Gisteren zat daar een inbreker in deze kast. |
vorm: juster siet der in ynbrekker opmerking: weer probleem met interpretatie |
|
746 | 't Is net of een hond in deze kast zit. |
komt voor
: j vorm: it is krekt as sit in hun yn-e kast |
|
747 | 't Is net of er een hond in deze kast zit. |
vorm: (it is) krekt as sit .. twivel opmerking: informant twijfelt ("twivel") |
|
748 | 't Is net of het een hond in deze kast zit. |
komt voor
: n |
|
749 | 't Is net of daar een hond in deze kast zit. |
vorm: krekt as sit der in hun yn-e kast opmerking: weer interpretatieprobleem |
|
750 | Als u vindt dat u gezond leeft, leeft u dan vooral zo verder (VERTAAL) | Alleen in dialecten die U of een andere beleefdheidsvorm hebben (dus in elk geval overal in Nederland). ; Noteer vormen 'als', 'dat', 'leeft 2x' in VORM |
vorm: at jo dat jo libje zin: at jo fine dat jo sun libje dan moa-je sa trochgean |
753 | Als iedere dag de dokter voor mij moet worden gebeld, kan ik beter in het ziekenhuis blijven. (VERTAAL) | In gebied waar 'attie' voorkomt. Noteer vertaling van 'als iedere' (invullen bij VORM) |
vorm: at elke dei zin: at elke dei de dokter skille wurde moat dan soe ik better yn it sikehus bliuwe kinne |
754 | Als 'n enkele keer de dokter gebeld moet worden is dat niet zo erg. (VERTAAL) | In gebied waarin 3 subject ev 'en' is. Noteer vertaling 'als een' (invullen bij VORM) |
zin: at dokter sa no en dan ris belle wurde moat dan is it net sa slim opmerking: Informant niet tot andere zin te bewegen |
758 | Jullie geloven datst jullie eerder this zijn dan ik. | Indien ja: kan ook i.p.v. datst: das, dats of dase? ; (invullen bij ANTWOORD 2) |
komt voor
: n vorm: jim tinke dat jim earder th?s binne as ik |
759 | Jullie geloven datst eerder thuis zijn dan ik | Indien ja: kan ook i.p.v. datst: das, dats of dase? ; (invullen bij ANTWOORD 2) |
komt voor
: n vorm: jim leauwe dat sy earder thuus binne as ik |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ik gean opmerking: ik gean, do giest hy giet, we gonne; ik gie juster, do giest, hy gie, wy gienen,; gon ik, giesto, giet hy, gonne wy; gie ik, giesto gie hy, gienen wy |
762 | Als ik ga, ga ik (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gean ik opmerking: ik gean, do giest hy giet, we gonne; ik gie juster, do giest, hy gie, wy gienen,; gon ik, giesto, giet hy, gonne wy; gie ik, giesto gie hy, gienen wy |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: do giest |
763 | Als je gaat, ga je. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: giesto |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: jo geane |
764 | Als u gaat, gaat u. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Alleen opvragen in dialecten die u of een andere beleefdheidsvorm hebben. |
vorm: geane jo |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hij giet |
765 | Als hij gaat, gaat hij (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: giet hij |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: se giet |
766 | Als ze gaat, gaat ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: giet se |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: it giet |
767 | Als het gaat, gaat het. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: giet it |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: we geane |
768 | Als we gaan, gaan we. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geane we |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: jim geane |
769 | Als jullie gaan, gaan jullie (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geane jim |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: se geane |
770 | Als ze gaan, gaan ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: geane se |
771 | Ga onmiddellijk weg! (VERTAAL) | Vorm van gaan invullen bij VORM |
vorm: gean |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ik gie juster |
772 | Toen ik ging, ging jij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: giesto |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: do giest |
773 | Toen jij ging, ging ik niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gon ik |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: do giest |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: giet hy |
774 | Toen u ging, ging hij ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gie hy |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: hy gie |
775 | Toen hij ging, ging u ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: giesto |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: sy gie |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: giet sy |
776 | Toen zij ging, ging het niet (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gie sy |
777 | Toen het ging, ging ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM | |
778 | Toen wij gingen, gingen jullie ook. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM; Kan er na 'toen' een voegwoord verschijnen - dat, a, toen-t, als, of?; (invullen bij ANTWOORD 2) |
vorm: wy gienen |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gonne wy opmerking: zie boven |
779 | Toen jullie gingen, gingen wij niet. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: gienen wy opmerking: zie boven |
780 | Toen ze gingen, gingen ze. (VERTAAL) | Vormen van gaan invullen bij VORM |
vorm: ?? opmerking: zie boven |
781 | Vertel mij eens wie er aan de deur was? | Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. |
komt voor
: n vorm: sis ris wa wie der oan e doar opmerking: voegwoord-clitic verplicht |
781 | Vertel mij eens wie er aan de deur was? | Doel vraag: a=j betekent hier dat de zin zonder voegwoord voorkomt. |
komt voor
: n vorm: wa-t der oan e doar wie opmerking: voegwoord-clitic verplicht |
782 | Dat is de man wie ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n vorm: dat is de man wat se roppen ha |
783 | Dat is de man dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j vorm: dat is de man wa't se roppen ha opmerking: voegwoord-clitic verplicht.; ; comm: Ja? Uit vertaling blijkt iets anders. |
784 | Dat is de man die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j vorm: dit is de man dy-t se roppen ha |
785 | Dat is de man wie het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. | opmerking: per ongeluk overgeslagen |
786 | Dat is de man dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
787 | Dat is de man die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: j vorm: dat is de man dy-t it ferhaal ferteld hat |
788 | Dat is de man die ik denk dat het verhaal verteld heeft. |
komt voor
: n opmerking: Informant omschrijft deze zin koppig |
|
789 | Dat is de man die ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n vorm: dit is de man wer-t ik fan tink dat dy it ferhaal ferteld hat |
790 | Dat is de man dat ik denk dat het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
791 | Dat is de man dat ik denk die het verhaal verteld heeft. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
792 | Dat is de man die ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n vorm: dat is de man wer-t ik fan tink dat se him roppen ha |
793 | Dat is de man dat ik denk dat ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
794 | Dat is de man dat ik denk die ze geroepen hebben. | In gebied met verplichte voegwoorden de zinnen aanbieden met voegwoorden. |
komt voor
: n |
798 | Iedere vader hoopt z'n kinderen zijn eerlijk. |
komt voor
: n vorm: elke heit hopet dat syn bern earlik binne |
|
799 | Iedere moeder meent haar kinderen moet ze beschermen. |
komt voor
: n vorm: elke mem mient dat se har bern beskermje moat |
|
804 | Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. |
komt voor
: n vorm: ik fyn dat iederien de foto sjen kinne moat opmerking: informant lijkt even te twijfelen; de eerste zin bevat het antwoord |
|
804 | Ik vind dat iedereen de foto zien moet kunnen. |
komt voor
: n vorm: ik fyn dat iderien moat de foto sjen kinne opmerking: informant lijkt even te twijfelen; de eerste zin bevat het antwoord |
|
805 | Hij is alle kapotte spullen weg aan het smijten. |
komt voor
: n vorm: alle stikken goed smyt-er fuort |
|
807 | Marie zit te stoofpeer schillen. |
komt voor
: j vorm: marie sit te parkeskilen |
|
808 | Marie zit te stoofperen schillen. |
komt voor
: n |
|
809 | Marie zit te piano spelen. |
komt voor
: j vorm: marie sit te pianospyljen opmerking: "dat kan zo wel" |
|
810 | Hij zit weer te voorzeggen. |
vorm: hy sit him wer yn te stekken |
|
812 | Hoe haal je het in je hoofd en gooi met eten? | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: j vorm: hoe krijst it yn e holle en smyt mei it iten |
813 | Hoe haal je het in je hoofd en gooien met eten? | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: n |
814 | Hij heeft geen zin en voeren die koeien weg. | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: n vorm: it hat gjin en bring de kij fuort |
815 | Hij heeft geen zin en voer die koeien weg. | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: j vorm: it hat gjin en bring de kij fuort |
816 | Hij heeft geen zin en wegvoeren die koeien. | In Friesland een ww nemen dat niet tot de -je klasse behoort. |
komt voor
: n |
817 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten te werken. |
komt voor
: n vorm: jan mei der graach oer om de hele dei oan it wurk te wezen opmerking: constructie wordt vermeden. |
|
818 | Jan vindt het prettig om de hele dag zitten te werken. |
komt voor
: n |
|
819 | Jan vindt het prettig om de hele dag te zitten werken. |
komt voor
: n |
|
820 | Hij zal wel weer staan te zeuren. |
komt voor
: j vorm: hy sil wol wer sitte te eameljen |
|
821 | Hij zal wel weer staan zeuren. |
komt voor
: n |
|
822 | Ik heb vandaag nog niet gerookt gehad. |
komt voor
: n |
|
823 | Ben je met die fiets gevallen geweest? |
komt voor
: n |
|
824 | Het huis is verkocht geworden. |
komt voor
: n |
|
825 | Het huis is verkocht geweest. |
komt voor
: n vorm: hit hus is ferkocht west opmerking: dan is it utskuord; "Dan is het overgegaan" (letterlijk: uitgescheurd) |
|
826 | Ik heb hem gisteren tegengekomen. |
komt voor
: n |
|
827 | Jan liet zich meedrijven op de golven | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: him zin: jan liet him op-e golven mei driuwe |
828 | Toon bekeek zich eens goed in de spiegel | Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: him zin: jan beseach him ris goed yn-e spegel |
831 | Jan trok de deken naar zich toe | Ook andere mogelijkheden dan 'zich'?; Vorm zich invullen bij VORM |
vorm: him zin: jan luts de tekkens nei him ta |
© 2000-2007 KNAW/Meertens Instituut